PL. KAPELLEN 15E
R. TAVERNIER
248 (VI) Getubeerde put no 1 uitgevoerd te BRASSCHAAT, (Polygoon)
bij de Watertoren, Ruiterijkamp, door Mr. GILLISSEN van
ANTWERPEN.
Topografische ligging opgetekend door CLAESSENS W. de 17.10.1947.
Grondstalen verzameld door de boormeester.
Aanvang en einde der werken : september 1947.
Boringsmethode : met inspoeling.
Opeenvolgende diameters : 200mm. Einddiameter : 150mm,
filterlengte 10m.
Diepte van het water, bij ruststand : 4.00m; tijdens
het pompen : 8.00m.
met een debiet van 25.000 liter per uur.
Benaderende hoogte van de begane grond boven de zeespiegel : 24.00m.
Totale diepte : 28.00m.
No AARD DER GRONDLAGEN Diepte
m.
1 Grijs kwartszand met houtresten 1.00
2 Bleekgrijs kwartszand met enkele houtresten 2.00
3* Bleekgrijs tot wit zuiver zand, tamelijk fijn 3.00
4 Idem, vermengd met bleekgrijs kleiachtig zand 4.00
5* Grijze fijne zandachtige klei, glimmerrijk 4.30
6 Grijs tamelijk fijn zand 5.00
7-8 Idem, lichtjes kleiachtig 6.00 - 7.00
9-11 Grijs zand, glimmerhoudend, kalkvrij 8.00 -10.00
12*-14 Idem, bleekgrijs, zuiver 11.00 -13.00
15 Idem, lichtjes kleiachtig 14.00
16*-20* Idem 15.00 -19.00
21 Idem 20.00
22-24* Donkergrijs tamelijk grof glimmerrijk kwartszand 21.00 -23.00
25-26 Idem 24.00 -25.00
27*-28* Idem, met grof grintachtig zand en fijn grint,
kleine zwarte vuursteenkeitjes en witte kwarts-
keitjes, talrijke brokstukken van schelpen, brok-
stukken kalkhoudende zandsteen en donkerbruin tot
zwarte ferrugineuse zandsteen 26.00-27.00
Vermoedelijke Aardkundige Verklaring (R.TAVERNIER de 1.12.1948.)
Boven Plistoceen : van 0.00 tot 4.00m
Onder Plistoceen (klei van
de Kempen en zand van Mol) : van 4.00 tot 27.00m.