PL. NEVELE 54E
196 (Id)
Peilput
Uitgevoerd te : Nevele
Voor Primair Grondwatermeetnet AROL
Door : Smet-DB
Datum : februari 1989
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode : inspoeling tot 211m - gekernd van 211 tot 272m
Opeenvolgende doormeters :
Grondwaterstanden :
Hoogte van het maaiveld : +10m
Coördinaten : X : 91.440
Y : 195.165
Volgnummer Aard der grondlagen
Beschrijving van de spoelmonsters
1 Geel-bruine tot roestkleurige leem en grijze silteuze klei met
sporen van schelpfragmentjes
2 Geel-bruin, middelmatig tot grof hoekig kwartszand met een
weinig fijne silteuze kleibrokjes. Zwarte steenkorreltjes en
enkele fijne kwartsgrindjes
3 Zelfde zand, iet minder grof
4 Zelfde zand, gemengd met grijze silteuze klei (heterogeen
monster) en grove kwartskorrels. Geen kalk.
5 Beige tot grijs heterogeen grof zand met silteuze klei met zeer
grove kwartskorrels tot fijne grindjes en enkele zwarte
keitjes.
6 Grijze silteuze en zandige klei, glauconiethoudend met nog een
weinig grof zand. Geen kalk.
7 Idem
8* Bruin-grijs, silteus en kleiig fijn zand, glauconiet en
glimmerhoudend met grijze silteuze kleibrokken; één fragment
van een verkiezelde Nummulites planulatus en enkele
bruin-grijze plastische kleibrokjes
9 Idem, minder kleiig materiaal
10* Grijs-groen, glauconiet en glimmerhoudend (tamelijk grote
glimmers) silteus, fijn tot zeer fijn, kleihoudend zand met
donkerbrijze en bruin-grijze silteuze en ook plastische
kleibrokjes. Geen kalk.
11 Groen, tamelijk sterk glauconiethoudend, en glimmerhoudend
silteus en kleirijk fijn tot zeer fijn zand met sterk kleiige,
soms bruinig gekleurde brokken.
12* Grijs-groen, glauconiet en glimmerhoudend (tamelijk grote
glimmers) kleihoudend silteus fijn tot zeer fijn zand -
kalkhoudend. Enkele sterker kleiige brokken
13 Idem, enkele kleine zandsteenbrokjes
14 Sterker kleiig - silteus kleiig zand tot zandige klei - sterk
kalkhoudend
15*-16 Grijsgroene, sterk glauconiethoudende en glimmerhoudende,
silteuze, fijn zandige klei, kalkrijk met enkele groen-grijze
glauconiethoudende zandsteenfragmenten.
17 Idem, maar minder zandhoudend
18-19 Grijs-groen, sterk glauconiethoudende en glimmerhoudende,
kalkrijke, zandige klei met enkele zandsteenfragmenten en
verharde, kleiige brokjes
20* Sterker kleiig: minder zandhoudende silteuze klei nog steeds
kalkrijk.
21 Groene, glauconiet- en glimmerhoudende zandige klei met enkele
zandsteenfragmentjes en harde kleibrokjes - kalkrijk.
22 Groene sterk zandige klei maar met meer en grovere
glauconietkorrels en duidelijke aanwezigheid van
schelpfragmenten en enkele nummulieten.
23-25*-30 Groen, sterk glauconiethoudend en glimmerhoudend sterk zandige
klei tot kleiig zand met veel schelpengruis en nummulieten
(grote Nummulites planulatus)
31-34 Idem, zandiger
35*-36 Grijsgroene, glauconiethoudende en glimmerhoudende silteuze en
zeer fijn zandige klei met minder fossielengruis
37-40* Grijsgroene, glauconiet en glimmerhoudende silteuze en fijn
zandige klei met schelpengruis en Nummulites planulatus
41 Iets meer fijnzandig materiaal, minder fossielresten
42 Zoals 40.
43*-44 Klei wordt plastischer en met enkele verharde kleibrokjes (nog
steeds zandhoudend)
45* Grijze, met licht groene schijn, glauconiet- en glimmerhoudende
silteuze klei met enkele verharde kleibrokjes en slechts sporen
van schelpenresten en zeer weinig fijn zandig materiaal (naval
?)
46-47 Klei wordt plastischer.
48-52* Bruin-grijze tot grijze, glauconiet- en glimmerhoudende,
silthoudende klei.
53-55 Klei wordt plastischer - nog steeds silt en een weinig fijn
zandig materiaal. Kalkhoudend.
56-58 Idem, nog plastischer.
59*-70* Bruin-grijze, glauconiet- en glimmerhoudende talelijk
plastische klei met silteuze tussenlagen
71-99 Bruingrijze tot blauwgrijze stevige klei
80*-85*-91*-96*
100* Idem, duidelijk kalkhoudend
101-104 Idem, weinig kalkhoudend.
105*-110*-115*-120*-125*-130 Zelfde plastische klei, kalkhoudend met
dikwijls harde kleibrokjes
131-142 Idem blauwgrijze stevige plastische klei met harde kleibrokjes
(monsters 135*-140*)
143 Idem, kleisteenfragment
144*-150*-155* Zelfde klei (blauwgrijs tot groen-grijs) toenemend aantal
harde kleibrokjes
156-157 Heel stevige, plastische klei
158-159 Zeepachtige grijze klei
160* Idem, glauconietkorrels
161 Groene, vettige klei (zeepachtig) licht kalkhoudend
162* Zelfde vettige klei maar met glauconiethoudend zand en
verspreide schelpfragmenten
163-167 Nog steeds vettige klei met zandig materiaal en schelpengruis
168-169 Idem, grotere en meer (duidelijker) glauconietkorrels
170*-171 Grijs, glauconiethoudend en zeer zwak glimmerhoudend, kleiig
fijn zand met zeer veel schelpengruis
172 Idem maar sterker kleiig (naval ?)
173* Grijs, glauconiethoudend, middelmatig fijn zand met veel
schelpengruis
174-175 Terug zeer kleiig (naval ?)
176 Zelfde zand met klei
177-180* Grijs, glauconiethoudend en glimmerhoudend middelmatig fijn
zand licht kalkhoudend met fijn schelpengruis (afnemend naar
onder)
181 Idem, iets fijner en met kleiig materiaal
182 Groene zandhoudende klei met veel schelpengruis
183-184 Idem, terug met meer grijs zand
185* grijs, glauconiethoudend en kleihoudend fijn zand met
schelpengruis
186-190*-194 Groengrijs, glauconiethoudend, sterk kleiig fijn zand tot
zandige klei (tamelijk heterogene monsters: zowel grijs zand
als echte plastische klei (naval ?) met schelpengruis
195 Groen, silteuze en fijn zandige klei met een weinig
schelpengruis
196* Groen, sterk kleiig, glauconiethoudend fijn zand tot zandige
klei met een weinig fijn schelpengruis
197 Groen-grijze, tamelijk plastische klei met een weinig fijn-
zandig materiaal en een weinig schelpengruis
198 Terug veel meer grijs zand en schelpengruis
199-200* Gemengde monsters met groen-grijze tamelijk vette klei, groene
zandige klei en grijs zand met schelpengruis
201 Mengmonster enkele zwarte keitjes en met witte krijtsporen
201*-202* Wit tot bleek grijs krijt, zeer fijn, kleiig en met wat
glauconietkorrels
BESCHRIJVING VAN DE KERNEN :
211.20 - 211.70m
Lichtgrijs (2,5 Y 8/1) fijnkorrelig frijt met iets donkerdere (2,5 Y 7/1)
lichtgrijze vlekken (bioturbatiestrukturen); op 211,35m schuin verlopende
lichtgrijze (2,5 Y 8/1) lens, ongeveer 3cm dik; tussen 211,45 en 211,85/8m
enkele zeer fijne nagenoeg vertikale diaklazen gevuld met lichtgrijze klei;
van 211,60m tot 211,70m geen lichtgrijze bioturbatiestukturen en een dui-
delijk blekere kleur (nagenoeg wit N 9/0).
211.70 - 212.70m
van 211,70 tot 211,85m : nagenoeg wit krijt met zeldzame lichtgrijze fijne
striaties;
van 211,85 tot 212,05m : lichtgrijze onregelmatige bioturbatiestrukturen;
vanaf 212,05m meer regelmatige, overwegend subhorizontale lichtgrijze
lenzen en zeldzame vertikale diaklazen;
op 212,25m een schelp (Rhynchonella); de lichtgrijze stukken en lenzen zijn
vooral geconcentreerd tussen 212,30 en 212,55m.
212.70 - 213.70m
Lichtgrijs (2,5 Y 8/1) krijt met lichtgrijze (2,5 Y 7/1) bioturbatiestruk-
turen, vooral tussen 212,75 en 212,90m en tussen 213,10 en 213,15m; in de
laatstvermelde lichtgrijze zone talrijke witte bioklasten (en/of fijnkor-
relige kalkfossielen);
vanaf 213,15m minder bioturbatiestrukturen en een concentratie van subver-
tikale diaklazen tussen 213,20 en 213,45m; sterk verbrokkelde kern van
213,64 tot 213,70m
213.70 - 214.70m
Weinig biorturbatiestrukturen tussen 213,70 en 213,85m; een duidelijk
grijzere tint tussen 213,85 en 213,95m met talrijke witte onregelmatige
vlekken (bioklasten ?); een wat lichtere kleur tussen 213,95 en 214,30m met
overwegend subhorizontale bioturbatiestrukturen; fossiel (1cm lengte) op
214,40m: vanaf 214,55m weer lichtere tint.
214.70 - 215.55m
De nagenoeg witte kern blijft tot 214,95m; lichtgrijze tint tussen 214,95m
en 215,45m met donkerste zone tussen 215,10m en 215,30m en talrijke verti-
kale diaklazen tussen 215,30m en 215,45m; de basis vertoont een duidelijke
blekere tint.
215.55 - 216.45m
De lichtgrijze bijna witte kleur blijft tot 215,80m;
onderste gedeelte iets donkerder en hierin ook meer lensvormig subhorizon-
tale bioturbatiestrukturen.
216.45 - 216.75m
Lichtgrijs fijn krijt met enkele grijze overwegend horizontale fijne
lamellen.
216.75 - 217.75m
Van 216,75 tot 216,83 nagenoeg wit krijt; dan een lichtgrijze tint met
enkele bioturbatiestrukturen en vertikale diaklazen; van 217,45 tot 217,65m
een grijzere kleur en een concentratie van witte strukturen (vnl. van 1mm
tot 1cm): fossielen en/of bioklasten; de basis vertoont weer een blekere
tint.
217.75 - 218.70m
Van 217,15 tot 218,00m nagenoeg wit krijt met zeldzame diaklazen; van
218,00m tot 218,65m lichtgrijze tint en een grillig patroon van barstopvul-
lingen en bioturbatiestrukturen; de basis is weer bleker van tint.
218.70 - 219.70m
De nagenoeg witte kleur blijft tot 218,85m;
een lichtgrijze zone tot 219,60m en opnieuw een blekere basis.
219.70 - 220.70m
Een zeer lichtgrijze kleur tot 220,0 m; grijzere tint tussen 220,00 en
220,10m en een paar fossielen en aan de basis plantenresten (?); eronder
ook grijze tint maar iets bleker; vanaf 220,45m tot 220,60m weer meer
donkerder grijstint en aan de basis weer iets bleker.
220.70 - 221.70m
Zeer lichtgrijs fijn krijt; tussen 221,25 en 221,45m verschillende lensvor-
mige witte strukturen op grijze achtergrond.
221.70 - 222.70m
Nagenoeg wit krijt van 221,70m tot 221,80m; daarna weer grijzere tint in
onregelmatig gevlekt patroon;
vanaf 222,55m sterk verbrokkelde kern.
222.70 - 223.60m
Zeer lichtgrijze kleur van 222,70 tot 222,80m; dan weer grijzer met talrijke
bioturbatiestrukturen en nagenoeg witte basis vanaf 223.55m.
223.60 - 224.00m
Zeer lichtgrijs krijt; grijzere lenzen geconcentreerd tussen 223.60 en
223.70m en tussen 224.00m en 224.25m; fossiel op 224.20m.
224.60 - 225.53m
Lichtgrijs krijt met concentratie van fossielen of bioklasten tussen 224,75
en 224.85m; sterk verbrokkeld vanaf 225.50m.
225.53 - 226.51m
Lichtgrijs krijt met bioturbatiestrukturen; concentratie van bioklasten
tussen 225.90 en 226.00m en aan de basis (van 226.45 tot 226.51m).
226.51 - 227.52m
Nagenoeg wit krijt van 226.51 tot 226.60m: daarna grijzere tint en veel
bioturbatiestrukturen; fossiel op 226,95m.
227.52 - 228.50m
Lichtgrijs krijt met bioturbatiestrukturen; gepyritizeerd plantfragment
(?) op 227.55m en schelpen op 227.65m en 227.85m.
228.50 - 229.52m
Lichtgrijze krijt met bioturbatiestrukturen, vooral tussen 228.65m en
228.75m; fossiel op 229.50m.
229-52 - 230.52m
Lichtgrijs krijt, licht glaukoniethoudend; eerste glaukonietnestje op
229.55m; nadien geleidelijke toename van het glaukonietgehalte; regelmatig
horizontale grijzere laag tussen 229.80 en 229.85m; schelp op 229.75m en
kalkfossielen (?) op 229.90m en 230.10m.
230.52 - 231.52m
Lichtgrijs krijt met talrijke donkergroene stippen (glaukoniet); het glau-
konietgehalte neemt tamelijk geleidelijk toe naar de basis; hier en daar
enkele concentraties van glaukoniet (glaukonietnesten); fossiel op 230.67
en fosfaatkorrels (?) tussen 231.25 en 231.35m.
231.52 - 232/53 (kist nr. 22)
Glaukonietrijk krijt, sterk gebioturbeerd, grote graafgang tussen 231.62 en
231.67m (witte kleur); talrijke verspreide keien van 231.62 tot 231.95m;
goede kernen tot 232.07m daarna brokkelig; kontakt krijt - verweerde sokkel
om die reden niet precies bepaalbaar, ligt tussen 232.20 en 232.40m, nogal
wat fosfaat (?) keien in die zone; aan de basis verbrokkelde grijsgroene
gesteentefragmenten met lichtrode opvulling van diaklazen en ook enkele
lichtrode gesteentebrokken.
Algemene beschrijving verweerde sokkel (kisten : nr. 22 onderaan t.e.m.
64).
232.40 - 267.00m
34,6m verweerde fylladen; schistositeit 85° hellend; rijke variatie van
kleur met hue (7,5 R; 10 R; 2,8 YR; rood, roodoranje, roodbruin); de steil-
verlopende donkere minerale opvulling van diaklazen blijven donkerbruin
gekleurd; verbrokkelde zones wisselen af met goed gekernde stukken zowel
onderaan als bovenaan; de oorspronkelijke gelaagdheid, reeds moeilijk te
zien in het niet verweerde deel is moeilijker of niet te zien in de ver-
weerde zone; verstoringen komen voor (mogelijke tektonisch, doch eerder
veroorzaakt door verzakkingen in de verweringszone).
267.00-273.20m
voornamelijk niet verweerde fylladen, dikte 6,2m wat ± 1,8m lagen vertegen-
woordigt.
267.00-267.64m : groenig grijze fylladen, met enkele lichtroodgrijze
verweringsvlekken, brokken; dikte geschat (zwakke
recuperatie)
267.64-268.21m : groenig grijze fylladen; met enkele lichtroodgrijze
verweringsvlekken.
268.21-268.60m : 0.39m verweerde zone, zachte fyllade, vaal geel oranje;
oranje; 7,5 R 5/4 vaal rood;
268.60-269.15m : 0,55m vrij goede kernen, groenig grijze fylladen met
enkele verweringsvlekken, 73° helling gelaagdheid,
schistositeit ± 80°, hoek tussen beide strekkingen 10-15°;
269.15-269.54m : 0.39m verweerde zone; brokkelige kernstukken; zachte
fylladen 10YR 7/4 dull yellow orange (vaal geel oranje)
tot 7,5 YR 6/6 oranje;
269.54-273.22m : (3,68m) waarvan 3,50m kernen aanwezig; goede kernen, licht
groenig grijze fylladen (kleiig afgewisseld met fijne
siltige laminae) (10GY 8/1-6/1) met rode verweringzone
2,5 YR 7/1-2 (licht rood grijs); helling gelaagheid:
± 60°; schistositeit : 85°; hoek tussen beide strekkingen
± 20°; diaklazen die elkaar snijden gevuld met donkergroen
grijze kristallen (10GY 3/1) (75 à 85° hellend).
Interpretatie
Rekening houdend met boorgatmetingen uitgevoerd door R.U.G.-L.T.G. op
1/2/89 en door TNO-DGV op 27/02/89.
Kwartair: 0.00 - 5.00m
Lid van Vlierzele (P1d) : 5.00 - 8.00m
Lid van Pittem/Merelbeke (P1c/P1m) : 8.00 - 21.00m
Lid van Egem (Yd) : 21.00 - 41.80m (?)
Lid van Kortemark (Yc p.p.) : 41.00 - 58.00m
Ieperiaanklei (Yc) : 58.00 - 159.00m
Lid van Knokke (L2) : 159.00 - 175.00m (?)
Onder-Landeniaan (L1c/L1b) : 175.00 - 198.00m
Krijt (Senoon = Nevele Formatie) : 198.00 - 232.40m
Paleozoïcum (Cambrium)
verweerd, roodgekleurd : 232.40 - 267.00m
niet of weinig verweerd: 267.00 - 273.20m
G.VANDORMAEL-J.VERNIERS-G. DE GEYTER
-------------------------------------------------------------------------
PL. NEVELE 54E
196 (III,a)
Peilput
uitgevoerd te Nevele,
voor Primair Grondwatermeetnet AROL
door : Smet-DB
Datum : februari 1989
Aard der grondlagen (volgens AROL) Diepte m
Bodem 1.00
Bruin middelmatig grof zand 4.00
Idem, iets grover 5.00
Bruine glauconiethoudende zandige klei 6.00
Idem 9.00
Grijze glauconiethoudende zandige klei 21.00
Grijs glauconiethoudend fossielrijk zeer fijn zand
(bivalven, N. planulatus) 22.00
Idem 28.00
Grijs glauconiethoudend zeer fijn, kleiig zand 29.00
Idem 45.00
Grijze zware klei 46.00
Idem 50.00
Grijze zware klei 160.00
Grijs fossielrijk zeer fijn zand 161.00
Idem 168.00
Idem, geleidelijk minder fossielen 188.00
Grijs krijt 189.00
Stratigrafische interpretatie
Pleistoceen: 0.00 - 5.00m
Formatie van Panisel (P1d + P1c) 5.00 - 21.00m
Formatie van Ieper 21.00 - 160.00m
Yd 21.00 - 45.00m
Yc 45.00 - 160.00m
Formatie van Landen 160.00 - 188.00m
Krijt 188.00m
B.FOBE
