ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
---------------------------------------------------------------------------
Kaart Nr.: 48 E
PLAAT: Bree
Nr.: 296 (IX, a)
Type Boring: ontsluiting
Topografische kaart: 18/7
Uitgevoerd te: Gruitrode - Solterheide
Post nr.: 3670
Adres boorplaats: zandgroeve Opitter
Opdrachtgever:
Boorfirma:
Boordatum:
Topografie: volgens stafkaart
Stalen door:
Boormethode: zie opmerkingen
Lengte & doormeters:
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust:
Tijdens pompen:
Debiet:
Waterzaak nr.:
Totale diepte:
Stalen bewaard: neen
Maaiveld / ref. peil: + 62 m
X: 239475
Y: 200325
NIS code: 72011
---------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
---------------------------------------------------------------------------
van * tot * AARD DER GRONDLAGEN
---------------------------------------------------------------------------
ingang: profiel langs toegangspoort, noordpunt groeve, van onder naar
boven:
0.00-1.75 m fijn micarijk, zeer goed gesorteerd wit zand
1.75-2.25 m sequentie met plotse overgangen: ijzerzandsteen platen tot 12
cm dik, afgewisseld met roestig, brokkelig, licht versteend
zand (illuviatie aan de basis van glauconiethoudend zand);
middenband 10 cm dik bestaande uit fijn tot middelmatig licht
roestverkleurend glauconietrijk zand met fijne oranje-witte
mergelig-lemige lenzen en vlekken ('beach layer' van Gullentops
& Huyghebaert, 1999); bovendeel minder goed versteend tot fijn
schieferig splijtend
2.25-4.25 m eerder fijn glauconiethoudend licht roestverkleurend coherent,
licht lemig zand; top verkleurd door leem infiltratie uit
bovenliggend grindpakket
noordwestwand groeve, onmiddellijk na ingang links, met ca 6,50 m
ontsluiting tussen wit zand ('Bolderberg') en Grind van Zutendaal; van
onder naar boven:
0.00-5.25 m fijn glauconiethoudend micahoudend zand, zeer fijn tot siltig
van onder maar vergrovend tot middelmatig naar boven, met
wisselende korrelgroottes; met foresetbanken van ca 0.50 m nog
vaag te herkennen, doorlopend sterk gebioturbeerd
5.25-5.45 m groenig glauconiethoudend middelmatig tot grof zand, verdicht
door beginnende limonitisatie en daardoor in reliëf
uitspringend, met wat blekere mudclasts; aan de basis horizon
met verspreide sterk afgeplatte silexkeitjes en slechter
afgeronde kwartskeitjes tot 1-2 cm groot
5.45-6.45 m roestkleurig zand met foreset bedding; aan de basis en na 50 cm
2 compacte bandjes van max 5 cm dikte in fijn tot middelmatig
micarijk wit zand, in bovenste bandje vol venige wortelsporen,
onderste bandje vol glijvlakken (vergelijkbaar met escaille =
schalie verstoord door geoxideerde wortelsporen in
steenkoolterrein)
achterwand groeve (zuiden), onderste palier in wit zand, van onder naar
boven:
0.00-3.45 m fijn wit zand
3.45-3.75 m met geleidelijke overgang: aan de basis band met verspreide
schelpgeesten, ca 5 cm dik; hierop compact licht groenig, licht
glauconiethoudend middelmatig zand (lijkt op zand van
Kasterlee)
hierboven ligt Grind van Zutendaal, beter ontsloten in de oostwand van de
groeve
---------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE volgens geologische kaart
---------------------------------------------------------------------------
Top * basis * STRATIGRAFISCHE EENHEDEN (met max. waargenomen diktes)
---------------------------------------------------------------------------
10.45 Grind van Zutendaal
10.45 9.25 Formatie van Kasterlee, Lid van Dorperberg
9.25 3.75 ?Formatie van Diest, Lid van de Molen van Gruitrode
3.75 0 ?Formatie van Bolderberg, Lid van Opitter (typelokaliteit)
---------------------------------------------------------------------------
AUTEUR M. Dusar 3 juli 2002
---------------------------------------------------------------------------
OPMERKINGEN
---------------------------------------------------------------------------
De stratigrafische interpretatie is aan herziening toe:
- abnormaal geringe diktes van de verschillende formaties zoals momenteel
ingetekend op de geologische kaart
- voor alle formaties moesten lokale leden worden ingevoerd omdat hun
karakteristieken afwijken (korrelgrootte, zware mineralen): een andere
stratigrafische interpretatie zou beter geweest zijn
- onmogelijke structurele correlatie met boring 48E294 (Opitter-
seismometer)
- de gedefinieerde formatiegrenzen vertonen grote laterale variabiliteit:
het wisselende glauconietgehalte ten gevolge van uitloging is de sleutel
Een mogelijke verklaring is het voorkomen van zones zonder glauconiet in de
Formatie van Kasterlee. Deze zone gelijkt dan op Bolderberg. Hierboven komt
een ijzer aanrijkingszone voor die als Diest werd geïnterpreteerd. Het als
zand van kasterlee ss geïnterpreteerde pakketje ligt boven een horizont met
verspreide keitjes. Dit lijkt eerder op een intraformationeel grindniveau
dan op een basisgrind. Het gehele ontsloten pakket zou dus tot de Formatie
van Kasterlee kunnen behoren.
referenties
Gullentops, F. & Huyghebaert, L., 1999. Neogene stratigraphy in the
Itterbeek Valley, Roer Valley Graben rim, Belgium. Aardkundige Mededelingen
9: 143-146.
Sels, O.; Claes, S. & Gullentops, F., 2001. Toelichtingen bij de
Geologische kaart van België Vlaams Gewest Kaartblad (18-10) Maaseik-
Beverbeek. BGD ANRE: p. 42.
BELGISCHE GEOLOGISCHE DIENST
048E 0296 (IX, a) KAARTBLAD: BREE
p. 1/2
***************************************************************************