Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 115E / 115E0948.txt

115E0948.txt

Opdracht: GEO-15/110
Plaats/site:
Gemeente: Halle
Boring: B3
Uitgevoerd door: GEOLAB
Datum uitvoering: 12/10/2015 - 12/10/2015
X: 140433.03
Y: 157756.48
Aanvangspeil: 37.92
Waterdiepte volgens
boorstaatgegevens: 4.10 (33.82 mTAW)

Lithologische beschrijving


Auteur: Dusar, Michiel Bedrijf/Dienst: Belgische Geologische Dienst (BGD)
Datum: 26/04/2016

Monster Diepte(m) Aard der grondlagen
G1 0.00-0.50 bruin licht lemig sterk siltig zand van industriële oorsprong, met steengruis (baksteen tot 3 cm, steenkool, sinter), met verharde leembrokken tot 3 cm groot, doorworteld
G2 0.50-1.00 geelbruine siltige loess, zeer homogeen, niet kleiig, kalkrijk,
opmerking: er is geen bodemprofiel ontwikkeld, de opeenvolging der lagen is dus niet
natuurlijk
G3 1.00-1.50 idem, iets kleiiger
G4 1.50-2.00 idem
G5 2.00-2.50 idem, blijft losgestapelde loess
G6-G7 2.50-3.50 geelbruine meer compacte kleihoudende loess
G8 3.50-4.00 geelbruine compacte loess, kalkrijk, blijft van siltsamenstelling met zeer beperkte kleibijmenging
G9 4.00-4.50 idem, wordt geleidelijk iets meer kleihoudend
G10 4.50-4.70 idem, wordt licht zandhoudend, blijft kalkrijk, licht kleihoudend
G11 4.70-5.00 beigebruine tot oranjebruine, licht kalkhoudende siltige klei, met beigegrijze reductiekern, blijft opvallend homogeen in samenstelling, niet meer zandhoudend (nieuw facies)
G12 5.00-5.50 idem, (opmerking: klei is quasi volledig geoxideerd, blijft vochtophoudend, dus relatief grote porositeit maar beperkte permeabiliteit), blijft kalkhoudend
G13 5.50-6.00 idem, zeer homogeen, geen grijze reductiekern, licht kalkhoudend
G14 6.00-6.50 wordt grijzer, bruin tot roestbruin oxiderende (0,50 cm brede oxidatiezoom), licht zandhoudende siltige klei, kalkloos, vast maar weinig of niet gecompacteerd, licht kneedbaar
G15 6.50-7.00 zelfde klei, met fijnzandhoudende laminaties waarlangs de klei scheurt en roestrood verkleurt
G16 7.00-7.50 zelfde klei, bevat een weinig zeer fijn zand
G17 7.50-8.00 idem, blijft grijze silteuze zeer fijnzandhoudende brokkelige kalkloze klei met bruine oxidatiezoom die 0,50 tot 1.00 cm breed is
G18 8.00-8.50 zelfde klei, sterker bruin geoxideerd, nochtans wat beter kneedbaar
G19 8.50-9.00 blijft grijze kneedbare silteuze klei met brede bruine oxidatiezoom, met vochthoudende scheurtjes met roestrode neerslag
G20 9.00-9.50 blijft grijze, bruin oxiderende silteuze licht fijnzandhoudende kalkloze klei
G21 9.50-10.00 klei wordt sterker zandhoudend met kleine grijze reductiekern omgeven door bruine kneedbare silteuze klei
G22 10.00-10.50 klei wordt zandiger, slapper en vochtiger aanvoelend, nochtans meer grijze reductiekern ten opzichte van roestig bruine oxidatiezoom (opmerking: klei met zandtextuur)
G23 10.50-11.00 lichte facieswijziging naar afwisseling tussen dezelfde zandhoudende silteuze grijze klei en lichtgrijs kleiig matig fijn zand met Liesegang-ringen, fijn doorworteld
G24 11.00-11.50 opnieuw grijze roestig bruin oxiderende zandhoudende silteuze klei, kalkloos, licht plastisch (maar nog slap), met kleine roestbruine kernen


Monster Diepte(m) Aard der grondlagen
G25 11.50-12.00 grijze silteuze klei overgaand in grijze fijnzandhoudende silteuze klei met donkerbruine kernen steeds met bruine oxidatiezoom, wordt licht kalkhoudend
G26 12.00-12.50 grijze zandhoudende silteuze klei, zeer licht kalkhoudend, met vaag begrensde kakibruine oxidatiezoom, met kleine zoetwaterschelpen van eenzelfde soort, type Pseudamnicola, maar ook dikschalig schelpgruis en tweekleppigen type Pisidium (monster lithotheek)
G27 12.50-13.00 donker paarsgrijze plastische klei, soms zandhoudend, kalkloos, met weinig schelpgruis, met ingesloten brokken van groengrijze klei, met afgeplatte perfect afgeronde donkere (frisse) silex rolkeien op cm-schaal (monster lithotheek)
G28 13.00-13.50 groengrijze, kakigrijs oxiderende silteuze fijnzandhoudende vastere klei, met vochthoudende zandrijke donkerbruine vlekken, zeer licht kalkhoudend
G29 13.50-14.00 blijft vastere, maar ook meer brokkelige, kalkhoudende silteuze klei (monster lithotheek)
G30 14.00-14.50 wordt kakikleurige zandhoudende, zeer licht kalkhoudende klei vol lamellen van grijze siltsteen afkomstig van lokaal sokkelmateriaal (monster lithotheek)
G31 14.50-15.00 blijft zeer licht kalkhoudende klei met grotere fragmenten, tot 5 cm lang, van dezelfde grijze siltsteen uit de sokkel, door verwering brosser geworden
G32 15.00-15.50 wordt bleekgroengrijze verweringsklei, kakibruin oxiderend, nog zeer licht kalkhoudend, met dezelfde steenfragmenten, weinig kleimatrix, monster blijft daardoor veel harder
G33 15.50-16.00 lichtgrijze, vaag kakibruin oxiderende zeer kleverige verweringsklei met dezelfde fijn klievende schieferige siltsteenfragmenten op cm-schaal, bijna kalkloos, vochtophoudend
G34 16.00-16.50 grijze verweringsklei, kalkloos in dezefde kleur als de siltsteenfragmenten, vaag kakibruin oxiderend (monster lithotheek)
kernkist 1 16.50-19.50 lengte is 3.00 m, volledige kernopbrengst
- van 16.50 tot 19.50 m: Lithologie: grijze fijnklievende fyllade volgens regelmatig
klievende rechte foliatievlakken met helling 80°, fyllade in frisse staat, foliatievlakken
vertonen vage graded bedding (bleek en donker afwisseling, hetzij dunne donkere =
meer kleiige laagjes tussen de dominante meer siltige hoofdlithologie);
rond 18.30 m (blijvend met cm-brede splijtvlakken) dunne (mm-schaal) bleekgrijze
zeer fijnzandige straticulaties die kleine hoek maken met foliatiesplijting (foliatie helt
80°, gelaagdheid helt 70°);
rond 19.00 m kwartsofyllade-achtige met bleekzandige en meer fylladerijke bandjes
op mm-schaal, lichtjes gecrenuleerd (monster lithotheek 19.00 m) terug fyllade tot
einde kern.
Structuur: de foliatievlakken doen de kern om de halve cm tot cm volledig
openbreken, in natuurlijke staat samenhangend, met weinig mangaanbruine
splijtvlakken (= geen actieve watercirculatie) rond 16.80 m, 17.30 m, 17.70 m
(op 17.75 m monster lithotheek met geribbeld 'gaufré' oppervlak, als gevolg van
kleine hoek tussen de metamorfe druksplijting en de gelaagdheid;
tussen de 17.75 en 18.25 m intacte kern, als gevolg van breder gespatieerde (cm-
schaal) foliatievlakken met vage graded bedding (bleek en donker afwisseling);
tussen 18.55 m en 19.05 m opnieuw intacte kern, zij het evengoed gefolieerd en uit
elkaar vallend, met bruine splijtvlakken (= zonder actieve watercirculatie) met
onderlinge spatiëring > 1 cm.
Opmerking: splijtvlakken zonder wrijfkrassen, soms lichte wafeling of crenulaties op
zandiger laminaties van kleine hoek tussen gelaagdheid en metamorfe drukspijting
(foliatie).
kernkist 2 19.50-21.30 lengte is 1.80 m, volledige kernopbrengst
- van 19.50 tot 21.30 m: Lithologie: grijze fyllade met druksplijting volgens foliatie
80°, met soms bleekgrijze zandige laminaties op mm-schaal ingevolge een
millimetrische afwisseling zand-klei (dit facies vertoont kenmerken van de fijnste
distale turbidieten of Bouma sequences, maar lijkt ook op varven)!, de donkere
laagvlakken zouden meer chlorietisch kunnen zijn, zandiger laminaties komen voor
tussen 19.70 m en 20.25 m en tussen 20.50 m en 21.00 m, de fyllade ertussen vertoont
dezelfde varve structuur, maar blijft in klei-silt korrelgrootte bereik;
er lijkt hier geen hoek te bestaan tussen gelaagdheid en foliatie (monster lithotheek
20.65-20.80 m).
Structuur: rechte bruine splijtvlakken met helling 70° (minder dan foliatie) op 19.75
m, 20.10 m, 20.50 m, met dichter gespatieerde bruine splijtvlakken vanaf 20.50 m;
de kern is vermoedelijk samenhangend geboord maar sterk uit elkaar gevallen uit de
kernbuis, behalve tussen 19.50 m en 20.25 m door bruine spijtvlakken in 3 gedeeld
met kernstukken tot 30 cm.
Opmerking: deze boring vertoont het meest uitgesproken fyllade facies en wijkt
daarmee af van de andere boringen. Er is weinig facies variatie, verschil in verwering
of tektonische vervorming in geheel de kernboring B3, wat doet vermoeden dat de
fyllade waterdicht is, zonder open spleten.


Informele stratigrafie


Auteur: Dusar, Michiel Bedrijf/Dienst: Belgische Geologische Dienst (BGD)
Datum: 26/04/2016

Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 0.50 Ophoging met industriële afval
0.50 4.70 Anthropogene ophoging met loess (natuurlijk materiaal, niet natuurlijke opeenvolging)
4.70 12.50 Holocene overstromingssediment (lijkt echter zeer homogeen)
12.50 13.00 Basis overstromingssediment
13.00 14.00 Pleistoceen overstromingssediment
14.00 16.50 In-situ verweerde sokkel, saproliet van het Massief van Brabant
16.50 21.30 Formatie van Tubize, Lid van Les Forges, fyllade facies.
Het is niet geweten of deze fyllade afzetting strategisch onder of boven het meer zandige Lid van
Rogissart ligt. Voorkeur gaat uit naar het bovenliggende Lid van Les Forges omwille van de grijze tot
donkergrijze kleur (in plaats van groen), de fijne turbidietische structuur en het niet opmerken van
magnetietkorrels.
Info: ncs.drupalgardens.com/lower-paleozoic/212-tubize-formation---tub-revised-december-2009-
herbosch
Gesteente in frisse staat.

Insert the GSB number to search all associated content