101E0443.TXT
Pl. HALLE 101E
M.GULINCK
Nr 443 (IX)
Boring No 17 uitgevoerd te LOTH,
voor de Autosnelweg Brussel-Paris,
Bruggen en Wegen door de Firma Van Heugten van Hamont.
Topographische ligging opgetekend volgens plan van
Bruggen en Wegen.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang der werken: 19.8.1952.
Einde der werken: 20.8.1952.
Boringsmethode. zonder inspoeling.
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd: 4 m.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel: 49.595.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN. Diepte (m.)
1 - 2 Limon grisâtre-un gros débris de grès
siliceux bruxellien 0.50 1.00
3 Limon gris clair 1.50
4 Limon gris-jaunâtre 2.00
5 Limon brun-jaunâtre 2.50
6 Sable fin, un peu limoneux-brunâtre 3.00
7 - 8 Limon très sableux, brunâtre 3.50 4.00
9 Limon brun finement sableux 4.50
10 Limon gris-brunâtre, avec cailloux de grès
bruxellien 5.00
11* Limon gris-brunâtre argileux 5.50
12 Argile sableuse grise micacé, rubifiée,
calcarifère 6.00
13 -14 Argile peu sableuse grise 6.50 7.00
15 -16* Argile grise compacte 7.50 8.00
17* Argile avec sable glauconifère, calcarifère 8.50
18 Argile grise compacte-non calc 9.00
19 idem, avec parties sableuses 9.50
20 Argile grise compacte 10.00
21 -24 Argile grise, un peu sableuse 10.50 12.00
25 Argile grise, compacte 12.50
26 -27* Argile grise avec parties un peu sableuses 13.00 13.50
28 Argile compacte 14.00
29 -30* Argile sableuse 14.50 15.00
INTERPRETATION GEOLOGIQUE: M. GULINCK, 27.3.1954.
PLEISTOCENE : 0.00- 6.00M.
YPRESIEN: 6.00-15.00m.
---------------------------------------------------------------------------
Pl. HALLE 101E
M.GULINCK
No 443 (IX)(suite)
Boring No 18 uitgevoerd te LOTH,
voor de Autosnelweg Brussel-Paris,
Bruggen en wegen, door de Firma Van Heugten van Hamont.
Topographische ligging opgetekend volgens plan van
Bruggen en Wegen.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang der werken: 20.8.1952.
Einde der werken: 21.8.1952.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd: 3 m.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel:44.8803.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN. DIEPTE (m).
1 - 2* Sable très fin, gris avec taches ocreuses
un peu limoneux 0.50 1.00
3 Sable gris mi-fin 1.50
4* Sable gris brunâtre, assez grossier 2.00
5 idem, très rubifié 2.50
6 Sable brunâtre, fin, très limoneux 3.00
7 Sable brun-roux, limoneux 3.50
8 Sable roux hétérogène, cohérent, assez
grossier 4.00
9 Limon très sableux brun avec débris de grès
fistuleux 4.50
10 Sable argileux brun, hétérogène avec débris
de grès fistuleux 5.00
11 Argile gris-brunâtre compacte 5.50
12 Argile grise compacte 6.00
13 -20 Argile grise compacte, parfois finement
sableuse 6.50 10.00
INTERPRETATION GEOLOGIQUE: M. GULINCK, 29.3.1954.
Pleistocène: 0.00- 5.50 m.
Ypresien 5.50-10.00 m.
