Opdracht: GEO-14/029
Plaats/site: Dijkwerken op rechteroever van de Schelde tussen Liefkenshoektunnel en Fort Filip
Gemeente: Antwerpen
Boring: B119
Uitgevoerd door: GEOLAB
Datum uitvoering: 10/09/2014 - 11/09/2014
X: 146467.20
Y: 220437.80
Aanvangspeil: 8.46
Waterdiepte volgens
boorstaatgegevens: 2.30 (6.16 mTAW)
Lithologische beschrijving
Auteur: Dusar, Michiel Bedrijf/Dienst: Belgische Geologische Dienst (BGD)
Datum: 31/10/2014
Monster Diepte(m) Aard der grondlagen
G1 0.00-0.50 donkerbruine lemige aarde met grof schelpengruis, kalkrijk
G2 0.50-1.00 gemengd bruingrijs kleiig zandig met grof schelpengruis en doorworteld, met baksteengruis, met zwarte tot donkergrijze reductiekernen, kalkrijk
G3 1.00-1.50 bruin matig-fijn kalkrijk zand, gemengd met grijze zandrijke kalkrijke klei (cm- schaal)
G4 1.50-2.00 donkerbruin fijn aardeachtig zand met cohesieve meer kleihoudende kernen, kalkhoudend
G5 2.00-2.30 bruingrijs kleiig kalkrijk zand
G6 2.30-2.50 grijsgeel matig-fijn, slechts licht kalkhoudend kleiig zand met wisselend kleigehalte, baksteengruis en mergelig verweerde schelpfragmenten
G7 3.00-3.50 donkerbruingrijs fijn kleiig zand met baksteen en betonfragmenten, weinig schelpengruis, zeer licht kalkhoudend
G8 3.50-4.00 gemengd matig-fijn bruingrijs kleiig zand (kleverig) en geel zand met keitjes en baksteengruis, kalkloos
G9 4.00-4.50 donkerbruin grijs kleiig zand, licht kalkhoudend, met baksteen, kwarts, bouwpuin, beschimmelde varkensrib
G10 4.50-5.00 +/- zelfde kleiig zand, met mortel, kalkhoudend
G11 5.00-5.50 +/- zelfde kleiig zand, met steenafval, en wat schelpengruis
G12 5.50-6.00 erg gemengd van geel tot bruin, met baksteen en textielvezel, wordt kalkrijk
G13 6.00-6.50 +/- zelfde kleiig zand met steenafval, kalkrijk, ook zwarte sapropel klei met bruine rand (faciesverandering: wordt kleiiger)
G14 6.50-7.00 slappe grijze en bruine klei, met plantenvezels, vol baksteen en mortelgruis, wisselend kalkhoudend
G15 7.00-7.50 vaste grijze tot donkergrijze sapropelische klei, bruin oxiderend, slechts licht kalkhoudend, met grote brokken baksteen- en steenafval
G16 7.50-8.00 meer homogene grijze tot zwarte sapropelische klei, met kakibruine oxidatierand, licht kalkhoudend, weinig fijn baksteengruis
G17 8.00-8.50 meer gemengd, van grijsbruine fijnzandige brokkelige klei tot donkere verspoelde veenbrokken, licht en wisselend kalkhoudend
G18 8.50-9.00 donkergrijze slappe sapropelische klei met laagjes grijsgele silt, met zerpe smaak, licht kalkhoudend, nochtans niet stinkend
G19-G20 9.00-10.00 donker brokkelig veen, met donkerbruin slib bij fijnwrijven
G21 10.00-10.50 hoofdzakelijk grijsbruin verspoeld kleiig veen, onregelmatig overgaand in donkergrijs veen (van oxidatie naar reductie), kalkloos
G22 10.50-10.60 zwart fijnbrokkelig veen, licht kleiig, met donker roodbruin slib bij fijnwrijven
G23 10.60-11.00 fijn asgrijs gepodzoliseerd zand met venige zandbollen
G24 11.00-11.50 groengeel fijn kleiig kwartszand met blauwgroene reductiekernen en smalle grijsgele oxidatierand
G25 11.50-12.00 overgaand in bleekgroen-grijs tot bleekbeige fijn kleiig-mergelig kalkzand vol kalkbioklasten
G26 12.00-12.50 zelfde kalkzand, iets meer silteus en vervloeiend
Monster Diepte(m) Aard der grondlagen
G27 12.50-13.00 bleekgrijs iets vergrovend heterogeen zand, overwegend fijn maar ook middelmatige korrels, met heldere kwarts, veel kalkbioklasten, weinig glauconiet (max. enkele % en zeer fijn), rijk aan geelbruin slib
G28 13.00-13.50 +/- idem, wordt meer kleihoudend en iets donkerder
G29 13.50-14.00 +/- zelfde zand rijk aan schelpengruis en matig-fijn slecht gesorteerd (steeds heldere kwarts) met slappe grijze kleibollen, zand zelf is zeer licht kleihoudend met mobiele klei (bevat slib, kleeft niet)
G30 14.00-14.50 grijs heterogeen tot matig-grof kleirijk zand vol schelpengruis
G31 14.50-15.00 +/- zelfde zand, wordt zeer papperig, vol kleverige klei, met kleine complete schelpen
G32-G33 15.00-16.00 kleine facieswijziging naar grijs kalkrijk grof schelpengruisrijk (ook kleine complete schelpen) en glauconietarm (max. enkele % fijne glauconiet) licht kleihoudend slibrijk zand, met versteningen van meestal fijne geelgrijze kalkzandsteen
G34 16.00-16.50 zelfde zand, nog slibrijk maar toch iets minder klei
G35 16.50-17.00 zelfde zand (zeer grof, schelpengruisrijk), opnieuw met bollen/lamellen in grijze slappe klei
G36 17.00-17.50 +/- idem, met grijze slappe klei, blijft zeer kalkrijk, maar lijkt minder grof
G37 17.50-18.00 blijft matig grof zand, rijk aan schelpengruis en schelpfragmenten, nog wat slappe kleibollen, maar globaal kleirijker
G38 18.50-19.00 idem, met gevarieerde schelpen (Thais)
G39 19.00-19.50 wordt grijze vaste zandrijke klei (zand matig-fijn slecht gesorteerd, kwartsrijk) met dikschalig schelpengruis, kalkrijk
G40 19.50-20.00 +/- idem, klei stijf maar niet plastisch afkneedbaar
G41 20.00-20.50 +/- idem, zandrijker en meer fijn schelpengruis (zandtextuur)
G42 20.50-21.00 schelpengruis ingebed in vaste grijze mergelige klei (kleireactie)
G43-G44 21.00-22.00 +/- idem, maar meer zandtextuur (brokkelig)
G45 22.50-23.00 grijs fijn kleirijk zand vol kalkbioklasten
G46 23.00-23.50 wordt minder kleirijk, maar blijft fijn kalkrijk kleihoudend slibrijk (licht kleverig en bleekgrijs slib) zand
G47 23.50-24.00 zand wordt iets bleker en mergeliger (minder compact), licht glauconiethoudend, ook minder fijn schelpengruis
G48 24.00-24.50 +/- idem, terug iets kleveriger en klei i.p.v. mergel, blijft echter papperig en siltig
(overwegend zand)
G49 24.50-25.00 +/- idem, terug vaster, blijft fijn zand (zandtextuur maar kleireactie)
G50 25.00-25.50 bleekgrijs mergelig matig-fijn meer heterogeen zand (ook middelmatige korrels), blijft arm aan glauconiet, plots veel rijker aan grof schelpengruis, meer kleverige klei
G51 25.50-26.00 formatiegrens: donkergroengrijs, licht kalkhoudend, matig-fijn (met veel middelmatige korrels), glauconiethoudend (ca. 10 %) slibrijk en licht kleverig = kleihoudend zand
G52 26.00-26.50 +/- zelfde zand, blijft slibrijk maar niet meer kleverig (minder klei), met fijn dunschalig schelpengruis, kalkhoudend, glauconiet oplopend > 15 %
G53-G54 26.50-27.50 zand +/- idem, steeds meer glauconiet (> 20 %) en minder slib, slechts weinig schelpengruis maar kalkrijk
G55 27.50-28.00 idem, echter minder kalkhoudend
G56-G59 28.00-30.00 zelfde matig-fijn donker groengrijs zacht aanvoelend zand, glauconiet > 25 %, slechts licht kalkhoudend, vrijwel geen fijn schelpengruis, blijft bruin slibhoudend maar geen kleverige klei
Informele stratigrafie
Auteur: Bogemans, Frieda Bedrijf/Dienst: Belgische Geologische Dienst (BGD)
Auteur: Dusar, Michiel Bedrijf/Dienst: Belgische Geologische Dienst (BGD)
Datum: 31/10/2014
Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 7.00 Gemengde ophoging met veel afval
7.00 9.00 Slibbekken
9.00 10.60 Veenlaag (Holoceen)
10.60 12.00 Quartair: Fluviatiel met podzolbodem (Pleistoceen)
12.00 25.50 Tertiair: Formatie van Lillo - Lid van Kruisschans
25.50 30.00 Tertiair: Formatie van Kattendijk