Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 036W / 036W0149.TXT

036W0149.TXT

                              Topografische kaart :12/5 -                          

  Archief : BGD          Nummer :36w 0149

  LIGGING : 

  X-coord.:  40485.00               	Origine XY:  Belg. Geol. Dienst-Brussel
  Y-coord.: 201290.00               	Methode XY: onbekend - dossier
  Maaiveld:   4.002                 	Origine maaiveld:  Belg. Geol. Dienst-Brussel
  Methode maaiveld: onbekend - doss 	Gemeente :    NIEUWPOORT/NIEUPORT                     

  ALGEMENE GEGEVENS : 

  Aard: boring                      	Datum: 08/11/1981 
  Meth.boring: onbekend             	Diepte:      26.00
  Doel: onbekend
  Firma: Onbekend
  Opdrachtgever: C. Baeteman                             
 ______________________________________________________________________________

                         Lithologische beschrijving
  Auteur:Baeteman C.
  Instituut:Belg. Geol. Dienst-Brussel
  Datum:08/10/1981 

  Van    Tot    peilbas  Beschrijving

   0.00  	1.00   	3.00   	grijsbruin, klei iets brokkelige struktuur
   1.00  	1.30   	2.70   	grijsbruin, slappe klei, - iets donkerbruin - diffeuse
                         		- humeuse zones tot 1.17, tussen 1.23-1.28: brokjes
                         		geel= klei en roestvlekken en FeNa concreties losse
   1.30  	1.90   	2.10   	bruin, nog enkele gele= brokkelige losse FeMn
                         		concreties, tussen 1.65-1.90: grijs in het midden,
                         		slappe klei
   1.90  	2.00   	2.00   	muizegrijs, slappe klei
   2.00  	2.75   	1.25   	verloren in boor
   2.75  	3.00   	1.00   	muizegrijs, fijn zand, sterk silteus, -1- met
                         		onregelmatige, diffeuse lenzen waarin veel zeer fijn
                         		schelpgruis geconcentreerd is -2- met talrijke
                         		kleilensjes en kleibolletjes tussen 2.83-2.93: enkele
                         		veenbrokjes en venige lensjes en zeer veel kleilensjes
                         		die sterk verstoord zijn door bioturbatie
                         		(waarschijnlijk)
   3.00  	3.48   	0.52   	verloren in buis
   3.48  	5.00   	-1.00  	grijs, fijn zand, silteus met kleilenzen (van mm tot
                         		cm- dik), meestal scheef, golvend en soms afgesneden,
                         		3.90: iets kleiiger zone met vegetatierestjes in,
                         		4.30-4.40: enkele grote kleibrokken, 4.54: gerold
                         		stukje veen
   5.00  	5.40   	-1.40  	gemist
   5.40  	8.13   	-4.13  	5.40-5.52: bruine kleibank met baksteentjes, en
                         		muizegijzer van kleur, van 6.30-6.40 en van 6.65-6.95:
                         		diffeuse gelaagdheid horizontaal, van lenzen waarin
                         		zeer fijn, dikwijls sterk verweerd schelpgruis zit met
                         		horizontale klei en tamelijk veel veenlenzen,
                         		7.55-7.59: weinig venige restjes bij de kleilenzen
   8.13  	8.35   	-4.35  	ingevallen klei
   8.35  	9.08   	-5.08  	muizegrijs, fijn tot zeer fijn zand, silteus met weinig
                         		kleilenzen en enkele venige lensjes en veenbrokjes
                         		endiffeuse lenzen waarin verweerd fijn schelpgruis,
                         		8.96-8.99: dunne laagjes mm zand met fijn schelpgruis
   9.08  	9.60   	-5.60  	muizegrijs, fijn tot zeer fijn zand,silteus met tarijke
                         		keilenzen, 9.28-9.45: horizontale kleilaagjes, mm & cm
                         		gelaagd met zeer dunne laagjes mm zand tussen
   9.60  	11.50  	-7.50  	muizegrijs, fijn tot zeer fijn zand, silteus met enkele
                         		lenzen met veenbrokjes waarrond kleilenzen en diffeuse
                         		lenzen met verweerd zeer fijn schelpgruis, -1- tussen
                         		10.15-10.25: talrijke lenzen (tot 1 cm dik) met
                         		veenbrokjes, -2- tussen 10.27-10.33: talrijke
                         		kleilaagjes tot 11.00, vanaf 10.58: kleilaagjes (van
                         		0,5 cm tot 1 cm dik) om de ongeveer 10 cm in enkele
                         		dunne kleilensjes, vanaf 11.00: de kleilagen zijn
                         		opgesplitst in mm gelaagdheid van afwisselend klei en
                         		fijn zand en veendetritus en soms lenzen met
                         		veenbrokjes

  11.50  	12.50  	-8.50  	11.50-12.50: muizegrijs, fijn tot zeer fijn zand,
                         		silteus -1- weinig kleine dunne kleilensjes -2-
                         		tamelijk veel diffeuse lensjes waarin verweerd fijn
                         		schelpgruis
  12.50  	12.80  	-8.80  	grijs, fijn zand met zeer veel slappe kleibrokken en
                         		kleilenzen zeer onregelmatig: scheef, horizontaal,
                         		afgebroken, dikke (tot 2 cm) en dunne (van 0.8 mm) naar
                         		basis toe worden ze kleiner
  12.80  	14.40  	-10.40 	grijs, fijn zand, iets silteus met diffeuse zones van
                         		verweerd zeer fijn schelpgruis, vanaf 12.95 tot 13.00:
                         		enkele zeer dunne kleilensjes (mm gelaagd, afw.),
                         		13.05-13.20: talrijke brokken klei die minst kriskras
                         		door elkaar liggen, kleibrokken worden kleiner naar
                         		onder toe, 14.10-14.40: talrijke kleibrokken en
                         		kleilenzen (grijs & bruin) zeer grillig door mekaar en
                         		enkele cardiumhelften baksteenfragmentje op 14.25
  14.40  	15.00  	-11.00 	grijs tot bleekgrijs, fijn zand, silteus met enkele
                         		kleine kleilensjes en venige lensjes
  15.00  	17.00  	-13.00 	muizegrijs, fijn zand, silteus enkele kleine
                         		kleilensjes, tussen 15.65-15.70 en tussen 15.90-15.93:
                         		zone met veel zeer dunne grillige kleilensjes, tussen
                         		16.20-16.71: talrijke kleine korte kleilensjes, soms
                         		zeer grillig van vorm, rond 16.40: kleibrokje met ook
                         		zeer grillige kleislierten rond, vanaf 16.70-17.00:
                         		dunne kleilensjes iets regelmatiger en horizontaler
                         		gelaagd
  17.00  	19.60  	-15.60 	muizegrijs, fijn zand, iets silteus enkele weinig
                         		kleine kleilensjes, tot 17.55: talrijke lensjes met
                         		fijn schelpgruis (1/2 verweerd) en soms veenspikkeltjes
                         		soms in lensjes geconcentreerd, vanaf 18.00: wordt iets
                         		silteuzer en kleiiger, rond 18.80: enkele diffeuse
                         		lensjes met fijn schelpgruis en die iets kleiiger zijn,
                         		vanaf 19.00: meer & dikkere kleilenzen, tussen
                         		19.40-19.60: talrijke kleilensjes, ongeveer horizontaal
                         		gelaagd maar ook verstoord door bioturbaties, tussen
                         		19.46-19.52: kleilaag met enkele zeer dunne zand
                         		"aders" in, bovenaan ook verstoord door bioturbatie
  19.60  	22.72  	-18.72 	grijs, iets bleek, middelmatig zand, er zit een zeer
                         		diffeuse gelaagdheid in van bleek zand engrijs (= iets
                         		silteus) zand tot 21.00 m, -20.25-20.35: kleilaagjes
                         		(0.5 cm) en lensjes tamelijk regelmatig scheef gelaagd,
                         		tussen 20.33-20.35: scheve kriskras venige laagjes,
                         		tussen 20.70-20.90: kleiige lensjes soms met kleine
                         		veenbrokjes erbij, tussen 21.37-21.55: talrijke
                         		kleilaagjes (0,5 cm dik) regelmatig ongeveer
                         		horizontaal gelaagd, maar golvend en afwisselend met
                         		middelmatig zandlaagjes die dikker worden naar onder
                         		toe; weinig veendetritus in de klei en soms enkele
                         		veenbrokjes, tussen 21.55-21.72: onregelmatige grillige
                         		kleilenzen (tot 1.5 cm dik) scheef gelaagd; enkele
                         		veenbrokjes, schelpgruis rond de lenzen
  22.72  	22.98  	-18.98 	muizegrijs, middelmatig zand met een diffeuse scheve
                         		gelaagdheid waarin iets meer zeer fijn schelpgruis
                         		geconcentreerd is,enkele kleilenzen, tamelijk grillig
                         		van vorm (steeds samen geconcentreerd in zones van
  22.98  	23.40  	-19.40 	veraard veen, iets zandig
  23.40  	23.62  	-19.62 	grijs, middelmatig zand, met bruine en grijze
                         		kleibrokken en -lenzen met talrijke brokken zwart
                         		veraard veen; zeer onregelmatig door mekaar
  23.62  	25.00  	-21.00 	muizegrijs, fijn, tot zeer fijn zand sporadisch fijn
                         		horizontaal dun kleilensje,op 22.83 en 22.85: blekere
                         		diffeuse zome met kalkneerslag en een dun kleilaagje
                         		erin
  25.00  	25.30  	-21.30 	grijs, mm. zand met tamelijk veel schelpgruis en
                         		brokken bruine en grijze klei, enkele veraarde
                         		veenbrok, platte hoekige zwarte kei op 23.30
  25.30  	26.00  	-22.00 	groengrijs, zwarte vette klei, enkele pyriteuse
                         		siltlensjes en enkele grillige siltlensjes
 ______________________________________________________________________________

                         Formele stratigrafische interpretatie
  Auteur:De Ceukelaire M.
  Instituut:UG- Vakgroep Geologie en Bodemkunde
  Datum:02/1998    

  Van    Tot    peilbas  Strat1        Strat2

   0.00   25.30   -21.29 	Q       	T   	Q   
  25.30   26.00   -21.99 	TtKo    	T   	TtKo
 ______________________________________________________________________________
Insert the GSB number to search all associated content