WESTERLO 60E
M. GULINCK
N 215 (III)
Boring
uitgevoerd te VEERLE
voor de Aardkundige Dienst
door N.V. SMET uit Dessel
datum : november 1963
Topografische ligging opgetekend door W. CLAESSENS de 29/11/1963
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode : gekernd
Hoogte van het maaiveld : 20
Aard der grondlagen Diepte basis monsters
m
- Humeus zand - onderaan een veenachtig
laagje 2,00 2,00
- Sterk humeus zand op groen fijn zand 3,00 3,00
- Fijn, groen, met glauconiet gestippeld
zand - laatste 10 cm : grof glauconietisch
zand - gerolde silexkeien 4,00 4,00
- zeer grof glauconietisch zand, heteromorf
licht kleihoudend 6,00 4,20-5,00
5,50
- idem, met een licht gelimonitiseerde
zone 7,00 6,20
- groen, iets bruinachtig, plaatselijk,
± versteend zand - Bioturbaties 8,00 7,00-8,00
- groen zwart zand, onderaan ± versteend
(limoniet) 9,00 8,50-8,80
- grof groen zwart zand, los 11,00 9,50-10,50
- id., met roestige zones 15,00 11,30-12,80
13,70-14,50
- groen grof zand - een laagje bruine klei 16,00 15,30-15,60
- groen zwart grof zand, met zeldzame klei-
achtige lensjes (rond 17,00; 19,50) 17-24,00
monsters bewaard : 6,90-17,50-19,50-20,50-21,50-22,50-23,50
- id. met enkele fijnere zones 27,00 24,50-25,50
26,50
- groen grof zand- enkele witte tubulaties 29,00 27,50-28,50
- idem 31,00 29,50-30,50
- groen grof zand, heteromorf : enkele
lensjes bruine klei ( rond 31,40-33,40-
36,30-39,50) 40,00
bewaarde monsters : 31,40-31,50-32,50-33,40-33,50-54,50-35,50
36,30-37,50-38,50-39,50-39,60
- grof, heteromorf groen zand, met enkele 47,00
humeuze kleilenzen
monsters : 40,50-41,50-42,50-43,50-44,50-45,50-46,50
- groen zwart, tamelijk grof zand - bleke tubu-
laties 49,00 48,50
- grof glauconietisch zand, homogeen - een
bruinachtige klei intercalatie 52,00
- fijn groen zand 53,00 52,50
- groen glauconietrijk zand, homogeen ; eerst
half fijn, dan fijner 53-54,00 53,20-
53,80
- groen grover zand 55-56,00 55,50
- id., ± talrijke bleke tubulaties 57-58,00 57,50
- tamelijk fijn homogeen zand, glauconietrijk,
enkele bleke tubulaties - plaatselijk licht
verhard (rond 60,40) 59-61,00 60,40
- tamelijk fijn, homogeen zand, glauconiet-
rijk - enkele tubulaties, kleiige vlekken 68,00
monsters op 61,50-63,50-65,60-67,50
- Eerst 6 cm versteend groen zand, dan
groen 1/2 fijn zand - talrijke bleke tubu-
laties, rustend op een zeer fijn groen zwart
glimmerrijk zand 68-69,00 68,70
- zeer fijn groen zwart, glimmerrijk zand
monsters op 69,50-71,50-73,50-75,50-77,50
78,50*-79,50 69-80,00
- groen zwart zand, iets grover, minder goed
gesorteerd - geen kalk
monsters op 81,50-85,60-86,50*-87,50-89,50
80-90,00
- groen zwart glimmerhoudend fijn zand met
bruine vlekjes 90-100,00
monsters op 91,50-93,50-94,50*-95,50-97,50
97,50-99,50
zeer fijn glimmerrijk, glauconietisch zand-
homogeen 101,00 100,50
- id. iets vaster - enkele Lingula's 100-104,00
monsters op 101,50-103,50 101-103,50
- Een stuk groenzwarte zandsteen, glauco-
nietisch, met calciet cement (slijpjes);
septariabrokken met lithophagen overweerd
maar met een limoniethuidje - grijze silt-
houdend zand met lensjes grijze klei, ge-
bioturbeerd
monsters 104*-104,60* 104-105,00
- zeer fijn grijsgroen silthoudend zand
geen kalk 106 105,50
- id. 108 107,50
106,50
- fijn grijs zand - houtresten 110 108,50
109,50
id 112 111,50
id 114 113,50
- zeer fijn grijs zand ; sterk gebiotubeerd -
enkele lensjes, grijze klei; geen kalk 115 114,50
- id 116 115,50
116,50
- id 118 117,50
- id 120 119,50
- Bleekgrijs fijn zand - donkere pyrieteuse
vlekken 122 121,50
- fijn bleekgrijs zand, licht gebiotubeerd,
dan siltachtig zand 123 122,50*
- id - sporen van wortels 124 123,50
- id 126 125,50
- fijn grijs zand - verspreidde glauconiet-
korrels geen kalk 128 127,50
- zeer fijn grijs tot blauwgrijs zand (gebio-
turbeerd glimmerhoudend - iets silthoudend
aan de basis bevat Fe2S (geeft een duide-
lijk H2S reuk door reactie met HCl) 129 128,50*
- fijn glim. silth. zand- nestjes groen
glimmerrijk zand - aan de top een laag
grijze harde klei met glimmerrijke voegen 130
- id 132 131,50
- grijze glimmerh. kleihoudende silt 135 134,50
- id. enkele zeer fijn zandvoegen - zeer tal-
rijke draadvormige vertakte tubulaties :
aan de top zwarte plantenresten (wieren ?) 136 135,50*
- id 137 136,40
- glauconietrijk, zeer kleiachtig fijn zand-
fijne zwarte tubulaties (gepyritiseerd) -
onderaan een verharde laag 137,50 137,40
- zeer fijn, kalkrijk, bleek grijs iets groen-
achtig zand - fijn maar onduidelijk gelaagd
Amusium Corneum 138,50 138,50
- grijze silt, oorspronkelijk fijn gelaagd
sterk gebiotubeerd - kalkrijk - glauconiet-
lensjes 139,50 139*
- zeer fijn siltachtig kalkrijk zand, glauco-
niethoudend Amusium C. 140,50 140*
- id 141 140,50*
- zeer fijn groen zand (weinig silt) - kalk-
rijk Amusium C. 141,50 141,00*
- id. A. Corneum, Solarium Nystii 142,00 142,00*
- zeer fijn groen zand - iets silthoudend -
kleine tubulaties groen los zand.
Am. Corneum - aan de basis talrijke Num.
wemmelensis 142,50*
één Ditrupa 142,-143,00 143,00*
- versteende Nummulieten laagje - 5 cm dik
met Amusium Corneum - dan zeer fijn groen
zand met talrijke Numm. Wemm. enkele
Ostrea cymbula 143-144
- zeer fijn poederachtig groen zand (0,75) 144,00*
id met intercalaties van grijze klei (0,20) 144,40*
glauconietlaagje, kleihoudend, met nummu-
lieten in lenzen - zeer fijn groengrijs
zand met nummulieten 144-145 145,00*
- zeer fijn groen zand, lichtjes kleihoudend,
met Nummulieten (0,40)
glauconietrijke zones met nummulieten (0,10)
zeer fijn bleek groengrijs zand 145-146 145,80*
- zeer fijn groen grijsachtige zand, homogeen,
zeer zwakke gelaagdheid - enkele
nummulieten 146-147 146,50*
- zeer fijn groen zand met nummulieten (0,30)-
kleihoudend groen zand met nummulieten,
enkele Pecten's (0,40) 147-148
- zeer fijn grijsgroenachtig homogeen zand,
licht kleihoudend met Amusium Corneum 148-149 148,50
- zeer fijn grijsgroenachtig homogeen zand,
iets kleihoudend enkele glauconietnestjes 149-150
Pleistoceen 0,00- 4,00
Diestiaan 4,00- 68,00
Antwerpiaan ? 68,00-104,00
Tongriaan (?) - Bartoniaan 104,00-150,00
M. Gulinck
5/6/1964.
WESTERLO 60E
Nr. 215 (lste vervolg)
FILTERPUT
uitgevoerd te Veerle
bij de gemeenteschool
door de N.V. SMET, Dessel
Datum
Topografische ligging opgetekend door W. CLAESSENS
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode :
0peenvolgende doormeters : 175 mm ; filter : 3"
Grondwaterstanden : voor de eerste maal waargenomen :
bij ruststand : 1.40 m; tijdens het pompen : 56.00 m
met een debiet van 7.000 l/u
Hoogte van het maaiveld :
Totale diepte :
N.B. Deze put werd geplaatst in verkenningsboring voor de Aardkundige Dienst
en is daarna overgenomen geweest door de gemeente Veerle.
