028W0952 - A F D E L I N G G E O T E C H N I E K
Opdracht: GEO-11/063
Plaats/site: ANTWERPEN
Boring: BNO-9
Uitgevoerd door: Geolab
Datum van uitvoering: 15/12/2011 - 19/12/2011
X: 151986
Y: 214684
Aanvangspeil: 6.34
Waterdiepte volgens boorstaatgegevens(m): 1,12 op 16/12/2011
Lithologische beschrijving
Auteur: Michiel Dusar en Jan Walstra Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 08/02/2012
Monster Diepte (m) Aard der grondlagen
G1 0,00-0,20 donkerbruine doorwortelde lemige kruimelige teelaarde, fijne brokjes steengruis
G2-G3 0,20-1,00 Bruin, matig fijn, licht lemig (bruine kleifilm rond de korrels), sterk gespikkeld (glauconietrijk) zand, licht doorworteld
G4 1,00-1,50 zwart heterogeen zand met steengruis (blauwe hardsteen en sinter), licht doorworteld, zwarte kleur komt van teerachtige producten
G5 1,50-2,00 zelfde zwart teerhoudend gruisachtig zand, vol steengruis (voornamelijk sinter, asse, gestolde teer, scorie) soms in brokken van 4 cm
G6 2,00-2,50 grijszwart matig grof zand met fijn steengruis en sinterbrokjes, fijn baksteengruis, nog teerachtige donkere aanrijking van de mobiele slibfractie
G7 2,50-3,00 donkergrijsbruin kleihoudend heterogeen zand, donker teerachtig slib, licht kalkhoudend, mosselschalen, fijn baksteengruis, fijn sintergruis, (groot aandeel), glas, bleekbeige fijne leisteen, houtvezels
G8 3,00-3,50 bruine ronde sinterbollen (ca 1 cm) ingebed in zwart teerachtig steengruisrijk zand, licht kleiig
G9 3,50-4,00 zwart teerachtig kleihoudend zandig gruis, met nylondraad, met sterke benzinegeur en olieschijn bovenop monster
G10 4,00-4,50 zwart teerhoudend, sterker kleihoudend zandig gruis, groot stuk vensterglas, met terpentijngeur, licht kalkhoudend, bij aanzuren komt sterke H2S-geur vrij
G11 4,50-5,00 donkergrijs kleiig kalkhoudend gruis (bij verzuring H2S-geur), nog terpentijngeur in het organisch slib, rijk aan steenbrokken (sinter, grote scherf van porseleinen fruitschaal), gebrande steen (geen leisteen)
G12 5,00-5,50 grof steengruis (sinter, scorie, baksteen), grote recente houtresten, moderne nog niet verroeste spijker, ingebed in zwart kalkhoudend teerhoudend zandig gruis
G13 5,50-6,00 +/- idem, met grote (6x6 cm) samengestelde veelkleurige scorie, overigens fijner gruis en fijne zwarte wortels
G14 6,00-6,50 +/- idem, fijn steengruis, ingebed in zwart teerachtig gruis, minder terpentijngeur, kalkhoudend met H2S-geur bij verzuring, veel fijn baksteengruis, vezelige houtresten (bruin), nylondraad, glas, grote scorie
G15 6,50-7,00 +/- idem, grote (>10 cm) hout en baksteenfragmenten, ingebed in zwart teerachtig zandig gruis, met fijn baksteen- en cementgruis, zwart gesmolten glas, bloempotschaal in witte keramiek
G16 7,00-7,50 donkergrijs kleihoudend zand- en fijn steengruishoudend vloeiend silt, met schelpfragmenten, fijn baksteengruis, porfier, glas, naast bollen in grijze zeer slappe zandrijke klei, randen van pot zijn rood geoxideerd (lijkt op ijzerneerslag door bacteriën)
G17 7,50-8,00 donkergrijze, licht kalkhoudende, slappe kleverige klei, (lichte H2S-geur bij verzuring komt dit maal niet van vervuiling maar van organisch materiaal in de klei), nog fijne splinters van gruis in de klei, ook een grote scorie (= sinter met grote gasbellen)
G18 8,00-8,50 donkerbruingrijze wat meer compacte zandhoudende klei met bleker grijsbruin kleirijk zand, met fijn schelpengruis, fijn verdeeld, ook wat donkere meer venige strepen, kalkrijk
G19 9,05-9,20 vrij compacte grijsbruine zandrijke klei en donkergrijze venige klei, in beide gevallen met fijne vezelige houtresten, met parelmoer schelpfragmenten (zoetwatermossel) maar ook met Tertiaire Astarte, bruine en zwarte klei, sterk vermengd, goed kneedbaar
G20 9,20-9,50 beter gecompacteerd bruin oxiderend grijs kleirijk heterogeen zand met talrijke willekeurig verdeelde schelpfragmenten, ook veel fijn schelpengruis in de zandfractie (schelpen van Tertiaire oorsprong)
G21 9,50-10,00 groenig grijs kleihoudend heterogeen kalkrijk zand, rijk aan bleekgrijs slib (afkomstig van kleidrapes die tussen het zand voorkomen), met grover schelpengruis
G22 10,00-10,50 vastere grijze zandrijke klei vol fijn en grof schelpengruis (zeer kalkrijk)
G23 10,50-11,00 +/- zelfde grijze zandrijke klei, bruin oxiderend, vermengd met bruin kleiig kalkzand, veel fijn schelpengruis, vermoedelijk halfdoorlatend
G24 11,00-11,50 +/- zelfde mengeling, maar terug wat overwicht klei op zand, blijft kalkrijk, klei is sterk brokkelig en niet kneedbaar (zandtextuur), vermoedelijk eerder als zand dan als klei te beschrijven
G25 11,50-12,00 +/- idem als monster 24: bruinig grijs kleirijk zand vol schelpengruis, nog slechts dunne lenzen van grijze klei (sterk ondergeschikt)
G26-G27 12,00-13,00 scherpe facies verandering: blauw-groenig grijs fijn licht glauconiethoudend, licht kleihoudend, slibrijk zand, kalkrijk
G28 13,00-13,50 +/- idem, zelfde blauwgroengrijs fijn, licht glauconiethoudend (glauconietkorrels zeer fijn), kalkrijk, kleihoudend zand, kleifractie is toegenomen (weinig doorlatend), sporadisch fijn schelpengruis
G29 13,50-14,00 blijft fijn licht glauconiethoudend kalkrijk kleihoudend zand, iets donkerder, meer schelpengruis en sterker slibhoudend (kleifractie nog toegenomen, blijft echter zand)
G30 14,00-14,50 grijs kleiig glauconiethoudend (nog < 20 %), heterogeen (met matig grove heldere kwartskorrels) kleiig zand, rijk aan fijn schelpengruis (bioklasten als zandpartikels) = nieuw facies
G31 15,00-15,50 grijs matig fijn heterogeen glauconiethoudend, licht kleihoudend, weinig slibhoudend, kalkhoudend zand, met weinig fijn schelpengruis
G32 15,50-16,00 +/- zelfde zand, wat meer matig grove kwarts en ook glauconiet is vergrovend en daardoor meer opvallend (blijft < 20 %), met fijn schelpengruis
G33 16,00-16,50 grijs middelmatig, meer glauconiethoudend (> 20 %), licht kalkhoudend, klei-arm, nog licht slibhoudend zand, met weinig zeer fijn schelpengruis (sediment is globaal vergrovend)
G34 16,50-17,00 blauwig grijs matig fijn glauconiethoudend, slibrijk, slechts licht kalkhoudend, kleihoudend zand
G35 17,00-17,50 blijft blauwig grijs matig fijn, wat meer kleihoudend, slechts zeer licht kalkhoudend zand
G36 17,50-18,00 groenig grijs, eerder middelmatig, licht glauconiethoudend (< 20 %), wat meer kleihoudend zand, met talrijke resten van vergane schelpen (in-situ in fijne lamellen uit elkaar vallend) (zandkorrels door kleifilm omgeven)
G37 18,00-18,50 groengrijs eerder middelmatig kleiig zand, cohesief in grote bollen
G38 18,50-19,00 groengrijs matig fijn, weinig glauconiethoudend, licht kleihoudend (slibhoudend), zeer licht kalkhoudend zand, met sporadisch wat bioklastengruis
G39 19,00-19,15 groen fijn tot matig fijn, in klei ingebed (cohesief) zand vol stukken in-situ verweerde dikschalige schelpen (oesterbank); fijne brokjes zwart venig materiaal en platte zwarte keitjes (1-2 cm)
G40 19,15-19,50 groen matig fijn licht kleihoudend, glauconiethoudend (ca 20 %), kalkloos zand, cohesief opbollend; helgroen slib door verwering van glauconiet, door verwering ook kalkloos geworden (tot 21,50 m)
noot: kleihoudend betekent klei + silt (fijnere fractie dan zand, het zuivere kleigehalte blijft vermoedelijk laag)
G41 19,50-20,00 +/- zelfde, eerder blauwgroen zand
G42 20,00-20,50 blijft blauwgroengrijs matig fijn glauconiethoudend, kalkloos, licht kleihoudend zand
G43 20,50-21,00 zelfde zand met grote bollen in donker blauwgroene fijnzandrijke licht plastische klei
G44 21,00-21,50 idem, mogelijk wat minder klei
G45 22,00-22,50 facies verandering: donkergrijs zand van licht slibhoudend, middelmatig (heldere kwarts, soms matig grof), glauconietrijk (ca 40 %, voornamelijk matig fijn) zand
G46 22,50-23,00 donkergrijs matig fijn, glauconietrijk (> 50 %) slibarm kleiloos zand, met weinig fijn schelpengruis, zeer zacht en niet cohesief
G47 23,00-23,35 donkergrijs glauconietrijk (50 %) matig fijn zand met platte lenzen in lichtgrijze zeer slappe silteuze klei, weinig schelpengruis
G48 23,35-23,50 harde grijze schistoide klei met wat gipsuitbloeiingen, met fijnsiltige laminae met verweerd schelpfragmenten, grote brokken in dofzwart silteus veen
G49 23,50-24,00 harde grijze klei, fijn geband (schistoid) met bleekbruine fijne, maar zuivere silt laminae
G50 24,00-24,50 harde massieve bruingrijze klei, licht silteus, zoals steeds met verspreide vlekvormige gips-uitbloeiingen, met gebroken schelp (Leda Deshayesi), met zwarte intraklasten, van pyriteus organisch materiaal
G51 24,50-25,00 +/- idem, harde massieve bruingrijze klei, met meer bruine kalkhoudende silteuze klei (met fijne kalkbioklasten) en met schelpengruis van Leda Deshayesi
G52 25,00-25,50 vaste bruingrijze klei met kalkloze bleekbruine silt laminaties
G53 25,50-26,00 harde kalkloze bruingrijze klei met bleekbruine silt laminaties
G54 26,50-27,00 massieve grijze klei
Informele stratigrafie
Auteur: Michiel Dusar en Jan Walstra Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 08/02/2012
Van (m) Tot (m) Beschrijving
0,00 1,00 Aanvulgrond
1,00 7,00 Stort
7,00 9,20 Holoceen alluvium (polderklei)
9,20 12,00 Formatie van Lillo - Lid van Oorderen (kleiig)
12,00 15,00 Formatie van Lillo - Lid van Oorderen (zandig)
15,00 17,25 Formatie van Kattendijk - 2
17,25 19,15 Formatie van Kattendijk - 1
19,15 22,00 Formatie van Berchem: verweerde top
22,00 23,35 Formatie van Berchem
23,35 27,00 Formatie van Boom
12/2019
Proefnummer: GEO-11/063-BNO-9 Aanvangsdatum: 15/12/2011
X (mLambert): 151986.2 (XY_GPS - RTK FLEPOS (nk 2-3cm)) Uitvoeringsmethode: Meerdere technieken Y (mLambert): 214683.8 (XY_GPS - RTK FLEPOS (nk 2-3cm)) Diepte (m): 0.00 - 27.00
Z (mTAW): 6.34 (Z_GPS - RTK FLEPOS (model hBG03)) Water op (m): 2.20 (4.14 mTAW)
Gemeente:
Uitvoerder: GEOLAB
Informele stratigrafie - 12/2019
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Walstra, Jan (Belgische Geologische Dienst (BGD))
Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 1.00 Anthropogeen: Aanvulgrond
1.00 7.00 Anthropogeen: Stort
7.00 9.20 Holoceen: alluvium (polderklei)
9.20 10.00 Formatie van Lillo Lid van Merksem
10.00 11.50 Formatie van Lillo - Lid van Kruisschans
11.50 12.00 Formatie van Lillo Lid van Oorderen
12.00 14.00 Formatie van Kattendijk: gewoon facies
14.00 15.50 Formatie van Kattendijk: heterogeen facies
15.50 16.00 Formatie van Diest Lid van Deurne: grof glauconiet
16.00 17.25 Formatie van Diest - middelste sequentie?: blauwgrijs
17.25 19.15 Formatie van Diest basissequentie?: groengrijs, met basisgrind en ligniet
19.15 22.00 Formatie van Berchem Lid van Kiel: kalkloos equivalent Lid van Antwerpen - onder
22.00 23.35 Formatie van Berchem - Lid van Edegem
23.35 27.00 Formatie van Boom
