PL. EVERGEM 40W
M.GULINCK
285 (II)
CONTROLE PUT C.11
uitgevoerd te OOSTEEKLO
bij de N.M.W.L.
door de N.V. SMET uit DESSEL
Datum : juni 1960
Topographische ligging opgetekend door W.CLAESSENS volgens plan M.L.415/02
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode:
Opeenvolgende doormeters : 5/4
Grondwaterstanden : voor de eerste maal waargenomen :
bij ruststand : 2.20m
tijdens het pompen
met een debiet van +/- 2 m3/u
Hoogte van het maaiveld : + 8,237
Totale diepte : 28,50m.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
van tot
1-5 Geelachtig zand - met wat grof kwarts aan de basis
geen kalk 0,00 5,00
6-12 Witgrijsachtig zand, zeer heterogeen, kalkhoudend 6,00 12,00
13-16 Id. ontkalkt 12,00 16,00
17-21 Id. regelmatige gekorreld, geen kalk 16,00 21,00
22-25 Grof zand met veel schelpen 22,00 25,00
26-30* Grof heterogeen zand- weinige schelpen, dan
kwartsgrindje. 25,00 30,00
AARDKUNDIGE VERKLARING : M.GULINCK - 26/1/1961.
PLEISTOCEEN : 0,00 - 30,00