Topografische kaart :12/5 -
Archief : BGD Nummer :36w 0155
LIGGING :
X-coord.: 38804.00 Origine XY: Belg. Geol. Dienst-Brussel
Y-coord.: 207325.00 Methode XY: onbekend - dossier
Maaiveld: 4.424 Origine maaiveld: Belg. Geol. Dienst-Brussel
Methode maaiveld: onbekend - doss Gemeente : MIDDELKERKE
ALGEMENE GEGEVENS :
Aard: boring Datum: 06/10/1983
Meth.boring: onbekend Diepte: 20.35
Doel: onbekend
Firma: Onbekend
Opdrachtgever: C. Baeteman
______________________________________________________________________________
Lithologische beschrijving
Auteur:Baeteman C.
Instituut:Belg. Geol. Dienst-Brussel
Datum:06/10/1983
Van Tot peilbas Beschrijving
0.00 0.62 3.80 donkergrijs (verbleekt iets de laatste 5 cm) fijn zand,
iets silteus
0.62 1.37 3.05 bruin geel, fijn zand (precies strandzand), 1.00-1.37:
zeer veel baksteentjes (groot & heel klein) gemengd met
zand
1.37 1.70 2.72 iets bruin - gr talrijke kleine roestbruine vlekjes,
klei, gemengd met zandkorrels (niet homogeen) die zeer
geleidelijk aan verminderen naar onder toe
1.70 2.50 1.92 grijs, klei sporadisch enkele dunne (grillige) silt
lensjes (bleke) en zones (kleine)
2.50 2.90 1.52 grijs, iets grn=, klei met zones waarin talrijke dunne
siltlenzen en -zones voorkomen, vanaf 2.80: met zeer
dunne (iets diffeuse) lensjes waarin veendetritus,
tussen 2.83-2.86: talrijke dunne lensjes waarin silt
met zeer fijn schelpgruis
2.90 3.26 1.16 grijs, klei (slappe) met veel zeer dunne, horizontaal
gelaagde lensjes van veendetritus tot 3.00, vanaf
3.00: met onregelmatige en vervormde siltlenzen (zeer
dun) en niet scherp afgegrensd, vanaf 3.18: met veel
zeer kleine veenbrokjes
3.26 3.53 0.89 donkergrijs en bruin zwart (veen), iets venige klei met
zeer veel fijne veendetritus die geconcentreerd
voorkomt in -zeer dunne scheve laagjes -dikkere scheve
laagjes (0,5 cm) met laagjes van veenbolletjes en met
grote en kleine veenbrokken
3.53 3.80 0.62 grijs, zeer fijn zand tot silt met zeer veel brokjes
veen (meestal kleine gerolde bolletjes) overal
verspreid en soms geconcentreerd in lensjes en legen
3.80 3.87 0.55 grijs en donker groene klei, afwisseling (niet zeer
regelmatig) bovenaan mm gelaagd tot cm gelaagd van:
-silt, -humeuse klei, -enkele zeer dunne lensjes
veendetritus bovenaan de klei met enkele kleine
bleekgrijze kleibolletjes
3.87 4.03 0.39 donkergrijs, klei, sporadisch kleine siltnesten vanaf
3.94: wordt geleidelijk iets venig, vanaf 3.97: kleiig
veen (in de top ervan ook nog Hydrobia), 4.00-4.03:
veen
4.03 4.20 0.22 bruin = grijs tot ongeveer 4.20, blauw = grijs, klei
met veel onregelmatige "slierten" kleiig veen tot 4.20
4.20 5.06 -0.64 blauw=grijs, iets groen=, klei tot 4.20-4.30: kleine
blekere silt nestjes en -lensjes, -zeer veel kleine
fijne vegetatiedraadjes en sporen ervan, -ook enkele
grotere doorgroeiingen
5.06 5.40 -0.98 grijs, klei met middelmatige laagjes, horizontaal
gelaagde silt die wel in zones ( van ongeveer 3 cm)
geconcentreerd zijn
5.40 5.60 -1.18 grijs, klei en silt zeer sterk gebioturbeerd
5.60 6.39 -1.97 grijs en bleekgrijs (silt), klei en silt in een scheve
gelaagdheid afwisselend maar eerder diffeus en ook nog
niet zeer regelmatig, vanaf 5.83: duidelijker
gelaagdheid (scheef) en cm. afwisselend met ook enkele
zeer dunne lensjes veendetritus (geconcentreerd,
meestal in de silt), vanaf 6.15: overwegend silt met
talrijke scheve kleilaagjes en laagjes veendetritus,
duidelijke & regelmatige gelaagdheid, van 6.34-6.39:
ribbels & verstoringen
6.39 6.93 -2.51 bleekgrijs, silt met klei gemengd zeer heterogeen -
zones van zeer sterke bioturbaties, 6.50-6.60: zone met
scheve gelaagdheid van overwegend silt en enkele
kleilenzen en laagjes met veel veendetritus ook
geconcentreerd in lenzen
6.93 7.26 -2.84 grijs en bleekgrijs (silt), silt en klei, klei is mm.
gelaagd en geconcentreerd in laagjes (ongeveer 2 cm)
waartussen dan iets dikkere siltlaagjes en lenzen,
tamelijk regelmatig, duidelijk en iets scheef gelaagd,
van 7.12-7.18: overwegend klei met scheve kleilaagjes
en tamelijk veel veendetritus in dunne lensjes
7.26 7.65 -3.23 grijs, silteuse klei met talrijke kleine & dunne
siltlensjes (horizontaal gelaagd) en enkele (grotere)
kleilaagjes, de silt vermindert gradueel naar onder toe
7.65 7.95 -3.53 iets donker grijs, (slappe) klei nog enkele dunne
(duidelijke) siltlaagjes tot 7.90
7.95 8.45 -4.03 iets donker grijs, slappe klei, vanaf 8.35: enkele
dunne siltlaagjes horizontaal gelaagd
8.45 8.60 -4.18 grijs, silt en klei gemengd sterk gebioturbeerd,
overwegend silt aan top, overwegend klei naar onder toe
8.60 8.73 -4.31 iets donker grijs, klei, zeer veel schelpjes (kleine
witte broze (Hydrobia) en enkele dubbele Scrobiculana
(levenspositie; heeft trouwens die U gemaakt)
8.73 9.00 -4.58 iets donker grijs, klei van 8.90-8.95: iets venig en
vanaf 8.95; nog steeds iets venig materiaal in de klei
(tot 9.00)
9.00 9.45 -5.03 grijs, klei, enkele onregelmatige en soms grillige
siltlensjes en zones, geen silt meer vanaf 9.35, wordt
iets venig vanaf 9.42
9.45 9.61 -5.19 bruinzwart, veen, vanaf 9.56: iets zandig veen
9.61 9.82 -5.40 donker bruin, sterk humeus tot venig zandige klei humus
vermindert zeer gradueel
9.82 10.12 -5.70 grijs, sterk silteus fijn zand af en toe onregelmatige
kleiaanwijzingen (in zones)
10.12 10.22 -5.80 groengrijs, iets bruin=, fijnzandige silt, iets
kleihoudend en met enkele (duidelijke) kleiiger laagjes
en lensjes, 10.18-10.19: niveautje met talrijke kleine
gebroken zwarte silexen
10.22 10.32 -5.90 groen = grijs, tamelijk regelmatig afwisselend,
cm-gelaagd van: -kleiig silt en -fijnzandig silt
10.32 10.75 -6.33 iets groen=grijs, fijnzandige silt tot sterk silteus
fijn zand met talrijke (maar eerder diffeus) lagen en
lenzen (meestal cm-dik) kleiig silt en met enkele dunne
(mm) groene kleilensjes (duidelijke) en -bolletjes
waarin reductie vlekken en zeer kleine vegetatie
restjes naar onder toe wordt silteus, fijn zand
gradueel overheersend
10.75 11.15 -6.73 grijs, silteus fijn zand met een diffeuse en
onregelmatige gelaagdheid van iets grover en minder
silteus zand, van 11.07-11.15: enkele dunne (mm)
golvende laminae van silteuze klei, 11.11-11.13: dunne
iets golvende laminae van veendetritus (met zaadjes)
11.15 11.20 -6.78 grijs en bruin, fijn zandige silt met onregelmatige
kleiiger zones en met veel veendetritus all. over
verspreid, vermeerdert gradueel naar onder toe, en
enkele kleine veenbrokjes
11.20 11.24 -6.82 grijsbruin, iets venig kleiig silt
11.24 11.28 -6.86 grijs, iets fijnzandig silt met diffeuse laagjes
(ongeveer 1 cm) van kleiig silt
11.28 11.61 -7.19 grijs, iets kleiig silt met zeer onregelmatige zones
van zandige silt waarin kleine keitjes (2 mm), grove
zandkorrels en weinig wit schelpgruis, vanaf 11.57 tot
11.59 wordt iets humeus
11.61 12.00 -7.58 grijs, kleiig silt met loodcast strukturen gevuld met:
-fijnzandig iets kleiig silt waarin fijn schelpgruis
(weinig) (flink bewerkt) -groen=bruin iets kleiig 1/2
fijn zand heterogeen met vervormde laminae van silteuse
klei waarin ook schelpgruis fijn
12.00 12.25 -7.83 verloren
12.25 12.40 -7.98 groen=grijs (siltklei) en beige grijs, silteus fijn
zand zeer scheef gelaagd met zeer scheve laminae van
iets kleiig silt
12.40 13.00 -8.58 grijs, 1/2 fijn zand, iets silteus 12.62-12.63: zeer
scheve laminae van grijs (bruingr.) aan basis silt =
iets humeus waarin ook zeer fijn schelpgruis, van
12.63-12.77: nog iets scheve gelaagdheid, 12.57:
diffeuse groengrijze iets kleiig silt laminae
13.00 13.25 -8.83 verloren
13.25 13.58 -9.16 grijs, fijn tot 1/2 fijn zand met golvende (lenticular)
laagjes en lensjes (max 3 mm) klei ook enkele
kleibolletjes
13.58 13.90 -9.48 grijs, fijn zand met regelmatige iets golvende
(duidelijke afgegrensde) d. grijze kleilaagjes (van 0,5
cm tot 1 cm dik) en enkele kleiige veenlaagjes
13.90 14.00 -9.58 verloren
14.00 15.45 -11.03 iets donker grijs met donkere en blekere zones, fijn
zand met onregelmatige kleilenzen en kleibrokjes en
enkele venige kleibrokjes, kleilenzen en -onregelmatige
zones, verminderen gradueel naar onder toe
15.45 15.65 -11.23 bleekgrijs, fijn zand met een iets scheve tamelijk
regelmatig gelaagdheid (zeer dun)
15.65 18.00 -13.58 iets donker grijs, fijn zand, -vage sporen van
bioturbatie (blekere zones) -sporadisch enkele kleine
dunne kleilensjes golvend (ribbels) tussen 17.70-18.00
m
18.00 18.70 -14.28 verloren
18.70 20.10 -15.68 van 19.50-19.57: zone met veel schelpgruis, slappe
kleibrokken, grote platte gerolde silexen en
kwartskeitjes (doorsnede 1 cm) en rode & gele baksteen
fragmentjes, van 19.60-19.78: tamelijk veel
schelpfragmentjes, meestal geconcentreerd in laminae
(horizontaal) en een graduele vermeerdering van de
schelpfragmenten naar onder toe, van 19.78-19.90: zeer
veel schelpgruis, -fragmenten en hele schelpen met
enkele silexen (tot 2 cm groot) met gele
baksteenfragmenten en grove kwartskorrels en enkele
platte zwarte gerolde keien en dan opnieuw een graduele
vermindering van de schelpfragmenten, naar onder toe,
vanaf 19.90 m
20.10 20.35 -15.93 grijs, fijn zand met zeer veel schelpfragmenten,
schelpgruis + enkele hele schelpen (schelpenzand),
vanaf 20.30: met dikke lenzen en brokken Yc klei
20.35 20.35 -15.93 grijsgroen, kompakte klei met talrijke dunne siltlenzen
______________________________________________________________________________
Formele stratigrafische interpretatie
Auteur:De Ceukelaire M.
Instituut:UG- Vakgroep Geologie en Bodemkunde
Datum:02/1998
Van Tot peilbas Strat1 Strat2
0.00 20.35 -15.92 Q T Q
20.35 20.35 -15.92 TtKo TtKo
______________________________________________________________________________