PLAAT LAMPERNISSE 51 W
No 144 (VI),b)
Boring
Uitgevoerd te : Diksmuide (Kaaskerke)
Voor : Belgische Geologische Dienst (BH-6)
Door : Smet-Boring
Datum : November 1985
Grondstalen verzameld door de aannemer
Boringsmethode : spoeling en gekernd.
Hoogte van het maaiveld: 3,5 m
Volg- Aard der grondlagen Diepte m
nummer
1 Grijsbruin silteuse klei, sporadisch kleine
schelpfragmentjes, veel recente plantenresten -
kalkhoudend 1.00
2 Bleek bruingrijs (roestvlekken) silteuse klei,
enkele fragmenten van gastropoden - kalkhoudend 2.00
3 Bleek bruingrijs klei, iets zandig, weinig zeer
fijn schelpgruis - weinig kalkhoudend 3.00
4 Donker grijs slappe klei, talrijke venige resten -
weinig kalkhoudend 4.00
5 Idem, met weinig fijn schelpgruis en sporadisch
Hydrobia, kalkhoudend 5.00
6 Grijze slappe klei, weinig venige rsten, weinig
kalkhoudend 6.00
7 Idem, weinig kalkhoudend 7.00
8 Idem, met siltresten en veel veenresten, geen kalk] 8.00
9 Grijze slappe klei, enkele reductievlekken, weinig
venige en siltresten, weinig kalk 9.00
10 Grijze slappe klei, gemengd met fijn zand, venige
resten, weinig kalk 10.00
11 Idem, weinig kalk 11.00
12 Idem, met sporadisch grintje, weinig kalk 12.00
13 Iets groengrijze klei, enkele keitjes, (hoekig),
kalkhoudend 13.00
14 Idem, met concentraties van kleine kalkconcreties,
gemengd met brokjes silteuse klei, weinig kalkhoudend 14.00
15 Groenachtig grijze klei, gemengd met veel brokkelig
silteuse klei humeuse zone (van boven ?) -
weinig kalkhoudend 15.00
16 - 19 Groene silteuze klei, met harde brokjes, niet
kalkhoudend
20* Grijsgroene klei
21 - 30* Grijsgroene klei
31 - 40* Idem, maar met roodgrijze tint vanaf 33 m, en iets meer
kompakt vanaf 34 m
41 - 50* Grijze kompakte klei met zwakke roodachtige tint
51 - 60* Grijze kompakte klei met zwakke rode tot groene tint
61 - 70 Idem
71 - 80* Idem
81 - 90* Idem
91 -100* Idem
101 -110* Idem
111 -116* Idem
117 -120* Grijze siltige klei
121 -128 Idem
129 -130* Grijze kompakte siltige klei
131 -132 Grijze siltige klei
133 -140* Groengrijze kleiige silt tot kleiig fijn zand, licht
kalkhoudend
141 -150* Idem
151 -160* Groengrijze kleiige silt, soms wat zandig, licht kalkh.
161 -169* Idem
170 -173 Wit krijt vermegd met grijze kleiige silt
174 -215 Wit krijt, soms nog vermengd met grijze silt.
Gekernd van 215,03 tot 249,75 m
Kist 1
215,03 tot 216,28, lengte 91 cm
Tot 40 cm slecht geboord (met rondellen van
onregelmatige dikte). Bleekgrijze glauconiethoudende
packstone, met sporen van bioturbaties, af en toe
donkere klasten, groenig verweerd.
216,28 tot 216,72, lengte 32 cm, bovenste helft slecht
geboord.
Gesteente idem. Grote ronde klast, vermoedelijk fosfatisch (?)
216,72 tot 217,16, lengte 43 cm, kern uiteen in stukken
van 7 cm.
Gesteente idem, met verspreide donkere klasten.
217,16 tot 218,11, lengte 96 cm, stukken van 7 à 8 cm
Gesteente idem, glauconietrijke packstone met
donkergroene klasten.
218,11 tot 219,02, lengte 97 cm, stukken tot 8 cm
Rond 45 en 80 en aan einde kern sterk verbrokkeld.
0-40 gesteente idem, toenemend aantal groene klasten.
onregelmatig basiscontact.
40 tot einde kern, beige bruingrijze wackestone, nogal
hard, hoekig klieven, d vol grote knollen met korrelige
textuur, vooral bovenaan (silex)
Aan de basis glijvlak met rechte striaties.
Kist 2
219,02 tot 219,54, lengte 45 cm, bovenaan verbrokkeld
Kern valt uiteen, stukken 10 cm, onregelmatige steile
splijtvlakken.
Bleekgrijs, harde wackestone, met grote bleekgrijze
licht verkiezelde knollen.
219,54 tot 220,47, lengte 92 cm
Bovenste 50 cm onregelmatige steile splijtvlakken.
Gesteente idem, beige wackestone, grote bleekgrijze
verkiezelde knollen, tot 38 zelfs overwegend.
Vanaf 38 wordt de wackestone grijs, met brokstukken van
macrofossielen, licht silteus; onderscheid met
verkiezelde knollen wordt geringer.
220,47 tot 221,45, lengte 100 cm, massieve kern
Gesteente idem, grijze silteuze wackestone, met grote
verkiezelde knollen, weinig verschillend van
nevengesteente.
Sporen van bioturbaties : nogal homogeen.
221,45 tot 222,20, lengte 75 cm, massieve kern
Terug zachter wackestone, afwisselnd grijze en
lichtgrijze silteuze mergelige wackestone. Naar onder
toe zandiger en duidelijk glauconiethoudend; met fijn
schelpengruis; vaag gebioturbeerd.
Kist 3
222,20 tot 223,09, lengte 90 cm, zeer massief (1 stuk)
Afwisselend bleek en donkergrijze glauconiethoudend
packstone, naar onderen toe steeds glauconietrijk en
donkergrijs.
Sporen van bioturbaties.
223,09 tot 224,06, lengte 96 cm, kern massief
Donkergroene glauconietrijke packstone. Vanaf 45
geleidelijk kleiiger, zwakker geconsolideerd, met fijn
schelpengruis. Sommige zones donkergroen tot zwart voor
de glauconiet, vanaf 70 terug zandiger, packstone met
knollen bestaande uit kalksteen met suikerige textuur
(paleozoïsch ?)
224,06 tot 224,35, lengte 30 cm, stukken van 8 cm
Gesteente idem, met talrijke bleke harde knollen van
kalksteen
224,25 slijpplaatje
224,35 tot 225,60, lengte 125 cm, verbrokkeld rond 30,
uit elkaar vallend in stukken van 3 tot 12 cm.
0 tot 3 zachte donkergrijze kleiige wackestone, zeer
glauconietrijk met bleke knollen.
3 tot 28 bleke kalksteen met suikerige textuut, met
fijn verdeelde glauconiet, met insluitsels van zachte
donkere glauconiethoudende wackestone. 28 tot 40
verbrokkelde grijsgroene glauconiethoudende
wackestone-packstone. 40 tot einde kern, bleke
kalksteen, suikerige textuur, packstone, grainstone
facies, licht glauconiethoudend, met donkere
glauconieth. insluitsels; grofkorreliger naar onderen
toe, tot zuivere grainstone, en mooie Ditrupa onderaan.
Kist 4
225,40 tot 228,43, lengte 3,14 m
Kernstukken gemiddeld 10 à 14 cm. Steile barst aan de
top, op 100 en op 300.
Van 0 tot 15 compakte bleke kalksteen, packstone,
grover aan de top. 15 tot 31 groene packstone,
glauconiethoudende, met fijn schelpengruis, en
dunschalige schelpen; subhorizontaal gelamineerde
Oesterschalen aan de basis.
31 tot 35 grove bioklastische poreuze grainstone.
35 tot 87 glauconiethoudende packstone met fijn
schelpengruis, wordt zeer grofkorrelig naar 65 toe;
afwisseling van fijn glauconietrijke packstone en grove
blekere grainstone, die naar onderen toe overweegt.
Aan de basis glauconiethoudend granule-grind met kwarts
en groene mudclasts.
87 tot 120 bleekgrijze beige vrij grove goed
gesorteerde grainstone. 120 tot 193 heterogeen pakket
met minder goed geconsolideerde grof bioklastische
grainstone en groene intercalaties met fijne keitjes.
Helling tot 25 .
Slecht gesorteerd.
Vanaf 173 overwegend zeer grove groene grainstone met
Ditrupa.
Mudclasts talrijker aan de basis toe.
193 tot 314, vrij goed gesorteerde bleekgrijze
grainstone.
228,43 tot 228,76, lengte 32 cm, massieve kern
Glauconiethoudend grof bioklastische grainstone, steeds
grover naar onder toe. Aan de basis Ditrupa en fijne
keitjes.
Kist 5
228,76 tot 231,43 lengte 320, kern breekt uiteen in
stukken van gemiddeld 5 cm. Rond 140 vergruisd, met
mogelijk kernwinst; laatste 40 cm ook vergruisd.
Kalkareniet: grove grainstone met fossielfragmenten,
naar onderen toe glauconiethoudend. Op 48 een silexlens
van 3 cm dik. Van 92 tot 100 donkergrijze silex bank,
daaronder zeer grofkorrelige passages, zowel
bioklasten als silexfragmenten, en mudclasts.
Op 150 grote fragmenten van echinodermen.
Vanaf 150 minder grof, iets donkerder grainstone.
Vanaf 175, tot 185, sterk geconsolideerd, eerder
packstone; laatste 40 cm terug grove grainstone met
schelpen en andere fossielen.
231,43 tot 234,37, lengte 152 cm, stukken van
ongeveer 5 cm, met slechte aansluitingen
Herboord op 90 cm. Vergruisd tussen 110 en 120.
Van 0 tot 38 nog steeds vrij grofkorrelige grainstone.
38 tot 57 zeer grofkorrelige grainstone met grote
bioklasten en groene platte geconsolideerde mudclasts
(mogelijk geremanieerde sokkelfragmenten, niet-
kalkhoudend).
57 tot 67, beter geconsolideerde grofkorrelige
grainstone met gesteentefragmenten (sokkel).
67 tot 85, glauconiethoudende grainstone, met grote
fossielfragmenten, vrij grof. Keitjes aan de basis.
85 tot 92, herboord, grindkeien tot 4 cm, slecht
afgerond, heterogene samenstelling (kwartsiet, groen-
of roodachtig, grof en fijn, siltstone).
92 tot 108, groene grainstone, glauconietrijk,
bioklastich 108 tot 118, vergruisd, hoofzakelijk zelfde
materiaal, met grijze organisch-rijke klei, met
kwartskeien.
Kist 6
118 tot 150 zeer fijn grijs zand met talrijke laagjes
volg ligniteuze plantenresten, als plantenhaksel;
enkele zeer grove zandlaagjes ertussen, met grote
stengelige plantenresten. Plantenhaksel bestaat
hoofdzakelijk uit houtskoolfragmenten.
Onderste 10 cm iets beter geconsolideerd, fijn tot
middelmatig met grove lenzen, met veel ligniteuze
plantenresten. Helling 3 tot 70.
234,37 tot 237,20, lengte 77 cm, gebroken in stukken
van 5 cm of minder; vanaf 30 cm slecht geboord, aan de
basis uit elkaar gevallen.
Van 0 tot 20 nog zachte bleke zandsteen af en toe wat
grotere korrels, met fijne plantenfragmenten.
Van 20 tot 32 zachte grijze siltsteen, vol zeer fijne
plantenresten, soms stengelig, en soms wat zandige lenzen.
32 tot 65, idem, fijne plantenresten, beter gelaagd,
meer zaden of vruchten, en ronde korrels met dikkere
wand. 65 tot 77, herboord, kristallijne kwartskeien en
zwarte vuursteen.
237,20 tot 240,06, lengte 60 cm, vergruisd
Bovenste 10 cm witte kristallijne kwarts in keien van
5 cm, slecht afgerond.
Daaronder zachte poreuze bleek grijsgroene kleisteen,
niet kalkhoudend, Kristallijne Kwartskeitjes tot het
einde van de kern.
240,06 tot 242,93 lengte ongeveer 75 cm, gans
verbrokkeld. Gesteente idem.
Kist 7
242,93 tot 245,92, lengte 250 m
Eerste 70 cm fijn verbrokkeld tot vergruisd. Daarna
hardere kern.
Harde bleekgroene Kleisteen; zacht in de vergruisde
delen. Op 105 mergelige zone van 3 cm dik met calciet;
daaronder terug zachter, splijtend volgens i = 18 .
Vanaf 15 geleidelijk terug compacter. Hoofdsplijting
met i = 18 , andere splijting 70 in zelfde richting,
nog een splijting loodrecht op hoofdrichting.
Kist 8
245,92 tot 247,79, lengte 196 cm, kern massief, met
ongespleten stukken tot 40 cm lang.
Blijft bleekgroene siltsteen. Splijtingen i = 10 .
Op 100 een harder niveau van 3 cm dik, fijne zandsteen,
niet-kalkhoudend, wat donkerder grijs.
Onderaan kleine hardere inclusies, zwart.
247,79 tot 249,75 massieve kern, 190 cm
Rond 150 wat verbrokkeld.
Gesteente idem, splijtend volgens i = 180 en i = 50
tot steilen in tegengestelde richting; en een vertikaal
splijtvlak met pyriet.
(laatste 50 cm in kist 9)
Einde boring op 249,75 m
INTERPRETATIE:
Kwartair : Holoceen : 0.00 - 12.00 m
Pleistoceen : 12.00 - 15.00 m
Ieperiaan Yc : 15.00 - 132.00 m
Landeniaan : 132.00 - 169.00 m
Boven-Krijt : 169.00 - 232.60 m
Onder-Krijt (Wealdian) : 232.60 - 237.30 m
Sokkel (Cambrium ?): 237.30 - 249.75 m
W. DE VOS; M. DUSAR; C. BAETEMAN
December 1985
