081E0143.TXT
PL. IEPER 81E
ARCHIEFNUMMER : 81E 143 (Id)
Nr Geologische kaart (oud) : 81E
Nr Topografische Kaart : 28/2 Naam : IEPER
LIGGING
X = 44.420; Y: 175.250; maaiveld: 13,41 m
gemeten op het terrein door H. Goossens & F. Moorkens
LOKALITEIT
Gemeente: Ieper Postnr: 8900 NIS-code: 33011
Deelgemeente:(Boezinge)Postnr: 8904 NIS-code: 33003
WAARNEMINGSPUNT: peilput: codenr. 28.2.101
DATUM: april 1993
Boring: inspoeling + kernname
Diepte (in m.): 259,2 m
Uitgevoerd bij : Waterzuiveringsinstallatie, Diksmuidse steenweg
Uitgevoerd door: Peeters pvba uit Herselt-Ramsel
Uitgevoerd voor: Primair grondwatermeetnet AMINAL
Opeenvolgende doormeters : tot 227 m: 250 mm; tot 259 m 152 mm
Gekernd van 227 tot 230 m en van 256 tot 259 m
VERBUIZING: ja
Diepte voorbuis: 8,6 m
Opeenvolgende doormeters : tot 227 m: 168 mm,
van 219 tot 256 m: 113/125 mm
Filter: 246-256 m
Hoogte van de rand van de buis: 14,09 m
HYDROGEOLOGISCHE KENMERKEN
GRONDWATERSTAND
Eerste waargenomen (in m.):
In afgewerkte put-
In rust - Ho (in m.):
Tijdens pompen H1 (in m.): Q1(in m3/h):
WATER ANALYSE: Door:
BESCHRIJVING
Door: G. De Geyter, Dusar, W. De Vos, J. Verniers DATUM:
DIEPTE BASIS m AARD DER GRONDLAGEN
2.00 Geelblauwe (nat) tot geelbruine (droog) zandige
leem, kalkhoudend
4.00 Geelblauw (nat) tot geelgroen (droog) leemrijk
zand met roeskleurige vlekken, kalkhoudend
6.00 Geelbruin (nat) tot geel (droog) matig fijn
zand, kalkhoudend
10.00 Groene klei met nog wat bijmenging van geel zand
35.00 Groene klei, niet kalkhoudend
39.00 Idem, licht kalkhoudend
46.00 Groen grijze klei, geen kalk
47.00*- 63.00 Idem, kalkhoudend
99.00 Idem, niet kalkhoudend
105.00 grijsgroene tot groene klei, geen kalk
106.00 Eerste bijmenging van groen glauconiethoudend zand
112.00 Groen fijn glauconiethoudend zand met fijn schelpengruis
114.00* Groen kleihoudend zand met schelpengruis
115.00*-117.00* Idem, tamelijk veel schelpfragmenten
118.00*-120.00* Idem
131.00* Idem, maar weinig schelpfragmenten
132.00 -140.00 Groen, kleihoudend zand tot zandige klei, soms kalkhoudend:
133-134; 136-140
150.00 Groengrijze zwak zandhoudende klei,
soms kalkhoudend: 141-144, 147-148
151.00 grijze kalkhoudende klei
151.00 -187.00 Wit lemig krijt, bijmenging met fijn donker zand en klei;
fijn siltig verpulverend krijt
Cuttings geleidelijk homogener en krijt harder naar onder
toe; niet zandig of glauconiet, geen silex
bewaarde monsters: 153, 164, 175, 183 m
187.00 -193.00 Groengrijze mergelig silt, met fijne brokken in zwarte silex
(uit basis bovenliggend krijt ?); gedeeltelijk versteend
bewaard: 190 m
193.00 -205.00 Groengrijze meer smeuïge siltige mergel, nog steeds met grote
donkere kleibrokken; en een weinig donkere silex; minder
gedeeltelijk versteende siltsteen; bewaard: 199 m
205.00 -217.00 Slappere lichtgroene-grijze siltige mergel, lijkt minder
siltrijk, naar onder toe wordt de mergel harder;
bewaard: 209 m
217.00 -222.00 Bleker grijze mergel, met gelijkaardige stevigheid, zonder
silt maar weinig fijn zand; bewaard: 219 m
225.00 Terug groenig grijze mergel met wat fijn zand
(226.00) Donkergrijze compacte kleiige mergel, gedeeltelijk verhard.
Beschrijving van de kernen, 227-230 m:
Kist 1, 227-229 m
Brokkelige kernen, totale lengte 1,55 m, stukken
kleiner dan 10 cm. Donkergrijze mudstone tot siltstone,
in turbidietische afwisselingen, met hemipelagietische
intercalatie.
Gelaagdheid (soms ondulerend), 28 helling op 10 cm,
25 tot 10 op 20 cm (ondulatie), 24 op 124 cm.
Op 1 cm contactvlak tussen hemipelagietische band en
c-divisie (Bouma) van turbidiet; dit contactvlak
onduleert van 10 tot 25 helling.
KIST 2, 229-230 m
Verbrokkeld gesteente, slechte recuperatie, slechts 1
stuk groter dan 5 cm. zelfde grijze mudstone, zacht donker.
Beschrijving van de cuttings, vanaf 225 m
225-226m Mengsel van kalkhoudende klei, en siltige
brokstukken, met wat fijn verbrijzeld
gesteentegruis. (Nota: de cuttings van 227
tot 230 zijn genomen na het kernen, door
ruimen van de boorput).
227-230m* Grijze siltige zandhoudende klei,
vermoedelijk gestoord en vermengd materiaal,
bevat nog carbonaat (bruist licht met HC1).
230-235m* Kleiige tot siltige matrix met fijn
verbrijzelde gesteentefragmentjes. Grijs, af
en toe bruine plekken. Bruist nog licht tot
232 m. (krijt bijgemengd).
236-247m Idem, grijze kleiige tot siltige matrix met
fijne zandig aanvoelende korrels 240, 245, 247
247-256m Idem, maar iets donkerder en minder kleiig.
Volledige verbrijzelde mudstone. 248, 250, 255, 256
Bewaarde monsters: 230, 235, 240, 245, 247, 248, 250, 255, 256 m.
Kernen 256 - 259 m
Kist 3, 256 - 257,60 m
Totale lengte 1,50 m. Kernen meestal aansluitend,
behalve op 45 cm, waar ze erg verbrokkeld zijn. Van 60
tot 150 cm drie grote aaneensluitende kernen. Grijze
turbidietische mudstone tot siltstone met herkenbare
gelaagdheid en sterke helling, met enkele plooitjes en
kleine breukjes.
Helling gelaagdheid: 60 op 20 cm, 70 ondulerend op 50 cm,
67 op 70 cm, 45 op 110 cm, 50 op 140 cm.
Vanaf 100 cm tot 150 cm loopt er een subvertikale
breuk door het gesteente (85 ), met een bedrag van 1,5
à 2 cm, volgens een afschuiving (normale breuk). Kleine
onregelmatige kwartsadertjes met onregelmatig verloop
in contact met het breukvlak. Geen sulfiden zichtbaar.
Sedimentologisch is er een afwisseling van fijn
gelamineerde hemipelagieten (tot 5 cm dik) en
turbidietische afwisseling met aan de basis lichtgrijze
siltige c-divisies tot 3 cm dik.
Kist 4, 257,6 tot 259,20 m
Totale lengte 160 m. Sluit aan bij vorige kern; alle
kernen sluiten aan (behalve op 135 cm). Stukken tot 30cm lang.
Zelfde grijze mudstone tot siltstone, met afwisseling
van gelamineerde hemipelagieten en turbidietische
sekwenties. De basis van de turbidietische sekwenties
is meestal bleker, siltig, en in onregelmatig contact
(geultjes) boven de hemipelagiet (voorbeelden op 50 cm,
op 65 cm en op 155 cm).
Helling gelaagdheid steeds in dezelfde richting, met
belangrijke ondulaties: 40 op 10 cm, 35 op 40 cm,
30 op 60 cm, 40 op 80 cm in hemipelagiet, ondulerend
30 tot 50 op 110 cm in Bouma sekwentie, 45 op 130 cm,
30 op 150 cm.
Op 12 cm een gelamineerde kwartsader, 4 mm dik, evenwijdig met
gelaagheid en ingesloten in hemipelagiet. Geen sulfiden zichtbaar.
Op 55 cm een complexe c-divisie, 4 cm dik, met laminatie en kleine
ondulaties aan de basis. Op 95 cm nog een gestoorde
c-divisie met convoluted bedding. Op 135 cm een
verschuivingsvlak evenwijdig met de gelaagdheid, met
sporen van wrijfkrassen volgens de helling, in een
hemipelagietische band, waar de kernen slecht aansluiten.
Stratigrafische interpretatie:
De begrenzing van de verschillende lithostratigrafische
eenheden steunt vooral op boorgatmetingen uitgevoerd door TNO DELFT.
0.00 - 7.00 m: Kwartair
7.00 - 106.00 m: Formatie van Kortrijk
106.00 - 150.00 m: Groep van Landen (= vermoedelijk Formatie van
Hannut omwille van het glauconiet maar
soms veel schelpengruis)
106.00 - 112.00 m: zand
112.00 - 140.00 m: kleiig zand en zandige klei
140.00 - 150.00 m: zwak zandhoudende klei
150.00 - 225.00 m: Krijt
150.00 - 187.00 m: Campaan - Santoon
187.00 - 225.00 m: Turoonmergel
225.00 - 259.20 m: Paleozoïcum
Siluur, op basis van lithologie en
sedimentologie: De afwezigheid van
determineerbare microfossielen (G. VAN GROOTEL)
laat niet toe dit te bevestigen.
G. De Geyter: Kwartair en Tertiair
M. Dusar 3.06.1993: Krijt
J. Verniers en W. De Vos 12.05.1993: Sokkel kernen 227 - 230 m
W. De Vos: 24/05/93: Sokkelkernen 256 - 259,20 m & cuttings.
