042W (15/5 St Niklaas) - 518 VIb - A F D E L I N G G E O T E C H N I E K
Opdracht: GEO-10/185
Plaats/site: Sint-Niklaas en Temse, parallelweg E17
Boring: B53
Uitgevoerd door: VO - Afdeling Geotechniek
Datum van uitvoering: 05/07/2012
X: 137235
Y: 203752
Z: 6,5
Aanvangspeil:
Lithologische beschrijving
Auteur: Michiel Dusar Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 10/08/2012
Monster Diepte (m) Aard der grondlagen
Liner 1 1,00-1,42 lengte is 0.44 m
- van 1.00 tot 1.05: heterogeen bleekbruingrijs donker gespikkeld licht lemig zand, tot donkergrijs bruin, doortrokken door humeuze sporen, met oranjebruine roestvlek; geleidelijke maar snelle overgang naar onder
- van 1.05 tot 1.44 m: zeer fijn bleekgeelgrijs lemig zand tot fijnzandhoudend silt, doortrokken door roestvlekken, soms nog met restant van venige spikkels (gleybodem); naar onder toe steeds meer silt met kleiig bindmiddel; zeer gecompacteerde afzetting, vaster en kleiiger naar onder
pot 1: 2 m bleekgeelgrijs, lemig aanvoelend (zacht) silt tot zeer fijn zand, kalkloos
Liner 2 2,00-2,88 lengte is 0.92 m
- van 2.00 tot 2.18 m (scherpe grens) bleekbeigegrijs zandig silt met talrijke donkere venige vlekken, soms omgeven door roestig halo: naar onder toe vergrovend tot matig fijn roestig zand; blijft licht lemig, kalkloos; basis laagje met gelimonitiseerde brokjes (mm-schaal) beëindigt de zone met venige vlekken
- van 2.18 tot 2.28 m: bleekbeigegrijs fijn, zeer licht gespikkeld zand, weinig slibhoudend, met licht lemige roestige bandjes
- van 2.29 tot 2.55 m: wordt wat compacter en siltrijker, wat meer grijs gekleurd met roestige banden, bestaande uit afwisseling op cm-schaal van laagjes zuiverder zand en meer lemig siltrijk zand; kleurverschillen vallen niet steeds samen met granulometrie maar vermoedelijk met kleigehalte variaties (meer klei = grijzer, meer poreus= bruiner); overgangen zijn allemaal geleidelijk, onderste gleyige zone
- van 2.55 tot 2.92 m: meer homogeen bleekbeigegrijs kleihoudend silt met vage roestige verkleuring; blijft kalkloos; fijne horizontale krimpscheur op de doorgezaagde kern
pot 2: 3 m bleekbeigegrijze kalkloze licht kleiige silt, zandtextuur
Liner 3 3,00-3,90 lengte is 0.90 m
- van 3.00 tot 3.25 m (geleidelijk overgang): bleekbeige lichtkleiige silt (kleigehalte komt tot uiting in de fijne horizontale krimpscheuren op de doorgezaagde kern;
bij openzagen kern: cohesieve kleibruggen worden verscheurd)
- van 3.25 tot 3.90 m: homogeen bleekbeigebruin, vaag bruin geoxideerd, matig fijn scherp zand, niet meer kleihoudend maar wel licht lemig (slibrijk)
zand is licht gespikkeld met fijne glauconiet, kalkloos
pot 3: 4 m beigebruin, fijn, kleiloos maar slibhoudend, licht gespikkeld (met grover glauconiet), kalkhoudend zand
Liner 4 - deel 1 4,00-4,71 lengte is 0.84 m
- van 4.00 tot 4.45 m (duidelijke grens): bleekbeigegrijs licht lemig zeer licht gespikkeld eerder fijn maar heterogeen zand (van silt tot middelmatige korrelgrootte); naar onder toe licht vergrovend (tot matig grove korrels); ook glauconiet vertoont zelfde korrelgrootteverdeling; naar onder toe meer vaag afgelijnde roestvlekken die hier wat meer lemig zijn (normaliter zijn ze meer zandig en daardoor poreus), licht kalkhoudend tot 4.25 m; eronder kalkloos, nochtans met zeer fijn schelpengruis, echter minder lemig en meer poreus (kalk in fijnste fractie)
- van 4.45 tot 4.71 m (scherpe horizontale grenzen): lichtgrijze, heterogeen afgezette, kalkloze, in vergelijking met de Boomse Klei minder gecompacteerde klei, echter wel vast en hard kneedbaar; met lenzen in bruin kleiig glauconiethoudend middelmatig heterogeen zand (geoxideerde kleibruggen zorgen voor de kleur) vooral voorkomend aan top en basis maar ook als grote vlekken rond 4.50 m; in deze vlekken verstening door limonitisatie tot brosse kleihoudende zandsteen; in het zand maar ook in de klei komen kleine keitjes voor (granule tot 0.5 cm) van gebroken maar door de wind gepatineerde silex; er komt ook wat schelpengruis voor, zowel in het zand als in de klei (sediment is nogal vermengd); klei is licht zurig
Liner 4 - vervolg 4,71-4,84 vastere lichtgrijze tot bruingrijs geoxideerde klei (consistentie van Boomse Klei, echter verweerd), ook zandhoudend maar zonder duidelijke bioturbaties; toplaag limonietbruin verkleurd over 0.50 cm
pot 4: 5 m lichtgrijze, beigebruin verkleurde plastische klei (niet schistoïd openbrekend zoals de gewone Boomse klei)
Liner 5 5,00-6,00 lengte is 0.98 m
- van 5.00 tot 5.60 m (geleidelijke overgang): vaste grijze klei (Boomse Klei) met door bioturbatie gestoorde silteuse tot fijnzandige nesten, die door oxidatie roestbruin zijn verkleurd (vermoedelijk Oligocene en geen Quartaire opvulling), in de grotere siltige nesten is er verstening door limonitisatie met kleine (<1 cm) holle ijzerzandsteenconcreties;
naar onder toe wordt de klei minder silteus, en treedt de roestverkleuring diffuser op, niet meer gebonden aan silt- of zand invulling van bioturbaties, en verdwijnt geleidelijk
- van 5.60 tot 5.98 m: massieve grijze, licht siltige klei; tot 5.70 m kleine donkere venige vlekken; tot 5.25 m gestoorde stratificaties (die overeen lijken te komen met meer siltige bandjes die echter niet als een vlak te vervolgen zijn); rond 5.95 m wat grotere vage siltige nesten (cm-schaal)
pot 5: 6 m compacte grijze licht silthoudende klei
Liner 6 6,00-7,00 lengte is 0.98 m (vermoedelijk zit ontbrekende kern in pot 5)
- van 6.00 tot 7.00 m: massieve homogene grijze licht silthoudende klei, doorlopend zwarte venige vlekjes; ook enkele pyrietknolletjes (< 1 cm, zowel rond als langwerpig, 4 gezien op zaagsnede)
pot 6: 7 m bestaande uit volledige kern is grijze tot bruingrijze licht silteuse compacte klei
Liner 7 7,00-7,85 lengte is 0.82 m
- van 7.00 tot 7.82 m: compacte grijze meer homogene klei (minder siltbijmenging); echter doorlopend nog vage donkere vlekken, en gestoorde siltige stratificaties; aan de top over 2 cm vaag afgelijnd bruin en zeer hard, meer silteus (mogelijk met carbonaat); op 7.15 en 7.70 m grotere gepyritiseerde fossielen te zien op zaagsnede; op 7.78 m een grote bruine siltrijke concretie (mogelijk Fe-carbonaat, niet bruisend), verpulverend
pot 7: 8 m vaste, heterogene, grijze tot bruingrijze siltige klei
Informele stratigrafie
Auteur: Michiel Dusar Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 10/08/2012
Van (m) Tot (m) Beschrijving
0,00 2,18 Dekzand met Holoceen bodemontwikkeling
2,18 4,45 Verspoeld Pleistoceen dekzand
4,45 4,71 Floodplain Pleistoceen
4,71 8,00 Boomse klei; Quartaire verwering tot 5.60 m
