PL. LANGEMARK 66E
M.GULINCK.
74 (VIII) Filterput no 3
uitgevoerd te LANGEMARK
bij de Melkerij "ST PAULUS"
door de firma VYNCKE uit GULLEGEM.
Topographische ligging opgetekend door W. CLAESSENS, de 28/4/1953.
Grondstalen verzameld door de aannemer.
Aanvang en einde der werken: Maart 1950.
Boringsmethode : met inspoeling.
Opeenvolgende diameters
Debiet : 3.500 liter per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond boven de zeespiegel : 10
Totale diepte : 169.00 m.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte (m)
1 Bleek bruinachtig zand middelmatig
grof, met wat fijn schelpengruis 2.00 - 6.00
2 - 5 Grijze klei - aan de basis enige
rolkeitjes (o.a. een fosfaatzand-
steenconcretie) 6.00 -109.35
6 - 7 - 8 (fijn groen zand met wat fijn
(schelpengruis 109.35 -134.50
9* Grijze glauconiethoudende kleisteen
kalkrijk 134.50 -154.00
10* Grindachtig, glauconiethoudend krijt 154.00 -168.45
VERMOEDELIJKE AARDKUNDIGE VERKLARING (M.GULINCK, 3.XI.1954).
PLEISTOCEEN : 2.00 tot 6.00m.
IEPERIAAN : 6.00 tot 109.35m.
LANDENIAAN : (109.35 tot 134.50m.
(134.50 tot 154.00m.
SENOON vanaf 154.00 m
WATERONTLEDING No 373.
Afschrift van een waterontleding van 3 putten te
LANGEMARK, Melkerij " ST PAULUS", door de Nationale
Zuiveldienst (Laboratorium) 233, Coupure Links, Gent.
Datum 28/6/51. (Scheikundige R.Demeten)
LANGEMARK - Water uit ondergrondse citerne waarin de 3
putten lopen.
1/ HARDHEID Totale : 9
Blijvende : 1 5
Tijdelijke: 7 5
2/ STIKSTOF : Ammoniak : afw.
Nitrieten : afw.
geringe sporen.
Nitraten : aanw.
3/ METALEN Totaal ijzergehalte : tussen 0,2 en 0,4 mgr. Fe /l.
Mangaan : afwezig.
4/ ANIONEN Chloriden : 305,8 mgr C1/1.
5/ DROOGREST : 1,402 gr/l.
----------------------------------------------------------------------------
PL. LANGEMARK 66E
M.GULINCK.
Nr 74 (1 ste verv.)
Filterput
Uitgevoerd te LANGEMARK
bij de Melkerij "St. PAULUS"
door de firma VYNCKE uit GULLEGEM
datum : 1969
Topografische ligging opgetekend door W. CLAESSENS, de 28.9.1970
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode: met inspoeling
Opeenvolgende doormeters:
Grondwaterstanden : voor de eerste maal waargenomen:
bij ruststand : tijdens het pompen:
met een debiet van 2.500 l/u
Hoogte van het maaiveld: 8m
Totale diepte : 165 m
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m
1 Zandige leem 5.00
6 - 8 heterogeen, klei of leemhoudend zand 8.00
9 -19 grijze klei 107.00
20 -40 fijn bleekgrijs groen zand (geen kalk) 128.00
41 -45 Zware grijze klei 133.00
46 -48 fijn bleekgrijs groen zand (geen kalk) 136.00
49 -51 Zware grijze klei 139.00
52 -63 Zeer fijn grijsachtig zand, met brokjes,
siltachtige klei (kalkhoudend), zeer fijn
schelpengruis 151.00
64*-72*- grijsachtig krijt 165.00
77*
Aardkundige Verklaring - M. GULINCK - 15 september 1971:
Kwartair 8.00
Ieperiaan en Landeniaan (grens onduidelijk -
verwisselde stalen ?) 151.00
Krijt 165.00
