092W0382.TXT

PL.ALKEN 92 W
M.GULINCK

382 (V/c) PEILPUT
uitgevoerd te : Alken - Put 3
bij : voor de A. Dienst
door : N.V. Smet
Boringsmethode : met inspoeling
Grondwaterstanden : bij ruststand : 0.44
Hoogte van het maaiveld: +/- +45


Volgnummer Aard der grondlagen Diepte m

1-12 bruine leem - kalkhoudende leem met zeer fijn zand en
klei 6.00
13-14 groen, homogeen, fijn zand - met talrijke keien, vnl.
platte zwarte vuurstenen 7.00
15-20 groen, fijner zand - met wat groenachtige klei
vermengd 10.00
21-30 fijn groen zand 15.00
31-36 idem, met grof kwarts - enkele keien 18.00
37-20 fijn zand met grijze klei vermengd, nog wat grof kwarts 20.00
21-90 siltrijke grijze klei - onderaan met versteende delen 45.00

M. GULINCK
4/6/1968.


Geologische Interpretatie.

Kwartair : 0.00 - 7.00
Tongeriaan : 7.00 - 20.00
Landeniaan : 20.00 - 45.00


-------------------------------------------------------------------------

PL.ALKEN 92 W
M.GULINCK

382 (V) Cfr. Professional Paper 1974 No 1 - "Hydrologeologische
verkenningen in Limburg" - M. GULINCK


--------------------------------------------------------------------

PL.ALKEN 92 W
M.GULINCK

382 (V) BORING 1
uitgevoerd te : Alken
bij : de St. Joriskapel voor de A. Dienst
door : n.v. Smet
datum : 21/3/68 tot 17/5/68
Boringsmethode : met inspoeling en gekernd
Grondwaterstanden : bij ruststand : 3,13
tijdens het pompen 49,65 met een debiet van 12 m3/u (na verzuren)
Hoogte van het mondgat: + 44.58


Volgnummer Aard der grondlagen Diepte m

1 leemhoudend zand, kalkrijk 0.90
2 -10* kalkhoudend leem met zand vermengd 5.00
11 -12 bruingroene klei 6.00
13 -14* donker groene klei 7.00
15 -20* groenachtig zand, glimmerhoudend, geen kalk 10.00
21 -22 idem 11.00
23 -26* fijn grijsgroen zand 13.00
27 idem, kleihoudend 13.90
28 -30* zeer fijn grijsgroen zand, glimmerhoudend 15.00
31 -34* idem 17.00
35 -40* grijze siltachtige klei, geen kalk 20.00
41 -50* idem 25.00
51 -54* idem 27.00


Gekernd. Stalen

27.00- 29.00:
grijze, versteende silt, met dunne kleiintercalaties,
geen kalk 28.00

29.00- 31.00 L = 1.10 (in stukken 0,20) 29.00
grijze siltsteen, geen kalk - enkele diaklasen
(gesloten) op 45o 30.00

31.00- 33.00 L = 0.85 in brokken 32.00
idem, geen kalk (onregelmatig hard)

33.00- 35.00 L = 1.20
0.90 : in 3 stukken : siltsteen, geen kalk, bovenaan
nog weinig vast 34.00
0.30 : minder vast idem

35.00- 37.00 L = 2.10 (stukken 0.30) 35.00
idem, verticale splijting 36.00

37.00- 39.00 L = 2.35 (0.20) 37.00
0.30 : grijze siltsteen, geen kalk 38.00

39.00- 41.00 L = 0.85 (in 4 st)
idem 40.00

41.00- 43.00 L = 1.10 (0.17) 42.00
idem, geen kalk

43.00- 45.00 L = 1.80 (0.25)
idem, licht kalkhoudend - splijt vertikaal 44.00

45.00- 45.75 L = 0.70 in stukken
grijze silt met zwarte klei - kalkrijk en zeer harde
(siltsteen) 45.00

45.75- 47.00 L = 1.10 (0.20) 46.00
idem, kalkrijke, "kleisteen" nog silthoudend 47.00

47.00- 49.00 L = 1.60
1.10 : in brokken idem 48.00

49.00- 51.00 L = 1.60 (0.40) 49.00
silteux, kalkrijke siltsteen enkele zeer harde kernen 50.00

51.00- 53.00 L = 1.60 51.00
idem, laatste deel sterk gebroken (zand zones) 52.00

53.00- 55.00 L = 2.00 53.00
kalkrijk siltsteen (0.60) 54.00
(1.40) in 4 stukken onregelmatig kleiachtige silt,
kalkhoudend, versteent 55.00
plaatselijk bruinachtige kleine schelpjes, sterk
gecorrodeerd

55.00- 57.00 L = 1.95 (0.50) 56.00
idem, een zachte fosfaatkern 57.00

57.00- 59.00 2.20 58.00
1.00 : idem 59.00
1.20 : grijze kleisteen, doorlopende kernen
kalkhoudend, enkele glijspiegels

59.00- 61.00 L = 1.25
idem, Foraminiferen 60.00

61.00- 63.00 L = 2.05 61.00
kalkhoudend verharde zware klei 62.00

63.00- 64.30 L = 1.30 63.00
idem, met conchoidale breuk 64.00

64.30- 66.00 L = 2.10
1.10 : zelfde klei, (doorlopende kern) 65.00
0.30 : in brokstukken, idem
0.80 : massieve, schilferachtige klei-onderaan met
glauconietgespikkeld, witte siculen 65.50

66.00- 68.00 L = 1.00 66.00
0.50 : glauconietrijke klei met spiculen overgaand tot
een grijze glauconiethoudend zandsteen zonder
kalk 66.50
0.50 : idem, in contact op een grijze mergel met
glauconietische perforaties. 68.00

68.00- 70.00 L = 1.35 (stukken 0.20)
witgrijze mergel, aan de basis, tamelijk hard, sterk
"vergleden" 69.00

70.00- 72.00 L = 1.90 (stukken 0.40) 70.00
witachtige mergel 71.00
onderaan grijs, brokkelachtig, stukje houtkool 72.00

72.00- 73.00 L = 0.95 (3 stukken) 72.05
Witachtige, licht verharde mergel, witachtige, vaste
mergel 73.00

73.00- 75.30 L = 2.35
(0.65 + 0.40) : 73.50
witgrijsachtige vaste mergel - (Cyprina Mossissi)
0.50 : idem, aan de basis: grijze mergel, sterk gebiet 74.00
0.40 : witachtige zachte mergel, met talrijke
tubulaties van een grijze mergel 75.00
0.40 : in kleine brokken : witte mergel 75.20

75.30- 77.25 L = 1.75 (6 stukken) 76.00
vaste fijne korrelige witgrijze mergel 77.00

77.25- 79.40 L = 2.10 (6 stukken)
Witgrijze, fijn korrelige, minder vaste mergel,
gebioturbeerd, enkele 78.00
plantenafdrukken (tot uit, krijtachtige) 79.00

79.40- 81.55 L = 1.90 (7 stukken) 80.00
0.50 : wit, krijtachtige mergel 81.00
dan (rond 81.10) wit-grijze, gevlekte mergel 81.30

81.55- 83.15 L = 1.90 (7 stukken) 82.00
witachtige, fijn korrelige mergel, onderaan iets
grijzer 83.00

83.15- 84.40 L = 1.15 (4 stukken)
grijswitte mergel, minder vast 84.00

84.40- 85.95 L = 1.50 (4 stukken)
grijs witte mergel in 't midden een harde zone 85.00

85.95- 87.85 L = 1.85 (5 stukken) 86.00
grijze mergel 87.00

87.85- 90.05 L = 2.15 (5 stukken) 88.00
grijze, ongev. silthoudend mergel. Cyprina Mossissi,
het gehalte aan glauconiethoudend 89.50
silt neemt geleidelijk toe onderaan mergelrijke grijze
silteus zand 90.00

90.05- 92.30 L = 1.95 90.10- 91.00
grijze mergelrijk silteus zand aan de top :
Cyprina Mossissi 92.00

92.30- 96.55
brokstukken mergelrijk fijn zand 93.00
van 0.50 witgrijze mergel met talrijke tubulaties 94.00
1.40 : witgrijze mergel met fijne "vermiculatie
gaat over naar een grijze 94.50- 95.00
mergelige klei met zeer kleine "witte
vermiculaties" (cf L16 facies -95.50
dan opnieuw grijze mergel met tubulaties 95.60

92.30- 96.55 (vervolg) 96.00
donker grijze mergel, fijn gevlekt/zandrijke
grijze mergel tot 96.20
mergelrijk zand 96.50

96.55- 99.00 = 2.45 L = brokken + 1.55
eerst : mergelig zand 97.00
dan : glauconiethoudend kalkareniet met
schelpresten (verpletterd 97.50
idem, Ostrea, glauconiettubulaties, Pecten,Ditrupa 97.80- 97.90
idem 98.00
vanaf 98.50 : iets grijsachtig kalkareniet -
weinig glauconiet echiniden 98.50- 99.00
vrij hard rond 98.90

99.00-101.25 = 2.25 L = 2.20
grijs, opnieuw glauconiethoudend,
kalkareniet-Ostrea vesicularis 99.20 -99.30
Ditrupa 99.50
van 99.55 - 100 grofschelprijke zone - vnl.
Ostrea's ook Ditrupa 99.80- 99.90
vanaf 100 : grijs, nog glauconiethoudend
kalkareniet, steeds met Ostrea 100.00-100.10
vesicularis - dan minder grijs (weinig
glauconiet) en vaster met enkele 100.30-100.50
Ostrea's en Ditrupa' 101.00-101.20

101.25-103 = 1.75 L = 1.55
idem, met een licht glauconiethoudende zone 101.50-102.00
grijsachtig kalkareniet - kleine Pecten's
(P. laevis?) een bank harde kalksteen
(~ 0,10) of 102 of 103 m (slecht aangeduid) 102.50

103-103.95 = 0.95 L = 0.95
grijs kalkareniet, talrijke kleine pectens
(P. laevis) minder grijze maar 103.00-103.50
iets bruinachtige, idem een harde,
kalksteenbank aan de basis dunne, grote Echiniden 103.90

103.95-104.90 = 0.95 L = 0.95
wit-bruinachtig kalkareniet, zacht 104.00-104.60

104.90-105.85 = 0.95 L = 0.95
idem : dan grofkorrelig kalkareniet,
onregelmatig doordrongen met grijs, 105.00-105.10
aardachtig materiaal Ditrupa nesten - 105.50
grofkorrelig kalkareniet met echiniden

105.85-106.80 = 0.95 ML = 0.90
0.30 : grof kalkareniet - Echiniden - met
aardachtig materiaal 106.00-106.10
0.20 : harde bank, volgens een verticale
helft van de kern-de andere helft is zacht 106.50
0.45 : kalkareniet met grijsachtige materiaal
doordrongen (volgens een grillig patroon 106.70

106.80-107.75 = 0.95 L = 0.55 (3 stukken) 107.00
grijze kalkareniet 107.50
laatste stuk met talrijke aardachtige ineen
gevlochten lenzen 107.70

107.75-108.70 = 0.95 L = 0.90
grijs, vrij homogeen, geelbruinachtig
kalkareniet met een harde bank 108.00
(+/- 0.10 m) 108.50

108.70-109.25 = 0.55 L = 0.55
homogeen geelachtig kalkareniet 109.00

M. GULINCK.
5/6/1968.


Geologische interpretatie.

Kwartair : 0.00 - 5.00
Tongeriaan : Tg2 : 5.00 - 7.00
Tongeriaan : Tg1d : 7.00 - 13.00
Tongeriaan : Tg1c : 13.00 - 27.00
Landeniaan : 27.00 - 68.00
Heersiaan : 68.00 - 97.50
Maastrichtiaan : 97.50 - 109.00


-----------------------------------------------------------------------

PL.ALKEN 92 W
M.GULINCK

382/V PEILPUTTEN Put 2
uitgevoerd te : Alken
bij : voor de Geologische Dienst
door : N.V. Smet
Datum : 3/68-5/68
Boringsmethode: met inspoeling
Grondwaterstanden : bij ruststand : 3.56
tijdens het pompen : 62 m met een debiet van 14 m3/u
Hoogte van het maaiveld : +/- +45


Volgnummer Aard der grondlagen Diepte m

1 - 2 bruine leem 1.00
3 - 5 grijsachtige, kalkrijke leem 2.50
6 - 8* idem - wat kleihoudend, platte, zwarte en andere
vuursteenkeien, enkele schelpbrokken 4.00
9 groenachtig, iets kleihoudend, glauconietrijk,
zeer fijn zand, - zwarte kleien 4.50
10 - 12 kalkrijke leem, vermengd met groenachtig,
kleihoudend silteus zand - enkele keien 6.00
13 - 17 fijn, groen zand met kleiige elementen 8.00
18 - 20* fijn groen zand, 10.00
21 - 30* idem, weinig grofkwarts (verspoeling) 15.00
31 - 36* idem, 18.00
37 - 40* fijner, grijsgroen zand - glimmerhoudend -
kleihoudend wat grof kwarts 20.00
41 - 50* siltrijke grijsgroene klei, geen kalk 25.00
51 - 60* idem 30.00
61 - 80 idem, met versteende elementen, geen kalk 40.00
81 -100 idem, naar beneden toe licht kalkhoudend 50.00
101 -102 grijze siltrijke, klei, kalkhoudend,
met versteende delen 60.00
121 -130 grijze, kalkhoudende klei 65.00
131 -136 idem 68.00
137 -140* grijze mergel 70.00
140 -160* 80.00

M. GULINCK
4/6/1968.


Geologische Interpretatie.

Kwartair : 0.00 - 4.50
Tongeriaan : 4.50 - 25.00
Landeniaan : 25.00 - 70.00
Heersiaan : 70.00 - 80.00