PL. GENT 55W
938 (Vd)
Voorafgaande nota mbt de nummers 913 - 960: TABEL MET DE OVEREENKOMSTIGE
NUMMERS VAN DE ARCHIEVEN VAN DE GEOLOGISCHE KAART. Zie onder nr 913.
BORING 221 HB 27
uitgevoerd te : Gent
door : R.U.G., afd. Toegepaste Geologie
Datum : 1975
Topografische ligging opgetekend : volgens kaart R.U.G. Zie bijgevoegd
plan.
Boringsmethode : handboor
Grondwaterstanden: voor de eerste maal waargenomen : 0,28m.
Hoogte van het maaiveld : +5,99
Totale diepte : 7,10
Beschrijving door M. Depret en Ph. Van Burm (Prof. Paper 1978/6 - nr. 154,
p. 23-24).
BORING 221 HB27 (+5,99)*
Aard der Grondlagen Diepte (m)
van tot
- Donkerzwartbruin licht kleihoudend fijn zand met veel
wortelresten 0,00 0,20
- Bruingrijze tot blauwgrijze klei met roestconcreties
(5mm) en plantenresten 0,20 0,50
- Bleekgrijs licht leemhoudend fijn zand met roestvlekken 0,50 0,70
- Oranjebruin licht leemhoudend fijn en middelmatig zand
met enkele grijze lemige laagjes 0,70 1,20
- Beige fijn en middelmatig zand met organische resten
(tot 10mm) 1,20 2,00
- Grijsbeige licht leemhoudend fijn zand; vanaf 3,20m enkele
leembrokjes 2,00 3,50
- Grijs licht leemhoudend fijn zand met enkele klei- en
leembrokjes 3,50 4,10
- Grijs fijn en middelmatig zand; tussen 4,70 en 4,90m enkele
grintelementen (gerolde glauconietzandsteen - tot 6mm) 4,10 4,90
- Donkergrijs lemig fijn zand met kleibrokjes en enkele
organische resten (tot 4mm); tussen 5,30 en 6,00 enkele
grintelementen (tot 10mm); naar onder toe lemiger 4,90 6,00
- Donkergrijze zandige leem 6,00 6,10
- Donkergroengrijs glauconiethoudend lemig fijn en middel-
matig zand met organische resten (tot 4mm) 6,10 6,70
- Donkerbruingroene zandige klei afwisselend met glauconiet-
houdende kleihoudende zandlamellen; glimmers (1mm) 6,70 7,10
Vermoedelijke geologische verklaring :
Kwartair : van 0,00 tot 6,70m
Tertiair : Paniseliaan (P1c) : van 6,70 tot 7,10m
* Alle peilen zijn uitgedrukt in meter t.o.v. het referentievlak TAW.
---------------------------------------------------------------------------
PL. GENT 55W
938 (Vd) (1ste vervolg)
Voorafgaande nota mbt de nummers 913 - 960: TABEL MET DE OVEREENKOMSTIGE
NUMMERS VAN DE ARCHIEVEN VAN DE GEOLOGISCHE KAART. Zie onder nr 913.
BORING 221 HB 29
uitgevoerd te : Gent
door : R.U.G., afd. Toegepaste Geologie
Datum : 1975
Topografische ligging opgetekend; volgens kaart R.U.G.
Boringsmethode : handboor
Grondwaterstanden: voor de eerste maal waargenomen : 0,24
Hoogte van het maaiveld : +6,01
Totale diepte : 7,20
Beschrijving door M. Depret en Ph. Van Burm (Prof. Paper 1978/6 - nr. 154,
p. 24).
BORING 221 HB29 (+6,01)*
Aard der Grondlagen Diepte (m)
van tot
- Bruinzwart lemig fijn zand met plantenwortels en roestvlekken 0,00 0,30
- Blauwgrijze klei met plantenresten en roestvlekken 0,30 0,50
- Bleekgrijs licht leemhoudend fijn zand met enkele hout-
resten 0,50 4,50
- Bleekgrijs licht leemhoudend fijn zand met leem- en klei-
brokjes en enkele grintelementen (hoekige glauconietzand-
steen en silex - tot 10mm) 4,50 5,70
- Donkergrijs lemig fijn zand 5,70 6,70
- Donkergrijsgroen glauconiethoudend kleihoudend fijn zand met
enkele kleilaagjes; glimmers (1mm); vanaf 6,90m meer klei-
laagjes 6,70 7,20
Vermoedelijke geologische verklaring :
Kwartair : van 0,00 tot 6,70m
Tertiair : Paniseliaan (P1c) : van 6,70 tot 7,20m
* Alle peilen zijn uitgedrukt in meter t.o.v. het referentievlak TAW.
