Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 031E / 031E0350.TXT

031E0350.TXT

Pl.MOL 31 E

350(VI/d)
          H BORING 7
          uitgevoerd te : MOL
          voor : HYDROGEOLOGISCHE STUDIE VAN HET PLASSENGEBIED VAN MOL
          door : R.U.G.
          datum : 31/3/77
          Topographische ligging opgetekend : VOLGENS PLAN 1/10.000
          Grondstalen verzameld door : DE BOORMEESTER
          Boringsmethode : DROOG MET INSPOELING
          filterdiepte : 9 - 10 m
          Hoogte van het maaiveld : + 37.65 m
          Totale diepte : 10.20 m


Beschrijving volgens R.U.G.
Nr.monster       Aard van de monsters                     Diepte in m
                                                          van     tot

          bruingrijs sterk humeus zand                     0     0,15

          grijs hoekig fijn tot middelmatig fijn zand
          met veel fijn plantengruis, enkele hoekige
          roestconcreties (tot 4 mm) alsook enkele
          kwartskorrels (tot 3 mm)                         0,15  0,25

1         wit tot witgrijs licht humeus middelmatig
          tot grof zand met enkele fijn zandige lenzen     0,25  0,6

2         roestbruin venig fijn tot middelmatig fijn
          zand, met verspreid grint (vooral geronde
          kwarts en subangulaire silex (tot 4 mm)          0,6   1,2

3         bruingrijs middelmatig zand soms met sterk
          grofzandige tot fijn grindige lenzen met
          onderaan vooral middelmatig fijn zand
          met talrijke verspreide keien, enkele
          zeer grove kwartsietblokken beletten de
          voortzetting van een eerste boring; het
          grint op de tweede boorplaats bestond
          vooral uit kwartskeien (tot 4 cm),
          hoekige silexsplinters (tot 2 cm), en
          enkele dolomietstukken (tot 3 cm)                1,2   1,8

          bruinachtig grijs licht lemig middelmatig
          fijn tot fijn zand, met talrijke verspreide
          kwartskeien (tot 5 mm)                           1,8   2,1

4         grijs hoekig fijn zand met enkele grote
          glimmers en broze zandsteenbrokjes
          (tot 4 mm)                                       2,1   2,7

5         bleekbruinachtig grijs middelmatig fijn
          zand met talrijke verspreide glimmers
          enkele kwartskorels (tot 4 mm) en enkele
          silexsplinters (tot 3 mm); onderaan iets
          kleihoudend en lignietstukjes                    2,7   3,2

          wit tot lichtgrijs zeer licht kleiig fijn
          kwartszand met enkele grove kwartskorrels        3,2   5,2

6         wit hoekig middelmatig fijn zand,
          met verspreide grote glimmers en
          enkele zwarte lignietstukjes                     5,2   6,1

          wit glaukoniethoudend fijn zand, met
          talrijke grote glimmers, talrijke
          verkitte korrels, enkele
          gipskristallen, enkele dunne zandige
          kleilensjes en een marcassietstukje              6,1   7,4

7         wit licht glauconiethoudend
          middelmatig zand met talrijke platte
          broze zandsteenbrokjes (tot 3 mm)                7,4   8,4

8         wit middelmatig tot grof zand met
          talrijke hoekige kwartskeitjes (tot
          6 mm); vanaf 8,7 m overgaand naar
          middelmatig fijn zand                            8,4   8,9

          wit grijs glaukoniethoudend fijn zand
          met enkele zeer grote glimmers, hoekige
          broze zandsteenstukjes en verspreide
          grote kwartskorrels                              8,9  10,2



          Vermoedelijke aardkundige verklaring :

          Zand van Mol vanaf 1,8 m
Insert the GSB number to search all associated content