Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 115E / 115E0716.TXT

115E0716.TXT

*****************************************************************************
ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
-----------------------------------------------------------------------------
Kaart nr.: 115E
PLAAT: ITTRE
Nr.: 716 (II, a)
Type Boring: ontsluiting HSL werken
Topografische kaart: 39/2
Uitgevoerd te: Halle
Post nr.:
Adres boorplaats: Melkerijstraat, Halle, uitgraving van sifon onder de
spoorwegtunnel.
Opdrachtgever:
Boorfirma:
Boordatum: opname 20/06/1995
Topografie:
Stalen door:
Boormethode:
Lengte & doormeters:

Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust:
Tijdens pompen:
Debiet:
Waterzaak nr.:
Totale diepte:
Stalen bewaard:
Maaiveld / ref. peil: 26.8 m TAW basisniveau van uitgraving
X: tussen 140.885 en 140.900
Y: tussen 158.030 en 158.043
NIS code:

-----------------------------------------------------------------------------
BESCHRIJVING van de ontsluiting
-----------------------------------------------------------------------------
van * tot * AARD DER GRONDLAGEN
-----------------------------------------------------------------------------
De ontsluiting werd opgenomen in de tunnel van de HSL werken, ter hoogte van
de sifon voor leidingen onder de eigenlijke spoorwegtunnel, ongeveer 10 m
onder het dak van beton (basisniveau is 26.8 TAW). De sokkel is ontsloten
vanaf 8 à 10 m onder dit dak, daarboven is Quartair aanwezig (vanaf ongeveer
28 m TAW). De sifon uitgraving verloopt van noordwest naar zuidoost, er is
een ontsluiting langs de zuidwestwand en één langs de noordoostwand.

Het eerste deel van de ontsluiting werd continu opgemeten langs de
zuidwestwand, vanaf het meest zuidelijke punt (140.894, 158.030) aan de voet
van een secans-paal, naar het meest westelijke punt (140.885, 158.041) ook
aan de voet van een secans-paal, over ongeveer 17 m. De hier opgegeven
afstanden werden echter opgemeten loodrecht op de strekking, van zuid naar
noord, en stellen dus de reële dikte van de lagen voor.

0 m Groengrijze zandige laag, niet-magnetisch, s0 N70°W
vertikaal.
1.5 m Verbrokkelde siltsteen in fijne banken.
1.5 tot 2 m Zandige banken en fylladen met druksplijting. Duidelijke
situatie met druksplijting in tegenwijzerzin (“links”, L)
ten opzichte van gelaagdheid: (s0) N60°W80°S en (s1)
EW80°S. Het gesteente is lichtjes bruin verweerd.
2 tot 2.7 m Overwegend gespleten leisteen, niet-magnetisch, met
druksplijting zichtbaar N85°W70°S.
2.7 tot 3 m Zandsteenbank, minder verweerd, groener.
3 m tot 4.4 m opnieuw leisteen met druksplijting (s1) N80°W70°S, de
druksplijting is minder steil dan de gelaagdheid.
4.4 tot 5.3 m Zandige banken, (s0) N65°W vertikaal. De overgang rond 4.4
m naar schisteus gesteente gebeurt geleidelijk. De
druksplijting s1 is steeds in tegenwijzerzin “links” van de
gelaagdheid s0 en minder vertikaal. De zandige banken zijn
iets minder verweerd; wel bruine verwering in diaklazen.
5.3 tot 6 m Afwisseling siltsteen - fijne zandsteen, deze is slecht
geconsolideerd.
6 m Contact van leisteen met sterk uitgesproken druksplijting
(noordelijk) met zandsteen (zuidelijk). Gelaagdheid (s0)
N60°-55°W85°N, en (s1) N65°W80°N (andere helling dan
tevoren). Situatie “links”. De polariteit van de
gelaagdheid is dus naar het zuiden, in de hypothese van
turbidietische “fining upwards” sequenties.
(Er is een secans-paal van 7.5 tot 8.8 m, ongeveer 1.3 m
diameter). Juist ten zuiden van de secans-paal is er een
ondulatie in het vertikale verloop van de druksplijting
(coördinaten hier X = 140.885, Y = 158.041).

Het tweede deel van de opmeting, langs de noordoostwand, gaat ook loodrecht
op de strekking, van zuidoost naar noordwest, beginnende aan het meest
oostelijke punt (140.900, 158.039) van de ontsluiting, waar een reeks
aangrenzende secans-palen ten einde komt. Dit komt stratigrafisch ongeveer
overeen met het noordelijke uiteinde van de vorige beschrijving, 15 m
verschoven naar het oosten, volgens de strekking van de lagen.

0 tot 3 m Het gesteente kan maar 3 m gevolgd worden loodrecht op de
strekking. Het is groener, minder bruine Fe kleur in
diaklazen. Geen magnetisme.
Op 0 m zachte fijne groengrijze zandsteen, weinig
geconsolideerd, verweerd maar niet bruin, (s0) N55°W
vertikaal. Op 1.5 m midden in de wand leisteen met
druksplijting (s1) N75°W subvertikaal.
Op 3 m, coördinaten van dit meest noordelijke punt van de
ontsluiting, ongeveer X = 140.892 , Y = 158.043.

-----------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
-----------------------------------------------------------------------------
Top * Basis * STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
-----------------------------------------------------------------------------
Formatie van Tubize, Onder-Cambrium
-----------------------------------------------------------------------------
AUTEUR
-----------------------------------------------------------------------------
Walter DE VOS, 01/03/2001

BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST

115E/716 (II, a) KAARTBLAD: ITTRE
p. 2/1

Insert the GSB number to search all associated content