PL.OVERPELT 32E Aardkundige Dienst
R.Tavernier van Belgie
105 (VI) Verkenningsboring nr. 2
Uitgevoerd te NEERPELT,
in het perceel Sectie C, no 924 r3
voor de Nationale Mij der WATERLEIDINGEN.
Topographische ligging opgeteekend volgens plan
van de Nationale Mij.
(brief no 21006 ingeschreven op den I-IX-1945.)
Grondstalen verzameld door den opzichter.
Aanvang der werken : 17-VIII-1944.
Opeenvolgende diameters : 100mm.
Aard der pomp: gewoon huishoudelijk stelsel (Douglas pomp).
Diepte van het water, bij ruststand : 1m36 onder het maaiveld.
tijdens het pompen : 0m72 lager.
Met een debiet van 16.000 liters per uur.
Benaderende hoogte van den beganen grond boven
den zeespiegel : 42.
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte Basis Dikte
m. m. m.
BESCHRIJVING VAN DE GRONDMONSTERS
1 Bleek geelachtig zand, middelmatig van
korrel met enkele grintachtige elementen
en enkele witte kwartskeitjes 0.00 1.00 1.00
2* Bleek grijze klei, met enkele rolkeien 1.00 2.00 1.00
3 Donker grijs tot zwartachtig zand,
middelmatig van korrel vermengd met
grintachtige elementen 2.00 3.00 1.00
4 Bleek grijs grintachtig zand met kleine
rolkeitjes uit witte kwarts en een paar
uit zwarte vuursteenen 3.00 4.00 1.00
5* Idem (onder de keien bevinden zich twee
zwarte vuursteenen met blijkbaar sporen
van windwerking) 4.00 5.00 1.00
6 Idem 5.00 6.00 1.00
7 Idem 6.00 7.00 1.00
8* Grof grintachtig zand, met grint
bestaande uit bleeke kwartsiet 7.00 8.00 1.00
9 Idem 8.00 9.00 1.00
10 Bleek grijs grof grintachtig zand 9.00 10.00 1.00
11 Idem 10.00 11.00 1.00
12 Idem 11.00 12.00 1.00
Vermoedelijke Geologische Verklaring (R.TAVERNIER, I-VIII-1945)
Plistoceen (Maasgrint): van 0.00 tot 12m00
FLEMALLE HAUTE, le 7-XI-1945
Laboratoire des Usines à Tubes de la Meuse
EAU DE NEERPELT. - 2ème sondage
RESULTATS D'ANALYSE
pH 3,9
Dureté totale 6 4
Fer en mgrs/I 6,48
CO2 libre après aeration en mgrs/l 42
CO2 semi combiné en mgrs/l 0
EAU BRUTE + MARBRE
pH 7,4
CO2 semi combiné en mgrs/l 26
N.B. Il ne nous est pas possible pour le moment
d'effecteur une analyse plus complète de l'eau.
En ce qui concerne la teneur en fer, signalons qu'une
bouteille contenait visuellement beaucoup de fer et
que l'autre bouteille en contenait beaucoup moins.
Le chiffre de 6,48 mgr. est la moyenne des deux
bouteilles.
