Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 014E / 014e0435 .txt

014e0435 .txt

Saftingedok

DOV-boorrapport BGD014E0435
Boring
Proefnummer: 02404_01_aMT-B33 Aanvangsdatum: 2021
X (mLambert): 141890.3 (XY_uit dossier) Uitvoeringsmethode: Roto-Sonic
Y (mLambert): 221724.2 (XY_uit dossier) Diepte (m): 0.00 - 32.50
Z (mTAW): 10.27 (Z_uit dossier) Water op (m):
Gemeente: Beveren
Uitvoerder: ABO
Opm. plaatsomschrijving: opgespoten MIDA’s nabij Elia-mast


Lithologische beschrijving - 05/03/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) M Beschrijving
0.00 3.00 grijs middelmatig sterk gespikkeld (>20 % glauconiet) licht silteus zand met weinig fijn schelpengruis, licht kalkhoudend (monster labo)
3.00 4.00 idem
4.00 4.50 ± idem, wat heterogener met veel fijne fractie (ook glauconiet, <15 %)
4.50 5.00 idem voorgaande, licht kleiig
5.00 5.50 ± zelfde afzetting, matig-fijn tot fijn met siltfractie (geen klei meer), glauconietgehalte teruggelopen tot 5 %
5.50 7.00 lichtgrijs middelmatig tot silteus licht glauconiethoudend (5 %, ook van middelmatig tot siltfractie) zand met kleibruggen tussen de korrels; steeds licht kalkhoudend met weinig fijn schelpengruis
7.00 7.50 wordt lichtgrijs matig grof licht gespikkeld (<5 % glauconiet) zand met afgeronde (= getransporteerde) donkere venige bollen tot cm-groot, soms slap, soms houtachtig
7.50 8.00 lichtgrijs middelmatig licht glauconiethoudend (enkele %) zand met aanzienlijk fijne en siltfractie, met kleiige bollen tot 5 cm groot (met zandtextuur), met donkere venige bollen onregelmatig van vorm (minder meegesleurd); weinig maar grof schelpengruis; blijft kalkhoudend
8.00 8.50 facieswijziging: slappe kern in donkergrijze sterk humeuze-bitumineuze niet gecompacteerde fijnzandige siltrijke klei (deels zandtextuur) aanvoelend als sterk zandige leem, met weinig fijne schelpengruis (mogelijk zoetwaterschelpen) en kalkhoudend; met cm-grote brokken van fris heterogeen veen (is geen polderklei of alluviale sedimentatie maar slibafzetting), lichte putjesgeur bij verzuring
8.50 9.00 zelfde afzetting maar met intercalaties van grijs matig-fijn tot silteus licht gespikkeld (max enkele % glauconiet) zand van hetzelfde type als hierboven (nog ophogingszand, dus Anthropogene afzetting); licht kalkhoudend met lichte putjesgeur, klei bevat veenbrokken; zand - klei contact verticaal
9.00 9.50 zelfde zandafzetting maar dominant middelmatig, zeer licht glauconiethoudend (max enkele %), kleiig en zacht aanvoelend, homogeen, licht kalkhoudend met lichte putjesgeur (opmerking lijkt veel bruiner op foto)
9.50 10.00 zelfde afzetting: zand, matig fijn tot silteus, sterk kleiig (in redelijk vaste kern), sterk humeus, homogeen, lokaal fijn schelpengruis, licht kalkhoudend met putjesgeur, kleireactie en licht kneedbaar maar te hoge vochtretentie (lijkt nochtans niet verontreinigd)
10.00 10.50 kern in slappe donkergrijze fijnzandige klei (zandtextuur), glauconietarm, weinig fijn schelpengruis van Tertiaire schelpen (is dus nog opgespoten zand in waterig milieu; blijft kalkhoudend met putjesgeur
10.50 11.00 zelfde afzetting maar wordt grijs matig fijn licht gespikkeld (enkele % glauconiet) kleiig cohesief zand (in samenhangende kern) lokaal kalkhoudend, rijk aan houtige veenlamellen (hout lijkt subrecent); kalkhoudend met putjesgeur
11.00 11.50 vervloeid donkergrijs papperig - kleiig eerder fijn zand, licht gespikkeld door glauconiet (van middelmatig tot zeer fijn), licht schelpengruishoudend
11.50 12.00 faciesgrens: vaste kern in donkergrijze zeer homogene sterk humeuze klei, plastisch en nochtans sterk brokkelig, lijkt fijn gelamineerde afzetting maar geen verschil in korrelgrootte, licht kalkhoudend en lichte putjesgeur, mogelijk oliehoudend, zwart kleverig (maar geen typische geur; afwijkend facies) (monster lithotheek)
12.00 12.50 terug vervloeid: donkergrijs humeus kleiig - papperig overwegend matig fijn zand, zeer licht glauconiethoudend (max enkele %), slechts licht kalkhoudend en lichte putjesgeur (niet oliehoudend); uitzonderlijk slap gestapeld (‘boterzacht’)
12.50 13.00 zelfde afzetting, maar iets bleker en met aanzienlijke matig-grove zandfractie, zeer licht kalkhoudend met putjesgeur
13.00 13.50 top Holoceen: kern in zwartbruin compact soms kleiig veen, heterogeen met fijne houtresten, gelaagd, soms kruimelig (monster lithotheek)
13.50 14.00 kern: donkergrijs gehomogeniseerd en verfijnd sterk brokkelig kleirijk licht kneedbaar veen tot sterk venige klei (maar weinig grove veenbrokken te zien, geheel gemacereerd)
14.00 14.50 zelfde afzetting: kern in donkerder grijs minder kleihoudend sterk brokkelig veen met zuiver venige laminaties; met platgedrukte in-situ gebroken zoetwatermossel (monster lithotheek)
14.50 15.00 sterk verbrokkeld bruinzwart veen, hard, vol fijne vezelige houtresten; reeds wat bleek uitgeloogd zand (grens veen-zand ligt onderaan in dit interval)
15.00 15.50 faciesgrens: bleekgrijs matig-grof kwartszand, licht kleiig, en hetzelfde meer cohesief kleiig - humeus zand
15.50 16.00 vervloeid bleekgroenig grijs eerder middelmatig heterogeen kwartszand, licht kleiig - papperig, met kakibruine oxidatie; licht gespikkeld door glauconiet (enkele %); dit is gerecycleerd Merksemiaanzand in volledig Quartaire setting (monster labo)
16.00 16.50 formatiegrens: lichtgrijs grof heterogeen zand, licht gespikkeld (enkele % met ook tot matig grove glauconiet), met fijn en grof schelpengruis en schelpfragmenten, lichte kleibruggen tussen de korrels maar overigens kleivrij (typisch Merksem ;minder klei in Merksem dan in Quartair)
16.50 17.00 idem, met ook grote schelpfragmenten en cm-grote brokken beigegrijze fijne siderietische zandsteen (gebroken door boring)
17.00 17.50 zelfde afzetting maar meer fijne fractie (globaal verfijnend), nog rijker aan schelpengruis, wordt licht kleiig, met bollen in slappe lichtgrijze silteuze klei
17.50 18.00 ± zelfde afzetting maar zand en klei meer vermengd tot licht papperig kleiig zand (mogelijk door vervloeiing, mogelijk reëel)
18.00 18.50 zelfde afzetting, wat meer papperig, met herkenbare slappe zandrijke kleibollen, heterogeen tot matig-grof
18.50 19.00 blijft grijs heterogeen tot grof kleiig zand, rijk aan schelpengruis, licht glauconiethoudend, veel bollen van grijze zandrijke klei (in zelfde schelpengruisrijk zand) (= overgang Merksem - Kruisschans facies)
19.00 19.50 zelfde zand, geheel opbollend tot overwicht klei (= Kruisschans facies)
19.50 20.00 vervloeid tot grijs kleiig - papperig zand (lijkt iets fijner en minder kleirijk), nog rijk aan schelpengruis, glauconietarm
20.00 20.50 grijs sterk kleiig overwegend matig-fijn heterogeen zand vol slappe kleibollen in zelfde zand; minder rijk aan schelpengruis en blijft glauconietarm (monster labo) (nog Kruisschans facies)
20.50 21.00 grijs overwegend middelmatig zand, terug wat rijker aan fijn schelpengruis en duidelijk gespikkeld (ca 5 % glauconiet), nog kleiig en met kleine slappe zandrijke kleibollen (echter minder dan voorgaand, overgang Kruisschans - Oorderen)
21.00 22.00 grijs sterk kleiig zand tot zandrijke klei, matig-fijn zeer licht gespikkeld (max enkele % glauconiet), weinig fijn schelpengruis, maar wel vol dikschalige schelpfragmenten (monster lithotheek) (= terug Kruisschans type)
22.00 22.50 lichtgrijs sterk kleiig middelmatig heterogeen glauconietarm zand, overgaand in zandrijke kleibollen, met grote schelpfragmenten (type Tellina benedeni) (einde Kruisschans facies)
22.50 23.00 begin van sequentie in grijs vervloeid bleekgespikkeld (door fijn schelpengruis met ook grof schelpengruis), licht glauconiethoudend (ca 5 % tot middelmatige glauconiet) kleiig zand, zonder kleibollen
23.00 23.50 ± idem, licht vergrovend met aanzienlijke matig-grove fractie, ook minder kleiig
23.50 24.00 ± idem, terug overwegend middelmatig
24.00 24.50 idem (monster labo)
24.50 25.00 ± idem, wat beter gesorteerd tot middelmatig, wat meer fijn schelpengruis, blijvend wat grof schelpengruis en licht kleiig maar zonder kleibollen, wat minder glauconiet
25.00 25.50 idem, met groot Pecten fragment
25.50 26.00 ± idem, blijft grijs overwegend middelmatig (zonder grove fractie) kleiig zand, rijk aan fijn en wat ook grof schelpengruis, duidelijker gespikkeld door glauconiet (ca 5 %)
26.00 26.50 zelfde afzetting, wordt terug heterogener met matig-grove fractie, eerder bleekgrijs maar minder fijn schelpengruis
26.50 27.00 ± idem
27.00 30.00 ± idem, wat meer fijne fractie en meer fijn schelpengruis, weinig glauconiet, terug blekergrijs, lijkt zachter (overgang naar Luchtbal ?)
30.00 30.50 idem
30.50 31.00 bleekgrijs kleiig - mergelig goed gesorteerd middelmatig zand, meer glauconiethoudend (enkele %), rijk aan grof schelpengruis (mogelijk reden voor grotere weerstand en schuring); zand is licht opbollend
31.00 31.50 bleekgrijs mergelig - kleiig opbollend middelmatig heterogeen licht glauconiethoudend (<5 %) zand, zeer rijk aan grof schelpengruis en schelpfragmenten (aangezien klei tegen de schelpen plakt is dit de reden voor verhoogd kleigehalte); kalkig Luchtbal facies (monster lithotheek)
31.50 32.00 formatiegrens naar Kattendijk: grijs goed gesorteerd matig-fijn glauconiethoudend (ca 10 %) kleiig opbollend zand (korrels deels ingebed in klei, maar sediment heeft zandtextuur en gaat ondanks kleigehalte niet als klei reageren), met nesten van monospecifiek schelpengruis
32.00 32.50 zelfde glauconiethoudend matig-fijn zand met beter verspreid en afgeplat (volgens gelaagdheid) schelpenbruis, ingebed in dikke kleiige bollen, zacht maar weinig cohesief (geen kleireactie) (monster lithotheek)


Informele stratigrafie - 05/03/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 5.00 Antropogeen, ophoogzand, glauconietrijk (>20 % aan de top) op kleiige basis
5.00 7.00 Antropogeen, ophoogzand, fijner en licht glauconiethoudend (5 %)
7.00 8.00 Antropogeen, heterogeen zand met veen en klei gemengd
8.00 8.80 Antropogeen, bitumineuze zandige klei (slibbekken opvulling) met zandintercalaties
8.80 10.00 Antropogeen, tussenschakeling van donker humeus kleiig zand
10.00 11.00 Antropogeen, humeuze zandige klei overgaand in kleiig zand met subrecent veenlamellen (ingespoelde houtvezels)
11.00 11.50 Antropogeen, papperig kleiig zand (gerecycleerd Teritair zand)
11.50 12.00 Antropogeen, sterk humeuze klei als papierdunne laagjes afgezet
12.00 13.00 Antropogeen, sterk humeus kleiig - papperig zand (snelle afzetting)
13.00 15.00 Holoceen, veen, heterogene samenstelling, met zoetwatermossel
15.00 16.00 Holoceen, humeus licht kleiig zand, uitgeloogd (gerecycleerd Merksem zand)
16.00 17.00 Formatie van Lillo, Lid van Merksem
17.00 19.00 Formatie van Lillo, Merksem - Kruisschans overgang
19.00 20.50 Formatie van Lillo, Lid van Kruisschans
20.50 22.50 Formatie van Lillo, Lid van Kruisschans met Oorderen tussenschakeling
22.50 27.00 Formatie van Lillo, Lid van Oorderen
27.00 30.50 Formatie van Lillo, Oorderen - Luchtbal overgang
30.50 31.50 Formatie van Lillo, Lid van Luchtbal
31.50 32.50 Formatie van Kattendijk

Insert the GSB number to search all associated content