115E0712.TXT

*****************************************************************************
ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
-----------------------------------------------------------------------------
Kaart nr.: 115E
PLAAT: ITTRE
Nr.: 712 (I, d)
Type Boring: ontsluiting HSL werken
Topografische kaart: 39/2
Uitgevoerd te: Lembeek station
Post nr.:
Adres boorplaats: Onderdoorgang station van Lembeek

Opdrachtgever: Tuc Rail, werf Lembeek, project 2301.
Boorfirma:
Boordatum: opname 26/10/1994 en 6/12/1994
Topografie:
Stalen door:
Boormethode:
Lengte & doormeters:

Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust:
Tijdens pompen:
Debiet:
Waterzaak nr.:
Totale diepte:
Stalen bewaard:
Maaiveld / ref. peil: 36 m
X: ongeveer 139.580
Y: ongeveer 156.000
NIS code:

-----------------------------------------------------------------------------
BESCHRIJVING van de ontsluiting
-----------------------------------------------------------------------------
van * tot * AARD DER GRONDLAGEN
-----------------------------------------------------------------------------
De rots werd blootgelegd door de uitgravingswerken van de nieuwe
voetgangerstunnel, aan de zuidoostkant van het station van Lembeek, en ten
zuidoosten van de nieuwe bedding van de HSL.

Een eerste ontsluiting (open op 26 oktober 1994) is in de oostelijke hoek van
de uitgraving, over 5 m in NW-SE richting (loodrecht op het spoor), en
aansluitend 1.5 m over 90° gedraaid in richting SW (parallel met spoor).

O tot 3.80 m grijsgroene siltsteen tot fijne zandsteen, niet magnetisch,
geen gelaagdheid zichtbaar. Diaklazen volgens twee
richtingen, op N45°E75°N en N35°W vertikaal. Vanaf 3 m neemt
de intensiteit van de diaklazen toe. Belangrijkste diaklaas
staat van 2.5 tot 3.8 m op N40°E70°N. Vanaf 2.5 m is
druksplijting zichtbaar en is het gesteente leisteenachtig,
s1 op N48°W80°N in de leisteen.
3.80 tot 5.0 m Op 3.8 een lithologisch contact: harde zandsteen zonder
druksplijting (oosten) in contact met leisteen met
druksplijting (westen), gelaagdheid s0 N20°W85°W. De
druksplijting ligt in tegenwijzerzin t.o.v. de gelaagdheid
(“links”). De zandsteenbank is ongeveer 25 cm dik, en wordt
naar het oosten gevolgd door siltsteen met zelfde
druksplijting als voorheen (tot in de hoek op 5 m, en verder
naar het SW toe).
5.0 tot 6.5 m (Aansluitend, 90° gedraaid, nu van NE naar SW) Dezelfde
zandsteenbank van 25 cm dik is zichtbaar rond 5.50 m. Dan
volgt de leisteen-laag, dezelfde als van 2.5 tot 3.8 m. De
polariteit van de gelaagdheid is niet duidelijk.

Een tweede ontsluiting (open op 6 december 1994) ligt een twintigtal meter
meer westelijk, en werd opgenomen van SW naar NE langs de zuidoostberm van de
uitgraving die hier in noordoostelijke richting verloopt, evenwijdig met het
spoor (zie schema). De ontsluiting is niet in goede staat.

0 tot 2.40 m Afwisseling van grijsgroene fijnkorrelige zandsteenbanken
en schiefers. Niet magnetisch. Op 1.80 m druksplijting s1
op N30°W77°E. Op 2 m een laagje van fijne zandsteen. Op
2.20 m gelaagdheidsvlak s0 N10°W85°W tot vertikaal; aan de
westkant groengrijze zandsteen, aan de oostkant grijzere
leisteen met druksplijting s1 op N36°W80°E. Druksplijting in
tegenwijzerzin (“links”) t.o.v. gelaagdheid.
2.40 tot 3.20 m Overwegend zandsteen.
3.20 tot 4.10 m Schieferig.
4.10 tot 4.40 m Laagje van zandsteen over 30 cm.
4.40 tot 4.80 m Leisteen met druksplijting s1 N22°W87°E (of is dit s0?).
4.80 tot 5.50 m ontsluiting onderbroken.
Rond 5.50 m fijnkorrelige zandsteen zichtbaar. Nog steeds niet
magnetisch.
5.60 tot 6.9 m niet ontsloten, daarna continu ontsloten tot 10.40 m.
6.9 tot 8.20 m Overwegend leisteen. Meting van druksplijting (of zijn het
diaklazen?): N50°W70°NE op 7.10 m, N40°W85°W op 7.60 m (is
dit s0 ?), N40°W85°E op 7.80 m.
8.20 tot 8.50 m een zandige bank.
8.50 tot 9.15 m schieferig.
9.15 tot 9.50 m zandsteenbank. Op 9.50 duidelijke gelaagdheid s0 N30°W85°W.
9.5 tot 9.9 m Schieferige laag met s1 N65°W vertikaal, in tegenwijzerzin
t.o.v. s0.
9.9 tot 10.40 m zandsteenlaag. Nota: de zandsteen is steeds fijnkorrelig in
dit profiel. Er werden geen magnetische laagjes gevonden.

De polariteit van de gelaagdheid is niet duidelijk in dit profiel, alhoewel
de duidelijkste contacten (op 2.20 m en op 9.50 m) zouden wijzen op
polariteit naar het westen, in de hypothese van turbidiet-sequenties met
fining upwards graded bedding.


-----------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
-----------------------------------------------------------------------------
Top * Basis * STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
-----------------------------------------------------------------------------
Formatie van Tubize, Onder-Cambrium
-----------------------------------------------------------------------------
AUTEUR
-----------------------------------------------------------------------------
Walter DE VOS, 30/01/2003
BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST

115E/712 (I, d) KAARTBLAD: ITTRE
p. 2/1