Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 056E / 056E0196.TXT

056E0196.TXT

ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
------------------------------------------------------------------------------
Kaart nr.:		56E
PLAAT:		ZELE
Nr.:			196(VIII, c)
Type Boring:	Geotechnische boring B9 
Topografische kaart:	22/4
Uitgevoerd te:	Dendermonde 
Post nr.:		9200
Adres boorplaats:	zeeschelde – Rechteroever Dijkversterking

Opdrachtgever:	AGEO opdrachtnr.10353-01/026 
Boorfirma:		AGEO
Boordatum:		03.07.2001
Topografie:		kaart 1/10.000
Stalen door:	boormeester : R. DE GROOTE 
Boormethode:	droog, lepelboor, pulsboor,steekapparaat 
Lengte & doormeters: 	voerbuizen 168 mm

Grondwaterstanden:	
1ste maal:		4.44 m
Bij rust:		
Tijdens pompen:	
Debiet:		
Waterzaak nr.:	
Totale diepte:	14.00 
Stalen bewaard:	Ageo
Maaiveld / ref. peil: 	+7.43
X:			125346
Y:			188499
NIS code:		42006

------------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
------------------------------------------------------------------------------
Nr. * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
------------------------------------------------------------------------------
P1	00.50	geroerd, bruin en donkerbruin sterk humeus fijn zand, 
silthoudend, enkele stukjes baksteen, plaatselijk 
sterk kleihoudend, kalk
P2	01.00	bruin leemhoudend heel fijn zand
P3	01.50	bruingeel fijn zand met stukken zoetwaterschelp, een 
klein silexje en een stukje baksteen, kalk
P4	02.00	bruingeel fijn zand, kalkhoudend
P5	02.50	bruingeel fijn zand met enkele bruine humeuze brokken, 
kalk
P6	03.00	bruingeel heel fijn zand, kalk, silthoudend, een 
organisch vlekje
P7	03.50	roestbruin sterk silthoudend heel fijn zand, een 
houtrestje en enkele organische resten, enkele stukjes 
baksteen, kalk
P8	04.00	bruine sterk fijnzandige silt
P9	04.50	bruine sterk fijnzandige silt, een houtrestje en veel 
organisch materiaal, heel veel baksteengruis
P10-P11	05.00-05.50	geelbruin halffijn zand
P12	06.00	geelbruin middelmatig zand, zeer zwak kleihoudend, 
zeer weinig silexjes en baksteenstukjes
P13-P14	06.50-07.00	geelbruin middelmatig tot grof zand, zeer veel heel 
fijn silexgrint, een nummulietje, enkele stukjes 
schelp
P15	07.50	geelgrijs middelmatig tot grof zand, veel heel fijn 
silexgrint, veel nummulieten, enkele kalkzandsteentjes
P16	08.00	grof tot zeer grof grijs zand met heel veel fijn 
silexgrint, een minuscuul plantenrestje, heel veel 
nummulieten
P17	08.50	middelmatig tot zeer grof grijs zand, heel veel fijn 
silexgrind en enkele grotere silexen (3 cm), heel veel 
nummulieten, een brokje nummulieten-kalksteen
P18	09.00	donkergrijs kleihoudend zeer fijn zand rijk aan 
organisch materiaal, gemengd met kleihoudend en wat 
grindhoudend halffijn zand, enkele plantenrestjes
P19	09.50	donkergrijs sterk fijnzandige silt, plaatselijk wat 
organisch materiaal, enkele nummulieten, enkele fijne 
silexgrindjes
P20	10.00	grijs middelmatig tot fijn zand, een siltlamina, zwak 
kalkhoudend, enkele zeer kleine nummulieten
P21	10.50	donkergrijs zeer fijn silthoudend zand, enkele grove 
korrels, enkele kleine nummulietjes, zwak kalkhoudend, 
een plantenrestje
P22	11.00	donkergrijze silt, sterk zeer fijnzandig, wat 
plantengruis
P23	11.50	donkergrijze sterk fijnzandige klei, enkele 
nummulietjes, een klein brokje kalkzandsteen
P24	12.00	donkergrijze zwak fijnzandige klei
P25-P28	12.50-14.00	bruingrijze harde klei
------------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
------------------------------------------------------------------------------
Top  * basis  *  STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
------------------------------------------------------------------------------
00.00 - 04.50 m Aanvulling 
04.50 - 14.00 m Quartair met verspoeld Ledezand
------------------------------------------------------------------------------
AUTEUR Tim Polfliet, RUG, 02.10.2001
----------------------------------------------------------------------------
Opmerking betreffende benaming silt/leem
In de lithologische beschrijving opgemaakt door de geoloog wordt de 
grondsoortbenaming "leem" soms niet of slechts in een zeer specifieke 
geologische context gebruikt. Meestal benoemt men de grondsoort die 
overeenstemt met de granulometrische factie 63 µm – 2 µm als silt, dit conform 
internationale afspraken.
In de geotechnische beschrijving gaat men uit van de grondsoortbenaming 
gangbaar in de Belgische context, waarbij de benaming van de granulometrische 
fractie 63 µm – 2 µm i.f.v. de plasticiteit verder wordt genuanceerd.
-	plasticiteitsindex Ip < 5 : silt
-	plasticiteitsindex Ip > 5 : leem of kleihoudend silt.

BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST

	056E/0196 (VIII, c) KAARTBLAD: ZELE
P.1/2 

******************************************************************************
Insert the GSB number to search all associated content