Pl. LILLE 30W
F.HALET
205 (III) Puits tubé exécuté à Gierle,
pour une laiterie en construction,
par M. Smet de Desschel.
Repérage par V. Collard, le 17-6-1927.
Echantillons recueillis par le chef sondeur.
Travaux commencés et terminés en juin 1927.
Mode de creusement: à sec.
Diamètre final: 0m20.
Niveau de l'eau sous l'orifice au repos: 2m00,
en régime de pompage: 3m00
avec débit de 5.000 litres à l'heure.
Cote approximative de l'orifice: 18
No NATURE DES TERRAINS Profondeurs
mètres
1* Sable quartzeux gris brunâtre 1.00
2* Sable quartzeux gris jaunâtre 2.00
3* Sable finement quartzeux gris blanchâtre 3.00
4* Sable quartzeux gris blanchâtre, légèrement jaunâtre 4.00
5 Idem 5.00
6 Idem 6.00
7* Sable très quartzeux blanc jaunâtre 7.00
8* Sable très quartzeux brunâtre avec plaquettes de
limonite 8.00
9* Débris de grès ferrugineux 9.00
10* Idem 10.00
11* Argile plastique gris brunâtre 11.00
12* Sable gris quartzeux 12.00
13* Sable quartzeux gris blanchâtre, finement pointillé 13.00
14 Idem 14.00
15 Idem 15.00
16* Idem 16.00
17 Idem 17.00
18* Sable gris verdâtre, finement quartzeux, avec traces
de coquilles (un élément brisé paraissant être une
Corbula) 18.00
Interprétation probable (F.Halet, 2-8-1927):
Pliocène continental: 18m00
Scaldisien (?):
Pl. LILLE 30W
M. GULINCK
Nr 205 (vervolg)
Filterput uitgevoerd te Gierle
bij de Melkerij "De Gier" Melkerijstraat
door de Firma Smet uit Dessel
Topographische ligging opgetekend door W. Claessens, dd. 26.6.1952
Grondstalen verzameld door de boormeester
Aanvang der werken: 8.8.1952
Einde der werken: 17.8.1952
Boringsmethode: zonder inspoeling
Opeenvolgende diameters: 150mm
Einddiameter: 140 mm
Aard der pomp: pistonpomp
Diepte van het water, bij ruststand: 2.65m
tijdens het pompen: 6.50m
met een debiet van 10.000 liters per uur:
Benaderende hoogte van de begane grond boven de zeespiegel: 18
Totale diepte: 22.60m
volg. AARD DER GRONDLAGEN Diepte (m)
nummer
1 Bleek bruingeelachtig, los, middelmatig grof zand 1.00
2 Idem Idem bleker 2.00
3.4.5.6.7* Bleek bruingeelachtig los, tamelijk grof zand 3.00- 7.00
8*9 Grijs humushoudend, tamelijk grof zand 8.00- 9.00
10.11 Bruinachtig, tamelijk grof zand 10.00-11.00
12 Idem met limonietconcretie 12.00
13* Bruin-groenachtig, middelmatig fijn, heterogeen zand
met wat schelpengruis 13.00
14.15.16.) Idem
17.18*19*) Idem wat grover 14.00-18.00-19.00
20* Grijs kleiachtig zand met talrijke gebroken
schelpen; kleine rolkeitjes (Kwartz, vuursteen) 20.00
21* Zoals no 19 21.00
22 Zoals nr 20 22.70
Vergissing bij het bemonsteren ? (21 zou in de plaats
van nr 20 moeten komen)
Pl. LILLE 30W
R.TAVERNIER
No 205 (vervolg)
Filterput uitgevoerd te Gierle,
bij de Melkerij De Gier
door de firma Smet van Desschel.
Topographische ligging opgetekend door CLAESSENS W. DE 22.10.1947.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang en einde der werken: juni 1947.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters: 12"; Einddiameters: 140 mm.
Diepte van het water, bij ruststand: 2.55m;
tijdens het pompen: 6.40m.
met een debiet van 26.000 liter per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond boven de zeespiegel: 18m00.
Totale diepte: 28.20m.
No AARD DER GRONDLAGEN Diepte m.
1 Donkerzwart humeus zand 1.00
2 Bleek geel kwartszand 2.00
3*- 7* Idem, met enkele grovere kwartskorrels 3.00 7.00
8 Idem 8.00
9* Geel bruin zand, met bleek bruine ferrugineuse
zandsteenconcreties (gley) 9.00
10* Bleek grijs grof, tamelijk grintachtig zand 10.00
11 Bleek grijs zuiver kwartszand, en donkergrijs
kleiachtige concreties 11.00
12*-13* Bleek grijs kwartszand 12.00 13.00
14 -17 Idem, min of meer geagglomereerd 14.00 17.00
18*-19 Grijs tamelijk fijn glauconiethoudend zand,
met talrijke brokstukken van schelpen 18.00 19.00
20 -21* Idem, met enkele kleine schelpfragmenten 20.00 21.00
22 Monster ontbreekt 22.00
23*-28* Idem 23.00 28.00
Vermoedelijke Aardkundige Verklaring (R. TAVERNIER; 14.10.1948)
Plistoceen: (Zand van Mol): van 0.00 tot 18.00m.
Scaldisiaan: van 18.00 tot 28.00m.
Pl. LILLE 30W
Nr 205 (vervolg)
Filterput uitgevoerd te GIERLE,
BIJ DE Melkerij "DE GIER".
Geen grondstalen verzameld.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel:+ 18.
Totale diepte: 66.65m.
WATERREGISTER No 702.
Uittreksel van het proces-verbaal van indienststelling
dd. 18 Maart 1957.
Geboord tot op 66.65m. diepte, getubeerd met een buis
van 250 mm. tot op 34.40m. en een buis van 4 " van
34.40m. tot 42m20.
Van 42m20 tot 66m20 in de doorsneden van het Diestiaan,
werd een filter van 4"D aangebracht.
Aard der pomp: "Storck".
Debiet: 31.500 l/u.
Waterstand bij rust: 1,95 m.; in werking: 5.15 m.
Pl. LILLE 30W
M.GULINCK
Nr 205 (III) 1ste vervolg
Filterput uitgevoerd te GIERLE
bij de ZUIVELFABRIEK "DE GIER"
door de N.V. SMET uit DESSEL
DATUM SEPTEMBER 1966
Topografische ligging opgetekend door W. CLAESSENS DE 19/5/1967
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode: met inspoeling
Opeenvolgende doormeters: 219 mm. filter: 4"
Grondwaterstanden:
bij ruststand: 3.20 m ; tijdens het pompen: 10.90 m
met een debiet van 85.000 l/u
Hoogte van het maaiveld: 18
Totale diepte: 67.00 m
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m
1 - 4 bruingeelachtig 1/2 fijn zand 4.00
5 -10* geelachtig grof kwartsig zand 10.00
11 -15* idem 15.00
16 idem 16.00
17 -19 bruinachtig tamelijk grof zand, glauconiethoudend,
kalkhoudend 19.00
20*-21 fijn, bleek grijs, licht glauconiethoudend zand met
schelpgruis 21.00
22 -25* groen, glauconietrijk zand, 1/2 fijn met wat
schelpgruis 25.00
26 -30* idem 30.00
31 -35* groen, glauconietrijk 1/2 fijn zand, geen kalk 35.00
36 -40* 40.00
41 -45* 45.00
46 -50* 50.00
51 -55* 55.00
56 -60* 60.00
61 -65* 65.00
66 -67 67.00
AARDKUNDIGE VERKLARING - M.GULINCK - 25.9.1969
Kwartair 0.00 - 4.00
Zanden van Mol 4.00 - 16.00
Scaldisiaan-
Diestiaan 16.00 - 67.00
(grens onduidelijk)
