Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 101E / 101E0565.TXT

101E0565.TXT

***************************************************************************
ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
---------------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 101E
PLAAT: HALLE
Nr: 565 (VIII, b)
Type Boring: geotechnische boring nr. BGM 8
Topografische kaart: 31/6
Uitgevoerd te: Buizingen
Postnr: 1501
Adres boorplaats: langs HST spoorlijn nr 96 (brussel-Zuid - Bergen)
(plan 3 km: 10.55 tot 13)
Opdrachtgever: Rijksinstituut voor Grondmechanica (RIG)
Boorfirma: RIG (opdracht 9460-89/140
Boordatum: 16-19/10/1989
Topografie: volgens liggingskaart 1/10.000
Stalen door: boormeester De Cabooter
Boringsmethode: droog en gekernd
Lengte & doormeters:

Grondwaterstanden:
1ste maal: 5.06 m
Bij rust:
Tijdens pompen:
Debiet:
Waterzaaknr:
Totale diepte: 18 m
Stalen bewaard: door RIG
Maaiveld/ref. peil: + 31.62 m
X: 142115
Y: 159980
NIS-code: 23013

---------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
---------------------------------------------------------------------------
Nr * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
---------------------------------------------------------------------------
1 0.50 Groenig geel fijn zand, glimmerhoudend, met metaalslakken.
2 1.00 Idem, wat plantenresten.
3 1.50 Bruingebande vaste leem (silt).
4 2.00 Donkerbruingrijze vaste leem (silt); plantenresten.
5 2.50 Donkerbruin licht kalkhoudende leem, met baksteen en
steenkool.
6 3.00 Donkerbruine leem, licht kalkhoudend (silt)
7 3.50 Idem.
8 4.00 Idem + blekere bruine iets fijnzandige leem.
9 4.50 Donkergrijze vaste kalkhoudende leem, fijnzandig; met weinig
silex.
10 5.00 Idem.
11 5.50 Donkerbruine kleiige leem, grijs in de kern.
12 6.00 Bruine kleiige leem, met kalkhoudende blekere banden.
13 6.50 Idem, ook met donkere meer venige bandjes.
14 7.00 Idem.
15 7.50 Kalkrijke bruingrijze kleilge leem met schelpenhuisjes.
16 8.00 Donkerbruingrijze kleihoudende leem met schelpen,
kalkhoudend.
17 8.50 Bleker bruingrijze sterk kalkhoudende zandige leem met
schelpen.
18 9.00 Bruingrijze leem met donkere banden, kalkhoudend, geen
schelpen.
19 9.50 Grijze zandige leem, sterk kalkhoudend, wat schelpenresten en
keien: silex, groene zandsteen.
20 10.00 Idem.
21 10.50 Bruingrijs lemig zand, sterk kalkhoudend, met schelpengruis
en zwarte korrels.
22 11.00 Bruingrijs fijn kalkhoudend zand, met schelpenbrokjes;
binnenin grijs gereduceerde zones.
23 11.50 Groenbruin lemig zand, sterk kalkhoudend; silex brokken; met
donkere korrels.
24 12.00 Bleker bruin lemig zand vol keitjes, vooral silex, van fijn
grind tot grof zand.
25 12.50 Grof hoekig grind (min 7 cm); afgeronde silex, melkkwarts,
vaste kwartsiet, zandsteen.
26 13.00 Idem (keien min. 12 cm), veel sokkelmateriaal groene + paarse
kwartsiet, roestbruine silex, aderkwarts; donkere fyllade en
kwartsfyllade.
27 13.50 Idem, keien min. 15 cm.
28 14.00 Idem, grootste keien in bleekbruine kwartsietische zandsteen;
veel afgeplatte donkere tot paarsachtige fyllade.

Kist 1 : 14 - 11:
14.00 - 14.50: groengrijze harde slecht gesorteerde zandsteen tot
arkose: keien of vaste rots ?
14.50 - 16.00: bleekgroengrijze siltiet, soms met donkere bandjes;
helling vermoedelijk subvertikaal; Monster BGM8 - 15.50 m
met donkere korrels (magnetiet ?) QI = 0.

Kist 2: 16 - 18:
Monster 17 m: magnetietkorrels in en om donker bandje in
bleekgroengrijze siltiet. helling 80 - 85 : splijtingen
in dominerend zelfde richting, vert. 30 verdraaid en 15
van 16-17 m: QI = 0.68
van 17-18 m: QI = 0.45 Litho: Idem : bleekgroengrijze siltiet, met wat
donkere laminaties, waarin en waarrond soms magnetiet
Bemonsterd voor chemische analyse: 17.2 - 17.5 m (geband
monster)

---------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
---------------------------------------------------------------------------
Top * basis * STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
---------------------------------------------------------------------------
0.00 - 14.50 m: Kwartair
0.00 - 2.50 m: gestoord
2.50 - 7.00 m: leem
7.00 - 12.50 m: zandige leem met schelpen
12.00 - 14.50 m: grind, sokkelblokken aan basis
14.50 - 18.00 m: Sokkel, Assise van Tubize, type Fabelta.
---------------------------------------------------------------------------
AUTEUR M. Dusar & H. Goethals 07/03/1990
---------------------------------------------------------------------------

---------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
---------------------------------------------------------------------------
Nr * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
---------------------------------------------------------------------------

Aanvullende waarnemingen. Integrale beschrijving, zie:
M. Dusar & H. Goethals 07/03/1990

W. De Vos, 03/05/1994 en 11/05/1994
Algemeen: Magnetisch, grote kristallen (tot 1 mm). Vaak in
diaklaasvlakken op 70-75° die zijn ontwikkeld volgens de
gelaagdheid.
Siltite très fine finement laminée et niveaux vert sombre
chloritique ou parfois homogène.
Niveaux chloritiques en cristaux magnétique: cf. unité
Fabelta (L. André, 1990).
16.3 Monster voor susceptibiliteitsmeting.
17.2 Brokje en magnetiet-chloriet-ader voor collectie.
Monster voor analyse (Au: 14 ppb, De Vos, 1991).
17.5 Brokje siltiet zonder ader.
Monster voor analyse (Au: 6 ppb, De Vos, 1991).
Algemeen: S1 35° So op niet georienteerde stalen.
Indien de zwarte pijlen op de kernen naar beneden wijzen,
liggen de lagen omgekeerd volgens L. André's criterium.
(Toename magnetiet door Fe-gehalte per sekwentie.)
Ook volgens So steiler dan S1 liggen de lagen omgekeerd.
17.30: So: 70° en Si: 60°
S1 35° cw So

K. Piessens, 26/02/2003.
Algemeen: Veel brokstukken, aantal blijkbaar roch georiënteerd.
Fijne bleekgroene (silsteen of) kleisteen.
Doorsnede door zeer fijne donkere bandjes (<1 mm) die zijn
gegroepeerd in bandjes van ~1 cm. Dit is speciale vorm van
turbidieten (cf. A. Herbosch). Komen voor doorheen hele
boring. Magnetietkristallen in chlorietniveaus.
18.00 So: 75°
16.50 So: 75°
16.70 So: 77°
17.30 So: 75° en Si: 65°, hellen in zelfde richting
Si 15° cw So
Hoekrelatie ook typisch voor andere stalen, maar deze zijn
niet georienteerd.

-------------------------------------------------------------------------
AUTEUR W. DE VOS & K. PIESSENS, 11/08/2003
---------------------------------------------------------------------------

Insert the GSB number to search all associated content