Pl.OOSTMALLE 16E
R.TAVERNIER
134 (VII) Getubeerde put
uitgevoerd te WESTMALLE,
bij de Zusters der Christelijke scholen,
door de firma SMET van DESSCHEL.
Topographische ligging opgetekend door CLAESSENS W. de 2.7.1947
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang werken: 25.5.1947
Einde der werken: 31.5.1947.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters: 12". Einddiameter: 125.
Aard der pomp: motor pomp.
Diepte van het water, bij ruststand: 2.13 m;
tijdens het pompen: 4.75 m
met een debiet van 17.000 liter per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond boven de zeespiegel: 24m
Totale diepte: 23.60m
No AARD DER GRONDLAGEN Diepte m
1 Bleek geel kwartszand, met enkele gerolde en
gebroken vuursteen en kwartskeien 1.00
2* Idem, wit van kleur 2.00
3* Geel bruin fijn kleiachtig zand 3.00
4 Geel grijs zand, middelmatig van korrel 4.00
5 Idem, grijs van kleur, glimmerrijk 5.00
6*- 8 Grijs fijn glimmerrijk kleiachtig zand 6.00 - 8.00
9* Grijs zand met houtresten 9.00
10 Bleekgrijs tamelijk zuiver zand met enkele
kleine houtfragmenten 10.00
11*-14 Idem 11.00 -14.00
15* Idem, met kleiachtige laagjes 15.00
16 -18* Grijs, tamelijk zuiver kwartszand, met enkele
houtfragmenten 16.00 -18.00
19 -21* Idem 19.00 -21.00
22 -23* Idem 22.00 -23.00
Vermoedelijke Aardkundige Verklaring (R.TAVERNIER, de 18.10.1948)
Holoceen: van 0.00 tot 3.00m
Plistoceen (Iceniaan): van 3.00 tot 23.60m