014e0415 .txt

DOV Boorrapport BGD014E0415
Boring
Proefnummer: aMT-B6 Aanvangsdatum: 2021
X (mLambert): 141085.3 (XY_uit dossier) Uitvoeringsmethode: Roto-Sonic
Y (mLambert): 220608.2 (XY_uit dossier) Diepte (m): 0.00 - 40.00
Z (mTAW): 12.71 (Z_uit dossier) Water op (m):
Gemeente: Beveren
Uitvoerder: ABO
Opm. plaatsomschrijving: geul talud -3.5 ? -14.5 gedempt DD

Lithologische beschrijving - 05/03/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) M Beschrijving
0.00 4.00 lichtgrijs middelmatig glauconietrijk (20 %) zand, kleiig, kalkloos, zacht aanvoelend
4.00 4.50 zelfde zand, samen met cm-grote bollen in bleekgrijs roestbruin oxiderend fijn silteus glauconietarm meer cohesief zand; in de bollen fijne parallelle spleten volgens kleilaminaties
4.50 5.50 ± zelfde zand als voorgaande, grijs glauconietrijk (ca 15 %) licht verfijnd tot matig fijn met siltfractie, zeer licht kalkhoudend
5.50 6.00 ± idem, terug middelmatig met kleine lamellen van meer kleiig zand
6.00 6.50 bruinig grijs meer cohesief overwegend middelmatig iets minder goed gesorteerd zand, licht opbollend (kleibruggen tussen de korrels), met fijn schelpengruis; glauconiet ca 10 %, kalkhoudend
6.50 7.00 idem, zeer licht kalkhoudend en zeer lichte oliegeur
7.00 7.50 grijs licht kleiig glauconiethoudend (ca 5 %) overwegend middelmatig zand, met nesten van schelpengruis; opbollend door humeuze kleiige bruggen tussen de zandkorrels, zeer licht kalkhoudend met lichte oliegeur
7.50 8.00 lichtgrijs matig fijn licht glauconiethoudend (ca 5 %) zand met fijne siltfractie, overigens kleivrij
8.00 8.50 bleekgrijs matig fijn tot sterk silteus meer cohesief zand, licht glauconiethoudend (max enkele %), zeer licht kalkhoudend
8.50 9.00 bleekgrijs middelmatig licht glauconiethoudend (5 %) kleivrij zand, behoudens kleifilm rond de korrels
9.00 9.50 lichtgrijs sterk kleiig - papperig overwegend matig fijn tot middelmatig licht gespikkeld (enkele % glauconiet) zand, rijk aan schelpengruis; de kleifractie is humeus, kakigrijs oxiderend; kalkrijk met putjesgeur
9.50 10.00 grijs middelmatig kleiig slibrijk zand, rijk aan schelpengruis; klei is humeus, kalkrijk met sterke putjesgeur bij verzuring; kakikleurige oxidatie van het slib
10.00 10.50 zelfde zand vol zandrijke kleibollen, kalkrijk, nog maar zeer lichte putjesgeur bij verzuring
10.50 11.00 zelfde zand, overwegend matig fijn, schelpengruisrijk en daardoor bleek gespikkeld, licht gespikkeld door glauconiet; kleimatrix tussen de korrels blijft donkergrijs, licht humeus met lichte putjesgeur bij verzuring
11.00 11.50 ± idem, zand wordt grover tot middelmatig
11.50 12.00 ± idem, meer grof schelpengruis, kalkrijk met sterke putjesgeur, ook zerpe geur (mogelijk licht verontreinigd)
12.00 12.50 faciesverandering : lichtgrijs heterogeen tot grof, slibhoudend maar kleivrij zand, gespikkeld over hoekige tot middelmatige glauconiet (>5 %), zeer rijk aan grof schelpengruis (Merksem facies)
12.50 13.00 zelfde afzetting, hoofdzakelijk middelmatig, veel minder rijk aan grof schelpengruis
13.00 13.50 lichtgrijs grof licht gespikkeld (5 % ook matig grove glauconiet) opbollend zand rijk aan fijn en grof schelpengruis, met vervormde cm-grote slappe lichtgrijze siltige kleibollen (overgang Merksem – Kruisschans facies)
13.50 14.00 idem, met bollen ook in donkergrijze slappe klei
14.00 14.50 ± idem, zand en klei meer vermengd, zeer rijk aan schelpengruis en schelpfragmenten
14.50 15.00 idem, wat minder kleirijk, nog Kruisschans facies
15.00 15.50 faciesverandering: grof lichtgrijs licht gespikkeld (<5 % glauconiet) vrijwel kleivrij zand (op kleibruggen tussen de korrels na), blijvend zeer rijk aan grof schelpengruis met soms herkenbare schelpen
15.50 16.00 zelfde grof zand, met meer fijne fractie, vol grof schelpengruis en schelpfragmenten, met kleine donkergrijze venige klei partikels, meer kleiig geplakt tegen de schelpfragmenten (monster lithotheek)
16.00 16.50 zand verfijnend door meer fijne fractie en kleifractie en verdwijnen van grove fractie, met nog steeds veel fijn maar minder grof schelpengruis, met donkergrijze tot cm-grote bollen van zwarte venige zeer slappe klei en steviger zeepachtig aanvoelende grijze klei
16.50 17.00 wordt lichtgrijs eerder middelmatig (dus iets vergrovend) meer kleiig zand (zand en klei meer vermengd), met kleinere donkere venige restpartikels (afkomstig van niveau 16 m), blijvend rijk aan fijn en grof schelpengruis (echter veel minder dan interval 13.50-16.00 m)
17.00 17.50 lichtgrijs grof licht kleiig, papperig licht gespikkeld (>5 % ook grove glauconiet) zand, rijk aan fijn en grof schelpengruis
17.50 18.00 zelfde zand, sterk opbollend op cm-schaal door kleiopvulling tussen de korrels
18.00 18.50 zelfde zand, globaal verfijnd door meer fijne fractie, vervloeid
18.50 19.00 blijft lichtgrijs overwegend matig grof, rijk aan fijn en grof schelpengruis, gehomogeniseerd kleiig; terug met kleine donkere venige partikels
19.00 19.50 nog iets verfijnend tot middelmatig tot matig grof
19.50 20.00 meer heterogeen met fijne tot grove fractie, licht glauconiethoudend (enkele %), blijvend fijn en grof schelpengruis, gehomogeniseerd kleiig, veel donkere venige partikels en slappe humeuze kleibollen tot cm-schaal
20.00 20.50 zelfde afzetting, iets vergrovend tot matig grof, zeer rijk aan schelpengruis, weinig glauconiet, meer kleiig, met donkergrijze slappe humeuze kleibollen met oliegeur
20.50 21.00 faciesverandering : kern in bruinzwarte humeuze homogene klei met venige brokken en partikels, en groot stuk rondhout, kalkloos maar zeer licht kalkhoudend waar wat zandiger, met gesloten putjesgeur (hout lijkt subrecent)
21.00 21.50 faciesverandering : grijze kleibollen op cm-schaal met zandtextuur van middelmatig tot matig grof zand met wat schelpengruis
21.50 22.00 zelfde afzetting : overwegend matig fijn tot sterk silteus glauconietarm kleiig zand met weinig fijn schelpengruis en met kleine brokkelige zandrijke kleibollen (< 1 cm) (monster labo)
22.00 22.50 idem, minder kleibollen
22.50 23.50 ± idem, overwegend middelmatig kleirijker zand (maar nog geen echte kleibollen), zand is zelf opbollend, veel zeer fijn schelpengruis op zandkorrel formaat (en dus hoeveelheid moeilijk in te schatten, daardoor minder glauconiet)
23.50 24.00 ± idem, zeer gelijkmatig van korrelgrootte: middelmatig met kleimatrix tussen de korrels, kern met laagjes in-situ gebroken schelpen (lijkt Kattendijk)
24.00 25.00 terug vervloeid (zoals boven 20,5 m) homogeen grijs kleiig zand, middelmatig glauconietarm, zacht aanvoelend door kleifilm rond de korrels en sterke cohesie; weinig schelpengruis (nog hoofdzakelijk Kattendijk sediment)
25.00 25.50 bleekgrijs licht gespikkeld (enkele % glauconiet) middelmatig goed gesorteerd kleiig zand, rijk aan fijn schelpengruis ; zand is plakkerig maar niet kleverig ; sporadisch grof schelpengruis
25.50 26.50 ± idem, rijk aan grof schelpengruis
26.50 27.00 ± idem, iets vergrovend met matig grove fractie, minder grof schelpengruis en iets kleiiger (lijkt op homogene Oorderen sequentie)
27.00 27.50 ± idem, terug middelmatig
27.50 28.00 ± idem voorgaande, met kleine bollen in bleekgrijze papperige slappe klei
28.00 28.50 wordt bleekgrijs middelmatig mergelig, kleiig zand met veel fijne fractie, wat minder fijn schelpengruis maar iets meer grof schelpengruis, glauconietarm
28.50 29.00 zelfde middelmatig iets vergrovend zand, minder kleifractie of -bollen, blijvend met grof schelpengruis
29.00 29.50 ± zelfde zand, iets verfijnend van matig fijn tot middelmatig blijft weinig kleihoudend, wat meer fijn schelpengruis en glauconiet
29.50 30.00 ± idem, terug iets vergrovend
30.00 30.50 zelfde afzetting van grijs plakkerig kleiig zand, licht glauconiethoudend (± 5 %), gemiddeld middelmatig met zeer fijne tot matig grove fractie, rijk aan fijn en grof schelpengruis
30.50 31.00 zelfde sediment rijk aan grof schelpengruis, met kleine bollen van grijze zandrijke klei die moeilijk te onderscheiden zijn van omgevend zand (monster labo)
31.00 31.50 ± zelfde afzetting maar aanzienlijke siltfractie, lijkt humeus met veel fijn en grof schelpengruis, glauconietarm, sterk opbollend, hoewel geen echte kleibollen; met cm-groot wit kalkhoudend keitje met cellulaire poreuze structuur
31.50 32.00 zelfde afzetting, iets kleiiger met donkergrijze humeuze klei, minder schelpengruis; met cm-grote brokken van gelaagde donkergrijze humeuze klei, licht kalkhoudend met lichte putjesgeur (nog subrecente invloed)
32.00 32.50 terug grijs middelmatig zeer licht glauconiethoudend (enkele %), gehomogeniseerd licht kleiig zand met meer fijn en grof schelpengruis (terug Oorderen type), met enkele bollen van kleirijk zand
32.50 33.00 lichtgrijs middelmatig licht glauconiethoudend (enkele %) licht kleiig (kleibruggen) zand, eerder rijk aan fijn en grof schelpengruis (opm. alles vervloeid tot TD)
33.00 33.50 grijs middelmatig licht glauconiethoudend zand, minder kleifractie dan voorgaand, iets minder schelpengruis maar meer schelpfragmenten
33.50 34.00 idem, zij het minder herkenbare schelpfragmenten, wat meer glauconiet (5 %)
34.00 34.50 ± idem, wat heterogener van korrelgrootte
34.50 35.00 ± idem, terug iets verfijnend
35.00 36.00 ± idem, vergrovend met aanzienlijke matig grove fractie, terug naar schelpengruis
36.00 36.50 idem (blijft echter overwegend middelmatig) (monster labo)
36.50 37.50 ± idem, terug iets meer fijne fractie (ook glauconiet)
37.50 38.00 idem, rijk aan grof schelpengruis (nog Oorderen facies)
38.00 38.50 wordt grijs matig fijn licht glauconiethoudend (<5 %) gehomogeniseerd licht kleiig zand met weinig fijn schelpengruis, ook veel minder grof schelpengruis; voelt zachter aan, toenemend kleigehalte
38.50 39.00 grijs meer homogeen matig fijn sterker kleiig, nog licht glauconiethoudend zand, zonder veel fijn schelpengruis, met beperkt grof schelpengruis (reeds Kattendijk) licht kalkhoudend
39.00 39.50 faciesverandering: donkergrijs matig fijn licht glauconiethoudend (<10 %) zacht aanvoelend silteus - kleiig zand (monster labo), zeer licht kalkhoudend
39.50 40.00 blijft donkergrijs zelfde zand, maar eerder middelmatig

Informele stratigrafie - 05/03/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 4.50 Anthropogeen, ophoogzand, glauconietrijk (20 %) op meer kleiige basis
4.50 7.00 Anthropogeen, ophoogzand, glauconiethoudend (10 %), licht kleiig
7.00 9.00 Anthropogeen, ophoogzand, licht glauconiethoudend (< 5 %), mogelijk oliehoudend
9.00 12.00 Anthropogeen, kleirijk zand met humeuze klei en organische vloeistoffen
12.00 13.00 Anthropogeen, heterogeen zand glauconiethoudend (< 5 %), rijk aan schelpengruis, Merksem facies
13.00 15.00 Anthropogeen, grof zand en klei vermengd, schelpfragmenten, Kruisschans facies
15.00 16.50 Anthropogeen, grof zand met schelpen op fijn zand met veen en klei
16.50 19.50 Anthropogeen, grof kleiig zand met schelpengruis
19.50 20.50 Anthropogeen, zelfde zand met veen en humeuze klei (oliegeur)
20.50 21.00 Anthropogeen, humeuze klei met veen en rondhout (subrecent)
21.00 23.50 Anthropogeen, kleirijk middelmatig zand, mogelijk verdroogd tot bollen van boven
23.50 25.00 Anthropogeen, middelmatig zacht zand met kleiopvulling in de poriën (Kattendijk type)
25.00 28.00 Anthropogeen, middelmatig kleiig zand met grof schelpengruis (Oorderen type)
28.00 31.00 Anthropogeen, zand van wisselende korrelgrootte, rijk aan schelpengruis, mergelig bovenaan en kleiig onderaan (Luchtbal type)
31.00 32.00 Anthropogeen, zelfde zand ingebed in humeuze klei op gelaagde humeuze klei
32.00 38.00 Formatie van Lillo - Lid van Oorderen
38.00 39.00 Formatie van Kattendijk, licht verweerd
39.00 40.00 Formatie van Kattendijk