Pl. LILLE 30W
R.TAVERNIER
259 (VII) Filterput uitgevoerd te VORSELAAR,
bij de Zusters der Christelijke scholen,
door de firma SMET van DESSCHEL.
Topographische ligging opgetekend door CLAESSENS W. de 14.4.1948.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang en einde der werken: in 1947.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters: 12"
Einddiameter: 125 mm.
Aard der pomp: motor pomp.
Diepte van het water, bij ruststand: 2.40m; tijdens het
pompen: 5.20m met een debiet van 15.000 liter per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond boven de zeespiegel: 11.00m.
Totale diepte: 21.10m.
No AARD DER GRONDLAGEN. Diepte m.
1 Grijs fijn humeus zand 1.00
2*- 4 Bleek geel fijn leemachtig zand 2.00 - 4.00
5* Wit grijze mergel, met afdrukken van Pecten,
en fijn zeer kalkrijk zand 5.00
6 Grijs zeer kalkrijk fijn zand, lichtjes glau-
coniethoudend 6.00
7*- 8 Grijs glauconiethoudend zand, met fijn grint-
achtige elementen 7.00 - 8.00
9* Groen glauconietrijk grof zand 9.00
10 Idem, met een stuk ferrugineuse zandsteen 10.00
11 Grof groen glauconietrijk grintachtig zand 11.00
12* Idem, met ferrugineuse zandsteenstukken 12.00
13 Grof glauconietrijk grintachtig zand 13.00
14*-15 Idem 14.00 - 15.00
16 -17* Idem, met bruin zwarte ferrugineuse zand-
steenconcreties 16.00 - 17.00
18 Idem 18.00
19 -21* Groen grintachtig glauconietrijk zand 19.00 - 21.10
Vermoedelijke Aardkundige Verklaring (R.TAVERNIER, de 18.10.1948.)
Plistoceen : van 0.00 tot 5.00m.
Diestiaan: D2 : van 5.00 tot 9.00m.
D1 : van 9.00 tot 21.10m.