Skip to content. | Skip to navigation

Personal tools

You are here: Home / arch / 014E / 014e0397.txt

014e0397.txt

Saftingedok

Boring 014e0397


Proefnummer: 1508-B2020-14720-VT_B02 Aanvangsdatum: 15/01/2021
X (mLambert): 142353.3 (XY_methode onbekend) Uitvoeringsmethode: roto-sonische boring Y (mLambert): 221552.1 (XY_methode onbekend) Diepte (m): 0.00 - 35.50
Z (mTAW): 10.50 (Z_DHM_v2) Water op (m): Gemeente: Beveren
Uitvoerder: GEOSONDA




Lithologische beschrijving - 02/02/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) M Beschrijving
0.00 0.30 cement
0.30 0.70 cement
0.70 1.00 donkerbruingrijs matig fijn licht gespikkeld (met veenpartikels) zand, soms licht lemig opbollend, met keien uit beton
1.00 2.00 bruin middelmatig glauconiethoudend (15%) kleivrij zand, soms opbollend door bruine klei matrix, met lamellen van gestratificeerde donker roestbruine limonietische klei, met kwartskeitje uit beton
2.00 2.50 beigegrijs scherp middelmatig zeer licht gespikkeld (enkele % glauconiet van verschillend type) kleivrij zand met hoekige kwarts, met opbollend meer kleiig zand insluitsels (mooi ophoogzand)
2.50 4.00 zelfde bleekbeigegrijs zand zonder de kleiige zandbollen
4.00 4.50 facieswijziging: donkerbruingrijs middelmatig kwartsrijk zand, ingebed in humeuze klei, met weinig fijn schelpengruis en groot Tertiair schelpfragment (Pecten) verspreid in de klei, kalkloos en zonder putjesgeur bij verzuring (mogelijk klei uit Tertiaire formaties), losgestapeld
4.50 5.00 +/- idem, met ook venige brokken, en nesten van kalkpartikels
5.00 5.50 lichtgrijs matig fijn homogeen licht kleverig cohesief (kleibruggen tussen de korrels) kwartszand met cm-grote zwarte kleiige brokkelige veenbrokken, lijkt gestort door elkaar en niet vervloeid of hersedimenteerd
5.50 6.00 idem, ook houtige veenlenzen
6.00 6.40 +/- idem, met overwicht van zwarte veenbrokken
6.40 6.80 +/- idem, zand is wat meer silteus en vervloeid, terug overwegend op het veen
6.80 7.20 facieswijziging: grijs matig fijn, licht gespikkeld (ca 10% glauconiet) zand met kleifilm rond de korrels, overigens kleivrij, sporadisch fijn schelpengruis
7.20 7.60 zelfde zand, zeer homogeen, meer cohesief, lijkt nochtans even kleivrij maar toch niet uit elkaar vallende kern
7.60 8.00 wordt grijs middelmatig scherp zand, licht glauconiethoudend (ca 10%), cohesief door zeer licht kleigehalte, venige strepen
8.00 8.50 zelfde zand volledig kleivrij, sporadisch schelpfragment
8.50 9.00 wordt grijs heterogeen zand met zowel zeer fijn als matig grove fractie, glauconietarm (1%) deels licht kleiig, deels kleivrij, met grote zwarte schelpfragmenten (niet typisch voor het Tertiair, subrecent) en sporadisch cm-grote slappe veenbrokken, met 3mm groot hard antraciet steenkoolbrokje uit NE Engeland
9.00 9.40 donkergrijs middelmatig zand met wat fijn schelpengruis, met olierijke slappe kleibrokken (waarop olie is geabsorbeerd) (vervuild monster)
9.40 9.50 zeer compacte donkergrijze klei, ingebed in zelfde zand (=Boomse klei)
9.50 10.00 donkergrijs (bijna zwart) middelmatig glauconietrijk (30%!) zand vol kleirijke zandbollen in zelfde zand, met weinig fijn schelpengruis, mogelijk nog licht oliehoudend
10.00 10.50 faciesgrens: kern van homogene, licht fijn zandhoudende, licht plastische, licht humeuze donkergrijze klei, kalkloos, lichte putjesgeur bij verzuring, samen met zelfde zand
10.50 11.00 homogene groenig grijze klei, kakibruin oxiderend, licht micahoudend maar zeer weinig zand of silt, kneedbaar, kalkloos, zonder putjesgeur bij verzuring
11.00 11.30 klei wordt sterk silteus en brokkelig (uit elkaar vallende kern), sterk kakibruin geoxideerd
11.30 11.60 grijze silteuze (echter iets minder dan voorgaand monster) brokkelige klei, nog zandtextuur
11.60 11.90 grijze fijne zandhoudende klei, met zandkorrels losgestapeld (lijkt iets zachter), blijft kalkloos en vrijwel zonder putjesgeur bij verzuring
11.90 12.00 geleidelijk facieswijziging: zwarte sterk venige klei, kneedbaar

Van(m) Tot(m) M Beschrijving
12.00 12.50 bruinzwart kruimelig vezelig veen
12.50 13.00 zwartbruin kruimelig sterk vezelig veen
13.00 13.50 +/- zelfde veen in meer samenhangende kern, sterk vezelig met goede compactie en horizontale stratificatie als gevolg (ook waarneembaar in bovenliggende monsters)
13.50 14.00 bruinzwart sterk kruimelig veen, niet meer vezelig, met bruine klei laminaties (papierdun), sporadisch schelpfragment (lithotheek)
14.00 14.50 facieswijziging: vaste kern in homogene donkergrijze kneedbare zandloze licht humeuze klei met insluitsels van vergane houtige veenbrokken tot op cm schaal (type wortelhout), met zwarte venige vlekjes tot op mm-schaal), kalkloos met licht putjesgeur bij verzuring
14.50 15.00 zelfde afzetting: blijft vaste kern, maar klei is sterk humeus, doortrokken door fijnere venige partikels en daardoor meer brokkelig, met vage gelaagdheid, sporadisch schelpfragment (lijkt zeer snelle afzetting)(lithotheek)
15.00 15.50 blijft kern in homogene grijze vrijwel zandloze licht kneedbare klei
15.50 16.00 blijft kern in homogeen donkergrijze fijnzandhoudende klei met zandrijke nesten, goed kneedbaar, licht humeus
16.00 17.00 kern in zeer homogene donkergrijze licht humeuzige klei, zeer weinig zandhoudend, kalkloos en zonder putjesgeur bij verzuring
17.00 17.50 idem, merkwaardig homogene afzetting
17.50 18.00 zelfde afzetting: kern in vaste grijze klei, licht silteus, zeer homogeen, kalkloos zonder putjesgeur bij verzuring (lithotheek)
18.00 18.50 formatiegrens: vervloeid grijs grof kleiig zand vol schelpengruis, licht glauconiethoudend (enkele
%), vermengd met slappe grijze kleibollen
18.50 19.00 vervloeid grijs kleihoudend zand vol schelpengruis (eveneens een vrij homogene of gehomogeniseerde afzetting)
19.00 19.50 vervloeiende kern met zelfde zand (glauconietarm), ook wat fijne sterk kleiig zand zonder veel schelpengruis en bollen, slappe grijze klei (door elkaar gemengd in de kern en vervloeid)
19.50 20.00 +/- idem, minder schelpengruis, blijft kalkrijk (opmerking: klei is geen polderklei maar Kruisschans type)
20.00 20.50 zelfde afwisseling zand met grof schelpengruis en klei die soms zandrijk is en dan ook schelpengruis kan bevatten, maar klei in dikke lagen (> 5cm) en overwegend op schelpengruis
20.50 21.00 idem (klei is gecompacteerd naar brokkelig)
21.00 21.50 wat meer vervloeid en vermengd tot sterk kleiig matig grof heterogeen zeer licht glauconiethoudend (1%) zand met minder maar grof schelpengruis, mogelijk vervloeid
21.50 22.00 zelfde afzetting: in kleiig zand met grof schelpengruis, met bollen (= lagen) tot 5 cm dik van compacte grijze vaste klei, zeepachtig en daardoor niet plastisch
22.00 22.50 +/- idem, maar terug iets meer vermengd (ofwel is de klei meer zandhoudend)
22.50 23.00 blijft mengeling van grijs kleiig matig grof glauconietarm zand vol grof schelpengruis en bollen (=lagen/lenzen) in grijze zandrijke klei
23.00 23.50 +/- idem, met laag in zeer vaste harde grijze zandhoudende klei (ca 5cm dik in kern)
23.50 24.00 zelfde afzetting: steeds minder schelpengruis naar onder toe, met sterk zandige klei (met zandtextuur) die daardoor zeer brokkelig is, en weinig onderscheid zand-klei (lijkt zachter en beter penetreerbaar maar is dat vermoedelijk niet, omwille van de zandtextuur, hier wordt vooral de cohesie gemeten en niet de compressieweerstand)
24.00 25.00 scherpe faciesgrens (overgang Kruisschans-Oorderen) vervloeid grijs heterogeen van zeer fijn tot matig grof overwegend middelmatig, zeer licht glauconiethoudend (enkele %) kleiig zand met weinig maar soms grof schelpengruis, slibrijk met bruin slib, met bollen op cm-schaal in sterk kleiig zand
25.00 25.50 wordt sterk kleiig en mergelig, met bollen (= lenzen) zeer rijk aan schelpengruis, klei en zand door vervloeiing meer gemengd
25.50 26.00 bleekgrijs grof heterogeen mergelig kleiig zand met grof schelpengruis en schelpfragmenten, en ditto zandrijke of schelpengruis rijke klei, op cm-schaal door elkaar gemengd, klei overwicht
26.00 26.50 zelfde mengeling met schelpenresten, maar zand overwicht en geheel vervloeid
26.50 27.00 zelfde afzetting: in lichtgrijs heterogeen van fijn tot grof kleiig zand rijk aan schelpengruis, blijvend bruin slibrijk
27.00 27.50 wordt sterk kleiig tot slappe sterk brokkelige zandrijke klei, arm aan fijn schelpengruis (blijft vervloeid)
27.50 28.00 kern in lichtgrijs middelmatig sterk kleiig zand , cohesief maar sterk brokkelig (kleireactie maar zandtextuur), met lagen rijk aan grof schelpengruis, grote drukweerstand op gebroken schelpenlagen (lithotheek)
28.00 29.00 zelfde afzetting: maar zandrijker, kleilagen op cm-schaal, het geheel is minder cohesief, terug meer grof schelpengruis

Van(m) Tot(m) M Beschrijving
29.00 29.50 zelfde afzetting : maar matig grof schelpengruis rijk kleiig zand, doortrokken door groengrijze kleilagen (< 1cm), vermoedelijk ontstaan door compressie van het zand onder invloed van de golfslag/branding (opmerking: geplette glauconiet maakt slechts een deel uit van de klei), lokaal nog grotere in situ gebroken schelpen (lithotheek)
29.50 30.00 zelfde afzetting: van lichtgrijs sterk kleiig zand vol gestratifieerd grof schelpengruis, doortrokken door groenig grijze kleilaagjes op mm schaal (daardoor meer brokkelig dan voorgaand monster waar klei laagjes nog voorkomen tot op cm-schaal
30.00 30.50 geheel vervloeid grijs kleiig tot matig grof zand met schelpengruis
30.50 31.00 vaste maar uit elkaar vallende kern in zelfde afzetting in grijs heterogeen sterk kleiig zand met ongelijke verdeling van fijn tot zeer grof schelpengruis (zandtextuur naar kleireactie)
31.00 32.00 +/- idem, wat meer brokkelig (klei vult poriënruimte tussen zand geheel op) eerder weinig schelpengruis, maar ook grote in situ gebroken schelpen
32.00 32.50 faciesgrens: zacht aanvoelend zand (aanwijzing voor Kattendijk), eerder lichtgrijs, licht kleiig mergelig zand met fijn schelpengruis (in wisselend gehalte), met meer glauconiet (> 5%), lijkt iets beter gesorteerd maar blijft heterogeen, soms middelmatig, soms grof in de grofste korrelgrootte fractie, geheel vervloeid, rijk aan beige slib, met enkele venige kleibrokjes
32.50 33.00 zelfde afzetting: maar zand is soms sterk kleiig tot zeepachtige fijn zandige klei
33.00 33.50 zelfde afzetting: lijkt iets losser gestapeld, nochtans met minder klei of minder opvallend want beter gemengd tussen het zand, geleidelijk meer fijn schelpengruis (nog Luchtbal facies ?)
33.50 34.00 wordt eerder lichtgrijs licht kleiig middelmatig zacht aanvoelend glauconiethoudend (< 10%) zand met aanzienlijke siltfractie en kleibruggen tussen de korrel (daardoor zacht aanvoelend), weinig fijn schelpengruis
34.00 34.50 zelfde afzetting : zeer los gestapeld, blijvend sterk vervloeid (mes snijdt erdoor als boter) van hoofdzakelijk middelmatig kleiig mergelig glauconiethoudend (tussen 5 en 10% wisselend gehalte) zand, rijk aan fijn schelpengruis, met kleur verschillen, lokaal geconcentreerd fijn schelpengruis, bleekbeige elders grijzer zand met minder schelpengruis en relatief rijker aan glauconiet, soms bleker door grof schelpengruis, door vervloeiing zijn deze lagen gemengd, rijk aan bleekbeige mergelig slib
34.50 35.00 zelfde mengeling met grote brokken (lagen > dik) van lichtgrijze vaste harde sterk brokkelige klei, weinig zandhoudend of kalkhoudend (blijft Luchtbal facies)


Formele stratigrafie - 12/01/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) Beschrijving Betrouwbaarheid
0.00 10.00 A - Groep van Antropogeen goed
10.00 18.00 QH - Quartair Holoceen goed
18.00 24.00 LiKr - Lid van Kruisschans (Formatie van Lillo) goed
24.00 32.00 LiOo - Lid van Oorderen (Formatie van Lillo) goed
32.00 35.00 LiLu - Lid van Luchtbal (Formatie van Lillo) goed


Informele stratigrafie - 02/02/2021
Auteur(s): Dusar, Michiel (Belgische Geologische Dienst (BGD)) Betrouwbaarheid: goed

Van(m) Tot(m) Beschrijving
0.00 0.70 Anthropogeen: cement
0.70 2.00 Anthropogeen: ophoogzand met glauconiet en wat bouwpuin
2.00 4.00 Anthropogeen: ophoogzand
4.00 6.80 Anthropogeen: gestort zand en klei en veen (onderaan)
6.80 10.00 Anthropogeen: opvulzand met wat klei, gefossileerde recente zeeschelpen, naar onder veen en Boomse klei, aan de basis glauconietrijk zand
10.00 11.90 Holoceen: lemige polderbodem (Formatie van Waasland, Lid van Ekeren)
11.90 14.00 Holoceen: veen (Formatie van Waasland, Veen van Antwerpen)
14.00 18.00 Holoceen: onder klei onder veen, doorworteld bovenaan (Formatie van Waasland, Lid van Doel)
18.00 19.00 Formatie van Lillo, Lid van Merksem
19.00 24.00 Formatie van Lillo - Lid van Kruisschans
24.00 25.30 Formatie van Lillo - Lid van Oorderen

Van(m) Tot(m) Beschrijving
25.30 26.20 Formatie van Lillo, Lid van Oorderen, schelpenbank facies (mergelig)
26.20 27.00 Formatie van Lillo, Lid van Oorderen
27.00 27.50 Formatie van Lillo, overgang Oorderen - Luchtbal
27.50 29.00 Formatie van Lillo, Lid van Luchtbal
29.00 30.50 Formatie van Lillo, Luchtbal met geremanieerd Kattendijk
30.50 32.00 Formatie van Lillo, Lid van Luchtbal

Insert the GSB number to search all associated content