PL.MOL 31 E
388 (V/c)
H Boring 47
uitgevoerd te : MOL
voor : HYDROGEOLOGISCHE STUDIE VAN HET PLASSENGEBIED VAN MOL
door : R.U.G.
datum : 29/4/77
Topografische ligging opgetekend : VOLGENS PLAN 1/10.000
Grondstalen verzameld door : DE BOORMEESTER
Boringsmethode : DROOG MET INSPOELING
filterdiepte : 9.20 - 10.20 m
Hoogte van het maaiveld : + 30.53 m
Totale diepte : 10.20 m
Beschrijving volgens R.U.G.
Nr.monster Aard van de monsters Diepte in m
van tot
1 zwartgrijs humeus licht lemig middelmatig
fijn tot fijn zand met talrijke kwartskorrels
(tot 3 mm) 0 0,2
2 grijs tot bleekbruin middelmatig fijn zand
met enkele humusstukjes 0,2 0,8
3 grijs tot bleekbruin middelmatig zand met
talrijke verveende houtstukjes 0,8 1
4 grijsbruin licht kleiig fijn zand met veel
veenstukjes en lenzen met iets grovere
kwartskorrels 1 1,3
5 idem 1,3 1,5
6 bruingrijs zeer grof zand tot fijn grint met
vele plantenresten; het grint bevat vooral
kwarts, silex, kwartsiet (tot 4 mm) 1,5 1,8
7 grijs grof zand tot fijn grint 1,8 2,2
8 grijs zeer grof zand met grof grint (tot 8 cm) 2,2 2,6
9 -10 idem 2,6 2,85
11 -12 witgrijs grof zand met zeer grove
kwartskorrels 2,85 4,25
13 -16 grijs glaukoniethoudend middelamatig zand met
veel glimmers 4,25 8
17 idem, grof 8 9
18 idem, zeer grof 9 10,2
Vermoedelijke aardkundige verklaring :
Zand van Mol vanaf 2,85 m
