*************************************************************-**********
ADMINISTRATIEVE GEGEVENS & TECHNISCHE GEGEVENS
-------------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 8W
PLAAT: WORTEL
Nr: 156 (VII, c)
Type Boring: Verkenningsboring
Topografische kaart: 8/3
Uitgevoerd te: Rijkevorsel (Schomme)
Postnr: 2310
Adres boorplaats:
Opdrachtgever: BGD
Boorfirma: Smet-DB - Dessel
Boordatum: oktober 1989
Topografie: opgetekend door BGD (mijnmeter)
Stalen door: de boormeester
Boringsmethode: Gekernd (gestoken)
Lengte & doormeters: 10 cm
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust :
Tijdens pompen:
Debiet :
Waterzaaknr:
Totale diepte: 53 m
Stalen bewaard: ja
Maaiveld/ref. peil: +24,117
X: 178.625
Y: 228.345
NIS-code: 13037
------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING
------------------------------------------------------------------------
0.00 - 1.00 (100 cm)
1. Sterk humeus leemhoudend zand met vanaf 0,48 beige zandlaagjes, aan de top en basis continu en licht golvend. Tussenin discontinu in de vorm van lenzen.
Scherpe grens.
Diepte basis: 0,80 m.
2. Lichtgrijs klei, geoxideerd in vlekken.
Geen kalk.
Diepte basis: 1,00 m.
1.00 - 2.00 m (56 cm)
3. Grijze compacte klei, geoxideerd in vlekken.
Geen kalk.
Diepte basis: 1,56 m.
2.00 - 3.00 m (100 cm)
4. Grijsbruine compacte klei met tussen 2,39-2,48 subvertikale insluitsel van plantenresten.
Fe-concreties + oxidatievlekken. Scherp licht golvend contact.
Diepte basis: 2,52 m.
5. Zwartgrijze compacte klei met Fe-concretie aan de top. Scherpe grens.
Diepte basis: 2,73 m.
6. Grijze compacte klei met zeer fijne zandlensjes (orde van minder dan mm). Scherp contact.
Diepte basis: 2,92 m.
7. Zwartgrijze compacte klei met zwarte vlekjes.
Diepte basis: 2,96 m.
8. Grijze compacte klei
3.00 - 4.00 m (100 cm)
9. Bruingrijze slappe klei overgaand naar silt met witte fijne zandlensjes (fijn zand).
Graduele overgang.
Diepte basis: 3,16 m.
10. Donkergrijze klei met witte fijnzandige continu en discontinu zandlaagjes licht micahoudend (dikte doorgaans 1 à 2 mm, uitzondering 3 à 4 mm). Verstoringen tussen 3,79-3,83 m.
(benticular bedding) (even tot licht golvend).
Diepte basis: 4,0 m.
4.00 - 5.00 m (100 cm)
11. Grijs lemig fijn micahoudend zand met slappe grijze kleilaagjes (continu en discontinu, orde van grootte 3 à 4 mm). Graafgang tussen 4,19 en 4,23.
Sterk verstoord onderaan.
Diepte basis: 4,46 m.
12. Alternerend complex van grijswit fijn zand en grijs kleiig silt. Naar de basis toe dominantie van laatst vernoemd materiaal.
Diepte basis: 4,63 m.
13. Grijze klei (tot 4,67 harde concreties in klei) met grijswitte fijne zandlaagjes (continu en discontinu ±2 mm dikte), uitgezonderd tussen 4,79-4,83 verticale zandlens.
Diepte basis: 5,00 m.
5.00 - 6.00 m (100 cm)
14. Grijze klei met discontinu witte zeer fijne zandlaagjes (minder dan 1 mm dikte) micahoudend.
Vanaf 5,34 neemt de concentratie en de dikte van de zandlaagjes toe.
Diepte basis: 5,44 m.
15. Bruingrijs kleihoudende silt met tot 5,56 witte halffijn zandige continu en discontinu laagjes, met ertussen discontinu kleilaagjes.
Verder is het geheel bepaald door bioturbaties en horizontale continu en discontinu zeer fijne zandlaagjes (orde van mm) concentratie is gering.
Diepte basis: 6,00 m.
6.00 - 7.00 m (100 cm)
16. Bruingrijs kleihoudende silt met discontinu diffuse zandlagen die kunnen uitgroeien tot continu zeer fijne licht golvende lagen in het centraal gedeelte en discontinu naar dikkere lagen naar de basis toe.
Kleilaagjes zijn aanwezig in discontinu vorm aan de top + vrij sporadisch terwijl in de tweede helft ze frequent in continu en discontinu vorm voorkomen, dominerend onderaan. Plaatselijk gebioturbeerd.
Diepte basis: 7,0 m.
7.00 - 8.00 m (91 cm)
17. Bruingrijze klei met continu en discontinu subhorizontale licht golvende zandlaagjes (1 à 2 mm dikte).
18. Grijs kleihoudend halffijn zand met doorgaans discontinu subhorizontale kleilaagjes. Sporadisch lichtgolvend. Sporadisch zijn de kleilaagjes door bioturbaties doorbroken.
Diepte basis: 7,64 m.
19. Grijs silt zeer fijn zandig met tot 7,74 verstoorde kleilagen ingevolge bioturbaties. Vervolgens sporadisch discontinu kleilaagje.
Diepte basis: 7,91 m.
8.00 - 9.00 m (75 cm)
20. Grijs wordt bleker naar de basis toe silteus zeer fijn zand (micahoudend) met doorgaans continu zeer fijne kleilaagjes (1 à 2 mm) subhorizontaal, soms licht golvend + bruine fijne silteuze laagjes continu en discontinu.
Bioturbaties tussen 8,04-8,12 en 8,31 en 8,34 m.
9.00 - 10.00 m (84 cm)
21. Grijs silteus zeer fijn zand (micahoudend) met golvende continu en discontinu grijze kleilaagjes tot 9,25 en uitzonderlijk in de rest van de kern, uitgezonderd aan de basis waar grote concentratie voorkomt. Siltlaagjes zijn over het geheel verspreid, doorgaans in discontinu vorm.
Aan de top een humeus laagje.
Diepte basis: 9,84 m.
10.00 - 11.00 m (91 cm)
22. Grijs silteus zeer fijn zand (micahoudend) met sporadisch grijze subhorizon-tale doorgaans continu kleilaagjes (1 à 3 mm).
Tussen 10,34 & 10,50 graafgang. Graduele overgang.
Diepte basis: 10,47 m.
23. Grijs silthoudend halffijn zand, fijner wordend naar de basis toe.
Diepte basis: 10?52 m.
24. Grijs silteus zeer fijn zand (micahoudend) met sporadisch kleilaagjes (tussen 10,76-10,78). Over het geheel zijn subhorizontale doorgaans continu siltlaagjes (mm) aanwezig.
Diepte basis: 10,91 m.
11.00 - 12.00 m (89 cm)
25. Grijs silteus fijn zand met grote concentratie van continu subhorizontale kleihoudende siltlaagjes (1 à 3 mm).
Diepte basis: 11,16 m.
26. Lichtgrijs silthoudend halffijn zand met discontinu veenresten en discontinu kleilaagjes aan de top. Over het geheel zijn kleiknolletjes verspreid. Grote concentratie tussen 11,37-11,38 + veenresten. Verfijning van de zandfractie naar de basis toe.
Diepte basis: 11,41 m.
27. Grijs silteus zeer fijn micahoudend zand met discontinu subhorizontale veenlaagjes (1 à 3 mm dikte).
Diffuse lagen van grover materiaal o.a. tussen 11,61 & 11,65 ? 11,71 & 11,73.
12.00 - 13.00 m (85 cm)
28. Grijs silteus zeer fijn micahoudend zand met vanaf 12,32 subhorizontale licht golvende doorgaans continu kleilaagjes + sporadisch discontinu horizontale veenlaagjes.
Bovenaan sporadische discontinu kleilaagje. Aan de top zone van grover materiaal.
Diepte basis: 12,85 m.
13.00 - 14.00 m (92 cm)
29. Grijs silteus fijn zand.
Graduele overgang.
Diepte basis: 13,06 m.
30. Lichtgrijs silteus halffijn zand met discontinu kleilaagjes die gegroepeerd in zones voorkomen (grote concentratie tussen 13,47-13,66). Grens bepaald door scoor en fill.
Diepte basis: 13,72 m.
31. Grijs silteus zeer fijn zand met concentratie van discontinu kleilaagjes aan de top. Siltlaagjes bewaard met ribbelstructuur.
Diepte basis: 13,92 m.
14.00 - 15.00 m (97 cm)
32. Lichtgrijs fijn zand met subhorizontaal gelaagde discontinu kleilaagjes.
Aan de top zeer fijne horizontale gelaagde siltlaagjes. Scherpe grens.
Diepte basis: 14,18 m.
33. Alternerend complex van donkergrijze klei en wit grijs medium zand (overblijfsel van ribbels en laagjes in zand). Aan de top humeus laagje.
Kleipakket van
14,22 - 14,29
14,34 - 14,40
14,44 - 14,45
14,47 - 14,53 met intercalatie van zandlenzen.
Veenbrokjes zijn in de klei verspreid.
Diepte basis: 14,53 m.
34. Lichtgrijs halffijn zand met silteuze en kleiige subhorizontale fijne doorgaans continu laagjes. Deze zijn geconcentreerd in 14,57-14,63 & 14,72-14,77. Scherpe grens.
Diepte basis: 14,79 m.
35. Grijze klei met veeninsluitsels en veenlaagjes aan de top.
Diepte basis: 14,97 m.
15.00 - 16.00 m (75 cm) (bewaard ?)
36. Grijze klei met humeuze slierten. Graduele overgang.
Diepte basis: 15,09 m.
37. Veen met sporadisch zandlensjes. Scherpe grens, licht schuin.
Diepte basis: 15,15 m.
38. Alternatie van veen en venige klei. Scherpe grens.
Diepte basis: 15,22 m.
39. Veen in zandige kleiige matrix. Graduele overgang.
Diepte basis: 15,40 m.
40. Donkerbruin silteus zeer fijn zand met veenstipjes (begroeiingshorizont). Graduele overgang.
41. Bruingrijs silthoudend fijn zand met veenstipjes.
Diepte basis: 15,75 m.
16.00 - 17.00 m (95 cm)
42. Lichtgrijs silteus fijn zand met grover materiaal vanaf 16,33 m.
Aan de top afgeronde veenlens.
Vanaf 16,30 grijze grote licht afgeronde kleilenzen met venig materiaal.
Duidelijk erosief contact.
Diepte basis: 16,52 m.
43. Bruingrijs silteus halffijn zand met diffuse insluitsels van grover materiaal.
Humeuze banden aan de top.
Zeer scherpe licht schuine grens.
44. Bruin silthoudend medium zand overgaand naar grijsbruin iets fijner materiaal. Aan de top verstoord insluitsels van bovenvernoemd materiaal.
Diepte basis: 16,95 m.
17.00 - 18.00 m (81 cm)
45. Grijs silthoudend halffijn zand met diffuse grovere zones. Lichtschuin gelaagd. Duidelijke lichtschuine grens.
Diepte basis: 17,12 m.
46. Verstoord geheel van grijs silteus fijn zand en lichtgrijs silthoudend halffijn zand.
Graduele overgang.
Diepte basis: 17,51 m
47. Lichtgrijs medium zand met grovere kwartskorrels (grotere luchtgaten aanwezig).
Diepte basis: 17,81 m.
18.00 - 19.00 m (77 cm)
48. Grijs sterk silthoudend halffijn zand met meer silteuze zones.
Verstoorde maar duidelijke ondergrens.
Diepte basis: 18,33 m.
49. Grijs (donkerder) silteus fijn zand met aan de basis afgeronde grote kleibrokken (licht verstoord bovenaan).
Diepte basis: 18,77 m.
19.00 - 20.00 m (57 cm)
50. Lichtgrijs fijn zand schuingelaagd met silteus materiaal.
Tussen 19,35-19,43 instulping. Naar de basis toe neemt de silteuze fractie af.
Diepte basis: 19,57 m.
20.00 - 21.00 m (80 cm)
51. Donkergrijs silteus fijn zand met sporadisch discontinu fijne meer donkere lagen (overblijfsels van ribbels ?).
Diepte basis: 20,80 m.
21.00 - 22.00 m (100 cm)
52. Grijs zeer silteus fijn zand met kleine en grote afgeronde kleibrokken (diameter 2 mm tot 4 cm) tot 21,18 m (in situ ?).
53. Donkergrijs silteus fijn zand overgaand naar grijs met in het donkerkleurig gedeelte fragmenten van ribbels bestaande uit kleiig materiaal.
54. Donkergrijs silteus fijn zand met zones van minder silt. Continu en discontinu subhorizontaal lichtgolvende laagjes van donkerkleurige silt (dominerend) en klei.
Diepte basis: 22,60 m.
22.00 - 23.00 m (62 cm)
55. Grijs silthoudend halffijn zand met discontinu subhorizontale donkerkleurige siltlaagjes.
Donkerkleurige lenzen tussen 22,30-22,40 m.
Diepte basis: 22,62 m.
23.00 - 24.00 m (58 cm)
56. Grijs silthoudend halffijn zand met banden en laagjes van meer silteus materiaal tot 23,35 m. De laagjes zijn licht gebogen tot discontinu subhorizontaal (sporadisch overblijfsels van ribbels).
Verder naar de basis toe grijze kleilensjes die geconcentreerd voorkomen tussen 23,38-23,42 en 23,54-23,55 m.
Diepte basis: 23,58 m.
24.00 - 25.00 m (27 cm)
57. Grijs silthoudend halffijn zand met silteuze vlekken bovenaan.
Diepte basis: 24,27 m.
25.00 - 26.00 m (76 cm)
58. Lichtgrijs medium zand gradueel overgaand vanaf 25,04 naar grijs silteus fijn zand (micahoudend) met van 25,11 tot 25,18 subhorizontaal even gelaagde siltlaagjes. Naar de basis toe zones van minder silteus materiaal.
Zwarte kleiige siltlens op 25,55 m.
Diepte basis: 25,76 m.
26.00 - 27.00 m (91 cm)
59. Donkergrijs sterk silteus zeer fijn zand. Aan de basis licht humeus horizontaal laagjes (1 mm). Scherpe horizontale grens.
Diepte basis: 26,10 m.
60. Lichtgrijs silthoudend halffijn zand (micahoudend) met grijze continu en discontinu kleilaagjes en siltlaagjes. Subhorizontaal even tot golvend gelaagd. Duidelijke grens.
Diepte basis: 26,55 m.
61. Donkergrijs sterk silteus zeer fijn zand tot 26,64 met instulpingen onderaan van grover materiaal. Vervolgens alternerend patroon van lichtgrijs halffijn zand en zandig silt (kleihoudend). Gebogen tot subhorizontaal gelaagd.
Diepte basis: 26,91 m.
27.00 - 28.00 m (72 cm)
62. Alternerend complex van lichtgrijs silthoudend medium zand en continu fijne grijze kleilaagjes, subhorizontaal gelaagd tot 27,32. de laagjes bestaan uit een aaneenschakeling van kleilensjes. Vanaf 27,46 gebogen gelaagdheid.
Tussen 27,39-27,46 donkergrijs silteus zeer fijn zand met zwarte zeer dunne subhorizontale laagjes (1 à 2 mm) licht gebogen aan de rand.
Diepte basis: 27,72 m.
28.00 - 29.00 m (82 cm)
63. Lichtgrijs silthoudend halffijn zand met discontinu golvende silteuze laagjes. Graduele overgang.
Diepte basis: 28,25 m.
64. Donkergrijs sterk silteus zeer fijn zand (micahoudend) met diffuse zones van meer grover materiaal.
Diepte basis: 28,82 m.
29.00 - 30.00 m (84 cm)
65. Lichtgrijs licht silthoudend halffijn zand (micahoudend) met meer silteuze zones vooral vanaf 29,44 m.
Instulping van grover materiaal op 29,54. Vanaf 29,74 afgeronde kleibrokken.
Diepte basis: 29,84 m.
30.00 - 31.00 m (49 cm)
66. Grijs silteus fijn tot halffijn zand met zones van minder silteus materiaal. Laatst vernoemd materiaal is dominant onderaan.
Diepte basis: 30,49 m.
31.00 - 32.00 m (65 cm)
67. Lichtgrijs silthoudend fijn zand met zones van meer silteus materiaal. Het geheel is grondig verstoord.
Diepte basis: 31,65 m.
32.00 - 33.00 m (91 cm)
68. Lichtgrijs silthoudend fijn zand. Duidelijke grens.
Diepte basis: 32,06 m.
69. Grijs silteus fijn zand met zwarte stipjes.
Graduele overgang.
70. Lichtgrijs silthoudend fijn zand met instulping van bovenliggend materiaal aan de top + tussen 32,40-32,42 schuin gestratifieerd materiaal.
Diepte basis: 32,91 m.
33.00 - 34.00 m (73 cm)
71. Grijs silteus fijn zand.
34.00 - 35.00 m (32 cm)
72. Alternerend complex van zones met donkergrijs silteus fijn zand en lichtgrijs silthoudend medium zand.
Diepte basis: 34,32 m.
35.00 - 36.00 m (76 cm)
73. Grijs medium licht leemhoudend zand (halffijn) met diffuse discontinu subhorizontale licht golvende silteuze laagjes (1 à 2 mm). Op 35,18-35,23 twee subvertikale leemlaagjes (glauconiethoudend).
Diepte basis: 35,76 m.
36.00 - 37.00 m (39 cm)
74. Idem met kleiknolletjes aan de top (in situ ?)
Diepte basis: 36,39 m.
37.00 - 38.00 m (spoelmonster)
75. Grijs medium licht leemhoudend zand.
38.00 - 39.00 m (73 cm)
76. Grijs halfgrof zand met diffuse silthoudende laagjes (subvertikaal georiënteerd). Vanaf 38,38 toename silteuze laagjes, verstoord karakter (basismateriaal ook silthoudend). Op 38,64 discontinu licht golvend donkergrijs kleilaagje.
Licht glauconiethoudend.
Diepte basis: 38,73 m.
39.00 - 40.00 m (70 cm)
77. Grijs silthoudend halfgrof zand met sporadisch siltlensjes. Vanaf 39,24 meer silteus materiaal en fijnere zandkorrels. Graduele overgang (glauconiethou-dend).
Diepte basis: 39,36 m.
78. Bruingrijs silteus fijn zand (glauconiethoudend).
Depositional boundary.
Diepte basis: 39,45 m.
79. Grijs silthoudend medium zand met vanaf 39,50 silteuzer materiaal (glauco-niethoudend). Graduele overgang.
Diepte basis: 39,61 m.
80. Lichtbruingrijs medium halffijn zand. Glauconiethoudend.
Diepte basis: 39,70 m.
40.00 - 41.00 m (75 cm)
81. Grijs medium zand (glauconiethoudend) met sporadisch diffuse zeer kleine lenzen van silthoudend materiaal. Tussen 40,32 en 40,36 lens van groengrijs silteus fijn zand.
Tussen 40,41 en 40,45 concentratie van kleine kleilensjes, veenbrokjes en keitjes (channel log).
Rechte grens.
Diepte basis: 40,45 m.
82. Groengrijs silteus (halffijn zand met zones van minder silteus materiaal (glauconiethoudend).
Diepte basis: 40,75 m.
41.00 - 42.00 m (66 cm)
83. Grijs halffijn zand met sporadisch golvende subvertikale silthoudende laagjes (1 à 2 mm) overblijfsels van ribbels. Deze laagjes worden subhorizontaal vanaf 41,35 m. Geen duidelijke grens (glauconiethoudend).
Diepte basis: 41,37 m.
84. Licht groengrijs silthoudend halffijn zand met zones van puur zand. Sporadisch siltlens en Fe-concreties (glauconiethoudend).
Diepte basis: 41,66 m.
42.00 - 43.00 m (76 cm)
85. Grijs sterk silthoudend halffijn zand met veenbrokken, kleilensjes zijn over het geheel verspreid. Licht gebogen beige kleilaagjes op 42,22 m. Gebogen grens.
Diepte basis: 42,36 m.
86. Grijsbruin silteus halffijn zand, humeus aan de top met kwartskeien en grote platte steen (silex ?) diameter 4 cm (eveneens + kleikeitjes aan de top) (glauconiethoudend).
Gebogen grens.
Diepte basis: 0,64.
87. Grijsbruin silteus fijn zand met tussen 42,72 & 42,73 grover materiaal.
Glauconiethoudend.
Diepte basis: 42,76 m.
43.00 - 44.00 m (82 cm)
88. Bruingrijs halffijn zand met tussen 43,04-43,09 concentratie van keien. Glauconiethoudend.
Diepte basis: 43,09 m.
89. Grijsbruin sterk silthoudend halffijn zand met subhorizontaal gestratifieerde continu en discontinu kleilaagjes (die laagjes bestaan uit een verzameling van kleilenzen). Aan de basis worden de laagjes golvend. Over het geheel zijn grovere kwartskorrels verspreid (glauconiethoudend).
Diepte basis: 43,82 m.
44.00 - 45.00 m (49 cm)
90. Grijsbruin sterk silthoudend halffijn zand (glauconiethoudend).
Diepte basis: 44,03 m.
91. Concentratie van kleilenzen gemengd met zand. Scherpe grens.
Diepte basis: 44,11 m.
92. Grijsbruin silthoudend medium zand met kwartskeien. Op 44,18 discontinu horizontale kleilaag.
Glauconiethoudend. Zwart aan de basis.
Scherpe grens, erosief.
Diepte basis: 44,38 m.
93. Bruingrijze compacte klei met sporadisch discontinu zandlensjes.
Diepte basis: 44,49 m.
45.00 - 46.00 m (100 cm)
94. Bruingrijs grof zand met vanaf 45,06 concentratie van kleilenzen en keitjes (glauconiethoudend) (in situ ?).
Diepte basis: 45,15 m.
95. Bruingrijs silthoudend halfgrof zand met op 45,31 en 45,48 kei en tussen 45,35 en 45,40 concentratie van kleilenzen. Scherpe erosieve grens (glauconiethoudend).
Diepte basis: 45,56 m.
96. Groengrijs silteus glauconietrijk zeer fijn zand.
Diepte basis: 46,00 m.
46.00 - 47.00 m (86 cm)
97. Idem met mica's en sporadisch kleine grijze kleilensjes.
Diepte basis: 48,86 m.
47.00 - 48.00 m (72 cm)
98. Idem met concentraties (Mn knolletjes ?).
Diepte basis: 47,72 m.
48.00 - 49.00 m (90 cm)
99. Idem geen kalk tot 48,23 m. Graduele overgang naar minder donker kleurig materiaal (waarschijnlijk iets minder silteus). Zeer fijne schelpfragmenten aan de top, vanaf 48,51 grotere fragmenten.
Zeer kalkrijk.
Diepte basis: 48,90 m.
49.00 - 50.00 m (100 cm)
100. Idem maar gebioturbeerd en volledig bewaarde schelpen (geen dubbele). Naar de basis toe silteus materiaal. Sporadisch houtfragmentje.
Diepte basis: 50,0 m.
50.00 - 51.00 m (100 cm)
101. Groengrijs silteus zeer fijn glauconietrijk zand met zeer fijn schelpengruis. Sporadisch schelpfragmenten & kleilensjes. Gebioturbeerd.
Zeer kalkrijk.
Diepte basis: 51,0 m.
51.00 - 52.00 m (100 cm)
102. Idem met grotere schelpfragmenten. Houtfragment op 51,87 m.
Diepte basis: 52,00 m.
52.00 - 53.00 m (100 cm)
103. Idem
Diepte basis: 53,0 m.
------------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
------------------------------------------------------------------------------
0.00 - 0.80 Gent Formatie
0.80 - 16.52 Weelde Formatie - Lid van Turnhout
16.52 - 19.00 Malle Formatie - Lid van Vosselaar
19.00 - 35.00 - Lid van Brasschaat
35.00 - 45.56 Merksplas Formatie
45.56 - 53.00 Lillo Formatie
------------------------------------------------------------------------------
AUTEUR Frieda BOGEMANS
------------------------------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING - boormeester
--------------------------------------------------------------------------------
Top * Basis * AARD DER GRONDLAGEN
--------------------------------------------------------------------------------
00.00m 00.50m zwart zand
00.30m 01.50m geel grijs vet zand
01.50m 04.50m klei
04.50m 07.50m grijs vet zand
07.50m 16.50m grijs zand + klei
16.50m 21.00m bruin grof zand
21.00m 23.00m grijs groen
23.00m 34.00m grijs groen grof zand
34.00m 42.50m zeer grof grijs zand
42.50m 48.00m grijs groen zand
48.00m 53.00m grijs groen zand en schelpen
-------------------------------------------------------------
