Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 042W / 042W0451.txt

042W0451.txt

42W (15/05) – 451 (VIIc) - A F D E L I N G   G E O T E C H N I E K

Opdracht: GEO-09/105
Plaats/site: WAASMUNSTER DURME LO

Boring: B2 
Uitgevoerd door: VO - Afdeling Geotechniek			
Datum van uitvoering: 20/04/10 - 23/04/10 
X:  130154
Y:  199091
Aanvangspeil:   			
Waterdiepte volgens boorstaatgegevens(m): 0   op 22/04/2010

	
Lithologische beschrijving

Auteur: Michiel Dusar		Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 03/06/2010				

Monster	Diepte (m)	Aard der grondlagen
G1	0,00-0,50	lichtbruin lemig gespikkeld kalkrijk zand met wortels
G2	0,50-1,00	met grijze lemige kleibrokken
G3	1,00-1,50	met grote brokken bruine lemige silt
G4	1,50-2,00	met grote brokken donkergrijsbruin zandhoudende lemige silt
G5	2,00-2,50	met bleekbruine, roodbruin oxiderende zandrijke kneedbare slappe klei, naast fijn geel zand
G6	2,50-3,00	klei wordt bruingrijs, blijft zandrijk, tussen kneedbaar en brokkelig, blijft kalkhoudend
G7	3,00-3,50	fijn geel en bruingrijs kleiig zand, nog licht kalkhoudend
G8	3,50-4,00	+- idem, betere scheiding tussen geel zand en bruin kleirijk zand tot slappe zandrijke kleibollen (zandtextuur overwegend) die roodbruin oxideren
G9	4,00-4,50	bruin, meer kleirjjk, kalkloos, fijn, goed gesorteerd, licht gespikkeld zand, nog steeds met zandtextuur maar kleiig uitzicht
G10	4,50-5,00	grijze silteuze klei met sterk bruine oxidatierand, rijker aan organisch materiaal, blijft licht zandhoudend en terug kalkhoudend
G11	5,00-5,50	idem, zonder zand
G12	5,50-6,00	donkergrijze silteuze klei, rijker aan organisch materiaal, kalkloos, slapper, eerder brokkelig dan kneedbaar, dikke bruine oxidatierand
G13	6,00-6,50	bruine mesische veenlaag (gedeeltelijk ontbonden organisch materiaal: bruine vloeistof)
G14	6,50-7,00	groengrijze kneedbare fijnzandige klei, heterogeen met bruine wortels (half vergaan) en donkere venige kleifragmenten (veen in-situ gegroeid op wortelbodem)
G15	7,00-7,50	bleekgroengrijze doorwortelde fijnzandrijke klei, met donkerbruine, organisch-rijke vlekken, tussen brokkelig en kneedbaar
G16	7,50-8,00	plotse overgang naar groenig grijs fijnkorrelig goed gesorteerd sterk kleihoudend zand
G17	8,00-8,50	grijs fijn, licht gespikkeld, slibhoudend en slechts licht kleihoudend zand, met wat lichtere (drijvende) zwarte kolige korrels
G18	8,50-9,00	grijs fijn goed gesorteerd zand, licht slibhoudend, maar met sterke slibafscheiding in het potje
G19	9,00-9,50	lichtgrijs matig fijn slechts licht slibhoudend kleiloos kwartszand
G20	9,50-10,00	zelfde zand, terug licht kleihoudend
G21	10,00-10,50	blijft matig fijn goed gesorteerd, zeer licht kleihoudend kwartszand, een weinig zeer fijne donkere spikkels (glauconiet)
G22	10,50-11,00	lichtgrijs slecht gecompacteerd papzand, matig fijn tot grof silteus kwartszand, vrij sterk gespikkeld met geoxideerde  korrels (bleekbruin, groen tot zwart, afgerond tot afgeplat), niet meer kleihoudend (monster lithotheek BGD)
G23	11,00-11,50	bleekgroengrijs slecht gecompacteerd, nog slecht gesorteerd, overwegend matig fijn kwartszand, met zeer fijn zandbijmenging, nog licht gespikkeld, reeds kalkhoudend
G24	11,50-12,00	faciesverandering naar blauwgrijs matig grof kwartsrijk zand met grove korrels, sterker gespikkeld met ook grove geoxideerde glauconiet, en met grof schelpengruis, licht kleihoudend, ook afgeronde kalkbioklasten
G25	12,00-12,50	matig grof kwartsrijk grijs zand, met fijnere fractie en licht kleihoudend, vrij sterk gespikkeld met afgeronde glauconietkorrels van verschillende groottes, nog kalkhoudend
G26	12,50-13,00	grijs fijn en zeer fijn kleihoudend licht gespikkeld zand, met zeer fijn schelpengruis
G27	13,00-13,50	bleekbeigegrijs grof, slecht gesorteerd kwartsrijk zand, licht gespikkeld met glauconiet met fijn schelpengruis en ronde kalkbioklasten, kleiloos
G28	13,50-14,00	bleekbeigegrijs matig grof tot zeer fijn kwartszand, vrijwel kleiloos, licht gespikkeld met glauconiet, maar slibhoudend, met een weinig grof schelpengruis en brokjes slappe venige plantenresten (riet?)
G29	14,00-14,50	blijft bleekbeigegrijs, zeer grof kwartsrijk weinig afgerond zand, zonder klei maar licht slibhoudend, gespikkeld met kleinere glauconiet, een weinig grof schelpengruis maar overigens slechts licht kalkhoudend, geur van rottend organisch materiaal, met hoekig silexgranule (monster lithotheek BGD)noot: bleekbeigegrijs is diepe oxidatiekleur van oorspronkelijk blauwig grijs materiaal (reductiekleur) met hogere porositeit (diep doordringen van zuurstof en sterkere oxidatie sinds de bemonstering)
G30	14,50-15,00	grijs sterk kleihoudend kalkhoudend matig grof slecht gesorteerd zand (zand van zelfde oorsprong als bovenliggend), rijk aan bruin slib
G31	15,00-15,50	grijs kleihoudend, slecht gesorteerd, overwegend matig-fijn, licht gespikkeld zand met weinig fijn kalkgruis
G32	15,50-16,00	grijs, kleiloos maar slibhoudend, kalkloos, middelmatig zand met zeer grove (2 mm) kwartskorrels
G33	16,00-16,50	grijs grof, slecht gesorteerd zand (meer fijne fractie), kleiloos maar slibhoudend, duidelijk gespikkeld met glauconiet, rijk aan schelpengruis en hoekige kalkbioklasten
G34	16,50-17,00	+- idem, met zeer grove (1-2 mm) heldere kwartskorrels die meer afgerond zijn, blijft kleiloos, slibhoudend (slib in die zin van mobiele klei die rond de zandkorrels kleeft), slechts zeer weinig schelpengruis
G35	17,00-17,50	zeer grof, slecht gesorteerd kwartsrijk zand (tot 1-2 mm kwartskorrels), licht gespikkeld in de fijne fractie (glauconiet), blijft kleiloos en zeer slibarm, kalkloos
G36	17,50-18,00	+- idem, met ook grovere donkere glauconiet (monster lithotheek BGD), blijft licht geurend naar rottend organisch materiaal
G37	18,00-18,50	lithologische grens: vaste blauwgroene sterk silteuze en sterk zandige klei in wisselende lagen (zandtextuur), licht kneedbaar, kalkloosnota: de silteuze klei is meer brokkelig, de zandrijke klei is meer plastisch (monster lithotheek BGD)
G38	18,50-19,00	+- zelfde overwegend silteuze harde brokkelige blauwgroene klei, doortrokken door nesten van zuiver (slibloos) zeer grof asgrijs zand met wat grof schelpengruis (uit Quartair)
G39	19,00-19,50	grijze tot beigegrijze brokkelige sterk silteuze klei tot fijn kleiig kwartszand, kalkloos (zand van Tertiair oorsprong?)
G40	19,50-20,00	grijze tot beigegrijze (door oxidatie), brokkelige grof silteuze tot zeer fijnzandige, glauconiethoudende, kalkloze klei (zandtextuur, boortechnisch gelijk zand) (monster lithotheek BGD)

	
Informele stratigrafie

Auteur: Michiel Dusar		Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 03/06/2010				

Van (m)	Tot (m)	Beschrijving
0,00	7,50	Quartair - Holoceen
7,50	18,00	Quartair: Pleistoceen: Zand van de Vlaamse Vallei
18,00	20,00	Tertiair - Formatie van Maldegem (Asse?)



Insert the GSB number to search all associated content