PL. GENT 55W
145 (VI)
R.TAVERNIER.- Natuurwetenschappelijk Tijdschrift. Gent, 1937, Jaargang 19,
Nr.4, blz. 158-160.
Boringen uitgevoerd in de Meire (Oude Universiteit).
Op 20 juni 1933 werden in de Universiteitsgebouwen, Lange Meire te Gent,
twee boringen uitgevoerd door de firma PIEUX-FRANQUI, uit Luik, met het oog
op het bouwen van een fabriekschouw voor centrale verwarming. De monsters
van deze boringen afkomstig, worden in het Geologisch Laboratorium der
Universiteit te Gent bewaard. De boring Nr.1 ligt een 0m70 hoger dan de
straat; boring No 2 ligt ongeveer gelijk met de straat.
BORING MEIRE Nr.1, GENT.
Hoogte van het maaiveld: 8m50.
Nrs Diepte
1 Remanié tot 3m50
2 Zwart-grijze aarde grod en onregelmatig van korrel,
met steenfragmenten (remanié + moderne alluvial) op 3m50
3 Idem. Bevat kleine stukjes houtskolen op 4m20
4 Bruin-grijze lichte, zeer plastische klei, sterk
turfachtige, bevat ook glimmers, vertoont
krimpscheuren bij uitdrogen op 4m50
5 Turf. Bevat stukjes houtskool op 5m10
6 Groen zand, licht kleiachtig, met tamelijk grove
kwartskorrels, veel glauconiet en glimmerplaatjes.
Kalkelementen werden niet waargnomen. Donkergroen
als het nat is op 5m30
7 Id., doch iets bruiner en meer kleiachtig op 5m50
8 Id., ferrugineus als gevolg van de alteratie op 5m65
9 Groen zand, kleiachtig (weinig klei), fijn van
korrel. Bevat glimmerplaatjes en glauconietkorrels op 5m75
10 Idem op 6m10
11 Idem, doch zuiver groen, zeer rijk aan glaukoniet op 6m30
12 Idem, zuiver groen en fijn van korrel op 7m45
13 Idem, donker groen, fijn van korrel, steeds rijk
aan glauconiet en glimmers op 8m00
14 Idem, donker groen; bevat eenige grove korrels,
steeds vrij van kalkelementen op 8m05
Interpretatie:
Van 0.00 tot 3m50 Remanié
Van 3m50 tot 5m10 Turfachtig alluvium.
Van af 5m10: Paniseliaan waaarvan de basis op 8m05 nog niet bereikt
werd.
Fig.4.- Dwarsprofiel door den Blandinusheuvel (1).
T = terrasafzetting.
A. = Bartoon: facies klei van Assche.
W = Bartoon: facies zand van Wemmel.
Le = Lediaan: de drie waargenomen zandsteenzones zijn aangegeven.
P2 = Paniseliaan: facies zand van Aalter.
P1 = Beneden Paniseliaan.
f duidt de Venericardia planicosta zone aan (2).
1 geeft ligniethoudend Paniseliaan aan (2)
Td = Ieperiaan: zandig facies.
Alluvium en Remanié zijn door hetzelfde teken voorgesteld.
De boringen waarvan gebruik gemaakt werd voor het maken van deze doorsnede
zijn door verticale lijnen voorgesteld terwijl de profielen door zig-zag
lijnen zijn aangegeven.
-----------------------------
(1) Door de zorgen van de Wegenisdienst van de Stad werd een plan
opgemaakt, waarop tal van hoogtecijfers voorkomen. Aan de hand van dit
document werd door den H. M.Dumont, student in de aardrijkskunde een
kaartje met hoogtelijnen opgemaakt. Wij zijn den Heer Dumont zeer
dankbaar dat hij toelating gaf van dit kaartje gebruik te maken om dit
dwarsprofiel door den Blandinusheuvel te tekenen.
(2) TAVERNIER R.- Bijdrage tot de geologische kennis van de Blandinusberg,
te Gent. Natuurwetenschappelijk Tijdschrift, jaargang 17, pp. 201-212,
Gent 1935.
-----------------------------
BORING MEIRE Nr.2, GENT.
Hoogte van het Maaiveld: 7m80
Nrs Diepte
1 Remanié tot 2m00
2 Turfachtig alluvium op 3m40
3 Bruinachtig zand, grof en onregelmatig van korrel
glauconiet- en glimmerhoudend. Vrij ferrugineus
als gevolg van de alteratie op 3m40
4 Geelachtig-groenachtig zand (vooral geel) grof van
korrel, rijk aan glimmers en glauconiet. Het
glauconiet is nogal erg aan oxydatie onderhevig
geweest op 3m90
5 Groenachtig glauconietzand, minder geoxydeerd,
fijner van korrel maar vrij van kalkelementen op 4m00
6 Donker groen zand, fijn van korrel, eenigszins
kleiachtig, rijk aan glimmers en glauconiet maar
ook vrij van kalk op 4m55
Interpretatie:
van 0.00 tot 2m10 Remanié
van 2m10 tot 3m90 Turfachtig alluvium
Van af 3m90. Paniseliaan waarvan de basis niet aangeboord.
