PL. LOCHRISTI 40E
M.GULINCK
185 (IV)
BORING No 14
uitgevoerd voor BRUGGEN EN WEGEN,
langsheen het Kanaal GENT-TERNEUZEN,
door de Firma VAN HEUGTEN uit HAMONT.
Topographische ligging opgetekend volgens plan de 11/10/1955.
Cfr. Geologisch profiel langs de vaart Gent-Terneuzen.
Grondstalen verzameld door de opzichter.
Aanvang en einde der werken: 27.9.1955.
Boringsmethode: met pulsboor.
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd: 5.85
onder maaiveld.
Aanvangspeil: + 6.75.
Totale diepte: 20.00m.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte (m.)
1-2 Fijn humusrijk zand 0.50 0.80
3-4 Bruinroodachtig zand 1.50 2.00
5-6 Grijs, fijn licht samenhangend zand 2.50 3.00
7 idem, idem, met leemachtige, humeuse delen 3.50
8-20* Grijsgeelachtig zand; grover en kalkhoudend naar
beneden toe 4.00 10.00
21-30* Groengrijsachtig tamelijk fijn zand (zelfde fijnheid
als op 10m) 10.20 15.00
31-40* idem, minder fijn, gaande geleidelijk over naar
bleker grof zand met enkele kleine schelpbrokjes en
kleine keitjes 15.50 20.00
VERMOEDELIJKE AARDKUNDIGE VERKLARING : M.GULINCK, 25.10.1955.
KWARTAIR : 0.00 - 20.00m.