***********************************************************************
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS & TECHNISCHE GEGEVENS
Kaart Nr: 31W
PLAAT: Retie
Nr: 216 (VI)
Type Boring: Put nr. 4
Topografische kaart: 17/1
Uitgevoerd te: Mol
Postnr:
Adres boorplaats: Eurochemic
Opdrachtgever:
Boorfirma: Smet uit Dessel
Boordatum: 1958
Topografie: opgetekend door Claessens volgens plan
Stalen door: de boormeester
Boringsmethode: met inspoeling
Lengte & doormeters:
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust : op 13 m: +23.40; op 67 m: +23,10 gemeten 3.3.59
Tijdens pompen:
Debiet :
Waterzaaknr:
Totale diepte: 200 m
Stalen bewaard:
Maaiveld/ref. peil: +24,75 m
X:
Y:
NIS code:
BOORBESCHRIJVING
Nr * Diepte Basis * AARD DER GRONDLAGEN
1-4 4.00 geelachtig halffijn zand
5-8 8.00 wit geelachtig halffijn zand
9-15 15.00 grof wit grijsachtig zand
16-28 28.00 tamelijk fijn tot fijn, wit grijsachtig zand
29-36 36.00 wit groenachtig halffijn zand
37-39 48.00 bruin groenachtig, sterk kleihoudend zand
40-44 68.00 grof bruin, groenachtig glauconietrijk zand
45-46 76.00 fijn grijs groenachtig zand
47-51 100.00 zeer grof glauconietrijk zand, fijner naar beneden toe
52-61 140.00 donkergroen tamelijk grof glauconietrijk zand, gaat geleidelijk over naar een groenachtig fijn zand
62-66 160.00 groen zwart glauconiet zand
67-68 168.00 zwart glauconietisch zand, met heldere kwartskorrels gespikkeld
69-75 196.00 fijn groen grijsachtig, glimmerhoudend zand
76 200.00 grijze glimmerhoudende klei
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
Top * basis *STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
0.00 - 36.00 Amsteliaan-Scaldisiaan
36.00 - 196.00 Diestiaan-Antwerpiaan
196.00 - 200.00 Rupeliaan (R2c)
AUTEURS
Gulinck - 1 oktober 1959
OPMERKINGEN EN ANALYSES
N.B. Volgens beschrijving van de boormeester, zachte kleilagen tussen 31-32 en 35-36