PL. GENT 55W
941 (VIIIb)
Voorafgaande nota mbt de nummers 913 - 960: TABEL MET DE OVEREENKOMSTIGE
NUMMERS VAN DE ARCHIEVEN VAN DE GEOLOGISCHE KAART. Zie onder nr 913.
BORING 221 HB 34
uitgevoerd te : GENT
door : R.U.G., afd. Toegepaste Geologie
Datum : 1975
Topografische ligging opgetekend : volgens kaart R.U.G. Zie bijgevoegd
plan.
Boringsmethode : handboor
Hoogte van het maaiveld : +6,03
Totale diepte : 8,40
Beschrijving door M. Depret en Ph. Van Burm (Prof. Paper 1978/6 - nr. 154,
p. 27).
BORING 221 HB34 (+6,03)*
Aard der Grondlagen Diepte (m)
van tot
- Blauwgrijze klei met veel organisch materiaal 0,00 0,30
- Blauwgrijze klei met roestvlekken en plantenresten 0,30 0,40
- Blauwgrijs licht leemhoudend fijn zand; tussen 4,50 en 5,00m
meerdere zandige leem- en kleibrokken; tussen 5,70 en 6,30m
enkele grintelementen (broze glauconietzandsteen - tot
5mm) en schelpfragmenten (tot 5mm) 0,40 6,30
- Blauwgrijs licht leemhoudend fijn zand met kleibrokken en
enkele nummulieten 6,30 6,80
- Donkergroengrijze glauconiethoudende zandige klei met enkele
nummulieten 6,80 7,50
- Donkergroen glauconiethoudend kleiïg zand met veel nummu-
lieten 7,50 8,40
Vermoedelijke geologische verklaring :
Kwartair : van 0,00 tot 6,80m
Tertiair : Ieperiaan (Yd) : van 6,80 tot 8,40m
* Alle peilen zijn uitgedrukt in meter t.o.v. het referentievlak TAW.