PL.OOSTMALLE 16E
F. HALET
103 (VII) Puits tubé
exécuté à Westmalle.
à l'Abbaye de la Trappe,
par M. SMET de Desschel.
Repérage par V. Collard, le 8-7-1929.
Echantillons recueillis par le chef sondeur
Travaux commencés et terminés en juillet 1929.
Mode de creusement: à sec.
Diamètre final: 0m20.
Niveau de l'eau sous l'orifice au repos: 2m00,
en régime de pompage: 4m50
avec débit de 7.000 litres à l'heure.
Profondeur totale du sondage: 22m.
Cote approximative de l'orifice: 22
Nos NATURE DES TERRAINS Profondeurs
mètres
1* Sable quartzeux brunâtre 1.00
2 Sable très quartzeux jaune 2.00
3 Idem 3.00
4* Sable très quartzeux gris-clair 4.00
5* Sable finement quartzeux gris 5.00
6 Idem 6.00
7* Sable gris-foncé, finement quartzeux 7.00
8* Sable quartzeux gris 8.00
9 Idem 9.00
10 Idem 10.00
11 Idem 11.00
12 Argile plastique gris-foncé 12.00
13* Idem 13.00
14 Argile gris-verdâtre 14.00
15 Idem 15.00
16 Idem 16.00
17 Idem 17.00
18* Sable gris verdâtre, quartzeux, traces de glauconie 18.00
19 Idem 19.00
20 Idem 20.00
21* Sable gris, quartzeux, légèrement brunâtre, rares
grains de glauconie 22.00
Interprétation probable (F. Halet,18-7-1929):
Pliocène-Amstelien: 18m00
Pliocène: 4m00
----------------------------------------------------------------------
PL.OOSTMALLE 16E
103 (vervolg nr 1)
Filterput
uitgevoerd te Westmalle
bij de Abbij van de TRAPPISTEN
door de N.V. SMET uit DESSEL
Topographische ligging opgetekend door CLAESSENS de 23.9.1953
Grondstalen verzameld door de boormeester
Aanvang der werken: 27.8.1953. Einde der werken: Idem
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters: 2/4"
Einddiameter: Filter : 2/4"
Aard der pomp: "Storck"
Diepte van het water, bij ruststand: 2.75 m.;
tijdens het pompen: 4.50 m.
met een debiet van 11.000 liters per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel: 21
Totale diepte: 26.90
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN. Diepte (m)
1 - 2 Zeer grof, los kwartszand 1.00 2.00
3 - 8 Grof, los, bleek kwartszand 3.00 8.00
9 -10 Grijsachtig, grof, los, bleek kwartszand 9.00 10.00
11 -12 Idem, meer geelachtig 11.00 12.00
13 -18* Grijszwarte, lignietachtige, zandige klei 13.00 18.00
19 -25* Bruinachtig, grof, los zand met fijn
schelpengruis met wat glauconiet 19.00 25.00
26 -27 Idem 26.00 26.90
AARDKUNDIGE VERKLARING (M. GULINCK op de 8.9.1954):
PLEISTOCEEN - AMSTELIAAN van 0.00 tot 26.90m.
-----------------------------------------------------------------------
PL.OOSTMALLE 16E
103 (vervolg nr 2)
Voor schets zie put Nr. 1
Filterput
uitgevoerd te WESTMALLE
bij de Abdij van de TRAPPISTEN
door de N.V. SMET uit DESSEL
Topographische ligging opgetekend door CLAESSENS Willy, de 23.9.1953
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang der werken: 28.8.1953;
Einde der werken: Idem.
Boringsmethode: zonder inspoeling.
Opeenvolgende diameters: 6/4
Einddiameter: Idem.
Aard der pomp: "Storck"
Diepte van het water, bij ruststand: 1.50m;
tijdens het pompen: 6.00m
met een debiet van 7.000 liters per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond, boven de zeespiegel: 21
Totale diepte: 8.00 m
Volgnummer AARD DER GRONDLAGEN. Diepte (m)
1 Grof, humeus kwartszand 1.00
2-3 Geelachtig, zeer grof kwartszand 2.00 3.00
4-5-6-7 Bleek, grof kwartszand 4.00 7.00
8 Idem (onzuiver monster) 8.00
AARDKUNDIGE VERKLARING (M. Gulinck op 8.9.1954):
PLEISTOCEEN van 0.00 tot 8.00 m
---------------------------------------------------------------------
PL.OOSTMALLE 16E
M. Gulinck
103 (VII) Filterput
Uitgevoerd te WESTMALLE
Bij de TRAPPISTEN Abdij (Brouwerij)
door de n.v. SMET uit Dessel
datum : december 1964
Topografische ligging opgetekend door W. CLAESSENS de 9/6/65
Grondstalen verzameld door de Boormeester
Boringsmethode: met inspoeling
Opeenvolgende doormeters: 4", filter: idem
Grondwaterstanden: bij ruststand: 3.05 m.
tijdens het pompen: 4.20 m.
met een debiet van 12.500 l/u
Hoogte van het maaiveld: 21
Totale diepte: 58m.
Vol- AARD DER GRONDLAGEN Diepte
nummer m
N.B. Deze put werd geboord op 3m. afstand van de oude put
1 - 2 - 3 witachtig ± grof zand 12.00
4 - 5 grijze harde klei, geen kalk 20
6 bruin grijs heteromorf zand 24
7 - 8 - 9 grijs groen heteromorf zand - zeer veel fijn
schelpgruis 36.00
10 -11 donkergroen, heteromorf, nog wat schelpgruis 44.00
12 -15 " grof, glauconietrijk, homogeen zand 58.00
AARDKUNDIGE VERKLARING - M. Gulinck - 9/6/1967
Continentaal Plio-Pleistoceen 0 -24
Scaldisaan ? 24 -44
Diestiaan ss 44 -58
(onvoldoende stalen)