PL. EVERGEM 40W
M.GULINCK
281 (I)
CONTROLE PUT C.3
uitgevoerd te OOSTEEKLO
bij de N.M.W.L.
door de N.V. SMET uit DESSEL
Datum: juni 1960
Topographische ligging opgetekend door W.CLAESSENS volgens plan M.L. 415/02
Grondstalen verzameld door: de boormeester.
Boringsmethode:
Opeenvolgende doormeters: 5/4
Grondwaterstanden : voor de eerste maal waargenomen :
bij ruststand: 8.85m.
tijdend het pompen:
met een debiet van l/u
Hoogte van het maaiveld : + 8,053
Totale diepte: 24,50m.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
van tot
1-4 Geelachtig tamelijk grof zand- geen kalk 1,00 4,00
5-8 Zelfde zand maar kalkrijk, iets grijzer 5,00 8,00
Kleine schelpjes (Bithynia) en een vuursteen
splinter op 7m.
9 Grijsachtig leemhoudend zand - kalkhoudend 8,00 9,00
10-14 Bleek grijsachtig fijn kalkhoudend zand - leembrokjes 10,00 14,00
15 Blauwgrijsachtig zand met leem vermengd minder
kalkhoudend 15,00 16,00
16-18 Grijsgeelachtig zand min of meer leemhoudend 16,00 18,00
19-20 Id. maar veel grover zand 19,00 20,00
22-22 Grof grijszand met veel schelpen 20,00 22,00
22-24 Id. mer grijze klei vermengd 22,00 24,00
AARDKUNDIGE VERKLARING - M.GULINCK, 26/1/1961.
PLEISTOCEEN : 0,00 - 24,00
BARTOON rond 24m bereikt.