PL.BORGERHOUT 28 E Service géologique
de Belgique
F. Halet
259 (IV) Puits tubé exécuté à Merxem,
Borrewaterstraat,
aux Usines de la Soc. Anom. "Axa",
par M. Smet de Desschel.
Repérage par V. Collard, le 11-12-1933.
Echantillons recueillis par le chef sondeur.
Travaux commencés et terminés en décembre 1933.
Mode de creusement : à sec.
Diamètre final : 0m25.
Cote approximative de l'orifice :
Nos NATURE DES TERRAINS Profondeurs
mètres
1* Sable gris brunâtre 1.00
2* Argile brune ferrugineuse 2.00
3* Idem 3.00
4* Sable fin, gris brunâtre 4.00
5* Crag fissilifère (Cyprina rustica, Pecten, Astarte) 5.00
6* Idem avec débris d'ossements de cétacés 6.00
7* Sable fin, gris verdâtre, avec débris de coquilles
indéterminables 7.00
8* Même sable avec tout petits Astarte et Ditrupa 8.00
9* Idem, débris de Pecten Gerardi 9.00
10* Même sable avec nombreuses Astarte, Lucina borealis
Cyprina rustica 10.00
11* Sable plus grossier, avec petits graviers de quartz
roulés, grès roulés et nombreux Pectunculus pilosus,
plus ou moins roulés 11.00
12* Sable quartzeux gris verdâtre, glauconieux 12.00
13* Même sable avec abondants Pectunculus pilosus en bon
état 13.00
14* Idem 14.00
15* Sable gris verdâtre, glauconieux 15.00
16* Sable moins glauconieux 16.00
17* Idem avec débris de grès tendres 17.00
18*à 25 Sable quartzeux, gris verdâtre, glauconieux, sans
coquilles 18.00-25.00
26-28* Idem avec un petit Pecten 25.00-28.00
Interprétation probable (F. Halet, 6-1-1934) :
Moderne & Pléistocène : 5m00
Scaldisien : 2m00
Diestien : 5m00
Anversien : 14m00
N.B. - Le Diestien est le niveau à Isocardia Cor.
PL.BORGERHOUT 28 E Service géologique
de Belgique
P. LAGA
259 (IV) 1ste verv. Boring - Filterput no 6
Uitgevoerd te MERKSEM
Bij de Union Margarinière, Borrewaterstr.
Door de NV. SMET uit DESSEL
Datum augustus 1950
Grondstalen verzameld door de boormeester
Topografische ligging opgetekend door W. Claessens de
24.4.1961
Boringsmethode : droog, met inspoeling
Opeenvolgende doormeters : 267 mm
Grondwaterstanden : bij ruststand : 4.70 m
Tijdens het pompen : 9.50 m
Met een diet van : ongev. 20.000 l/u
Hoogte van het maaiveld
Totale diepte : 29.00 m
Volg- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m.
1-2 bruingrijs humeus fijn zand 2.00
3 geelbruinachtig tamelijk fijn zand met veel
fijne schelpenresten 3.00
4-5 grof schelpengruis, met o.a. Pygocardia
rustica defrancei, Astarte div. sp.,
Lyropecten opercularis 5.00
6 idem, met grijsgroen glauconiethoudend zand,
enkele Ditrupa en een fijn grind 6.00
7-11 grijsgroen kleihoudend en glauconiethoudend
zand met schelpengruis en onderaan een fijn
grind 11.00
12-13 groen tot zwart grof glauconietrijk zand
met Pectunculus pilosus 13.00
14-16 grijsgroen tamelijk fijn glauconietrijk
zand met Pectunculus pilosus met stukken
septaria 16.00
17-29 grijsgroen tamelijk fijn glauconietrijk
zand met schelpengruis 29.00
Aardkundige Verklaring - P. LAGA - 12 juli 1972
Kwartair 0.00 - 6.00
Zanden van Kallo 6.00 - 11.00
Zanden van Antwerpen 11.00 - 29.00
