PL. DIKSMUIDE 51E
M. GULINCK
154 (VIII)Getubeerde put
uitgevoerd te KLERKEN
bij het Gesticht Maria ter Engelen
door de N.V. SMET uit DESSEL
Datum : September 1964
Topographische ligging opgetekend door: W. CLAESSENS de 9/10/1964.
Grondstalen verzameld door : de boormeester,
Boringsmethode : met inspoeling en kernb.
Opeenvolgende doormeters : 240 mm.
Lengte filter: van 196 tot 236 m
Grondwaterstanden : door de eerste maal waargenomen :
bij ruststand : 34,50 m
tijdens het pompen: 110m
met een debiet van 5000 l/u
Hoogte van het maaiveld : 29
W 4631
WATERZAKEN 1732
Totale diepte: 249m
1 Bruinachtig zand 1,00
2 - 3 ) Geelbruinachtig fijn heterogeen zand
4 - 5 - 7) (verontreinigd + stenen) 7,00
8 - 9 - 10 Zeer fijn glimmerhoudend zand- verontreinigd 10,00
11 - 12 - 13 - 14 Grijsachtig silt 14,00
15 - 20 Id. met kleilensjes 20,00
21 - 29 Silt met klei 29,00
30 ......150 Grijze klei 150,00
151 -153 Groen zand, fijn 153,00
154 ......188 Id. met siltachtige klei - kalkhoudend 188,00
189 ......223 Id. met krijtbrokjes dan witkrijt blijkbaar
zonder vuurstenen 223,00
224 ......230 Wit krijt met vuurstenen Staal 225 m 230,00
231 -232* Grijs, krijt, korrelig, iets
glauconiethoudend 231,00 - 232,00
233* Groenrijke mergel 233,00
234 ......236* Groene glauconietische mergelige
krijt 235,00 - 236,00
Gekernd D = 80
236,00 - 239.50 3,50 kernen
0,16 Zandsteenachtig, glauconiethoudende mergel een harde
laag van 5 cm grofkorrelige kalk zandsteen enkele
schelpen (Pecten sp). 236,00
0,26 ± harde glauconiethoudende kalkzandsteen 236,25
0,20 Id.; en grote Pecten 236,40 236,50
0,25 Doorgaans hards glauconiethoudende kalkrijke
zandsteen met Ditrupa's 236,75
0,30 Id. met enkele glauconietische, fijne tussenlaagjes 237,00
0,32 Id. 237,50
0,13 Glauconiethoudende mergelige zand en zandsteen 237,60
0,31 Id. Doorgaans weinig verhard 238,00
0,24 Minder glauconiethoudend krijthoudende zand enkele
grofkorrelige zones met schelpengruis 238,20
0,39 (- een zeer grove zone, Ostrea, gerolde keien,
Ditrupa's - gebroken schelpen 238,30
(- grofkorrelige bleekgroene, zandige kalksteen opnieuw
een grofkorrelige zone 238,50
0,12 Zeer grof korrelige zone - gebroken schelpen, keitjes 239,70
0,57 (- 3 zeer grof korrelige grindachtige zones met
gebroken schelpen in de bovenste zone een groen
zwarte voeg
(- tussen in harde zandige kalksteen; 239,10
0,16 ± harde bleekgroene zandige kalksteen 239,50
239,50-241,00 1,15 m.
0,15 Bruine verweringsklei met rode schiefers 239,75
-roodachtige schiefers tot 0,25 240,00
dan groengrijsachtige homogeen schiefers opnieuw
roodachtig van 0,90 tot 1,15 240,90 241,00
241,00-244,00 2,80
Bleekgrijsgroenachtige vaste schiefers 241,50
een roodachtige zone op 243,50 tot 243,50
244,00-245,50 1,45
Zelfde rots - geen duidelijke gelaagdheid 244,00
onderaan een roodachtige voeg tot 245,50
245,50-249,00 3,00
Bleek grijsgroenachtige schiefer een zeer fijne 246,00
doch zwakke gelaagdheid +/- 70
enkele dunne roodachtige zones op 247,70, 248,00-248,25
een volledig roodachtige schiefers van 248,40 tot aan
de basis
N.B. de roodgekleurde zones hebben een helling van +/- 30 249,00
AARDKUNDIGE INTERPRETATIE - M. Gulinck, 6/11/1964:
Onduidelijk - geroerd ? 0,00 - 7,00
Ieperiaan ( Yd facies ? 7,00 - 20,00
( Yc 20,00 - 150,00 (basis op - 121,00
Landeniaan ( Zand 150,00 - 153,00 ?
( klei 153,00 - 188,00 (basis op - 159,00
Krijt ( wit krijt facies 188,00 - 230,00
(Campeniaan)
(Turoon ? 230,00 - 233,00
(Cenomiaan ? 233,00 - 239,50
(basis op - 210,50)
Cambrium assise van Oisquercq 239,50 - 249,00
