Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 105W / 105W0345.TXT

105W0345.TXT

PL. LANDEN 105W

Nr. 345 (I,a)

Peilput
Uitgevoerd te: Linter (Oplinter)
Bij Oud Station
door: n.v. Smet
Datum: juni 1980
Topografische ligging opgetekend ter plaatse
Grondstalen verzameld door de boormeester
Coordinaten:
X: 194.620 Z: (35,25)
Y: 167.985
Boringsmethode: gestoken en gekernd
Grondwaterstanden: bij ruststand:
Hoogte van het maaiveld: 35,25 m
Opeenvolgende doormeters: 100 mm
Totale diepte: 93 m


0.00 - 1.00 m

geen kern - opvulling met steenblokken.


1.20-2.00 m (0.80 m)

0.20-0.25: Zwarte tot donkergrijze kleihoudend en leemhoudend fijn zand met
baksteengruis
0.25-2.00: licht bruine geelachtig leemhoudend zand met brokjes zuivere leem,
kalkhoudend, en met verspreide platte silexkeien en grindjes,-
stuk ijzerslak - opvulling.


2.00-3.00 m (0.80 m)

Bovenaan grijs leemhoudend zand, met bakstenenbrokken
0.20-0.45: Zelfde lichtbruin geelachtig leemhoudend zand en met brokjes kalkrijke
leem (opvulling ?)
0.45-0.60: grijze vette leem met veel stippels en brokjes veen geen kalk; scherp
contact onderaan met organisch materiaal onderstreept.
0.60-0.80: donkergrijs bruinachtig fijn zandige leem met veel organisch materiaal
0.80-1.00: donkergrijze groenachtige kleirijke leem met zeer veel zwarte stippels
en enkele brokjes plantenresten, geen kalk; de zwarte stippels
oxyderen zeer snel.


3.00 - 4.00 m (0.80 m)

0.20-0.32: bruine leem, kalkloos
0.32-0.60: bruine leem, iets lichtere kleur, een weinig fijn zandig kalkhoudend
0.60-0.90: bruine vette leem, geen kalk, veel sporen van plantenresten
0.90-1.00: idem, doch donkergrijs met veel zwarte (pyriteuse stippels).


4.00 - 5.00 m (0.90 m)

0.10-0.32: donkergrijze vette leem, rijk aan organisch materiaal en aan brokjes
veen.
0.32-0.45: lichter bruinachtig grijs silteus zeer fijn zand, oorspronkelijk
gelaagd, doch sterk gebioturbeerd, de lichtere laagjes zijn fijn
zandige laagjes, die sterk kalkhoudend zijn.
0.45-0.80: donkerbruine vettige kleirijke leem, veel organisch materiaal
(stengeltjes en veenbrokjes), bovenaan een grote brok veen en
houtresten; onderaan fijne vlekjes vivianiet.
0.80-1.00: donkergrijze zelfde vettige leem, kalkhoudend en met heel fijne
gastropoodjes (zoetwater mollusken).


5.00 - 6.00 m (0.82 m)

0.18-0.82: zelfde vettige leem, bruin roestig met twee donkerbruine humeuze meer
kleiige zone van 0.30-0.40 en van 0.65 tot 0.75; overal zoetwater-
schelpjes (mollusken en gastropoden) en veel vivianiet-vlekjes, naar
de basis zeer veel schelpgruis
0.82-0.96: wit-grijze moeraskalk met zeer veel schelpjes
0.96-1.00: bleekgrijze kleiige leem.


6.00 - 7.00 m (095 m)

0.00-0.06: idem, iets donkerder kleur t.t.z. meer organische en meer kleiig
materiaal; talrijke schelpjes.
0.06-0.32: moeraskalk, met 2 lemige zones 0.06 tot 0.10 en van 0.21 tot 0.25
doorworteling of doorgroeiing van 0.17-0.32; brokjes veen op
0.15 kalkfzetting rond stengeljes.
0.32-0.90: veen met lichtere kleiige en lemige zones met veel schelpjes van
0.35-0.38; van 0.44 tot 0.50, van 0.60-0.63, van 0.72 tot 0.77
het veen bevat voornamelijk hout en zegge
0.90-0.95: roestige kalkrijke en kleiige leem met vivianiet en schelpjes.


7.00 - 8.00 m (0.40 m)

Op 0.60: grote steen doorsnede 6 cm, gerold, bestaande uit een glauconiet-
houdende kalkrijke zandige klei, poreus (= Tuffeau de Lincent)
0.60-0.66: veen, geen kalk, sterk ontbonden
0.66-1.00: bleekgrijze iets kleiige leem, glimmerhoudend tot 0.80 met aanrijking
met humeus en donkerder gekleurd.
Op 0.72 gebroken zwarte silexkei, kalkhoudend vanaf 0.80.
Diffuus gelaagd met meer kleiige bandjes; enkele kleine onduidelijke
kruipgangetjes.


8.00 - 9.00 m (0.95 m)

Lichtbruin grijsachtige leem bovenaan, geleidelijk overgaand tot fijn zandige
leem onderaan, fijn gelaagd met lichtere en donkerder (meer humeus en kleiiger)
laagjes en met op 0.23, 0.35, 0.39, 0.50, 0.59, 0.66, 0.80 en 0.85 laagjes en
voegjes matig fijn hoekig glauconiethoudend zand.
De gelaagheid is verstoord en opgestulpt, waarschijnlijk door waterontsnapping
uit de grovere zones (convoluted bedding)


9.00 - 10.00 m (0.97 m)

0.03-0.07: zelfde bleek grijze leem
0.07-0.10: los hoekig matig fijn zand
0.10-0.21: zelfde leem vermengd met het matig fijne zand ook heel fijn gelaagd
en vervormd.
0.21-0.33: hoofdzakelijk het matig fijn los lichtgroen zand met nog vage
gelaagdheid.
0.33-0.40: bovenaan 1,5 cm donkerder bruingrijze leem zonder gelaagdheid, erover
heel fijn gelaagde leem, met enkele zandvoegjes, eveneens vervormde
gelaagdheid.
0.40-0.42: scheef contact bovenaan met het losse zand
0.42-0.44: lichtbruine gelaage leem, met boven aan 2 diaprische uitstulpingen
0.44-0.65: zelfde matig fijn (of tamelijk fijn) zand ook enigszins gelaagd
(laagjes met leem) scheve en gekruiste gelaagdheid scheef contact
onderaan.
0.65-1.00: terug licht bruingrijze gelamineerde leem (lichtere en donkerder
laminae) met enkele laagjes fijn groen glauconiethoudend zand
van 0.82-0.85, van 0.86-0.89 en onderaan.


10.00 - 11.00 m (0.79 m)

0.21-0.66: zelfde grijsbruine leem, gelamineerd ook met dunne laagjes los groen
zand, de laminae zijn sterk vervormd (gebogen, geplooid en verknepen)
0.66-0.71: hoofdzakelijk zelfde los groen zand
0.71-0.80: zelfde gelamineerde en vervormde leem, met stengeltje of wortel-
doorgang
0.80-0.81: een wig groen gelamineerd zand
0.81-0.83: zelfde leem
0.83-1.00: donker grijsgroen fijn kleiig glauconiethoudend zand, vermengd met
grof kwartszand en met gebroken zwarte silexkeien, gecacholoniseerde
silex en kwarts grind.


11.00 - 12.00 m (0.75 m) Bewaarde monsters

Donkergrijs (droog heel licht grijs) zeer fijn kleiig
zand, half en onregelmatig versteend met onregelmatig
verdeeld iets grovere glauconietkorrels, glimmerhoudend,
geen kalk; heel fijne tekening door bioturbatie. 11.50


12.00 - 13.00 m (0.60 m)

Donker grijsgroen heel fijn sterk kleiig zand glauconiet- en
glimmerhoudend, heel onregelmatige slierten en lensjes door
bioturbatie, lichtere vlekken zijn sterk zandig, grover
weinig kleihoudend, donkerder stroken met sterker klei-
houdend zand, en plaatselijk brokken zuiver vette heel donker-
groene klei het zand is half verhard; op 0.80: een kleien
pyrietconcretie met gepyritiseerde sponsnaaldjes; grote
kleibrok op 0.85 12.60


13.00 - 14.00 m (0.95 m)

zelfde grijsgroen zand, gelaagd en gebioturbeerd, zwak
vanaf 0.80 13.60


14.00 - 15.00 m (0.65 m)

Zelfde sterk kleiig zand, kalkhoudend, grote steen
(diameter 9 cm) op 0.80 14.70


15.00 - 16.00 m (1.00 m)

Veel donkerder en schijnbaar homogener zeer fijn
kleirijk zand tot fijn zandige klei met talrijke zachte
versteningen, vooral van 30-40 van 45 tot 60;
de klei is duidelijk doorkropen, de bioturbatie is veel
fijner en intenser, kalkhoudend, glauconiethoudend,
talrijke diaklazen, die heel nat zijn en blijkbaar
watervoerend zijn. 15.50


16.00 - 17.00 m (0.98 m)

idem, heel donker, van 0.45 tot 0.90 in min en meerdere
mate versteend, kalkhoudend heel zeldzaam sporen van
schelpen, gebioturbeerd en nestjes met grotere
glauconietconcentratie. 16.50


17.00 - 18.00 m (0.95 m)

Idem, zeer kleiig tot klei bovenaan (0.30 m) min of
meer versteend van 0.30 tot 0.60; pyrietvlekjes en op
0.60 een gepyritiseerd, platgedrukt plantenstengeltje
ronde zandsteenconcreties (een kalkzandsteen, een 17.50
andere gesilicifieerd ?) op 0.40; (slijppl. 17.40 m)
onderste gedeelte (0.40 m) zeer sterk kleikhoudend zeer
fijn zand, hard, lichtjes versteend.


18.00 - 19.00 m (1.00 m)

Idem, de zandigste gedeelten zijn het meest verhard en
met meest kalkhoudend, de meest kleiig zijn het minst
verhard; veel diaklazen, vooral in de zandige 18.50
versteende gedeelten.


19.00 - 20.00 m (1.00 m)

Idem, min of meer versteend over de ganse lengte geen 19.50
kalk tot 0.80, geleidelijk meer naar onder toe soms heel
dunne bleke bandjes in de half versteende gedeelten
(o.a. op 19.75 - slijpplaatje)


20.00 - 21.00 m (0.75 m)

Idem, weinig of niet kalkhoudend, tenzij een 10 cm 20.50
grote hardere zandsteen tussen 0.70-0.80, zandige klei
tussen 0.50 en 0.60; vele diaklazen, zeer nat; de zand-
steen (van 0.70 tot 0.80) vertoont op het zaagvlak donker
bruine vlekken (organisch materiaal ?) en enkele heel
vage sporen van bioturbatie en een ongelijke verdeling
van het glauconiet.


21.00 - 22.00 m (1.03 m)

Idem, licht versteend, zwak kalkhoudend. Vanaf 0.50 21.50
heel sterk kleihoudend tot zandige klei. Op 0.50:
grote glijspiegel.


22.00 - 23.00 m (0.85 m)

Idem, harde zandstenen, sterk verbrokkeld tot 0.65,
kalkhoudend en met glauconietrijke vlekken (kruipgangen
van organismen) grotere harde zandstenen 22.50
tussen 0.30 en 0.50 (slijpplaatje 0.50); vanaf 0.65
sterker kleihoudend tot klei, zachtere zandstenen,
zwak kalkhoudend.


23.00 - 24.00 m (0.50 m)

Idem, doch lichter van kleur en meer bruin groenachtig
hoofdzakelijk heel fijn zandige klei, bijna geen diaklaas-
vlakken, slechts lichtjes versteend, licht kalkhoudend 23.75


25.00 - 26.00 m (0.82 m)

Idem, afwisselend kleiig zand en zandhoudende klei, 25.50
glauconiethoudend, sterk gebioturbeerd, sterk
verbrokkeld en plaatselijk verhard en versteend,
duidelijk watervoerend in de spleten, plaatselijk
kalkhoudend.


26.00 - 27.00 m (0.85 m)

Idem, sterk kleiig tot klei bovenaan. 26.50
Zwak kalkhoudend in de onderste helft (versteend)


27.00 - 28.00 m (1.00 m)

0.00-0.10: zandhoudende klei, kalkhoudend
0.10-0.50: verhard kleiig zand, kalkhoudend met grote stukken 27.50
van 0.10 tot 0.75 en van 0.30 tot 0.50
0.50-0.65: sterk kleiig zand, meer kalkhoudend
0.65-1.00: hoofdzakelijk zandsteen, afwisselend meer en minder verhard


28.00 - 29.00 m (1.00 m)

Idem, meestal kalkhoudend, onderaan zwak kalkhoudend, iets
hardere zandsteen tussen 0.30 en 0.40, vanaf 0.60 tot 1.00,
brokkelige zandsteen 28.50


29.00 - 30.00 m (0.85 m)

Idem, kalkhoudend, sterk brokkelige zandsteen, steeds sterk
kleiig, doch geen uitgesproken kleilaagjes 29.50


30.00 - 31.00 m (0.90 m)

idem, in de zandsteen zijn duidelijk, vooral in de
gelaagdheidsvlakken, afdrukken van spons spicula 30.50
(heel fijne naaldjes), afwisselend meer en minder
kalkhoudend, vooral rond 0.80 kalkhoudend


31.00 - 32.00 m (1.00 m)

idem, van 0.45 tot 0.80 grote zandsteenbrokken, elders
sterk verbrokkelde zandsteen; kalkhoudend over gans de
lengte. 31.50


32.00 - 33.00 m (0.70 m)

Idem, verbrokkelde zandsteen, kalksteen 32.50


33.00 - 34.00 m (0.55 m)

0.45-0.65: zelfde kalkhoudende kalksteen
0.65-1.00: grijze vette klei, zandhoudende en
glauconiethoudend, kalkhoudend 33.80


34.00 - 35.00 m (0.50 m)

terug zelfde zandsteen, met spons spicula, kalkhoudend
gebroken in brokken groter dan 5 cm diameter. 34.80


35.00 - 36.00 m (1.00 m)

0.00-0.20: idem zachte brokkelige zandsteen
0.20-0.35: terug grijze vette zandhoudende en glauconiethoudende
klei kalkrijk 35.30
0.35-1.00: terug heel brokkelige zachte zandsteen,
kalkrijk


36.00 - 37.00 m zakje: idem (klei met zandsteensplinters)


37.00 - 38.00 m (0.70 m)

0.30-0.40: grote hardere zandstenen, kalkrijk met foraminifeer
0.40-1.00: sterk kleiig tot zandige klei, heel lichtjes
verhard 37.50


38.00 - 39.00 m (0.75 m)

0.25-0.35: idem, harde zandsteen
0.35-0.55: heel lichtjes verharde zandige klei 38.50
0.55-0.65: vette zandhoudende klei
0.65-1.00: idem, terug sterk verbrokkelde doch
plaatselijk harde zandsteen


39.00 - 40.00 m (0.30 m)

Idem: harde zandsteen, kalkhoudend 39.80


40.00 - 41.00 m zakje:

1 stuk harde kalkrijke zandsteen
(droog heel licht grijs) met schelpjes 40-41


41.00 - 42.00 m (0.10 m)

Donkergrijs groene glauconiethoudende hardere
zandsteen, veel sponsnaaldjes en kalkrijk (sporen van
schelpen) 41-42


42.00 - 45.60 m geen kernen.


45.60 - 46.75 m (0.60 m)

Grijze kleirijke fijnkorrelige poreuze zandige
siltsteen, kalkrijk, met zeer veel fijne openingen van
sponsnaaldjes, glauconiethoudend, terug afwisselend 46.25
iets minder en meer zandig.


46.75 - 48.40 m (0.75 m)

Idem; diaklazen, steilstaand, kalkrijk, met grotere 48.00
gepyritiseerde boorgaten 48.20


48.40 - 48.80 m (0.35 m)

Idem - veel brokstukken van kernen 48.70


48.00 - 49.00 m (0.65 m)

0.35-0.60: grijze vette glauconietrijke en
kalkhoudende klei 48.50
gebioturbeerd 48.90
0.60-1.00: heel donkergrijze groenachtige zandhoudende
en glauconietrijke klei, met plaatselijk
zachtere zandstenen (vooral
glauconietkorrels, met afdrukken van
sponsnaaldjes)


49.00 - 50.00 m (1.00)

0.00-0.22: (een weinig gestoord bovenaan)
licht grijze tot witachtige kalkrijke klei
of mergel met versteningen tussen 0.15 en
0.22 m 49.50
0.22-1.00: zelfde witachtige mergel kleine zware
pyrietvlekjes, soms met gepyritiseerde
sponsnaaldjes, plaatselijk een weinig
verhard.


50.00 - 51.00 m (1.00)
50.40
Zelfde lichtgrijze mergel, soms met heel fijne wittere
bioturbatie vlekjes, en zwarte pyriteuze vlekjes een 50.45-50.65
verstening tussen 0.10 en 0.18


51.00 - 52.00 m (1.05 m)

Zelfde mergel, grijsachtig doch met talrijke donkere
vlekken welke bestaan uit zandige mergel met pyriet 51.50
in de poriën, soms zijn deze vlekken duidelijk
opgevulde boorgangen, doch meestal zijn het diffuze
vlekken; ook kleine fijne bioturbatie


52.00 - 53,00 m (105 m)

Zelfde mergel, heel bleek, bijna wit soms lichtjes
verhard en gespleten, meestal horizontaal doch ook
vertikaal; bovenste 5 cm nog grijs zoals hierboven 52.50
met duidelijke fijne bioturbatie; elders ook soms fijn
gebioturbeerd, doch veel minder duidelijk.


53.00 - 54.00 m (1.03 m)

Zelfde mergel, lichtgrijs gevlekt met iets donkerder
grijze vlekken, plaatselijk lichtjes verhard, soms 53.50
nogal brokkelig (diaklazen erin), soms sporen van
ligniteuze brokjes.


54.00 - 55.00 m (1.05 m)

Zelfde mergel, licht grijs met kleine zwarte vlekjes en
soms blekere fijne bioturbaties; zeer egaal plastisch,
geen verhardingen meer. 54.50


55.00 - 56.00 m (1.05 m)

Zelfde mergel, licht grijs met diffuze donkerder grijze
vlekken en met zelfde zwarte stippen en kleine zwarte
vlekjes; soms ook wittere vlekken die meer gelijken op 55.50
brokjes wittere mergel dan op bioturbaties


56.00 - 57.00 m (1.05 m)

Zelfde mergel, tot 0.25 m witachtig met vanaf 0.20
fijne wittere vlekjes in een iets grijzere grondmassa;
van 0.25-0.75: donkerder grijze mergel met veel zwarte
meer vlekjes en ook iets geelachtige vlekken, die op
boorgangen gelijken.
Tussen 0.25 en 0.30 zijn er duidelijk brokken lichtjes
verharde wittere mergel met fijne bleke bioturbaties en
ertussen veel losser donkergrijze mergel 56.50
0.75-1.00: terug bleke mergel met veel minder zwarte
stippen en vlekken.


57.00 - 58.00 m (1.07 m)

Zelfde grijze mergel, grote donkerder diffuze vlekken
tussen 0 en 0.40 57.50


58.00 - 59.00 m (1.00 m)

Bovenaan donkergroene kalkhoudende klei met rolkeien
van grijs groene kleiige zandsteen, 1 platte silexkei
en hoekige stukken, slechts weinig gerold van zelfde
zandsteen.
Waarschijnlijk naval uit de basis van de Formatie van
Landen zelfde licht grijze diffuus gevlekte mergel. 58.50
Op 0.50: een donkergrijze vlek met kleine korreltjes
zandsteen (1 à 2 mm diameter)


59.00 - 60.00 m (1.00 m)

Zelfde grijze mergel, bovenaan lichtgrijs met wittere
brokjes; het grijze is iets fijn zandige silthoudende
mergel; over de ganse lengte grijze diffuze 59.50
vlekken, die soms scherp afgelijnd zijn en op boorgaten
gelijken.


60.00 - 61.00 m (1.05 m)

Zelfde grijze mergel met grijze vlekken en stippen,
gebioturbeerd, plaatselijk een weinig verhard:
donkerder grijs fijn zandige silteuse mergel met kleine 60.50
witte vlekjes en draadjes.


61.00 - 62.00 m (1.00 m)

Zelfde grijze gevlekte mergel, gebioturbeerd 61.50


62.00 - 63.00 m (1.05 m)

0.00-0.10: zelfde mergel met talrijke fijne witte
bioturbaties 62.30
0.10-0.55: zelfde bleke mergel, met talrijke grote
diffuze donkerder vlekken 62.80
0.55-1.00: overwegend donkerder grijze en weinig fijn
zandige en silteuze waterhoudende mergel met
kleine bleke vlekken, sterk gebioturbeerd en
met grotere boorgaten (tot 2 cm diameter)


63.00 - 64.00 m (1.03 m)

Zelfde donkerder grijze fijn zandige silthoudende
mergel sterk gebioturbeerd 63.50


64.00 - 65.00 m (0.90 m)

0.10-0.40: zelfde grijze zandige mergel, erg los
0.40-1.00: idem, doch vastere mergel, minder zandig en
vaster, fijne bioturbatie en grotere 64.50
boorgangen


65.00 - 66.00 m (1.05 m)

terug heel bleekgrijze witachtige mergel, vast en
plastisch met heel fijne bioturbatie (kleine bleke
vlekjes), met diffuze zwarte vlekjes en met zwarte 65.50
vlekjes en met zwarte stipjes.
Bovenaan een paar boorgangen, opgevuld met de
donkergrijze zandige mergel (diameter 1 à 1,5 cm)
onderaan een grote zwarte vlek (organisch materiaal ?)
en een fijne boorgang met zwarte rand


66.00 - 67.00 m (1.06 m)

Idem, zelfde bleke mergel, een weinig zandig en
silthoudend en glimmerhoudend in de zandige zones,
sterk gebioturbeerd: wittere 66.50
vlekjes met zuivere mergel, en donkerder meer zandige
vlekjes, verder onregelmatige zwarte laagjes en zwarte
stippen


67.00 - 68.00 m (1.06 m)

Iets donkerder mergel, veel zandiger (heel fijn zand),
heel sterk gebioturbeerd; een grotere zandige zone tussen 67.50
0.74 en 0.78 op 0.85 een 7 cm lange donkere gestoorde boorgang


68.00 - 69.00 m (1.06 m)

Bovenaan 6 cm idem als hierboven met scherp gebogen
contact onderaan.
0.00-0.25: heel fijn grijs silteus kalkrijk zand met
veel mergelige zones en vlekken, heel sterk
gebioturbeerd
0.25-0.70: zelfde zand, doch met duidelijke blekere
slierten zones, die binnenin geplooide en
gebogen gelaagdheid hebben door hogere
concentratie van de mergel. De blekere zones
zijn door turbulentie herwerkte pellets, soms
afgegleden en vervormd, en verstoord door
boorgangen
0.70-1.00: donker grijs heel fijn mergelig zand nog
steeds met bioturbaties (onregelmatige
diffuze vlekken en slierten)


69.00 - 70.00 m (1.06 m)

Donkergrijs tot bijna zwart heel fijn korrelig
glauconiethoudend tot glauconietrijk zand met talrijke
kleiige vlekken en slierten, diffuus door bioturbatie -
kalkhoudend tot kalkrijk 69.50
Op 0.53: spoor van een schelp
Op 0.90: een witte kalkloze zandsteen met boorgaten en
een lichte glauconietcoating 69.90
(steen)

70.00 - 71.00 m (1.00 m)

0.00-0.70: idem, minder kalkhoudend, bijna zwart, en
nog steeds met kleiige diffuze zones en
slierten
0.70-1.00: zelfde zand, doch met veel minder klei, zwak
kalkhoudend


71.00 - 72.00 m (0.70 m)

0.30-0.78: zelfde zwart zand, sporen van kalk
een schelp op 0.75, nog enkele zeldzame
kleibrokjes en zones van zuiverder minder
kleiig zand, heel fijn glauconieth. 71.50
0.78-1.00: gestoord: mengeling van zelfde zwart, met
zwarte klei, een brokje grijs witachtig
calcareniet en silex (zwarte 71.90
grijze, gebleekte), sommige met glauconiet
coating aan de buitenkant


72.00 - 73.00 m (0.35 m)

0.65-0.73: grote bleekgrijze silex met kleinere
silexsplinters
0.73-1.00: wit-grijs iets geelachtig fijnkorrelig
calcareniet, soms lichtjes verhard enkele
vage sporen van bioturbatie (ringetjes 72.80
mergelig krijt)


Geboord met luchthamer van 73 - 93 m Diepte

73*-76*: zelfde calcareniet met silexsplinters 76.00
77*: haast uitsluitend silexsplinters
(grijze silex en gesilicifieerd calcareniet)
78-81: zelfde silex met zelfde calcareniet
82*-86*: haast uitsluitend gesilicifieerd grofkorrelig
krijt, soms nog gedeeltelijk kalkhoudend
87-89*-93*: zelfde calcareniet (grofkorrelig krijt) met
silexsplinters, grotere in m 90 en met
gesilicifieerd krijt brokstuk in 93.



INTERPRETATIE

Kwartair: 0.00 - 11.00 m
Formatie van Landen: 11.00 - 49.00 m
Formatie van Heers: Mergel v. Gelinden: 49.00 - 68.00 m
Zand van Orp: 68.00 - 72.80 m
Krijt: Tufkrijt van Maastricht: 72.80 - 93.00 m (geboord)

P. LAGA - 1980

Insert the GSB number to search all associated content