PL. PUURS 57 E
D. DERAYMAEKER
N 51 tot 60 - Cfr. Professional Paper 1972 n 6
"Eerste resultaten van de studie der deklagen op het Kaartblad
DENDERM0NDE - PUURS" D. DERAYMAEKER
PL. PUURS 57 E
R. PAEPE & M. GULINCK
Nr 54 (V)
Boring 4
uitgevoerd te 0PPUURS
bij ADB
door SMET
Datum 22.2.72
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode : gestoken
Grondwaterstanden : bij ruststand : 1.40 m
Hoogte van het maaiveld, mondgat : 6 M 866
Totale diepte : 50 m
Volgnummer Aard der grondlagen Diepte m
1 Donker zwart-bruin, zandleem met wortelresten,
geen kalk, wordt zandiger en bleker in de diepte 0.40*
2 grijsgeel lemig zand met roestvlekken 0.80*
3 groengrijs kleihoudend zand met roestvlekken (B2td) 1.28
4 bruin zandleem met groene strepen 1.50
5 grijsgroene zandige leem 1.75
6 groenachtig leemhoudend zand, licht kalkhoudend 3.00
7 idem 3.05*
8 bruinachtig groen lemig zand tot licht zandleem,
horizontaal fijn gelaagd, met sporadisch kleilensjes ;
lokale kleine involuties 3.70*
9 grijs groenachtig leemhoudend zand
10 groengrijs 1/2 grof zand, licht kalkhoudend 5.00
11 idem 6.00
12 grijsachtige grint zand met op (0.10) en (0.18)
grintlaagjes bestaande uit kwartskorrels en kleine 6.18*
gerolde zwarte vuursteenkeitjes ; licht kalkhoudend,
kleikeitjes, Hydrolia 6.52*
13 groengrijs (donker) leemhoudend zand, licht kalk
14 grijs grof grint zand 7.08*
15 grind, subhoekig en middelfijn (D = 2 mm)
sporadisch enkele platte gerolde keien
16 groengrijs kleihoudend fijn zand met sporadisch
kleilenzen en zwarte ronde vlekken 8.00
17 idem 9.00
18 groengrijs (met zwakke tubulaties) silteus zand,
glimmerhoudend 10.00
19 idem 11.00
20 groengrijs + kleihoudend, fijn zand - glimmerhoudend,
silteus
21 groengrijs fijn silteus zand, wat zwakke tubulaties 12.00
22 groengrijs fijn silthoudend zand, met zwakke tubula-
ties geen kalk 13.00
23 idem 13.20*
24 groen kleihoudend fijn zand 13.85*
25 donkergroen, fijn glauconietrijk, silteus kleihoudend
zand 14.10
26 donkergroengrijze, kleihoudende zand 14.20
27 groengrijs, silteus zand met bittere zandlensjes 14.40
28 groengrijs, kleirijk zand tot zandige klei (klei
en zand onregelmatig gelaagd) 14.80
29 idem
30 donkergroen, zeer kleiïg fijn zand tot sterk zandige
klei met tubulaties 15.20
31 bleker groen kleiïg zand met talrijke tubulaties 15.80
32 bleekgrijs zeer fijn homogeen, kleihoudend zand,
zwak glauconiethoudend 16.20
33 idem
34 groengrijs kleiïg zeer fijn zand met zeer talrijke
fijne, bleek zandige tubulaties 17.25
35 grijsgroene silteuse klei 17.90*
36 grijsgroene (zware ± silthoudende klei) 18.25*
37 grijsgroene ± silteuse klei (zware), talrijke ver-
niculatis 19.20*
38 grijsgroene sterk silteuse klei, met veel tubula-
ties - geen kalken 20.50
39 grijsgroene silteuse zware klei 20.80
40 grijsgroene silteuse zware klei 21.75
41 idem, met sporadisch grijswitte zandlensjes - geen
kalk 22.25
42 idem
43 groengrijze kleiïg zand, sterk gemengd met tubula-
ties 23.50
44 groengrijs, sterk kleiïg zand met witte zandadertjes 24.20
45 groengrijs kleiïg 1/2 fijn zand met zeer veel bleke
vlekjes en witgrijze zandlaagjes (wordt zandiger in
de diepte) 25.30
46 donker groengrijs iets kleihoudend, fijn zand
met sporadisch witgrijze tubulaties 26.30
47 donkergroengrijs fijn zand, homogeen, iets gelaagd
(zwakke witgrijze horizontale, zandige laagjes)
fijn verdeelde glauconiet ! 27.30
48 fijn grijs groene zand - licht glauconiethoudend -
geen kalk 28.30
49 idem 29.40
50 groengrijs zand met talrijke onregelmatige witgrijze
zandlenzen, wordt iets kleiïger aan de basis 29.70
51 donker grijsgroen sterk kleiïg zand met veel fijn
glauconiet - geen kalk 30.20
52 groengrijze silteuse klei met nesten of laagjes
rijk aan glauconiet en markasiet; veel bruine
pyriteuse draden 30.60
53 groengrijze massieve klei ; sporadise witgrijze
zandlaagjes 31.25
54 iets silthoudend - geen kalk 31.70
55 groengrijze zware klei met vermiculaties 32.60
56 idem 33.30
57 groene massieve klei, met talrijke glauconietrijke
zandige nesten en glauconiet verdeeld in de massa 33.60
58 idem
59 grijsgroene massieve klei, met talrijke witte klei-
ne tubulaties ; glauconietnesten, geen kalk 34.60
60 silthoudende vaste groene klei - talrijke witte
silteuse vermiculaties - glauconietnesten 35.80
61 0.20 siltrijke en glauconietrijke klei, verder zware
homogene klei 36.90
62 groene zware massieve klei 37.50
63 idem, bovenaan met talrijke Amusium Corneum, dan
groene vaste, iets silthoudende klei, sporadische
Amusium 38.50
64 groene zware, klei, ± silthoudend, talrijke
vanaf 39.50 39.50
65 ± silthoudend, groene vaste klei, kalkrijke,
talrijke bleke vermiculaties 40.50
66 silthoudend ? groene vaste klei ? gaat over naar
een groen, zeer fijn, kalkrijk, kleihoudend zand,
talrijke Num. wemmel 41.80
67 0.25 kleihoudend, zeer fijn zand, met schelpen
0.25-0.50 : glauconietische zone / onderste grens
niet scherp
0.50 - 1.00 fijn, iets kleihoudend zand met talrijke
glauconietrijke zones / enkele amusium corneum (over
gans de kern verspreid)
68 zeer fijn, groen zand, talrijke nummulieten tussen
0.66 - 0.74 een witte schelpenrijke zone, met tal-
rijke nummulieten 43.70
69 zeer fijn, groen zand, met talrijke Nummulieten 44.50
70 gebroken stukken kalkzandsteen met nummulieten 45.30
0.60 : zeer fijn groenachtig zand - talrijke nummu-
lieten (N. variolarius ?) 45.90
71 zeer fijn glauconiethoudend, grijs groen, zand 46.20
talrijke Nummu-variolarius - enkele Ditrupa's 46.90
72 witgrijsachtig fijn zand, kalkhoudend, enkele
kleibrokjes - verdacht !!! 47.60
73 fijn, groenachtig talrijk zand - talrijke Num-
mulites variolarius 48.50
74 zeer fijn grijsgroen, kalkrijk zand
(volgens de putboorder : zandsteen tussen
49.75 - 50.00)
R. PAEPE
M. GULINCK
8.12.1972
