PL. MOLL 31E Service géologique
F.Halet de Belgique
156 (VII) Puits tubé
exécuté à Moll
à la Scierie mécanique de MM.Rydams et Linsingh,
par M.Smet de Desschel.
Repérage par V.Collard, le 25 novembre 1920.
Echantillons recueillis par le chef sondeur
J.B.Slegers de Desschel.
Travaux commencés en novembre 1920.
Mode de creusement: à sec.
Diamètres successifs: 0m16.
Niveau de l'eau sous l'orifice: au repos : 2m00;
en régime de pompage: 3m00
avec débit de 5.000 litres à l'heure.
Cote approximative de l'orifice: 27.
No Nature des Terrains Profondeurs Age
de à
1* Sable gris quartzeux un peu pailleté 1.00 5.00
2* Sable gris quartzeux avec traces d'horizons
argileux 5.00 20.00
Pliocène
récent
20m00
3* Sable gris verdâtre assez grossier, très
glauconifère 20.00 31.00
Poederlien
ou Diestien
11m00
4* Sable très grossier verdâtre, très glauconifère 31.00 32.00
5* Banc de sable durci, vert, glauconifère, avec
petits débris de grès ferrugineux bleuâtre 32.00 32.10
6* Sable très grossier verdâtre, glauconifère, avec
traces de grès ferrugineux bleuâtre 32.10 34.00
Diestien
3m00
PL. MOL 31E Aardkundige Dienst
R.TAVERNIER van België
156 (VII) (vervolg)
Filterput
uitgevoerd te MOL,
bij Mr. Van Houdt, rond no 14,
door de firma SMET uit DESSCHEL,
Topographische ligging opgetekend door CLAESSENS W.
de 18.5.1949.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang en einde der werken : Juli 1948.
Boringsmethode : zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters : 8" en 6/4".
Aard der pomp: handpomp.
Diepte van het water, bij ruststand: 1.85m;
tijdens het pompen: onbekend.
met een debiet van 2.000 liter per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond boven de
zeespiegel: 27.
Totale diepte: 7.00m.
No AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
1 Humeus zand 1.00
2-3 Geel fijn zand 2.00- 3.00
4*-7* Geel grintachtig zand 4.00- 7.10
Vermoedelijke aardkundige verklaring (R.TAVERNIER de 7.9.1949)
Kwartair: van 0.00 tot 7.10m.
PL. MOL 31E Aardkundige Dienst
M.Gulinck van België
156 (vervolg)
Filterput
uitgevoerd te MOL
bij M.Van Hees, no 17, Rond
door de Firma SMET, uit Dessel
Topographische ligging opgetekend
door W.Claessens op de 4.3.1950
Grondstalen verzameld door de boormeester
Aanvang der werken : 29.9.1950
Einde der werken : 30.9.1950
Boringsmethode : zonder inspoeling
Opeenvolgende diameters 6.4
Einddiameter : filter , 6.4
Aard der pomp : piston pomp
Diepte van het water, bij ruststand: 1.30
Diepte van het water, tijdens het pompen : onbekend
met een debiet van 2.500 liters per uur
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de
zeespiegel: 27
Totale diepte : 8.00m
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN Diepte (m)
1 Middelmatig fijn humusrijk zand 1.00
2 Middelmatig fijn groengeelachtig zand, bevat
enkele grove korrels 2.00
3 Middelmatig fijn bleek bruinachtig zand, enkele
grove korrels 3.00
4-5-6 Idem idem 4.00- 5.00- 6.00
7-8* Middelmatig grof zand, bleek grijs, met fijn
grind 7.00- 8.00
AARDKUNDIGE VERKLARING (M.Gulinck, 3.12.1952)
Pleistoceen : van 0.00 tot 8.00
