999A0018.TXT
ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
-----------------------------------------------------------------------------
Kaart Nr.: 999A
PLAAT: NOORDZEE
Nr.: 0018 - GR1 - Naam boring Grote Rede 1
Type Boring: boring
Topografische kaart:
Uitgevoerd te:
Post nr.:
Adres boorplaats:
Opdrachtgever: Belgische Geologische dienst
Boorfirma: Smet-Dessel
Boordatum: augustus 1986
Topografie: vanop booreiland
Stalen door: boormeester
Boormethode: gekernd
Lengte & doormeters: 1 m/10 cm
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust:
Tijdens pompen:
Debiet:
Waterzaak nr.:
Totale diepte: 80 m
Stalen bewaard: de helft
Maaiveld / ref. peil: - 7.86 m (TAW)
X: 048744
Y: 218532
NIS code:
-----------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
-----------------------------------------------------------------------------
Nr. * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
-----------------------------------------------------------------------------
diepte
kleur
textuur
CaCO3
grens
kenmerken
0.00-0.20
zwartgrijze
(reductie
kleur)
klei
0.5-0.8: laag zeer
fijn silteus zand
met
schelpfragmenten
van 0.16: wordt
sterk fijn zandig
++
(H2S
geur)
- sporadisch
veenbrokje
- 0.13: heel dunne
zandlaag met schelp-
fragm. en enkele
Macoma (juveniel en
broos)
- zeer fijn schelpen-
gruis verspreid in de
klei
0.20-0.65
grijs en
bruin=
grijs
zwarte
reductie
kleur
fijn zand met
kleiiger zones
tussen 0.24-0.30 en
0.40-0.50
waarin 1/2 cm-dikke
'parallel-even'
kleilaagjes in de
top zone
tussen 0.53-0.57:
enkele 1/2 cm-dikke
kleilaagjes
(discontinuous)
0.57-0.65: halffijn
en fijn zand met
zeer veel
schelpfragmenten en
schelpen en kleine
grintjes
concentratie
van schelp-
fragmen
ten
discordant
erosief
kleiiger zones
vertonen fining
upward en met scherpe
bovenkant
in deze kleiige zones
veel schelpfragmenten
en kleine grintjes en
enkele hele schelpen
(o.a. Macoma, Donax)
o.a. Spisula, Macoma,
Donax, Scrobicularia,
vele juvenieltjes
0.65-1.53
bruin-grijs
fijn zand met
enkele kleiige beds
enkele zwarte
kleilenzen en onre-
gelmatige
kleibrokken en -
laagjes
vanaf 1.10: meer
kleilaminae en
dikker (±4 cm dik)
+
discordant
geërodeerd
enkele schelpen (o.a.
Donax, Spisula) en -
fragmenten
1.18: veendetritus
fijn gelaagd in
kleilaagje
- sporadisch
bioturbatie in de
kleilaagjes
1.53-2.08
grijs
zeer fijn silteus
zand talrijke dunne
kleilaminae met
veel veendetritus
klei en
veendetritus
laminae zijn mm-dik
en meestal
parallel, even
(soms wavy)
+
- kleischalige cross-
bedding tussen 1.65-
1.74
- sporadisch schelp
(Cardium)
- kleine gerolde
veenbrokjes
- sporadisch ovaal
gerolde kleibrok
2.08-2.43
grijs
afwisseling van 5
cm dikke beds:
- fijn zand met
schelpfragmenten
- silteus zeer fijn
zand met mm-
kleilaminae,
parallel, even
waarin veendetritus
+
Cardium - Macoma -
Hydrobia - Nytilus
(meestal op niveautje
geconcentreerd)
2.43-4.35
grijs
fijn zand, silteus
mm-dikke
kleilaminae
tussen 3.15-4.13:
zeer veel klei-
laminae (1/2 cm
dik)
3.80-4.00: zeer
fijn silteus zand
met dunne
kleilensjes
+
geërodeerd
discordant
discontinu, curved,
non parallel
wavy, non parallel
enkele gerolde klei-
brokken
zeer weinig
veendetritus in
sommige kleilaminae
4.35-5.00
grijs
fijn tot halffijn
zand met zeer veel
laminae bestaande
uit plat gerolde
kleibrokken
+
scheefgelaagd
bovenaan
- weinig schelpgruis
en enkele -
fragmentjes
(Hydrobia, Cardium)
4.60: laminae met
veel veendetritus en
fijn schelpgruis
5.00-9.75
grijs
fijn zand met zeer
veel kleilaminae
meestal cm-dik
- zeer onregelmatig
- sommige bestaande
uit gerolde brokken
- enkele 10-cm
dikke kleisets
waarin veel
grillige zandlenzen
en schelpgruis en
enkele veenbrokjes
6.40-6.75: cm-dikke
kleilaminae
geconcentreerd in
sets om de 5 à 10
cm
7.00-7.08: kleilaag
met enkele dunne
zandlensjes in
vanaf 8.00 (nog
steeds veel) cm &
mm kleilaminae
regelmatiger, nog
enkele met gerolde
kleibrokken
8.45-8.60: enkele
silteuzere beds
waarin fijne
gelaagdheid
9.26-9.67:
opeenvolging van
kleibeds bestaande
uit kleilaminae
maar voornamelijk
gerolde klei-
brokken, weinig
zand ertussen en
schelpfragmenten en
-gruis en weinig
kleine veenbrokjes
+
5.00-5.10:
bioturbatie, escaping
route
- enkele schelpen
(Cardium, Spisula,
Macoma, Hydrobia,
- enkele veenbrokjes,
meestal gerold
- tussen 5.70-5.95:
scheef gelaagd
(even, parallel)
vanaf 6.00: enkele
dunne lam. van
geconcentreerd
schelpgruis
7.65: wig met zeer
veel veendetritus en
brokjes op dikke
kleiwig
op 7.84: in hetzelfde
zand discordantievlak
9.10: niveau met
grintjes en grove
korrels, kleibollen
en schelpgruis
9.17: idem, fijner
materiaal
Cardium, zee-egeltje
9.75-
10.00
grijs
fijn zand
enkele kleilenzen
gerolde kleibrokken
platte venige
kleibrokken
schelpfragmenten
+
lam. van
kleine
kleibrokjes,
grindjes en
veenbrokjes,
schelpfragm.
10.00-
11.00
ontbreekt
11.00-
11.48
grijs
fijn silteus zand
11.13-11.23:
talrijke grote &
kleine grillige
kleibrokken en
gerold brokjes
basisveen
+
gerolde en grillige
kleibrokken plat
gerolde veenbrok aan
top (waarschijnlijk
van basis veen)
talrijke
schelpfragmenten
11.48
grijs
fijn silteus zand
met zeer veel-
schelpfragmenten
(meestal zwart) en
enkele grindjes
(niet plat gerold)
iets kleiiger zone
rond 11.50
+
(o.a. van Oester,
Cardium)
12.25-
12.53
grijs
fijn silteus zand
met talrijke
kleilaagjes
(golvend en
grillig) de meeste
bestaande uit
kleibrokjes
+
enkele
schelpfragmenten
talrijke brokjes veen
(ook enkele afkomstig
van waarsch.
basisveen)
12.53-
13.33
grijs
fijn silteus zand
met zeer veel
schelpfragmenten en
enkele hele Spisula
en Cardium
+
hele schelpen
vermeerderen naar
onder toe
13.33
groenbruin
zeer fijn silteus
zand enkele sil-
teuze kleilenzen
(cm dik, plat
gerold) aan top
+
nog enkele
schelpen in
top
zeer fijn schelpgruis
sporadisch broos
schelpje
enkele (diffeuze)
kleiiger grillige
laagjes tussen 13.64-
13.75: roestbruine
onregelmatige
kleilenzen
14.00-
15.00
grijs
silteus zeer fijn
zand sporadisch
kleiflaser
enkele grillige
silteuzere zones
+
fijn schelpgruis
sporadisch wit
schelpfragmentje
diffeuze laagjes (mm)
waarin meer
schelpgruis
geconcentreerd is (en
zee-egelnaaldjes)
rond 14.77: enkele
(stevige) schelpfrag-
menten en grindjes
(zeer hoekig)
14.00-
35.10
een pakket
14.00-
14.85
grijs
onderste cm
bruin
fijn zand
+
homogeen zeer weinig
schelpfragmenten
14.85-
15.00
ontbreekt
15.00-
15.35
ontbreekt
15.00-
15.65
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten
(veel water) met
enkele meer silteuze
tot kleiiger zones
(grijzer - bruinere
kleur)
16.65-
16.00
16.00-
16.51
ontbreekt
grijs
fijn zand
+
vaag
zeer weinig
schelpfragmenten
(veel water)
16.51-
16.52
iets bleker
grijs
fijn zand iets
fijner silteuzer
+
duidelijk
zonder schelpfragmen-
ten, minder water
16.52-
16.55
grijs
lemig fijn zand
++
vaag
veel schelpengruis
16.55-
16.72
grijs
fijn zand
+
met weinig
schelpfragmenten
16.72-
17.00
ontbreekt
17.00-
17.65
grijs
fijn zand
+
top: vage lens schel-
pengruis vervolgens
zeer weinig
schelpfragmenten
17.65-
18.00
ontbreekt
18.00-
18.04
zwartgrijs
fijn zand
+
scherp
geen schelpfragmenten
18.04-
18.69
grijs
fijn zand
+
horizontaal
zeer weinig
schelpfragmenten
18.37-18.40: silex,
zwart, D: 0,5 cm
zwarte humeuze
lensjes, weinig
schelpfragmenten
18.69-
19.00
ontbreekt
19.00-
20.00
bruin
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten met
weinig kleilenzen,
plat hoekig,
horizontaal en schuin
20.00-
20.15
ontbreekt
20.00-
20.85
grijs
fijn zand
zeer weinig
schelpfragmenten
op 21.50: kleiflasers
(bifurcated tot wavy)
vanaf 21.60: lemiger
21.00-
21.05
grijs
accumulatie
schelpfragmenten in
kleiige zandmatrix
++++
duidelijk
secundair
21.05-
22.00
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten met
weinig fijne mm
kleilaagjes en
-lensjes
21.10:zeer weinig
schelpfragmenten met
slecht gerolde klei-
lensjes (zand en
plat, horizontaal en
schuin)
21.45-21.55: idem
21.00-
22.52
ontbreekt
22.52-
23.00
grijs
fijn zand
+
zeer weinig schelp-
fragmenten
23.00-
23.18
ontbreekt
23.18-
24.00
grijs
(randen
bruin)
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten
24.00-
25.00
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmentjes
zeer weinig platte
kleilensjes
Op 24.64: kleibeds
bestaande uit
kleilensjes
georiënteerd volgens
lamellen
24.73-24.77, 24.84-
24.86: vage en vele
kleilensjes
25.00-
25.13
ontbreekt
25.13-
26.00
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmentjes op
25.18,
25.53, 25.95 weinig
kleilensjes, plat,
slecht gerold, ±hori-
zontaal
26.00-
26.07
ontbreekt
26.07-
27.00
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten
op 26.53 m: enkele
fijne mm tot 0,5 cm
kleilaagjes, weinig
schuin
27.00-
28.00
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten
op 27.56 fijne mm
kleilaagjes, weinig
gebogen
27.61-27.62, 27.82-
27.85: kleibeds be-
staande uit slecht
gerolde kleilensjes,
georiënteerd volgens
evenwijdige lamellen
28.00-
29.00
grijs,
bruine
vlekken
langr. rand
en in het
midden
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten,
enkele platte slecht
gerolde kleine
kleilensjes
29.00-
30.00
grijs
fijn zand
opm.: parafine
doorgelopen tot
bijna aan basis
+
met zeer weinig
schelpfragmentjes
30.00-
30.65
grijs bruin
langs rand
fijn zand
++
iets meer schelpfrag-
menten dan erboven
vanaf 30.54, fijne mm
kleilaagjes, gebogen
31.00-
31.92
grijs
(bruine
rand)
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmentjes
op 31.40-31.50:
weinig schuine
gebroken kleilaagjes
31.92-
32.00
ontbreekt
32.00-
33.00
grijs
(smalle
bruine
rand)
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten
weinig platte, slecht
gerolde kleilensjes,
horizontaal en verti-
kaal
vanaf 32.60 m iets
meer schelpengruis
op 32.85-32.90:
schelpengruis
georiënteerd volgens
fijne evenwijdige
lamellen, die iets
kleiiger zijn
33.00-
34.00
ontbreekt
34.00-
34.68
grijs
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten (S1)
enkele
platte, slecht gerol-
de kleilensjes
34.68-
35.00
ontbreekt
35.00-
35.10
fijn zand, zelfde
sediment
35.10-
35.83
grijs
(bruin
langs rand)
fijn zand,
misschien iets
minder fijn dan
bovenliggend
++
middelmatige hoeveel-
heid schelpfragmenten
en schelpengruis,
soms geaccumuleerd
vage lenzen. Enkele
meer silteuze kleiige
zones
35.83-
36.00
ontbreekt
36.00-
36.74
grijs
fijn zand
++
middelmatige hoeveel-
heid schelpfragmenten
en schelpengruis (S3)
36.62-36.75: scherp
begrensde lens, bruin
fijn zand (S3)
36.74-
37.00
ontbreekt
37.00-
37.28
grijs
fijn zand
++
duidelijk
S3 (fragmenten en
gruis) weinig
kleilensjes
37.28-
37.65
bruin
middelmatig zand
++
S3 (fragmenten en
gruis) 37.86-37.98:
duidelijk begrensde
lens, grijs fijn zand
(S2) met erin harde
lens lemig fijn zand
35.10-
36.48
grbn (voor
oxidatie
gr)
fijn tot zeer fijn
zand, kleihoudend
middelmatig
gesorteerd, iets
minder fijn zand
bovenliggend se-
diment.Bevat
relatief veel
schelpgruis en
schelpfragmenten
die soms
geaccumuleerd zijn
in vage laminae en
lenzen. Bevat
enkele meer sil-
teuze/kleiige
zones, nestjes en
wolkjes
++
geleid, snel
wordt vanaf 36.40 ge-
leidelijk grover naar
onder toe, minder
goed gesorteerd met
aan de basis
geconcentreerd iets
meer schelpgruis.
Veel grove kwartskor-
rels
36.48-on-
derkant
ontbreekt
grbn (voor
oxidatie
gr)
fijn tot zeer fijn
zand kleihoudend,
middelmatig
gesorteerd. Bevat
minder schelpgruis
dan 35.10-36.48.
Weinig schelpgruis
en
schelpfragmenten.
Enkele onregel-
matige lenzen tot
laminae (mm-cm)
bestaande uit
platgerolde tot ge-
rolde kleibrokken
++
wordt vanaf 37.28
nogal snel grover
(middelmatig zand)
minder goed
gesorteerd en bevat
iets meer schelpfrag-
menten en -gruis.
Tussen 37.51 en 37.63
een zone met meer
silt/klei,hierdoor
ook beter
gekompakteerd (aan-
eengekit). Binnen die
zone enkele lenzen
met aaneengekit,
sterk silteus/kleiig
fijn zand
38.00-
39.00
grijs
fijn zand
++
38.02-38.07: leemlens
errond humsubrokjes
en schelpfragmenten
tot 38.40: S3
op 38.11, 38.16,
38.21, 38.30: fijne
mm kleilaagjes (wavy)
vervolgens S2
Op 0.79 en 0.85
gebroken fijne
kleilaagjes en
lenzen, gebogen
39.00-
39.11
ontbreekt
39.00-
39.89
grijs
fijn zand
++
tot 39.29: S2
vervolgens S3 (veel
fragmenten)
op 39.29: S georiën-
teerd als horizontale
laag van ±1 cm: veel
oesterfragmenten
39.89-
40.00
ontbreekt
40.00-
40.26
ontbreekt
40.26-
41.00
groengrijs
(bruine
rand)
middelmatig zand
++
veel schelpfragmenten
en schelpengruis (S4)
tot 40.55 vervolgens
S2 (weinig)
op 40.53: lens bruin
middelmatig zand
40.74-
41.00
ontbreekt
38.00-
38.32
hgrbn
naar onder toe
grover wordende
afwisseling van mm
tot cm-dikke
laagjes van:
- een weinig
golvende
kleilaagjes
- fijn tot zeer
fijn zand met
schelpgruis en
schelpfragmenten
naar onder toe
(vanaf 38.10) wordt
het zand grover
(middelmatig zand)
minder goed
gesorteerd en bevat
het meer en meer
schelpfragmenten
++
geleid, snel
38.32-
39.19
grbn
fijn, goed
gesorteerd, licht
klei- en
glauconiethoudend
zand met zeer
weinig fijn
schelpgruis en
enkele
schelpfragmenten.
Aan de top
(38.35-38.50) komen
veel schuingelaagde
mm-laminae van
fijnzandige klei
voor. Van 38.50-
38.58 treft men
enkele kleiige
zones aan, om vanaf
0.58 minder
kleihoudend te
worden
++
geleid, snel
38.72-38.88: zone met
enkele plat gerolde
kleibrokken,sommige
geconcentreerd in een
golvende lamina
Aan de basis (39.17-
39.19) meer
schelpgruis en
schelpfragmenten
39.19-
39.39
grbn
zelfde pakket als
38.32-39.19 doch
kleiner
++
geleid, snel
39.38-
39.88
grbn
(zelfde pakket als
38.32-39.19) doch
zonder basis met
meer schelpgruis:
onderkant
ontbreekt)
Fijn goed
gesorteerd, licht
klei en
glauconiethoudend
zand met weinig
schelpgruis en
schelpfragmenten.
Enkele kleinestjes
en kleiiger zones.
Vanaf 39.60 iets
meer
schelpfragmenten.
Diffuse horizontale
gelaagdheid is soms
op te merken
++
Tussen 39.58 en 39.62
komt er een zone voor
met veel fragmenten
van een oester
(waarschijnlijk 1
klep)
40.00-
40.76
hbn
middelmatig tot
fijn niet goed ge-
sorteerd,
kleihoudend zand.
Bevat vele kleiige
zones en lenzen,
soms platgerolde
brokjes. Bevat zeer
veel schelpengruis
en -fragmenten.
Vanaf ±4.45
vermindert de
hoeveelheid
schelpenmateriaal
enkele fragmenten van
gastropoden
Coarsening upwards
tussen 40.48 en
40.52 iets kleiiger
zone
41.00-
41.19
ontbreekt
41.19-
41.30
grijs
(randen
bruin)
fijn zand
+++
vaag
veelschelpfragmenten
en schelpengruis (S4)
41.30-
42.00
grijs
(randen
bruin)
fijn zand
+
zeer weinig
schelpfragmenten (S1)
met enkele zeer fijne
mm kleilaagjes,
gebogen: basis:
flasers top gebroken
laagjes
met enkele zeer fijne
laagjes schelpengruis
opm. kleilaagjes ver-
volgens in het bruine
zand d.w.z. bruine
kleur= artefact
42.00-
42.14
ontbreekt
42.14-
43.00
bruin
(bruine
rand minder
grijs)
fijn zand
+
met zeer weinig
schelpfragmenten en
weinig kleilensjes
42.30-42.41: zeer
fijne mm kleilaagjes,
gebogen
42.52-42.56: gebogen
(gebroken)
42.70-42.97: met
weinig kleiflasers
41.00-
41.07
hbn + rfbn
middelmatig tot
fijn, silt goed
gesorteerd
iets kleihoudend
zand met veel
schelpgruis en
kleine schelpfrag-
menten. enkele
silt/kleinestjes
die soms een
diffuse schuine ge-
laagdheid
suggereren
++
41.07-
45.33
hbn + rf bn
middelmatig tot
fijn, relatief goed
gesorteerd, iets
kleihoudend zand.
Enkele zeldzame
schelpfragmenten.
Geheel wordt
gekenmerkt door
soms sterk
opgebroken (door-
kropen ?)
kleilaminae en
lensjes, brokken en
nestjes (meestal
mm-0,5 cm)
flasertjes.
Enkele zeer fijne
laagjes schelpgruis
41.12-41.26: enkele
mm klei-lamina
flasertjes,
gebroken
41.26-42.07: enkele
mm-kleilensjes
41.69-41.75: enkele
schelpfragmenten
42.07-42.44: enkele
mm-kleilaminae en
lensjes, gebroken,
soms gebogen
43.00-
43.39
ontbreekt
43.39-
44.00
grijs
fijn zand
+
S1 met zeer fijne
gebogen mm
kleilaagjes en
kleilenzen (coarschy
interlayerd ?)
curved tot wavy non-
parallel
44.00-
44.09
ontbreekt
44.09-
45.00
grijs
fijn zand
+
S1 weinig fijne,
slecht gerolde
kleilensjes
44.25-44.30: fijne
gebogen kleilaagjes
44.35: schuin fijn
laagje schelpengruis,
evenwijdig met klei-
laagjes op 5 cm
erboven
45.00-
45.50
grijs
top F2; geleidelijk
aan zandhoudend
grind (tot 2 cm
silex grind)
scherp
groengrijze
kleilenzen
45.50-
groengrijs
klei
42.52-42.56: zeer
fijne mm-klei-
lensjes
42.70-42.97: iets
silteuzer
43.05-43.15: enkele
gebogen tot
gegolfde maar niet
parallelle
kleilensjes en
laagjes + een laag-
je met fijn
schelpgruis
43.33-43.48: enkele
0,5 cm- gelaagde
gebroken kleilenzen
en laminae
44.00-44.15: fijne
kleilensjes
44.18-44.20:
onregelmatige 0,5
cm -dikke
kleilenzen en
brokken
44.22-44.25: fijne
gebogen kleilaagjes
44.25-44.47: fijne
kleilensjes
44.48-44.50:
platgerolde
kleibrok
44.68-44.90: plat
gerolde kleilensjes
en brokjes
Vanaf 45.00 wordt
het zand iets
fijner en beter
gesorteerd. Er
komen enkele
laagjes voor (hori-
zontaal) van
kleiige zand
laminae (mm) vanaf
45.15
45.33-
45.36
heterogeen mengsel
van:
- ±fijn zand,
middelmatig gesor-
teerd
- grind, goed
gerold - 1 cm, wei-
nig
- kleiige lenzen
(van onderliggende
klei)
±scherpe,
erosieve
grens
45.36-
gnbn-bn
klei, met
bioturbaties aan de
top met een zandige
opvulling
-----------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
-----------------------------------------------------------------------------
Top * basis * STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
-----------------------------------------------------------------------------
0.00 - 45.36 m Kwartair
45.36 - 80.00 m Tertiair
-----------------------------------------------------------------------------
AUTEURS C. Baeteman, V. Maenhout, K. De Vos, Van Lemberge
-----------------------------------------------------------------------------
OPMERKINGEN EN ANALYSES
-----------------------------------------------------------------------------
Van Tot peilbas Beschrijving
0.00 47.00 -53.00 geen beschrijving
47.00 53.36 -59.36 grijsgroene klei, zeldzame siltige of zandige lamina's,
enkele concreties, basis scherp afgelijnd door hoger
prganisch gehalte, aan basis enkele cm diepe
doorwoeling onderliggende laag, tussen 51,00 en 48,50
hoger concentratie aan zandige gesideritiseerde fijn
gelamineerde lamina's, dikwijls gebioturbeerd, zandige
mm grote graafgangen
53.36 59.70 -65.70 grijsgroene klei met enkele mm dunne siltige lamina's
en fijnzandige stippen, progressieve overgang uit
onderliggende eenheid, aan de top enkele zandige mm
grote bioturbaties en enkele siltige tot fijnzandige
lamina's
59.70 69.30 -75.30 grijsgroen parallel gelamineerde klei, sporadisch
siltige en fijnzandige mm dunne lamina's en vlekken,
concreties waarrond jarosietische en pyritisatie,
nucleus dikwijls fossiel, mm dikke horizontale banding
in klei door variatie in organisch koolstofgehalte
69.30 72.80 -78.80 grijsgroene klei, enkele siltige lamina's en
fijnzandige stippen, aan top cm dik herwerkte zwartere
band, rijker aan organische koolstof
72.80 73.00 -79.00 verstoorde zwarte klei, hoog gehalte organisch
materiaal, jarosiet adering, aan bovenzijde
gepyritiseerd fossiel, boven en onderzijde graduele
overgang in respectievelijk boven- en onderliggende
laag door vermindering organisch materiaal
73.00 79.00 -85.00 grijsgroene klei met enkele mm dunne siltige lamina's
en fijnzandige stippen en enkele gejarosietiseerde en
gepyritiseerde concreties
______________________________________________________________________________
Formele stratigrafische interpretatie
Auteur:De Ceukelaire M.
Instituut:UG- Vakgroep Geologie en Bodemkunde
Datum:12/1998
Van Tot peilbas Strat1 Strat2
0.00 47.00 -53.00 Q T Q
47.00 54.00 -60.00 TtKo T TtKo
54.00 80.00 -86.00 Ko Ko
______________________________________________________________________________
BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
999A/0018 - KAARTBLAD: NOORDZEE
p. 1/2
***************************************************************************