PL. ANTWERPEN 28 W
P. LAGA - R. PAEPE
Nr 318 (IVb)
BORING XVA
Uitgevoerd te Zwijndrecht
bij N.V. Polysar
door SMET uit DESSEL
datum 1963
Topografische ligging opgetekend door W. CLAESSENS volgens plan
Grondstalen verzameld door de boormeester
Boringsmethode :
0peenvolgende doormeters :
Grondwaterstanden : voor de eerste maal waargenomen :
bij ruststand : tijdens het pompen :
met een debiet van 1/u
Hoogte van het maaiveld : ± 6.00 m (?)
Tota1e diepte : 25 m
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m
1-2 heteromorf kwarts zand met schelpengruis 2.00
3-9 donkerbruin zandige klei, kalkhoudend met plantenresten
en schelpengruis (= polderklei) 9.00
10-12 veen 12.00
13-14 zeer fijn grijs glimmerhoudend zand, geen kalk,
glauconiethoudend 14.00
15-16 zelfde zand, doch kalkhoudend, glauconiethoudend 16.00
17-18 minder fijn, bleker grijs kalkhoudend & glimmerhoudend
kwarts zand 18.00
19-22 middel grof tot grof kwarts zand, bleekbruin, met
schelpengruis & kwartsgrindjes 22.00
23 lichtjes afgesleten schelpenstukken (met grijs-blauwe
kleur), kwartsgrind, zwarte & verweerde silexgrindjes,
gefosfateerde zandsteenkonkreties & grof kwarts zand 23.00
24-25 grijze klei 25.00
Aardkundige Verklaring - P. LAGA - 4 mei 1971
R. PAEPE
opgehoogd (?) 0.00 - 2.00
Kwartair ( Holoceen 0.00 - 12.00
( Pleistoceen 12.00 - 23.00
Rupeliaan (Boomse klei) 23.00 - 25.00.
