PL.MOL 31 E
358(VII/a)
H BORING 16
uitgevoerd te : MOL
voor : HYDROGEOLOGISCHE STUDIE VAN HET PLASSENGEBIED VAN MOL
door : R.U.G.
datum : 7/3/77
Topografische ligging opgetekend volgens plan 1/10.000
Grondstalen verzameld door : DE BOORMEESTER
Boringsmethode : DROOG
filterdiepte : 7.70 - 8.70 m
Hoogte van het maaiveld : + 28.29
Totale diepte : 9.20 m
Beschrijving volgens R.U.G.
Nr.monster Aard van de monsters Diepte in m
van tot
zwart sterk humeus fijn zand met enkele
grote kwartskorrels 0 0,5
1 bleekbruin tot wit licht lemig fijn zand met veel
afgeplat grint, vooral kwarts en silex (tot 6 mm) 0,5 1,1
bleek roestbruin leemhoudend middelmatig fijn tot
middelmatig zand, enkele verharde witte fijnzandige
lenzen; talrijke kwartskorrels (tot 5 mm) 1,1 1,2
2 roestbruin hoekig fijn zand met lemige grof zandige
lenzen; fijne grintlenzen, vooral kwarts en
silex (tot 8 mm) 1,2 1,6
3 bruin lemig fijn zand met glaukonietstippen en
enkele grote kwartskorrels; zandleemlenzen 2,6 2,8
4 bleekbruin licht glaukoniethoudend lemig
middelmatig tot middelmatig fijn zand 2,8 4
bleekbruin glaukoniethoudend lemig grof tot
middelmatig zand 4 4,3
5 bleekbruin licht glaukoniethoudend licht lemig
hoekig middelmatig zand, veel fijn grint;
kwarts en silex (tot 7 mm) 4,3 5
6 bleekroestbruin hoekig grof zand met veel fijn
grint, kwarts en silex (tot 7 mm) 5 6,2
7 grijsgroen glaukoniethoudend fijn zand met
enkele veenstukken (mosveen) 6,2 7,1
bleekbruin tot groen licht glaukoniethoudend,
glimmerhoudend, middelmatig zand met veel
grint : vooral gebroken kwarts (tot 1,5 cm) en
silexsplinters 7,1 7,8
8 bleekbruin glaukoniethoudend licht kleiig
middelmatig fijn zand 7,8 9,2
Vermoedelijke aardkundige verklaring :
Zand van Mol vanaf 7,8 m (?)
