PL. LOPPEM 38W
R. TAVERNIER
189 (III)
Boring nr 23
uitgevoerd te OOSTKAMP,
voor Bruggen en Wegen
Kanaal Gent-Brugge (M.S.B.)
door de firma LUYMOEYEN uit HERENTALS.
Topographische ligging opgetekend volgens plan van Bruggen en Wegen
de 13.4.1946. (Zie plan nrs 166-200.)
Grondstalen verzameld door de aannemer.
Aanvang der werken: 5/5/1944. Einde der werken: 6.5.1944.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters: 100mm. Einddiameter: idem.
Diepte waarop het water voor de eerste maal waargenomen werd: 3.95m.
Hoogte van de begane grond boven de zeespiegel: 6.25m.
N° AARD DER GRONDLAGEN Diepte Peil
m. m.
1 Donkergrijs humeus zand, met schelpresten
(Viviparus?) 0.50 5.75
2* Idem met veldsteenstukken 1.00 5.25
3 Grijs leem met enkele vuursteenkeien 1.50 4.75
4 Grijs bruin leem, kalkvrij 2.00 4.25
5*- 7 Grijs zand, kalkvrij 2.50-3.50 2.75
8* Idem met gerolde veldsteen 4.00 2.25
9 Gerolde veldsteenstukken 4.50 1.75
10*-11 Bleek grijs zeer kalkrijk leem 5.00-5.50 0.75
12 Idem met veldsteenstukken 6.10 0.15
13 Idem 6.50 -0.25
14*-16* Grijze en grijs zwarte ligniteuse veldsteen 7.10-8.10 -1.85
17 -20* Grijs lichtjes glauconiethoudend glimmerrijk
zand 8.50-10.00 -3.75
Vermoedelijke aardkundige verklaring (R.TAVERNIER, de 13.10.1948)
Kwartair: van 0.00 tot 6.50m.
Paniseliaan: van 6.50 tot 10.00m.
