093W0627.TXT
**********************************************************************
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS & TECHNISCHE GEGEVENS
------------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 93W
PLAAT: Bilzen
Nr: 627 (VII, c)
Type Boring: peilput LP 9a
Topografische kaart: 34/1
Uitgevoerd te: St. Huibrechts-Hern
Postnr:
Adres boorplaats:
Opdrachtgever:
Boorfirma: P.V.B.A. Peeters
Boordatum: 2.12.1986
Topografie: opgetekend door P. Van Wichelen
Stalen door: de boormeester
Boringsmethode: met inspoeling
Lengte & doormeters: 113/125 filter: 22-25 m
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust :
Tijdens pompen:
Debiet :
Waterzaaknr:
Totale diepte: 25 m
Stalen bewaard:
Maaiveld/ref. peil: 98,929 m; rand peilbuis: 98,875 m
X:
Y:
NIS-code:
------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
------------------------------------------------------------------------
Nr * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
----------------------------------------------------------------------
1 1.00 bruine leem + humusbrokjes
2 2.00 idem + silexbrokjes
3 3.00 geelbruine leem met dunschalige schelpfragmenten
(Turitella ?), weinig venig materiaal
4 4.00 idem
5 5.00 geelbruine leem + groengrijze silteuze klei + schelp- fragmenten (Turitella)
6 6.00 donkergroengrijze silteuze klei, zwak micahoudend + Turitella's (enige)
7 7.00 groengrijze silteuze klei (iets plastischer) met fijn schelpengruis + mica's
8 8.00 idem
9 9.00 idem met bruinige silteuze (weinig zandig) klei + zwak micahoudend + sporen van fijn schelpengruis
10 10.00 groene zeer plastische klei + talrijke silexkeitjes + schelpen (Turritella) en schelpengruis (veel) en zwak glauconiethoudend
11 11.00 idem maar minder silex, kalkhoudende kleivlekjes
12 12.00 blauwgrijs groene zandige klei met talrijke dikwandi- ge schelpfragmenten (donker groengrijze plastische kleibrokken; naval ?)
13 13.00 bruingroene plastische klei + groenblauwe plastische kleibrokken + veel schelpengruis
14 14.00 idem, soms plaatsen met zandig materiaal
15 15.00 overmaat blauwgroene plastische klei + talrijke dikwandige schelpfragmenten
16 16.00 sterk zandige groengrijze (blauw) klei met schelp- fragmenten
17 17.00 groengrijs (blauwe) plastische klei (overwegend) + veel schelpenresten, minder zandig
18 18.00 idem, maar minder zandig
19 19.00 donker grijsgroene klei + enkele schelpfragmenten (fijne) + bleke zandsteenbrokjes
20 20.00 kleihoudend donker grijsgroen zand + veel bleke zandsteenfragmenten + enkele zandige kleiplaatsen
21 21.00 idem
22 22.00 bruingroen kleihoudend zand gemengd met plastische kleibrokjes + fijn schelpengruis + silexsteentjes + zandsteenbrokjes (bleek)
23 23.00 groenbruin fijn glauconiethoudend zand + zeer fijn schelpengruis
24 24.00 idem
25 25.00 idem, meer glauconiet
------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
------------------------------------------------------------------------
Top * basis *STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
------------------------------------------------------------------------
-------------------------------------------------------------------
OPMERKINGEN EN ANALYSES
-----------------------------------------------------------------------
filter van 22 tot 25 m (basis)
--------------------------------------------------------------------
AUTEURS
------------------------------------------------------------------------
C. Vandormael & H. Chambart
**********************************************************************
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS & TECHNISCHE GEGEVENS
------------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 93W
PLAAT: Bilzen
Nr: 627 (VII, c)
Type Boring: peilput LP 9b
Topografische kaart: 34/1
Uitgevoerd te: St. Huibrechts-Hern
Postnr:
Adres boorplaats:
Opdrachtgever:
Boorfirma: P.V.B.A. Peeters
Boordatum: oktober 1986
Topografie: opgetekend door P. Van Wichelen
Stalen door: de boormeester
Boringsmethode: met inspoeling
Lengte & doormeters: 113/125
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust :
Tijdens pompen:
Debiet :
Waterzaaknr:
Totale diepte: 53 m
Stalen bewaard:
Maaiveld/ref. peil: 98,870 m; rand peilbuis: 98,647 m
X:
Y:
NIS-code:
------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
------------------------------------------------------------------------
Nr * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
----------------------------------------------------------------------
Beschrijving analoog aan peilput LP 9 c
------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
------------------------------------------------------------------------
Top * basis *STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
------------------------------------------------------------------------
-------------------------------------------------------------------
OPMERKINGEN EN ANALYSES
-----------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------
AUTEURS
------------------------------------------------------------------------
**********************************************************************
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS & TECHNISCHE GEGEVENS
------------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 93W
PLAAT: Bilzen
Nr: 627
Type Boring: Peilput LP 9C
Topografische kaart: 34/1
Uitgevoerd te: St. Huibrechts-Hern
Postnr:
Adres boorplaats:
Opdrachtgever: voor BGD
Boorfirma: Peeters
Boordatum: oktober 1986
Topografie: opgetekend door Van Wichelen
Stalen door: door de boormeester
Boringsmethode: kernboring tot 42,70 m
Lengte & doormeters: 168 mm - 57/63 mm
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust :
Tijdens pompen:
Debiet :
Waterzaaknr:
Totale diepte: 72 m
Stalen bewaard:
Maaiveld/ref. peil: 98.929 m - rand peilbuis: 98,703 m
X:
Y:
NIS-code:
------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
------------------------------------------------------------------------
Nr * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
----------------------------------------------------------------------
1. 0.00 - 0.25 m : geen kernen
2.50 - 3.50 m (0.96 m)
bruine kalkrijke leem
0.00-0.41: blekere leem, gelaagd met enkele donkerbruine oxidatievlekken (Fe, Mn)
Op 16 loess poppetje
0.41-0.96: gestoorde leem, met donkerbruine zone van 40 tot 51
2.50 - 3.90 m (0.15 m)
bruine roestkleurige leem, gelaagd, verbogen aan de randen, kalkhoudend. Tussen 11 en 12 cm groenachtige minder geoxideerde zone. Op 10 cm grindje wit kwartsiet.
2. 3.90 - 5.40 m (1.30 m) (0.50 + 0.25 + 0.55)
0.00-0.05: gestoorde kern
bleekgrijze silteuze klei geoxideerd
0.05-0.50: bleekgrijze silteuze klei met enkele sporen van fijn schelpen- gruis en sporen van ligniet (ligniteuze vlekken); gelaagdheid is aan de randen naar onder toe verbogen. Top nog oxidatie
0.50-0.72: grijzige silteuze zwak micahoudende gelaagde klei met fijne schelpjes
0.72-1.00: groen grijze silteuze klei met talrijke veeninspoelingen - kalkhoudend zwak micahoudend enige dunwandige schelpfragmenten
Op 92: bruine kleihoudende zandlaag van ±1 cm. Naar boven toe minder veeninspoelingen.
1.00-1.20: verbrokkelde kern. Bruine silteuze klei met veensporen, zwak micahoudend en fijne dunwandige schelpjes - kalkhoudend
Top - roestkleurige horizont
1.20-1.30: afwisseling van laagjes donkergrijze klei en meer silteuze groen grijze klei (lichter gekleurd)
Top: bruinig gekleurd - kalkloos
3. 5.50 - 6.90 m (0.40 + 0.30 ?)
0.00-0.40: bruine silthoudende klei (weinig kalkhoudend) gelaagd, met verscheidene veeninspoelingen (homogeen over gans de kern) en fijne dunwandige schelpen
0.40-0.70: sterk verbrokkelde kern (juiste lengte ?). Groen-grijze silthoud- ende klei met sporen van fijne schelpjes - micahoudend en inspoelingen van organischhoudend materiaal.
4. 6.90 - 7.90 m (0.75 m (0.35 + 0.40)
0.00-0.05: sterk verdroogde kern. Aan de top geel bruine sterk kalkhoudende zandlensjes (loess poppetjes ?)
0.05-0.35: blauw grijze silthoudende klei-kalkloos met veeninspoelingen die naar boven toe toenemen. Tot 15 sterk veenhoudend. Tussen 33 en 35 groene zandige klei, zwak glauconiethoudend - kalkloos - micahoudend. Contact verstoord (zanden naar beneden gebogen)
0.35-0.45: groene silteuze micahoudende klei - kalkloos
0.45-0.65: groenige silteuze klei niet kalkhoudend afgewisseld met geel bruin zwak kleihoudend tamelijk fijn zand - enkele glauconietkor- rels. Onderste 5 cm geel bruin zandige klei - niet kalkhoudend.
Dikkere zandlaagjes naar boven toe.
0.65-0.75: grof grind bestaande uit silexkeien D variërend tussen 3 à 4 m = grootste
5. van 7.90 - 8.90 geen keren
6. 8.90 - 9.60 m (0.60 m)
0.25: donkergrijs-groene tot plaatselijk zwarte vettige klei met talrijke schelpfragmenten o.a. cerithium en heterogeen grind (veel) fragmenten tot 5 cm groot (silexkeien) met vlekken van bruine leem, vooral aan de basis van het grof grind. Het grind verfijnt lichtjes naar boven toe.
0.25-0.45: grijs-blauwe plastische klei - geen schelpfragmenten meer - zwak kalkhoudend. Onderaan vlekken van witte kalk (mergel)
0.45-0.60: naar beneden toe meer en meer kalk met schelpfragmentjes (aan buitenkant van de kern)
7. 9.60 - 10.10 m (0.70 m)
20 cm recup. van vorige kern
0.00-0.13: bleekgrijs-blauwe plastische kalkrijke klei met nog steeds witte vlekken kalk. Aan de basis grindniveau (±2 cm) met gebroken silexfragmenten.
0.13-0.28: grijsblauwe plastische klei, plaatselijk schelpniveautjes (fijne bandjes fijn schelpengruis)
0.28-0.31: schelpenniveau - fijn dunwandig schelpengruis in een matrix van zandige klei
0.31-0.43: grijs blauwe plastische klei
0.43-0.47: weerom schelpniveau in zandige kleimatrix
0.47-0.70: donkergrijs blauwe plastische klei - niet kalkhoudend. Naar de basis toe vrijwel zwarte klei.
8. 10.10 - 11.40 m (1.10 m)
0.00-0.75: donkergrijs blauwe plastische klei. Bovenaan lignietbrokje (klei eerder donker tot zwart). Vanaf 25 cm meerdere pyrietnestjes en op 26 cm wormgangvormige pyrietconcretie - kalkloos
Vanaf 45: fijn schelpengruis - neemt toe en wordt grover naar beneden
0.75-0.80: blekere kalkrijke zone - rijk aan schelpengruis
0.80-0.88: bleek groen-grijs kalkig zwak kleihoudend zand (mergel) met talrijke schelpenfragmenten
0.88-1.00: bleek grijs-wit gevlekt zeer kalkrijk kleihoudend zand - mergel - iets minder en fijner schelpengruis
(0.70)
0.00-0.08: grijs blauwe met groenige vlekken vettige klei met fijne schelpfragmentjes
0.08-0.13: schelpengruis in een kleiige matrix met witte kalkvlekken
0.13-0.21: grijs-blauwe plastische klei met fijne kalkrijke vlekjes (fijn schelpengruis)
0.21-0.70: grijs-blauwe plastische klei met bruine vlekken - met nog fijne kalkige vlekjes maar minder dan hierboven
9. 11.40 - 12.40 m (0.92 m)
0.00-0.03: groen blauwe plastische klei, vermengd met een weinig lemig materiaal, fijn schelpengruis en gebroken silexfragmentjes (naval)
0.03-0.30: grijs-blauwe plastische klei met bruine vlekken (vooral tussen 20 en 30) - fijn schelpengruis, weinig talrijk, verspreid over de kern (schelpen zijn deels opgelost)
0.30-0.40: zelfde klei, maar schelpengruis is toegenomen (tussen 38 en 40 zeer schelprijk niveau bestaande uit fijne dunwandige schelpfrag- menten)
0.49-0.92: blauwgrijze plastische klei met bruingele en zwarte vlekken (organsich materiaal ?). Tussen 48 en 51 een zwarte band. Fijn schelpengruis, weinig talrijke (verspreid). Hier en daar kleine intercallaties van zandig materiaal.
10. 12.40 - 13.40 m (1.30 m
0.00-0.05: grijs blauwe plastische klei vermengd met lemig materiaal, schelpengruis, gebroken en afgeplatte silexfragmenten (naval)
0.05-0.32: grijs-blauwe plastische klei met geelbruine en zwarte vlekken verspreid over gans de kern. Vrijwel geen schelpengruis
0.32-0.73: zelfde klei maar met kalkige inspoelingen. o.a. tussen 35-38 cm en rond 45 cm - witte kalkvlekken. Op 52 cm een kalknodule (4 cm D)
Vanaf 54-59 weerom kalkrijke zone (fijne kalklamellen) naar onder toe zijn de kalklamellen regelmatiger en goed afgelijnd. Klei wordt iets donkerder van kleur.
0.73-1.03: groen-blauwe plastische klei met talrijke bruine en weinig zwarte vlekken verspreid over de kern
1.03-1.15: groen-blauwe plastische klei met enkele zwarte vlekken en kalkstippen
1.15-1.22: licht grijs-groene kleiige siltlens. Tamelijk veel fijn schelpen- gruis
1.22-1.30: groen-blauwe plastische klei met schelpfragmenten (deels opgelost) + fijne lensjes van silteus materiaal
11. 13.40 - 14.90 m (130 cm)
0.00-0.10:grijsblauwe plastische klei met silexfragmenten waaronder lemig materiaal (naval)
0.10-0.57: groen blauwe plastische klei met banden schelpenmateriaal. Ook zones van opgeloste schelpenniveau's.
0.57-0.60: bleek beige middelmatig, zwak micahoudend - kalkloos zand met fijn schelpengruis (o.a. cerithium)
0.60-0.70: zelfde zand maar met talrijke donkerder - kleurige klei intercal- laties van donkerbruin kleihoudend zand (meer en meer van dit laatste naar de basis toe)
0.70-1.07: bruin kleihoudend fijn homogeen zand (wordt kleiiger naar de top toe) - kalkloos kleur wordt groeniger naar de basis toe
1.07-1.20: grijs blauwe ±plastische klei met talrijke intercallaties van bruin kleihoudend zand - kalk- en schelploos
1.20-1.30: bruin kleihoudend fijn zand vermengd met groene (±plastische klei)
12. 14.90 - 16.20 m (0.50 m)
0.00-0.10: blauwgrijze vettige klei vermengd met geel bruine leem - enkele zeldzame schelpfragmentjes + silexkeien
0.10-0.30: grof grind bestaande uit o.a. gebarsten silexkeien (vorstwer- king ? - Kwartair) en zwarte afgeplatte silexkeien (Rupel ?) naval !
0.30-0.44: grijsgroen sterk kleihoudend fijn zand, met enkele mica's
0.44-0.50: bruin fijn homogeen kwartszand
13. 16.20 - 17.50 m (1.65 m)
0.00-0.05: groen zwak glauconiethoudend middelmatig fijn zand (naval) vermengd met blauwgrijze plastische klei.
0.05-0.20: grijs-blauwe plastische klei met fijne zandintercallaties en witte vlekken - hier en daar vlekjes organisch materiaal
0.20-0.30: zelfde klei, maar hier 2 zones van ±3 cm rijk aan organisch materiaal (±zwart gekleurd) eveneens aanwezigheid van zandinter- callaties - kalkloos
0.30-0.40: grijs blauwe plastische klei met zwarte vlekjes organischhoudend materiaal - naar beneden toe eveneens licht bruine vlekjes
0.40-1.65: blauw-groene plastische klei met meerdere licht-bruine vlekken ook organischrijke zwarte vlekken. Rond 65 en 1.20 witte kalkzones (terug neerslag van opgeloste kalk ?)
Over gans de kern eveneens enige zandige intercallaties (miniem). Laatste 35 cm rijk aan kalkrijke zones, hier afwisseling van fijne bandjes kalkrijk materiaal en plastische klei (subhorizontale banding)
14. 17.50 - 18.90 m (0.90 m)
0.00-0.07: grijs blauwe plastische klei, met schelpfragmenten en enkele kalkige niveaus van mm dik. Naar onder toe is klei donkerder van kleur, organischhoudend
0.07-0.07,50: (±0.5 cm) veenniveau
0.08-0.20 ?: sterk verbrokkelde kern, donkerbruin fijn tot zeer fijn humeus zand.
0.20-0.70: donker groen-grijze zandige klei; indien aan de lucht blootge- steld bruinkleurig. Kalkstippen en strepen. Roestvlekken + zwarte vlekken (organisch materiaal ?)
0.70-0.80: donker groen-grijze zandige klei (zandiger dan hierboven met meerdere kalkvlekken) + vlekken okerkleurig middelmatig fijn zand; roestconcreties. Wordt meer en meer zandig naar boven toe. Aan de top verscheidene kalkpebbels.
0.80-0.90: geel-groen fijn homogeen zand vermengd met een weinig blauw-grijze plastische klei (vooral aan de basis). Geheel is heel kalkvrij, bleekgekleurd en bevat enkele schelpfragmenten, veenrestjes en roestvlekken.
15. 18.90 - 20.20 m (1.30 m)
0.00-0.10: eerste 4 cm sterk verbrokkeld. Bleek homogeen fijn kwartszand met enkele roestvlekken. Erg kalkhoudend.
0.10-0.30: grijs bruin homogeen fijn kwartszand met donkerbruine vlekken. Op 20 cm vlekken grijze plastische klei (naval ?). Aan de top zwak kleiige zone die geheel groen gekleurd is. Kalkloos.
0.30-0.55: sterk verbrokkelde kern, bestaande uit grijs-bruin fijn homogeen zand vermengd met groen zwak glauconiethoudend fijn zand
0.55-1.05: overwegend groen homogeen fijn kleihoudend (zwak) zand - glauconiethoudend. Enkele mica's kleine roestconcreties verspreid over gans de kern. Men heeft eigenlijk vlekken en strepen van donkerder groen kleihoudend zand in lichter, geel groen zand
1.05-1.30:grijs-groen tot groen glauconiethoudend en zwak micahoudend middelmatig tot fijn homogeen zand met subhorizontale gelaagd- heid. Zwak kleihoudend.
16. 20.20 - 21.70 m (1.50 m)
0.00-0.10: blauw grijze plastische klei (naval) vermengd met grijs-groen glauconiethoudend middelmatig tot fijn zand
0.10-1.50: grijs-groen tot groen glauconiet- en micahoudend middelmatig tot fijn homogeen zand. Op 60 cm roestvlekken.
Tussen 56-60 en tussen 100-130 meerdere okerkleurige subhorizon- tale strepen van zwak kleihoudend zand.
17. 21.70 - 23.20 m (1.40 m)
0.00-0.80: grijs-groen glauconiethoudend en micahoudend homogeen fijn zand (veel mica's). Op 60 cm enige roestvlekken. Op 40 cm donkergroene zwak kleihoudende scheefgestelde laagjes.
0.90-0.95: groen zwak kleihoudend-glauconiet- en micahoudend fijn zand
0.95-1.40: grijs-groen micahoudend en glauconiethoudend fijn homogeen zand met roestvlekken onregelmatig verspreid over hele kern. Geheel is schelploos en kalkloos.
18. 23.20 - 24.70 m (1.50 m)
(sterk verbrokkelde kern)
0.00-0.10: blauw groene plastische klei vermengd met zand (naval)
0.10-0.35: groen glauconiethoudend fijn homogeen zand
0.35-1.50: groen-grijs glauconiethoudend - kalkloos fijn homogeen zand + glimmers
Van 60 tot 80 onregelmatige lenzen (verstoord) donkergrijze plastische klei (naval ?)
Roestvlekken verspreid over gans de kern. Geen schelpen.
19. 24.70 - 26.20 m (1.50 m)
verbrokkelde kern van 24.70 tot 25.20 m
0.00-1.50: homogeen groen-grijs middelmatig tot fijn glauconiethoudend kwartszand. Kalk- en schelploos.
Op 25 ±5 cm brede roestkleurige zone.
Op 41 fijn laagje donkergrijs zand (subhorizontaal)
Op 52 enige roestbruine horizontale bandjes.
Van 60 tot 90 bleker gekleurd groengrijs middelmatig fijn glauconiethoudend zand. Vanaf 90 tot 113 meerdere roestvlekken.
20. 26.20 - 27.70 m (1.50 m)
0.00-0.10: blauw groene plastische klei vermengd met zand + silexkeien = naval
0.10-0.23: licht kleihoudend okerbruin fijn tot middelmatig fijn zwak glauconiethoudend homogeen zand - kalkloos - geen schelpen
0.23-0.63: licht groen-grijs fijn homogeen zand - zwak glimmer- en glauco- niethoudend. Geen schelpen - kalkloos - enkele kleipebbeltjes. Roestvlek op 57 cm. Op 63 cm geoxideerde ringvormige structuur.
0.63-1.50: roest-bruin fijn homogeen zwak glauconiethoudend - zwak glimmer- houdend zand. Vanaf 110 grijs-groene vlekken. Zwak kleihoudend zand - enkele kleivlekjes. Op 124 roestvlek. Geen schelpen - kalkloos.
21. 27.70 - 29.20 m (1.50 m)
0.00-0.60: okerbruin zwak glauconiethoudend + glimmerhoudend homogeen middelmatig fijn zand met enige roestvlekken, vooral aan de basis. Rond 35 cm enige bleekgrijze vlekken. Ook enkele donkere gekleurde kleine kleivlekjes verspreid over gans de kern - geen kalk - schelploos
0.60-1.50: bruin-groen fijn homogeen zwak glauconiethoudend en glimmerhou- dend zand met meerder grijs-groene (donkerder) kleiig vlekken. Grote schelpen o.a. op 85 cm, 100 cm en 145 cm. Enkele roestvlek- ken verspreid over gans de kern.
22. 29.20 - 30.70 m (1.50 m)
0.00-1.30: bruin groen zwak glauconiethoudend fijn homogeen zand met glimmers + donkerder grijs groene kleiige vlekken. Ook enige lichtgrijze zandvlekken (waarschijnlijk door ontkalking ont- staan). Eveneens verspreid over gans de kern vrij grote roest- vlekken. Schelpen weinig talrijk, verspreid over gans de kern o.a. grote Ostrea op 30 cm.
1.30-1.50: donker grijs-groen kleihoudend zand. Zwak glauconiethoudend + glimmers, enige lichtere vlekken en bruin-groen fijn zand. Enige schelpen, verspreid.
23. 30.70 - 32.20 m (1.50 m)
0.00-0.04: plastische klei (naval)
0.04-1.50: grijs-groen fijn kleihoudend zand, zwak glauconiethoudend - glimmers - kalkloos met grijs-groene blauwe kleiige vlekken. De top (±20 cm) meer kleihoudend. Schelpen weinig talrijk - onregelmatig verspreid over gans de kern. Grote schelp op ±15 cm (deels opgeloste schelpwand).
24. 32.20 - 33.70 m (1.50 m)
0.00-1.50: grijs groen homogeen fijn zwak glauconiethoudend zand met glimmers en donker grijs-blauwe kleiige vlekken (talrijker aan de top). Tussen 24-44 overwegend grijs blauw kleirijk zand. Op 40 kalkpoppetje - schelpfragmenten onregelmatig verspreid over gans de kern (niet erg talrijk). Eveneens lichtere grijzige vlekken, vermoedelijk door oplossing van kalk over gans de kern (schelpen zijn dikwijls voor een gedeelte opgelost).
25. 33.70 - 35.20 m (1.50 m)
0.00-1.50: grijsgroen fijn homogeen zand met glimmers - zwak glauconiethou- dend met verspreid donkerder grijs blauwe kleivlekken. Naar de basis toe kleiiger. Hier en daar schelpfragmenten die deels opgelost zijn. Op 80 kalkpoppetje.
26. 35.20 - 36.70 m (1.50 m)
0.00-1.50: grijs groen fijn homogeen zwak glauconiethoudend zand met glimmers. Hier en daar donkere grijs-blauwe kleiige vlekken. Top (0-10) overwegend grijs-blauw kleiig zand met glimmers. fijn schelpengruis onregelmatig verspreid over gans de kern - niet erg talrijk. Lichtere grijze vlekken van opgeloste kalk eveneens verspreid over gans de kern.
27. 36.70 - 38.20 m (1.50 m)
0.00-0.70: overwegend blauw-grijze zandige klei - glimmerhoudend, vermengd met grijsgroen fijn homogeen zand. Van 20 tot 30 : overwegend grijs-groen fijn homogeen - glimmerhoudend, zwak glauconiethou- dend zand met nog donkere blauwgrijze kleivlekken. Hier en daar schelpfragmenten.
0.70-1.50: (1.40-1.50: sterk verbrokkeld)
grijsgroen fijn homogeen zwak glauconiethoudend zand met glimmers en donkere grijs-blauwe kleiige vlekken. Pakket wordt kleiiger naar boven toe. Schelpen verspreid (weinig talrijk) over gans de kern. Rond 90 twee grote schelpen die halvelings opgelost zijn.
28. 38.20 - 39.70 m (1.50 m)
0.00-1.50: grijs-groen fijn homogeen zwak glauconiethoudend, glimmerhoudend zand met donkere kleiige vlekken, onregelmatig en verspreid over gans de kern - lichter grijze kalkhoudende vlekken (waarschijn- lijk door oplossing van schelpen). Schelpen verspreid over gans de kern, niet erg talrijk.
29. 39.70 - 41.20 m (1.50 m)
0.00-1.50: grijs-groen middelmatig fijn tot fijn homogeen zwak glauconietho- udend zand met glimmers met donkerder meer kleiige onregelmatige vlekken (over gans de kern) - niet kalkhoudend met verspreid over gans de kern dikwandige schelpen o.a. Ostrea
30. 41.20 - 42.70 m (1.50 m)
0.00-0.04: naval - groenige plastische klei
0.04-0.96: grijsgroen homogeen middelmatig fijn weinig glauconiethoudend zand met glimmers, iets kleihoudend. Over gans de kern vlekken van donkerder groen zandige klei, evenals schelpen o.a. Ostrea. Geen kalk.
Op 0.80: veenlens
0.96-1.22: (verbrokkelde kern) grijs groen homogeen middelmatig fijn weinig glauconiethoudend, kalkloos, glimmerhoudend zand met lichtere grijze vlekken. Aan de basis enkele fijne grindjes (zwarte silexkeitjes)
1.22-1.50: bleek grijze mergel (Mergels van Gelinden).
------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
------------------------------------------------------------------------
Top * basis *STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
------------------------------------------------------------------------
0.00 - 8.50 Kwartair
8.50 - 15.50 Zanden en Kleien van Ouden Biezen
15.50 - 18.00 Klei van Henis
18.00 - 25.00 Zanden van Neerrepen
25.00 - 42.40 Zanden van Grimmertingen
42.40 - 42.70 Mergels van Gelinden
-------------------------------------------------------------------
OPMERKINGEN EN ANALYSES
-----------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------
AUTEURS
------------------------------------------------------------------------
P. Borry & C. Vandormael
