028W (Antwerpen 15/3) - 886 (VIb) - A F D E L I N G G E O T E C H N I E K
Opdracht: GEO-12/115
Plaats/site: ANTWERPEN
Boring: B8
Uitgevoerd door: Smet
Datum van uitvoering:
X: 153972
Y: 214394
Aanvangspeil: 6.66 m
Lithologische beschrijving
Auteur: Michiel Dusar Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 14/05/2013
Monster Diepte (m) Aard der grondlagen
C1 2,00-3,00 lengte is 0.89 m
- van 2.00 tot 2.11 m: leeg
- van 2.11 tot 3.00 m: lichtgrijs, door oxidatie geelgrijs gevlekt met oranje kern;, gelig heterogeen, van fijn tot matig grof, licht gespikkeld (enkele % zwarte glauconiet) kwartsrijk zand, met lichte kleifilm rond de korrels, slibhoudend, vaag doorworteld (donkere verticale strepen); vanaf 2.30 m nog altijd in gleybodem, overwegend grijs, maar op zaagsnede al oranjebruin gevlekt door oxidatie, in iets grover zand (overwegend matig-grof), met cm-grote kleihoudende blauwgroene lenzen (zand in klei ingebed) en donkergrijze humeuze vlekken, nog grof doorworteld; waterhoudend naar onder; zerpe smaak en geur
C2 3,00-4,00 lengte is 0.48 m
- van 3.00 tot 3.10 m: leeg
- van 3.10 tot 3.48 m: grijs, op zaagsnede vaag bruingrijs geoxideerd, licht kleiig, slibrijk heterogeen zand (licht gespikkeld, kwartsrijk, overwegend matig-fijn met matig grove fractie), met venige insluitsels (mm-schaal), donkere strepen (fijn doorworteld), verspreid enkele afgeronde kwartsgranulen en fijn baksteengruis (zandkorrels heterogeen van oorsprong, zowel afgerond als hoekig, fluviatiele oorsprong); nog grijze slappe klei en groene kleizand klasten van cm-schaal
- van 3.48 tot 3.58 m: donkere humeuze horizon (zwarte sapropel met matig grof zand vermengd, alsook steengruis (fosforietische verstening in fossielhoudend zand) als intercalatie in zelfde waterverzadigd slibrijk, licht kleiig, overwegend middelmatig licht gespikkeld kwartszand, nog steeds met gleyige textuur, en met baksteengruis
- van 3.58 tot 4.00 m: leeg
C3 4,00-5,00 lengte is 0.87 m
- van 4.00 tot 4.12 m: leeg
- van 4.12 tot 4.26 m: zelfde grijs gleyig fluviatiel zand met brede humeuze strepen en banden, harde venige partikels, veel fijn gruis van versteningen, baksteen, slakke; soms licht kalkhoudend; doorworteld
- van 4.26 tot 4.38 m: (geleidelijke maar snelle overgangen), zwart humeus stinkend kleiig zand (met koolwaterstofvervuiling?), talrijke keitjes (steengruis van diverse oorsprong, ook schalie, baksteen), ook echte veenbrokjes
- van 4.38 tot 4.90 m: terug grijs fluviatiel zand: heterogeen, vooral matig grof, licht gespikkeld, slibrijk, met venige strepen (fijne wortels), grote venige vlekken en venig-kleiige donkere lenzen; verspreid fijn gruis van diverse oorsprong (inclusief baksteen); zelden zeer fijn schelpengruis; zand wordt kleirijk naar onder
- van 4.90 tot 4.99 m: (onregelmatig bovencontact), zwart stinkend veen, mogelijk olieverontreiniging; bovenste 2 cm compact en kleiig; met zoetwaterschelpen (Succinea)
- van 4.99 tot 5.00 m: leeg
C4 5,00-6,00 lengte is 0.82 m
- van 5.00 tot 5.17 m: leeg
- van 5.17 tot 5.93 m: groenig grijs, okerbruin oxiderend, licht kleiig slibrijk heterogeen, overwegend middelmatig licht gespikkeld (enkele %) glauconiet zand rijk aan kalkbioklasten en fijn en grof schelpengruis, licht kleverig; vanaf 5.40 m diep geelbruin geoxideerd; vanaf 5.70 m oranjebruin geoxideerd en kleirijk (zandtextuur maar kleireactie) en compact; steeds zelfde zand en schelpen (geen Quartaire elementen meer)
- van 5.93 tot 5.99 m: aarde-achtige aanvulgrond (verwijderd)
- van 5.99 tot 6.00 m: leeg
C5 6,00-7,00 lengte is 0.85 m
- van 6.00 tot 6.15 m: leeg
- van 6.15 tot 6.30 m: oranjebruine zandrijke klei (zandtextuur), compact, met schelpengruis (onregelmatige contacten)
- van 6.30 tot 6.44 m: zelfde zandrijke klei vermengd met grote bollen (ca. 5 cm) in geelgrijs gespikkeld heterogeen slibrijk zand met grove glauconiet, weinig kwarts en vooral kalkbioklasten tot fijn schelpengruis
- van 6.44 tot 6.65 m: opstapeling van schelpfragmenten tot 5 cm groot, vooral oester maar ook wulk, ingebed in zelfde kleirijk zand, grijsgeelbruin gekleurd (onduidelijke overgangen)
- van 6.65 tot 7.00 m: overwegend matig grof heterogeen (ook fijinere fractie aanwezig) kleiig zand tot zandrijke klei, nog steeds dezelfde schelpfragmenten maar meer verspreid voorkomend; tot 6.80 m eerder grijsbruin geoxideerd, vanaf 6.80 m eerder oranjebruin
C6 7,00-8,00 lengte is 0.90 m
- van 7.00 tot 7.10 m: leeg
- van 7.10 tot 8.00 m: (geleidelijke overgangen), oranjebruin matig fijn sterk kleiig zand met verspreid schelpengruis (korrels ingebed in dikke kleifilm, nauwelijks herkenbaar), (met versplinterende oester en kleine strandschelp), vanaf 7.30 m eerder fijn, vermoedelijk vooral kalkpartikels, en groenig bruin geoxideerd; vanaf 7.53 m sterk kleiig (in zelfde groenig bruine kleur); sporadisch fijn schelpengruis of kleine strandschelpen; vanaf 7.70 m terug wat zandiger, matig fijn, glauconiethoudend (ca. 10 %), vooral kalkpartikels, maar blijft kleirijk
C7 8,00-9,00 lengte is 0.93 m
- van 8.00 tot 8.07 m: leeg
- van 8.07 tot 8.40 m: bruingrijs matig fijn kleirijk zand met verspreid schelpengruis, soms kleine strandschelpen (kleiiger en grijzer dan einde vorige liner C6)
- van 8.40 tot 8.73 m: opstapeling van schelpfragmenten tot 5 cm groot (walvisbeen aan basis) in grijze mergelige zandige klei, met matig fijn zand met middelmatige glauconiet en kalkbioklasten (ook forams), laagjes met scherpe grenzen
- van 8.73 tot 9.00 m: grijze compacte fijnzandrijke klei (kwarts, kalkbioklasten, glauconiet); weinig grof schelpengruis (oester); de basis wordt terug zandiger
C8 9,00-10,00 lengte is 0.76 m (facieswijziging)
- van 9.00 tot 9.20 m: leeg
- van 9.20 tot 9.96 m: grijs overwegend matig fijn, goed gesorteerd, glauconiethoudend (15 %) slibhoudend maar kleivrij zand, zeer licht kalkhoudend dankzij kleine hoeveelheid kalkpartikels; op 9.80 m wat schelpengruis; wordt vrijwel slibvrij; kwarts is heldergrijs gekleurd; vage ontwateringsstructuren op zaagsnede
- van 9.96 tot 10.00 m: leeg
C9 10,00-11,00 lengte is 0.84 m
- van 10.00 tot 10.12 m: leeg
- van 10.12 tot 10.96 m: idem vorige kern, blijft licht slibhoudend
- van 10.96 tot 11.00 m: leeg
C10 11,00-12,00 lengte is 0.87 m
- van 11.00 tot 11.10 m: leeg
- van 11.10 tot 11.97 m: blijft grijs, licht slibhoudend, eerder fijn, licht glauconiethoudend (15 %) zand, met weinig verspreid fijn schelpengruis; op 11.45 en 11.70 m wat grotere concentratie van fijne schelpfragmenten; vage ontwateringsstructuur
- van 11.97 tot 12.00 m: leeg
C11 12,00-13,00 lengte is 0.82 m
- van 12.00 tot 12.15 m: leeg
- van 12.15 tot 12.97 m: blijft grijs licht glauconiethoudend (20 %), matig fijn, meer heterogeen (zelden matig-grof), meer schelpengruishoudend, en meer slibhoudend zand; verspreid ook wat fijne schelpfragmenten; op 12.90 m grote dubbelkleppige Astarte; met grijsgroene verstoorde kleirijke zandlenzen; zand wordt iets grover en glauconietrijker naar onder
- van 12.97 tot 13.00 m: leeg
C12 13,00-14,00 lengte is 0.76 m
- van 13.00 tot 13.20 m: leeg (duidelijk uitgelopen)
- van 13.20 tot 13.96 m: faciesverandering: donkergrijs grof glauconietrijk (2/3) zand, met zeer grove (2 mm) heldere zowel hoekige als afgeronde kwarts, weinig grof schelpengruis, maar talrijke laagjes met grote schelpfragmenten en complete schelpen, vooral Glycymeris; op 13.70 m dubbelkleppige grote glycymeris (6 cm groot); afgewisseld met matig grof kleiige tussenlaagjes op cm schaal bijvoorbeeld rond 13.40 en 13.75 m, elders ook kleirijke klasten tussen de schelpen
C13 14,00-15,00 lengte is 0.92 m
- van 14.00 tot 14.08 m: leeg
- van 14.08 tot 14.44 m: donkergrijs matig grof glauconietrijk (> 70 %) zand met grove heldere kwarts, geen kalkbioklasten, maar toch licht kalkhoudend, zeer licht kleihoudend, maar weinig mobiel slib (klei blijft kleven); verspreid grote gebroken Glycymeris; aan de top wat fijner schelpengruis
- van 14.44 tot 15.00 m: donkergrijs, bijna zwart, matig grof, glauconietrijk (70 %) kleihoudend zand (klei blijft kleven); nog enkele meer gebroken dikschalige schelpen (Glycymeris), soms mergelig verweerd; naar onder met fijner schelpengruis; enkele grijsbruine opgebroken straticulaties in slappe klei, met zand vermengd tot 0.50 cm dik (bijvoorbeeld op 14.85 m, elders als vlekken, vermoedelijk door bioturbatie); rond 14.55 m op zaagsnede lichtbruin geoxideerde vlekken in ogenschijnlijk zelfde donker eerder grof kleihoudend zand
C14 15,00-16,00 lengte is 0.87 m
- van 15.00 tot 15.10 m: leeg
- van 15.10 tot 15.11 m: slappe helgroene zandhoudende kleilens (zandtextuur)
- van 15.11 tot 15.50 m: zwart matig grof (heldere kwarts is heterogeen tot zeer grof) glauconietrijk (2/3) licht kleihoudend zand; kleigehalte ongelijk verdeeld, vlekvormig geconcentreerd in de vorm van graafgangen; vanboven weinig fijn schelpengruis; tussen 15.21 en 15.26 m verweerd restant van een grote Glycymeris, mogelijk dubbelkleppig
- van 15.50 tot 15.97 m: (onduidelijke overgang), zwart, matig grof, beter gesorteerd en minder heterogeen zand (geen zeer grove kwarts), glauconietrijk (> 50 %), naar onder toenemend glauconietgehalte (> 2/3), zonder schelpengruis en kalkloos (bovenliggend zand was nog licht kalkhoudend), vrijwel kleiloos en slibarm (lijkt slecht gestapeld, maar het is de vraag of dit een kenmerk van het oorspronkelijk sediment is, dan wel het gevolg van de boortechniek en boorkernmanipulatie)
- van 15.97 tot 16.00 m: leeg
C15 16,00-17,00 lengte is 0.82 m
- van 16.00 tot 16.13 m: leeg
- van 16.13 tot 16.95 m: zwart glauconietrijk (70 %) matig grof, goed gesorteerd, kleiloos en vrijwel slibloos homogeen zand, sporadisch een kalkbioklast; tussen 16.25 en 16.45 m enkele vergane Glycymeris fragmenten; aan de top van de kern een laagje helgroene slappe klei (met zand vermengd); blijft naar onder zelfde zand, kalkloos ondanks sporadische kalkbioklast, homogeen en structuurloos, weinig gecompacteerd
- van 16.95 tot 17.00 m: leeg
C16 17,00-18,00 lengte is 0.88 m
- van 17.00 tot 17.07 m: leeg
- van 17.07 tot 17.44 m: donkergrijs tot zwart matig-grof, maar meer heterogeen (met zeer grove heldere kwarts) glauconietrijk (> 50 %) wat meer slibhoudend zand, met kleine fragmenten van vergane Glycymeris en opvullende helgroene cm-dikke (tot 5 cm dik aan top van kern) door de boring gestoorde kleiige banden met zandtextuur, maar klei geeft goede cohesie, kalkloos
- van 17.44 tot 17.95 m: blijft zwart matig grof, licht heterogeen (met grove kwarts), licht slibhoudend, glauconietrijk (2/3) zand, met op 17.85 m nog vergaan dikschalig schelpfragment, homogeen, mogelijk met vloeistructuur (verstoorde kern)
- van 17.95 tot 18.00 m: leeg
C17 18,00-19,00 lengte is 0.85 m
- van 18.00 tot 18.11 m: leeg
- van 18.11 tot 18.96 m: zwart gespikkeld (spikkeling door hoger en/of grover kwartsgehalte) glauconietrijk (50 %), vrijwel slibvrij, structuurloos, slecht gestapeld zand; vanaf 18.50 m wat beter gecompacteerd, licht slibhoudend, glauconietrijker (2/3) en minder heterogeen; nog met schijnbare vloeistructuur tot einde kern; van onder terug meer kwarts
- van 18.96 tot 19.00 m: leeg
C18 19,00-20,00 lengte is 0.95 m
- van 19.00 tot 19.05 m: leeg
- van 19.05 tot 20.00 m: donkergrijs, eerder middelmatig (glauconiet > 50 %) (kwarts blijft matig grof), licht slibhoudend zand; tussen 19.15 en 19.35 m met bleke graafgangen met kwartsrijke vulling; onder 19.35 m tot einde kern, zelfde licht vergrovend zand (glauconiet > 50 %) tot matig grof, met ogenschijnlijk vloeistructuren
C19 20,00-21,00 lengte is 0.91 m
- van 20.00 tot 20.08 m: leeg
- van 20.08 tot 20.65 m: (vage en geleidelijke overgang): zelfde donkergrijs, bijna zwart, glauconietrijk (> 50 %) matig-grof, licht slibhoudend zand zonder duidelijke structuur (vervloeid?) maar mogelijk gebioturbeerd
- van 20.65 tot 20.80 m: (geleidelijke overgang): zelfde zand met bleke graafgangen (kwartsrijker), ten dele zelf verstoord door latere generaties van graafgangen
- van 20.80 tot 20.99 m: +/- zelfde zand met wat meer heterogene kwarts (grote heldere onrgelmatige korrels > 1 mm, ook melkkwarts); op 20.90 m vergaan schelpfragment
- van 20.99 tot 21.00 m: leeg
C20 21,00-22,00 lengte is 0.91 m
- van 21.00 tot 21.07 m: leeg
- van 21.07 tot 21.98 m: donkergrijs, bijna zwart, licht slibhoudend, matig-grof, glauconietrijk (> 50 %) zand, met sporen van bleke graafgangen (kwartsrijker); aan de top en tot 21.20 m sterk gestoorde helgroene kleiige banden (zandrijk); aan de basis wat fijn schelpgruis; blijft globaal kalkloos
- van 21.98 tot 22.00 m: leeg
C21 22,00-23,00 lengte is 0.76 m
- van 22.00 tot 22.22 m: leeg
- van 22.22 tot 22.98 m: donkergrijs eerder middelmatig (met matig-grove kwarts) glauconietrijk (> 50 %), slibhoudend, doorgaans kalkloos zand, met toenemend kalkbioklasten, enkele schelpfragmenten en vergane schelpfragmenten; vooral naar onder toe wat meer fossiel- en kalkhoudend; sporen van bioturbatie (graafgangen), ondanks vloeistructuur; aan de top verstoorde helgroene kleiige band (0.5 cm)
- van 22.98 tot 23.00 m: leeg
C22 23,00-24,00 lengte is 0.85 m
- van 23.00 tot 23.11 m: leeg
- van 23.11 tot 23.96 m: donkergrijs, eerder middelmatig, heterogener (meer matig-grove tot grove heldere kwarts), glauconietrijk (50 %), slibhoudend, zeer licht kleihoudend zand, structuurloos en zwak gecompacteerd, met enkele sterk vergane schelpresten; naar onder toe eerder matig-fijn, blijft zeer licht kleihoudend
- van 23.96 tot 24.00 m: leeg
C23 24,00-25,00 lengte is 0.86 m
- van 24.00 tot 24.11 m: leeg
- van 24.11 tot 24.97 m: donkergrijs matig-fijn heterogeen (van zeer fijn tot matig grof), glauconietrijk (< 50 %), slibrijk, zeer licht kleihoudend zand; zwak gecompacteerd en structuurloos; sporen van vergane schelpen, waaronder grote Glycymeris tussen 24.45 en 24.65 m; licht kleiig en slibrijk zand rond 24.70 m; blijft overigens idem tot einde kern
- van 24.97 tot 25.00 m: leeg
Informele stratigrafie
Auteur: Michiel Dusar Bedrijf/dienst: Belgische Geologische Dienst
Datum: 14/05/2013
Van (m) Tot (m) Beschrijving
0,00 5,00 Quartair fluviatiel zand afgewisseld met 3 vegetatiebodems, alles onder menselijke invloed (vervuiling, antropogene componenten)
5,00 8,40 Formatie van Lillo, kleiig deel van Lid van Oorderen, aangetast door Quartaire verwering
8,40 9,00 Formatie van Lillo, kleiig deel van Lid van Oorderen
9,00 13,20 Formatie van Lillo, zandig deel van Lid van Oorderen
13,20 14,44 Formatie van Kattendijk, kleiige schelpenrijke top
14,44 15,50 Formatie van Kattendijk, zandiger basis
15,50 17,00 Formatie van Berchem, zandige top
17,00 22,00 Formatie van Berchem (met groene kleilenzen)
22,00 25,00 Formatie van Berchem - Lid van Edegem (kleihoudend en fijnkorreliger)
Informele stratigrafie - 12/2019
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed
Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 2.11 Ontbreekt
2.11 5.00 Holoceen subrecent: fluviatiel zand afgewisseld met 3 vegetatiebodems, alles onder menselijke invloed (vervuiling, antropogene componenten)
5.00 5.70 Formatie van Lillo Lid van Merksem
5.70 8.40 Formatie van Lillo Lid van Kruisschans: coquina op 6.44-6.65 m, met overgangen naar Oorderen facies
8.40 8.73 Formatie van Lillo Lid van Luchtbal
8.73 13.20 Formatie van Kattendijk: met kleiige top
13.20 14.44 Formatie van Diest Lid van Deurne
14.44 15.50 Formatie van Berchem Lid van Antwerpen
15.50 22.00 Formatie van Berchem Lid van Antwerpen onder
22.00 25.00 Formatie van Berchem - Lid van Edegem: kleihoudend en fijnkorreliger
