***************************************************************************
ADMINISTRATIEVE & TECHNISCHE GEGEVENS
---------------------------------------------------------------------------
Kaart-Nr: 8E
PLAAT: WEELDE
Nr: 159 (V, d)
Type Boring: Verkenningsboring & peilput S46 (peilbuizen b & c)
Topografische kaart: 8/4
Uitgevoerd te: WEELDE - RAVELS
Postnr: 2381
Adres boorplaats: Militair Vliegveld
Opdrachtgever: SCK.CEN (gesubsidieerd door NIRAS.ONDRAF): cf opm. 1
Boorfirma: n.v. SMET-GWT
Boordatum: 1996
Topografie: opgetekend ter plaatse
Stalen door: boormeester en werfgeologen
Boringsmethode: gekernd van 228.58 tot 469.89 + spoelboring
Lengte & doormeters: 239.53 m gecement. stijgbuis 275 mm; peilb. b +
peilbuis c in PE: zie verder onder opmerkingen
Grondwaterstanden:
1ste maal:
Bij rust : 12 m onder maaiveld in peilbuizen b en c
Tijdens pompen:
Debiet:
Waterzaaknr:
totale diepte: 528.50 m
Stalen bewaard: ja
Maaiveld/ref. peil: +32.0 m
X: 190700
Y: 231900
NIS-code: 13048
---------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING destructief geboorde deel volgens werfgeologen van G.C.S.
---------------------------------------------------------------------------
van * tot * AARD DER GRONDLAGEN
---------------------------------------------------------------------------
diepte (in m t.o.v. draaitafel)
0 - 33 zand en kleiig zand, organisch rijk (=Formatie van de Kempen)
33 - 61 zand en kleiig zand, kleiige sectietop, fossielrijk (=Formatie
van Merksplas)
61 - 76 zand en kleiig zand, glauconietrijk, schelpenbanken (=Formatie
van Lillo)
76 - 90 grijsgroen zand, glauconietrijk (=Formatie van Kattendijk)
90 - 98 lager glauconietgehalte dan interval 76 - 90 (=Formatie van
Kasterlee?)
98 - 203 grijsgroen zand, fijn tot grof, glauconietrijk, fossielen
(=Formatie van Diest)
203 - 231 zand en kleiig zand, glauconietgehalte 10 - 80 % (=Formatie van
Berchem - Lid van Antwerpen)
231 - 243 zand en kleiig zand, glauconietgehalte 15 - 20 % (=Formatie van
Berchem - Lid van Edegem)
243 - 385 Formatie van Boom met:
243 - 292: afwisseling van silt en siltige klei (Lid van Putte)
292 - 363: compacte klei (Lid van Terhagen)
363 - 385: siltige klei (Lid van Belsele-Waas)
385 - 408 kleiig zand en kleiig silt {Formatie van Niel (Zand van
Ruisbroek (S4) en Wintham Silt)}
408 - 419 Formatie van Zelzate met:
408 - 413: zandige grijsgroene klei (Lid van Watervliet (A4))
413 - 419: kleiig zand (Lid van Bassevelde (S3))
419 - 471? Formatie van Maldegem met:
419 - 420: zandige en siltige klei (Lid van Onderdijke (A3))
420 - 427: groengrijs fijn kleiig zand (Lid van Buisputten (S2))
427 - 447: groene klei, toenemend zandgehalte naar boven toe
(Lid van Zomergem (A2))
447 - 453: grijsgroen kleiig zand (Lid van Onderdale (S1))
453 - 467: groene klei en siltige klei (Klei van Ursel en Asse
(A1))
467 - 471: fijn zand met talrijke nummulieten en enkele bivalven
(Lid van Wemmel)
471?- 511? vermoedelijk werden in dit interval de volgende formaties
doorboord:
Formatie van Lede
Formatie van Gent (Leden van Vlierzele, Pittem en Merelbeke)
Formatie van Tielt (Lid van Egem?)
511?- 528.18 Formatie van Tielt (Lid van Kortemark?)
528.18 is het eindpunt van de boring
---------------------------------------------------------------------------
BOORBESCHRIJVING gekernde deel door Paul De Cooman, 1997
---------------------------------------------------------------------------
van * tot * AARD DER GRONDLAGEN
---------------------------------------------------------------------------
DiepteBeschrijving (in m t.o.v.draaitafel)
228.58 - 229.58 ontbreekt (kernbuis 1 is leeg)
229.58 - 229.77 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%) kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
229.77 - 229.80 schelpenbank
229.80 - 230.33 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%) kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
230.33 - 230.58 staalname uit onderkant van kernbuis 2 (zonder afgesneden
'schel')
230.58 - 230.97 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%) kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
230.97 - 230.99 laagje schelpfragmenten
230.99 - 231.15 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%) kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
231.15 - 231.19 contaminatie door boorspoeling
231.19 - 231.37 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%) kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
231.37 - 231.57 staalname uit onderkant van kernbuis 3 (zonder afgesneden
'schel')
231.57 - 232.08 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%)kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
232.08 - 232.40 hetzelfde zand als hoger in de sectie maar met zeer veel
toegevoegd grof materiaal (grind tot diam. 20 mm); zeer
heterogeen qua kleur en samenstelling (haaientand, grote en
kleine en afgeronde en hoekige keitjes, fosfaatnodules)
232.40 - 232.54 zeer fijn tot fijn, donkergroen tot zwart, zeer glauconiet-
rijk (60%) kwartszand, kalkhoudend, met veel schelpfragmen-
ten
232.54 - 233.54 ontbreekt (kernbuis 5 is leeg)
233.54 - 234.54 ontbreekt (kernbuis 6 is leeg)
234.54 - 234.60 zeer fijn tot fijn, donkergroen, zeer glauconietrijk (50%)
kwartszand, kalkhoudend
234.60 - 234.62 laagje met talrijke schelpfragmenten
234.62 - 235.29 zeer fijn tot fijn, donkergroen, zeer glauconietrijk (50%)
kwartszand, kalkhoudend
235.29 - 235.54 staalname uit onderkant van kernbuis 7 (zonder afgesneden
'schel')
235.54 - 236.53 ontbreekt (kernbuis 8 is leeg)
236.53 - 237.33 donkergroen, zeer fijn, slijkerig, glauconietrijk (60%?)
kwartszand, licht kalkhoudend, met schelpengruis op 236.80,
236.85, 236.97
237.33 - 237.53 staalname uit onderkant van kernbuis 9 (zonder afgesneden
'schel')
237.53 - 238.53 ontbreekt (kernbuis 10 is leeg)
238.53 - 239.33 donkergroen, zeer fijn, zeer slijkerig, glauconietrijk
(60%?) kwartszand, licht kalkhoudend, met schelpengruis op
238.58 en 238.74
239.33 - 239.53 staalname uit onderkant van kernbuis 11 (zonder afgesneden
'schel')(kernbuis 12 moet beschouwd worden als onbestaande;
de dieptes werden aangepast)
239.53 - 240.33 slijkerig, zeer fijn, licht kalkhoudend, zeer glauconietrijk
(>50%) kwartszand met schelpengruis op 240.03
240.33 - 240.53 staalname uit onderkant van kernbuis 13 (zonder afgesneden
'schel')
240.53 - 241.28 slijkerig, zeer fijn, licht kalkhoudend, zeer glauconietrijk
(>50%) kwartszand met schelpengruis op 240.89
241.28 - 241.53 staalname uit onderkant van kernbuis 14 (zonder afgesneden
'schel')
241.53 - 242.33 zeer fijn, siltig groen zand, licht kalkhoudend met
schelpengruis op 241.64
242.33 - 242.53 staalname uit onderkant van kernbuis 15 (zonder afgesneden
'schel')
242.53 - 242.73 t.o.v. de meters hoger in de sectie, is dit het eerste
kleiige sediment, vrij hard, weliswaar met lensjes glauco-
nietrijk roodbruin en groenig zand
242.73 - 243.32 plastische silt, groenbruin, zeer kalkrijk
243.32 - 243.52 staalname uit onderkant van kernbuis 16 (zonder afgesneden
'schel')
243.52 - 244.00 harde, zeer kalkrijke, donkerbruine klei met lensjes fijn,
siltig wit zand
244.00 - 244.32 zeer kalkrijke, bruine, siltige klei
244.32 - 244.52 staalname uit onderkant van kernbuis 17 (zonder afgesneden
'schel')
244.52 - 245.32 bruine, siltige klei, kalkhoudend
245.32 - 245.52 staalname uit onderkant van kernbuis 18 (zonder afgesneden
'schel')
245.52 - 245.82 groengrijze, vrij harde klei, met enkele kleine zandige
plekjes, zeer kalkrijk(
245.82 - 246.15 groengrijze, kleiige silt, zeer kalkrijk, bovenaan en
onderaan gaat dit interval over in veel kleiiger sediment
246.15 - 246.37 klei, gelijkaardig aan interval 245.52 - 245.82
246.37 - 246.57 staalname uit onderkant van kernbuis 19 (zonder afgesneden
'schel')
246.57 - 246.70 vrij harde, bleekbruine klei, kalkrijk
246.70 - 247.15 bruine, kleiige silt
247.15 - 247.35 plastische klei
247.35 - 247.55 staalname uit onderkant van kernbuis 20 (zonder afgesneden
'schel')
247.55 - 248.35 kleiige silt, beetje plastisch, licht kalkhoudend, opvallend
grijsgroen tot groenbruin
248.35 - 248.55 staalname uit onderkant van kernbuis 21 (zonder afgesneden
'schel')
248.55 - 249.35 kleiige silt, beetje plastisch, kalkrijk, donkerbruin tot
roodbruin
249.35 - 249.55 staalname uit onderkant van kernbuis 22 (zonder afgesneden
'schel')
249.55 - 249.95 harde, donkerbruine klei, kalkrijk, met kleine, bleke,
siltige plekjes
249.95 - 250.35 kleiige silt, donker, bruin tot zwartbruin, kalkrijk
250.35 - 250.55 staalname uit onderkant van kernbuis 23 (zonder afgesneden
'schel')
250.55 - 250.75 donkerbruine, harde klei met siltige plekjes, licht
kalkhoudend
250.75 - 251.26 grijsbruine, plastische silt, licht kalkhoudend; de minst
fijne fractie is bleek en bevat mica's
251.26 - 251.56 staalname uit onderkant van kernbuis 24 (zonder afgesneden
'schel')
251.26 - 251.71 vrij plastische, kleiige silt
251.71 - 251.96 siltige, vrij harde klei, donkerbruin, licht kalkhoudend
251.96 - 252.36 vrij plastische, kleiige silt, licht kalkhoudend
252.36 - 252.56 staalname uit onderkant van kernbuis 25 (zonder afgesneden
'schel')
252.56 - 252.66 kleiige, plastische silt
252.66 - 253.36 harde, donkerbruine klei, zeer kalkrijk
253.36 - 253.56 staalname uit onderkant van kernbuis 26 (zonder afgesneden
'schel')
253.56 - 254.21 ontbreekt
254.21 - 254.56 harde, grijsbruine klei, naar boven toe siltrijker en
plastischer; zeer kalkrijk
254.56 - 254.95 kleiige silt, grijsbruin, kalkrijk
254.95 - 255.37 donkerbruine klei, kalkrijk
255.37 - 255.57 staalname uit onderkant van kernbuis 28 (zonder afgesneden
'schel')
255.57 - 256.37 onderaan harde, bruine klei, geleidelijk opwaarts vergrovend
tot kleihoudende silt; kalkrijk
256.37 - 256.57 staalname uit onderkant van kernbuis 29 (zonder afgesneden
'schel')
256.57 - 257.09 harde klei (t.o.v. het interval 245 - 256 is dit de eerste
echt harde klei), kalkrijk, met witte stipjes (fosfaat?),
deels met zichtbare kleurafwisseling (groengrijze en
grijsbruine bandjes van 3 Ó 15 mm breed)
257.09 - 257.17 kleiige silt, de grofste fractie is bleek; kalkrijk
257.17 - 257.57 staalname uit onderkant van kernbuis 30 (zonder afgesneden
'schel')
257.57 - 258.37 harde, grijsbruine klei, kalkrijk
258.37 - 258.57 staalname uit onderkant van kernbuis 31 (zonder afgesneden
'schel')
258.57 - 258.65 bruine klei, plastisch
258.65 - 259.25 donkerbruine silt, kalkhoudend, enigszins plastisch
259.25 - 259.32 klei met een plek (enkele cm¦) vreemde, bleke, witte tot
felgroene klei (geen boorspoeling)
259.32 - 259.57 staalname uit onderkant van kernbuis 32 (zonder afgesneden
'schel')
259.57 - 259.77 donkere, groenbruine klei met wat ingemengde silt, kalkarm
259.77 - 260.09 wat plastische, kleiige, bruine silt met bleke, fijnzandige
plekjes die soms in een horizontaal laagje liggen (bijv. op
259.86), sporen van graafgangen; kalkarm
260.09 - 260.37 donkere, groenbruine klei met wat ingemengde silt, kalkarm
260.37 - 260.57 staalname uit onderkant van kernbuis 33 (zonder afgesneden
'schel')
260.57 - (261.02 vrij harde klei, kalkarm, siltarm (behalve op 260.82 een
niveau rijk aan bleke silt)
(261.02 - 261.37 bleekbruine silt, kalkarm, wat plastisch door een kleiige
fractie; bleek van kleur en los (niet compact) van struc-
tuur door een fijnzandige, bleke (beige) kwartsfractie;
kleirijker naar boven toe
261.37 - 261.57 staalname uit onderkant van kernbuis 34 (zonder afgesneden
'schel')
261.57 - 262.27 donkere, groenbruine, vrij harde klei met kleine siltcon-
centraties, witte fosfaat(?)plekjes en sporen van wormgang-
en; kalkarm
262.27 - 262.57 staalname uit onderkant van kernbuis 35 (zonder afgesneden
'schel')
262.57 - 262.85 groenbruine silt, kalkarm, kleihoudend en daardoor wat
plastisch, bevat kleine micafragmenten en een bleke,
grovere fractie(
262.85 - 263.37 klei, gelijkaardig aan die in interval 261.57 - 262.27,
kalkarm, met een bleek siltrijk laagje (5 mm dik) op 263.22
263.37 - 263.57 staalname uit onderkant van kernbuis 36 (zonder afgesneden
'schel')
263.57 - 264.30 homogeen, groenbruin mengsel van klei en silt; kalkrijk en
pyrietrijk met pyrietconcretie (diam. 30 mm) op 263.76;
gepyritiseerde wormgangen
264.30 - 264.55 staalname uit onderkant van kernbuis 37 (zonder afgesneden
'schel')
264.55 - 265.35 donkerbruine, groenige, vrij harde klei met een beperkte
hoeveelheid, homogeen ingemengd silt; kalkrijk en pyriet-
rijk, pyrietnodule (diam. 7 mm op 264.97)
265.35 - 265.55 staalname uit onderkant van kernbuis 38 (zonder afgesneden
'schel')
265.55 - 266.30 groenbruine, harde klei, kalkhoudend (maar minder opvallend
dan de meters hoger in de sectie); de onderste 10 cm van
dit interval zijn silthoudend, de rest is siltvrij
266.30 - 266.55 staalname uit onderkant van kernbuis 39 (zonder afgesneden
'schel')
266.55 - 267.35 harde, groengrijze klei, aan de buisrand duidelijk sterk
verstoord door indringing van de steekschoen, met witte
stipjes (fosfaat?) en talrijke graafgangetjes; de bovenste
20 cm (ongeveer, want de overgang is geleidelijk) van dit
interval zijn siltrijk
267.35 - 267.55 staalname uit onderkant van kernbuis 40 (zonder afgesneden
'schel')
267.55 - 268.53 ontbreekt (kern werd gestoken en beschreven op werf maar de
kernbuis is onvindbaar)
268.53 - 269.06 grijsbruine tot roodbruine, pyrietrijke, kleiige silt, licht
kalkhoudend; lensvormige pyrietconcretie op 268.56
269.06 - 269.33 donkere, grijsbruine klei, kalkarm, met graafsporen, hard
onderaan en siltrijker naar boven toe in dit interval
269.33 - 269.53 staalname uit onderkant van kernbuis 42 (zonder afgesneden
'schel')
269.53 - 269.98 zeer pyrietrijk, kleiige silt, kalkarm
269.98 - 270.33 pyrietrijke, harde klei, vrij donker, grijsbruin, met
mica's, met gepyritiseerde graafsporen, kalkarm
270.33 - 270.53 staalname uit onderkant van kernbuis 43 (zonder afgesneden
'schel')
270.53 - 271.28 pyriethoudende, kleihoudende (en daardoor wat plastische),
weinig samenhangende silt, groen- tot roodbruin, kalkarm;
onderaan en bovenaan in dit interval geleidelijk overgaand
naar silthoudende klei
271.28 - 271.53 staalname uit onderkant van kernbuis 44 (zonder afgesneden
'schel')
271.53 - 272.30 silthoudende, groenbruine klei met witte vlekjes (fosfaat?),
kalkarm
272.30 - 272.33 groengrijze, kleiige silt, kalkarm
272.33 - 272.53 staalname uit onderkant van kernbuis 45 (zonder afgesneden
'schel')
272.53 - 273.05 donkere, grijsgroene, kleihoudende silt, kalkarm, de grofste
fractie is bleekst; gelijkaardig aan interval 273.80 -
274.32
273.05 - 273.05 ingespoelde boormodder op het contact tussen kleiige silt
en siltige klei
273.05 - 273.32 klei, wat siltig en plastisch, donker, grijsgroen, pyriet-
rijk, licht kalkhoudend
273.32 - 273.53 staalname uit onderkant van kernbuis 46 (zonder afgesneden
'schel')
273.53 - 273.80 harde, groengrijze klei met witte plekjes fosfaat(?),
kalkrijk(
273.80 - 274.32 donkere, grijsgroene, kleiige silt, kalkarm
274.32 - 274.52 staalname uit onderkant van kernbuis 47 (zonder afgesneden
'schel')
274.52 - 275.32 groengrijze klei, hard en aan de buisrand vervormd door de
steekschoen, met witte plekjes fosfaat(?), kalkrijk;
kleine (diam. 3 mm) schelpafdrukken op 275.04 ; pyrietrijk
laagje op 274.57
275.32 - 275.52 staalname uit onderkant van kernbuis 48 (zonder afgesneden
'schel')
275.52 - 275.65 groengrijze tot groenzwarte, zeer siltrijke klei, langzaam
overgaand in het interval hieronder
275.65 - 276.32 bleke, groengrijze, kalkrijke klei, siltvrij; t.o.v. het
interval 240 - 275 is dit de eerste klei die zo hard is
276.32 - 276.52 staalname uit onderkant van kernbuis 49 (zonder afgesneden
'schel')
276.52 - 277.24 groengrijze, kalkrijke klei, hard en siltvrij in de onderste
helft van dit interval en in de bovenste helft siltrijkere,
groengrijze klei met enkele bleke siltlenzen en met kleine
micafragmenten
277.24 - 277.44 staalname uit onderkant van kernbuis 50 (zonder afgesneden
'schel')
277.44 - 278.19 zeer kalkrijke, bleke, geelbruine tot groenbruine, siltvrije
klei; met pyrietconcretie (diam 7 mm) op 277.99 en witte
kalkconcretie (diam. 3 mm) op 277.52
278.19 - 278.44 staalname uit onderkant van kernbuis 51 (zonder afgesneden
'schel')
278.44 - 279.24 groenbruine, kalkrijke klei met graafsporen en witte plekjes
(fosfaat ?); op 279.05 een doorsneden oranjebruine, zeer
kalkrijke plek (mogelijks is dit één van de hoogste
S-niveaus); siltvrij (behalve enkele zeer kleine siltplek-
jes)
279.24 - 279.44 staalname uit onderkant van kernbuis 52 (zonder afgesneden
'schel')
279.44 - 280.24 pyrietrijke en kalkrijke, zeer kleiige silt, groenbruin
(donkerder dan de 2 m sediment erboven)
280.24 - 280.44 staalname uit onderkant van kernbuis 53 (zonder afgesneden
'schel')
280.44 - 280.89 harde, groenbruine klei, naar onder toe geleidelijk wat
siltig en overgaand in het interval hieronder
280.89 - 281.24 kalkrijke, kleiige silt, rosbruin tot donkerbruin
281.24 - 281.44 staalname uit onderkant van kernbuis 54 (zonder afgesneden
'schel')
281.44 - 282.04 kalkrijke, groenbruine klei met graafsporen, onderaan bleker
dan bovenaan
282.04 - 282.44 staalname uit onderkant van kernbuis 55 (zonder afgesneden
'schel')met op 282.24 een schelpje (diam. 10 mm) dat
afzonderlijk bewaard in een kerndeksel
282.44 - 282.52 silt, weinig samenhangend, met micafragmenten, bleekgrijs
tot groenbruin
282.52 - 283.19 groengrijze klei, kalkarm
283.19 - 283.44 staalname uit onderkant van kernbuis 56 (zonder afgesneden
'schel')
283.44 - 284.09 donkerbruine klei, kalkrijk onderaan in het interval,
bovenaan minder kalkrijk; met talrijke kleine graafsporen
en kleine (diam. 1 - 2 mm) witte kalkconcreties
284.09 - 284.24 kleiige silt
284.24 - 284.44 staalname uit onderkant van kernbuis 57 (zonder afgesneden
'schel')
284.44 - 285.08 groengrijze klei, kalkhoudend, met graaf- of wortelsporen
en kleine witte stipjes (fosfaat?); pyrietnodule (diam. 10
mm) op 284.81, pyrietnodule (diam. 25 mm) op 284.40, nodule
(diam. 25 mm) weinig geconcretiseerd pyriet op 284.62
285.08 - 285.38 staalname uit onderkant van kernbuis 58 (zonder afgesneden
'schel')
285.38 - 286.18 bruine (wat groenige) klei, kalkhoudend, met kleine (diam
1 mm) kalkconcreties en pyrietnodule (diam. 20 mm) op
285.42
286.18 - 286.38 staalname uit onderkant van kernbuis 59 (zonder afgesneden
'schel')
286.38 - 287.18 kalkhoudende, donkerbruine klei met pyrietconcretie (diam.
20 mm) op 286.71; wat siltig in het midden van dit
interval
287.18 - 287.38 staalname uit onderkant van kernbuis 60 (zonder afgesneden
'schel')
287.38 - 288.18 donkere, groenbruine tot grijsbruine klei, kalkhoudend;
pyrietnodules (diam. 10 mm) op 278.79 en op 278.69
288.18 - 288.38 staalname uit onderkant van kernbuis 61 (zonder afgesneden
'schel')
288.38 - 289.18 groengrijze klei met graafsporen, kalkhoudend en met kleine
(diam. 2 mm) kalknodules
289.18 - 289.38 staalname uit onderkant van kernbuis 62 (zonder afgesneden
'schel')
289.38 - 290.18 groengrijze, kalkrijke klei, pyrietnodule (diam. 10 mm) op
289.15; bovenaan in het interval overgaand naar blekere,
kalkrijkere, plastischere klei
290.18 - 290.38 staalname uit onderkant van kernbuis 63 (zonder afgesneden
'schel')
290.38 - 291.16 groengrijze harde klei, kalkhoudend met pyrietnodules (diam.
5 mm op 290.89 en diam. 10 mm op 290.52) en een pyrietrijk
niveau op 290.58
291.16 - 291.38 staalname uit onderkant van kernbuis 64 (zonder afgesneden
'schel')
291.38 - 292.13 groengrijze, harde klei, kalkhoudend, graafgangen, pyriet-
rijk niveau op 291.45
292.13 - 292.38 staalname uit onderkant van kernbuis 65 (zonder afgesneden
'schel')
292.38 - 293.18 donkere, bruine, harde klei, pyrietrijk, licht kalkhoudend
met kleine (diam. 2 mm) kalkconcreties; niveau met pyriet-
concreties omstreeks 292.45
293.18 - 293.38 staalname uit onderkant van kernbuis 66 (zonder afgesneden
'schel')
293.38 - 294.13 vrij bleke, bruingroene klei, licht kalkhoudend met kleine
kalkconcreties; pyrietnodules (diam. 3 tot 10 mm) rond
293.65
294.13 - 294.33 staalname uit onderkant van kernbuis 67 (zonder afgesneden
'schel')
294.33 - 295.13 kalkrijke, homogene, harde klei, donker, groengrijs,
siltvrij, pyrietconcreties op 294.80
295.13 - 295.33 staalname uit onderkant van kernbuis 68 (zonder afgesneden
'schel')
295.33 - 296.13 kalkrijke, homogene, harde klei, donker, grijs tot groen-
grijs
296.13 - 296.33 staalname uit onderkant van kernbuis 69 (zonder afgesneden
'schel')
296.33 - 297.13 harde, donkere, bruine klei, licht kalkhoudend, onderaan in
dit interval opvallend roodbruin; zeer kalkrijk tussen ong.
296.70 en 297.03
297.13 - 297.33 staalname uit onderkant van kernbuis 70 (zonder afgesneden
'schel')
297.33 - 298.08 licht kalkhoudende, pyrietrijke, harde, donkerbruine klei
met kleine (diam. 2 mm) kalkconcreties
298.08 - 298.33 staalname uit onderkant van kernbuis 71 (zonder afgesneden
'schel')
298.33 - 298.93 kalkrijke, zeer donkere, bruine, homogene, harde klei
298.93 - 299.33 staalname uit onderkant van kernbuis 72 (zonder afgesneden
'schel')
299.33 - 300.08 groengrijze, harde klei (aan de buisrand vervormd door de
steekschoen), siltvrij, met talrijke gepyritiseerde
graafgangen en met witte plekjes fosfaat(?)
300.08 - 300.33 staalname uit onderkant van kernbuis 73 (zonder afgesneden
'schel')
300.33 - 301.13 homogene, harde, bruine, donkere, kalkhoudende klei,
schijnbaar siltvrij met gepyritiseerde graafsporen
301.13 - 301.33 staalname uit onderkant van kernbuis 74 (zonder afgesneden
'schel')
301.33 - 302.13 homogene, harde, bruine klei, kalkhoudend, in en nabij het
interval 301.45 - 301.68 is de klei silthoudend en bevat
vele graafsporen
302.13 - 302.33 staalname uit onderkant van kernbuis 75 (zonder afgesneden
'schel')
302.33 - 303.13 vrij harde, bruine, donkere, licht kalkhoudende klei, met
een hoeveelheid silt (soms homogeen verdeeld, plaatselijk
in kleine stipjes)
303.13 - 303.33 staalname uit onderkant van kernbuis 76 (zonder afgesneden
'schel')
303.33 - 304.13 vrij harde, enigszins plastische, licht kalkhoudende klei
met een kleine hoeveelheid silt (soms homogeen verdeeld,
plaatselijk in kleine stipjes)
304.13 - 304.33 staalname uit onderkant van kernbuis 77 (zonder afgesneden
'schel')
304.33 - 305.09 harde, bruine, donkere, licht kalkhoudende klei met
graafsporen pyrietconcreties (tot 10 mm diam., niet steeds
hard)
305.09 - 305.29 staalname uit onderkant van kernbuis 78 (zonder afgesneden
'schel')
305.29 - 305.50 plastische, blekere (t.o.v. de meters hoger in de sectie),
kalkrijke klei; dit kan eventueel een S-niveau zijn dat
toevallig op een onduidelijke doorsneden werd
305.50 - 306.04 harde, bruine, donkere, licht kalkhoudende klei met
graafsporen, pyrietconcreties (diam. 5 mm) en een wit
schelpfragment (diam. 5 mm) op 305.82
306.04 - 306.29 staalname uit onderkant van kernbuis 79 (zonder afgesneden
'schel')
306.29 - 307.09 harde, donkere, bruine klei, licht kalkhoudend
307.09 - 307.29 staalname uit onderkant van kernbuis 80 (zonder afgesneden
'schel')
307.29 - 308.09 bruine, donkere, licht kalkhoudende klei, met talrijke
kleine pyriet-concreties en op 307.72 een grote pyrietcon-
cretie (ellipso´de met lange as 35 mm
)308.09 - 308.29 staalname uit onderkant van kernbuis 81 (zonder afgesneden
'schel')
308.29 - 309.11 homogene, harde, bruine, donkere klei, kalkarm
309.11 - 309.31 staalname uit onderkant van kernbuis 82 (zonder afgesneden
'schel')
309.31 - 310.11 harde, bruine, donkere klei, kalkarm met talrijke kleine
pyrietconcreties
310.11 - 310.31 staalname uit onderkant van kernbuis 83 (zonder afgesneden
'schel')
310.31 - 311.11 groenbruine klei, minder donker dan de meters hoger in de
sectie, licht kalkhoudend met kleine (diam. 1 mm) kalkcon-
creties, talrijke pyrietconcreties (klein en niet hard)
311.11 - 311.31 staalname uit onderkant van kernbuis 84 (zonder afgesneden
'schel')
311.31 - 312.11 groenbruine klei, minder donker dan de meters hoger in de
sectie, licht kalkhoudend, talrijke kleine pyrietconcreties
(bijv. op 311.78
)312.11 - 312.31 staalname uit onderkant van kernbuis 85 (zonder afgesneden
'schel')
312.31 - 313.10 vrij harde, vrij donkere, groenige bruine klei, schijnbaar
siltvrij kalkhoudend met kleine (diam. 1 mm) kalkconcre-
ties; op 312.51 zit een groot (diam. 10 mm) schelpfragment
(wit met parelmoerglans)
313.10 - 313.30 staalname uit onderkant van kernbuis 86 (zonder afgesneden
'schel')
313.30 - 314.05 vrij harde, vrij donkere, groenbruine klei, schijnbaar
siltvrij, pyrietrijk nogal kalkrijk
314.05 - 314.30 staalname uit onderkant van kernbuis 87 (zonder afgesneden
'schel')
314.30 - 315.10 harde, donkere, bruingrijze klei, kalkrijk, met pyrietcon-
creties (bijv. met diam. 5 mm op 314.88)
315.10 - 315.30 staalname uit onderkant van kernbuis 88 (zonder afgesneden
'schel')
315.30 - 316.10 harde, donkere, bruingrijze klei, kalkhoudend, met talrijke
pyrietconcreties (niet hard)
316.10 - 316.30 staalname uit onderkant van kernbuis 89 (zonder afgesneden
'schel')
316.30 - 317.10 harde, groengrijze klei, bleker bovenaan in dit interval,
kalk- pyriethoudend; bevat tussen 316.42 en 316.58 bleke,
witbruine, zeer kalkrijke plekken (mogelijks is dit een
S-niveau dat op een onduidelijke plaats doorsneden werd)
317.10 - 317.30 staalname uit onderkant van kernbuis 90 (zonder afgesneden
'schel')
317.30 - 318.10 donkere, groengrijze, harde, homogene klei, licht kalkhou-
dend, met graafsporen (gepyritiseerd)
318.10 - 318.30 staalname uit onderkant van kernbuis 91 (zonder afgesneden
'schel')
318.30 - 319.30 ontbreekt (kernbuis 92 is leeg)
319.30 - 320.05 donkere, groengrijze klei, hard (wel plastisch in interval
319.30 -319.34), zeer licht kalkhoudend, met zeer pyriet-
rijk (concreties) niveau op 319.68 - 319.71 en met talrijke
doorsneden kleine pyrietconcreties
320.05 - 320.30 staalname uit onderkant van kernbuis 93 (zonder afgesneden
'schel')
320.30 - 321.10 groengrijze klei, hard, pyrietrijk (kleine concreties zijn
doorsneden), kalkarm
321.10 - 321.30 staalname uit onderkant van kernbuis 94 (zonder afgesneden
'schel')
321.30 - 322.09 groenbruine, harde klei, vrij donker, met graafsporen, met
talrijke kleine pyrietconcreties
322.09 - 322.29 staalname uit onderkant van kernbuis 95 (zonder afgesneden
'schel')
322.29 - 323.09 groenbruine, harde klei, vrij donker, met graafsporen, met
talrijke kleine pyrietconcreties (bijv. op 322.78),
H2S-geur
323.09 - 323.29 staalname uit onderkant van kernbuis 96 (zonder afgesneden
'schel')
323.29 - 324.09 harde, groengrijze klei, kalkarm, zeer pyrietrijk (kleine
concreties, niet hard), H2S-geur; het interval 323.31 -
323.36 is zeer kalkrijke, bleke klei en is waarschijnlijk
een S-niveau (het boorrapport vermeldt een harde laag)
324.09 - 324.29 staalname uit onderkant van kernbuis 97 (zonder afgesneden
'schel')
324.29 - 325.09 groengrijze klei, kalkarm, zeer pyrietrijk, hard (behalve
het interval 324.29 - 324.23 dat plastisch is)
325.09 - 325.29 staalname uit onderkant van kernbuis 98 (zonder afgesneden
'schel')
325.29 - 326.09 groenbruine tot groengrijze klei, talrijke pyrietconcreties
(niet hard), kalkarm, hard (behalve het interval 325.78 -
325.83 dat plastisch is)
326.09 - 326.29 staalname uit onderkant van kernbuis 99 (zonder afgesneden
'schel')
326.29 - 326.89 harde, groengrijze klei, met talrijke kleine (diam. 2 mm)
pyriet-concreties, licht kalkhoudend326.89 - 327.29staalna-
me uit onderkant van kernbuis 100 (zonder afgesneden
'schel')
327.29 - 328.04 harde, groengrijze klei, met talrijke kleine (diam. 2 mm)
pyriet-concreties, licht kalkhoudend
328.04 - 328.29 staalname uit onderkant van kernbuis 101 (zonder afgesneden
'schel')
328.29 - 329.06 harde, donkere, bruingrijze klei, kalkarm, met vele kleine
pyriet-concreties en een kleine hoeveelheid silt
329.06 - 329.26 staalname uit onderkant van kernbuis 102 (zonder afgesneden
'schel')
329.26 - 329.29 weggegooid
329.29 - 330.09 harde, donkere, bruingrijze tot groengrijze klei, kalkarm,
met pyrietconcreties en ingemengd silt (meer dan de meter
hierboven)
330.09 - 330.29 staalname uit onderkant van kernbuis 103 (zonder afgesneden
'schel')
330.29 - 331.09 harde, homogene, groenige grijze klei, schijnbaar zeer
gelijkaardig aan het interval 329.29 - 330.09
331.09 - 331.29 staalname uit onderkant van kernbuis 104 (zonder afgesneden
'schel')
331.29 - 332.09 harde, homogene, groenige grijze klei, schijnbaar zeer
gelijkaardig aan het interval 329.29 - 330.09
332.09 - 332.29 staalname uit onderkant van kernbuis 105 (zonder afgesneden
'schel')
332.29 - 333.09 groengrijze klei, bleker dan de meters hoger in de sectie,
nog steeds pyrietconcreties, slechts licht kalkhoudend,
vrij hard in dit interval (behalve bovenaan, 332.29 -
332.40, waar de klei zacht en plastisch is en tevens
bleker)
333.09 - 333.29 staalname uit onderkant van kernbuis 106 (zonder afgesneden
'schel')
333.29 - 334.09 vrij donkere, harde grijsbruine tot groengrijze klei, wat
siltig, met graafsporen; pyrietknol (diam. 30 mm) op 333.47
334.09 - 334.29 staalname uit onderkant van kernbuis 107 (zonder afgesneden
'schel')
334.29 - 334.98 vrij donkere, bruine klei met kleine pyriet- (diam. 5 mm)
en kalk- (diam. 1 mm) concreties, kalkarm buiten de
kalkconcreties; vrij hard onderaan en minder hard naar
boven toe en eerder plastisch bovenaan; 334.29 - 334.42 is
een bleek, zeer kalkrijk interval, witgeel, zeer waar-
schijnlijk een doorsneden S-niveau
334.98 - 335.29 staalname uit onderkant van kernbuis 108 (zonder afgesneden
'schel')
335.29 - 336.09 groengrijze klei met doorsneden pyrietconcreties, vrij hard
onderaan en plastisch in de bovenste 20 cm, kalkarm
336.09 - 336.29 staalname uit onderkant van kernbuis 109 (zonder afgesneden
'schel')
336.29 - 337.03 homogene, vrij donkere, groenige grijze klei, licht
kalkhoudend; pyrietnodule (diam. 10 mm) op 336.56;
schelpfragment (wit met parelmoerglans) op 336.30
337.03 - 337.23 staalname uit onderkant van kernbuis 110 (zonder afgesneden
'schel')
337.23 - 338.03 homogene, groengrijze klei, kleine pyrietconcreties, vrij
hard en kalkarm
338.03 - 338.23 staalname uit onderkant van kernbuis 111 (zonder afgesneden
'schel')
338.23 - 339.03 homogene, vrij donkere, grijze klei, hard en met talrijke
doorsneden pyrietconcreties
339.03 - 339.23 staalname uit onderkant van kernbuis 112 (zonder afgesneden
'schel')
339.23 - 339.56 homogene, vrij donkere, grijze klei, hard en met talrijke
doorsneden pyrietconcreties
339.56 - 339.66 bleek, oranjebruin, zeer kalkrijk interval; waarschijnlijk
een S-niveau
339.66 - 340.03 homogene, vrij donkere, grijze klei, hard en met talrijke
doorsneden pyrietconcreties
340.03 - 340.23 staalname uit onderkant van kernbuis 113 (zonder afgesneden
'schel')
340.23 - 340.83 harde, groenbruine klei, homogeen, schijnbaar siltvrij,
kalkarm, pyrietconcreties
340.83 - 341.08 staalname uit onderkant van kernbuis 114 (zonder afgesneden
'schel')
341.08 - 341.88 harde, groenbruine klei, homogeen, schijnbaar siltvrij,
kalkarm, pyrietconcreties
341.88 - 342.08 staalname uit onderkant van kernbuis 115 (zonder afgesneden
'schel')
342.08 - 342.88 harde, groenbruine klei, homogeen, schijnbaar siltvrij,
kalkarm, pyrietconcreties
342.88 - 343.08 staalname uit onderkant van kernbuis 116 (zonder afgesneden
'schel')
343.08 - 343.88 harde, groenbruine klei, homogeen, schijnbaar siltvrij,
kalkarm, pyrietconcreties
343.88 - 344.08 staalname uit onderkant van kernbuis 117 (zonder afgesneden
'schel')
344.08 - 344.88 homogene, vrij donkere, grijze klei, hard, kalkarm,
doorsneden pyrietconcreties, wellicht iets siltiger dan de
meters hoger in de sectie
344.88 - 345.08 staalname uit onderkant van kernbuis 118 (zonder afgesneden
'schel')
345.08 - 345.14 bleekbruin mergelig interval, waarschijnlijk een correleer-
baar S-niveau (S 41?)
345.14 - 345.42 siltige harde klei, kalkarm
345.42 - 345.59 siltige tot fijnzandige lens (met vertikaal gerichte lange
as) in siltige klei; dit is waarschijnlijk de bovenste laag
van de dubbelband (ook herkenbaar op de logs)
345.59 - 345.78 siltige harde klei, kalkarm
345.78 - 345.98 staalname uit onderkant van kernbuis 119 (zonder afgesneden
'schel')
345.98 - 346.58 harde, groenbruine klei, homogeen, kalkarm, pyrietconcreties
346.58 - 346.98 staalname uit onderkant van kernbuis 120 (zonder afgesneden
'schel')
346.98 - 347.68 siltige klei, licht kalkhoudend, met kleine pyrietconcre-
ties, groengrijs tot grijs, eerder bleek vergeleken met de
meters hierboven
347.68 - 347.98 staalname uit onderkant van kernbuis 121 (zonder afgesneden
'schel')
347.98 - 348.73 harde, grijsbruine klei, kalkarm, schijnbaar siltvrij, met
kleine pyrietconcreties
348.73 - 348.98 staalname uit onderkant van kernbuis 122 (zonder afgesneden
'schel')
348.98 - 349.81 harde bruine klei, licht silthoudend, enkele kleine
pyrietconcreties; 2 korrelgroottestalen omwille van het
variërende kalkgehalte (nl. kalkarm helemaal onderaan:
349.78 - 349.81 en zeer kalkrijk onderaan: 349.38 - 349.78
en kalkrijk bovenaan: 348.98 - 349.38)
349.81 - 350.01 staalname uit onderkant van kernbuis 123 (zonder afgesneden
'schel'
350.01 - 351.01 ontbreekt (kernbuis 124 is leeg)
351.01 - 352.01 ontbreekt (kernbuis 125 is leeg)352.01 - 353.01ontbreekt
(kernbuis 126 is leeg)
353.01 - 353.81 vrij bleke, groengrijze klei, pyrietconcretie (diam. 7 mm)
op 353.77, schijnbaar siltvrij, kalkarm, homogeen, vrij
plastisch (zeker onderaan in het interval en in vergelij-
king met de meters hoger in de sectie)
353.81 - 354.01 staalname uit onderkant van kernbuis 127 (zonder afgesneden
'schel')
354.01 - 354.81 groengrijze klei, kalkarm (op enkele heel kleine kalkcon-
creties na), licht siltig, met gepyritiseerde graafsporen
354.81 - 355.01 staalname uit onderkant van kernbuis 128 (zonder afgesneden
'schel')
355.01 - 355.76 opvallend groenige, groengrijze klei, kalkarm, bleek (vooral
in interval 355.40 - 355.01), siltig (vooral onderaan in
dit interval, waar korrelgroottestaal 129.1 genomen werd)
355.76 - 356.01 staalname uit onderkant van kernbuis 129 (zonder afgesneden
'schel')
356.01 - 356.81 vrij harde (vervormd door indringing steekschoen), groeng-
rijze klei, kalkarm, siltvrij of siltarm, minder pyrietrijk
dan de 20 meter sediment hierboven
356.81 - 357.01 staalname uit onderkant van kernbuis 130 (zonder afgesneden
'schel')
357.01 - 357.79 groengrijze, homogene klei, vrij hard (maar opvallend
plastischer in interval 357.01 - 357.12), kalkarm
357.79 - 357.99 staalname uit onderkant van kernbuis 131 (zonder afgesneden
'schel')
357.99 - 358.79 groengrijze, homogene klei, vrij hard, kalkarm, wit
schelpfragment (diam. 7 mm) op 358.45
358.79 - 358.99 staalname uit onderkant van kernbuis 132 (zonder afgesneden
'schel')
358.99 - 359.79 groenige, grijze, wat siltige klei, hard (behalve de
bovenste 10 cm die wat plastisch zijn), kalkarm bovenaan
maar wordt kalkrijker naar onder toe (het korrelgrootte-
staal uit kern 133 is dus kalkrijk; ook onder dit interval,
dus in kern 134, is het sediment kalkrijk)
359.79 - 359.99 staalname uit onderkant van kernbuis 133 (zonder afgesneden
'schel')
359.99 - 360.79 kalkrijke, siltige klei, groengrijs
360.79 - 360.99 staalname uit onderkant van kernbuis 134 (zonder afgesneden
'schel')
360.99 - 361.79 kalkrijke, vrij harde, groenbruine klei, pyrietnodule (diam.
10 mm) op 361.44
361.79 - 361.99 staalname uit onderkant van kernbuis 135 (zonder afgesneden
'schel')
361.99 - 362.74 kalkrijke, vrij harde, groenbruine klei, met een kleine
hoeveelheid vrij homogeen verspreid silt; pyrietconcretie
(diam. 15) op 362.66
362.74 - 362.99 staalname uit onderkant van kernbuis 136 (zonder afgesneden
'schel')
362.99 - 363.79 groene klei, siltig en heterogeen, graafsporen, bevat kleine
pyrietconcreties, kalkrijk
363.79 - 363.99 staalname uit onderkant van kernbuis 137 (zonder afgesneden
'schel')
363.99 - 364.79 groene klei, gelig in de meest kalkrijke zones (vooral in
het interval 364.15 - 364.29), zeer kalkrijk, wit schelp-
fragment op 364.02; mogelijks een S-niveau?
364.79 - 364.99 staalname uit onderkant van kernbuis 138 (zonder afgesneden
'schel')
364.99 - 365.77 grijsgroene, siltige klei, kalkrijk en met kleine schelp-
fragmenten
365.77 - 365.97 staalname uit onderkant van kernbuis 139 (zonder afgesneden
'schel'
)365.97 - 366.72 groengrijze klei, siltig (vooral onderaan in dit interval),
slechts licht kalkhoudend (ondanks aanwezigheid van
schelpfragmenten, vooral tussen 366.33 en 366.45)
366.72 - 366.97 staalname uit onderkant van kernbuis 140 (zonder afgesneden
'schel')
366.97 - 367.77 zeer kalkrijke, bleke, grijsgroene klei, wat siltig (vooral
onderaan in dit interval), minder hard dan pakweg 25 m
hoger in de sectie
367.77 - 367.97 staalname uit onderkant van kernbuis 141 (zonder afgesneden
'schel')
367.97 - 368.77 zeer siltrijke klei, bruin, zeer kalkrijk, nodule (diam. 5
mm) met wit silt op 368.19
368.77 - 368.97 staalname uit onderkant van kernbuis 142 (zonder afgesneden
'schel')
368.97 - 369.58 siltrijke klei, groengrijs, kalkrijk
369.58 - 369.98 staalname uit onderkant van kernbuis 143 (zonder afgesneden
'schel')
369.98 - 370.73 harde, homogene, bruine klei, kalkrijk; de onderste 10 cm
zijn siltrijk alsook een siltrijk laagje (5 mm dik) op
370.10
370.73 - 370.98 staalname uit onderkant van kernbuis 144 (zonder afgesneden
'schel')
370.98 - 371.78 vrij plastische klei, kalkrijk, zeer siltrijk tot plaatse-
lijk fijnzandig, de grofste fractie is bleek en witgrijs,
de fijnste fractie is donkerbruin
371.78 - 371.98 staalname uit onderkant van kernbuis 145 (zonder afgesneden
'schel')
371.98 - 372.78 vrij plastische klei, kalkrijk, zeer siltrijk tot plaatse-
lijk fijnzandig, de grofste fractie is bleek en witgrijs,
de fijnste fractie is donkerbruin
372.78 - 372.98 staalname uit onderkant van kernbuis 146 (zonder afgesneden
'schel')
372.98 - 373.77 bruine klei, zeer siltrijk (= bleke fractie), kalkrijk,
pyrietnodule (diam. 10 mm) op 373.11; het geheel is
witbruin tot rosbruin
373.77 - 373.97 staalname uit onderkant van kernbuis 147 (zonder afgesneden
'schel')
373.97 - 374.18 kalkrijke, vrij harde, licht siltige, groenbruine klei
374.18 - 374.77 zeer siltrijke (en daardoor bleke en groenige) bruine klei,
kalkrijk
374.77 - 374.97 staalname uit onderkant van kernbuis 148 (zonder afgesneden
'schel')
374.97 - 375.02 groengrijze klei, kalkrijk, met siltlenzen
375.02 - 375.26 zeer siltig niveau; het bevat dezelfde klei als in de
intervals hierboven en hieronder maar zeer siltrijk
(homogeen verspreid) en met siltlenzen
375.26 - 375.77 groengrijze klei, vrij hard, siltrijk (bleke fractie),
kalkrijk
375.77 - 375.97 staalname uit onderkant van kernbuis 149 (zonder afgesneden
'schel')
375.97 - 376.77 zeer siltige, rosbruine klei, vrij plastisch, kalkrijk
376.77 - 376.97 staalname uit onderkant van kernbuis 150 (zonder afgesneden
'schel')
376.97 - 377.61 bruine, kalkhoudende klei, zeer siltrijk, roestkleurig door
aanwezigheid van veel dispers silt; pyrietnodule (diam. 15
mm) op 377.22
377.61 - 377.86 staalname uit onderkant van kernbuis 151 (zonder afgesneden
'schel')
377.86 - 378.66 groengrijze, vrij harde, silthoudende (minder dan boven en
onder dit interval), kalkrijke klei
378.66 - 378.86 staalname uit onderkant van kernbuis 152 (zonder afgesneden
'schel')
378.86 - 379.40 groengrijze klei, siltrijk (rosbruine kleur door deze
grofste fractie), kalkrijk
379.40 - 379.66 vrij harde, groengrijze klei, licht siltig, kalkrijk
379.66 - 379.86 staalname uit onderkant van kernbuis 153 (zonder afgesneden
'schel')
379.86 - 380.66 plastische, zeer siltrijke klei (schijnbaar iets minder
siltig onderaan en bovenaan in dit interval), kalkrijk,
kleine hoeveelheden micafragmenten; de klei is groengrijs
maar het silt geeft het geheel een roestbruine kleur
380.66 - 380.86 staalname uit onderkant van kernbuis 154 (zonder afgesneden
'schel')
380.86 - 381.66 groengrijze klei, noch hard noch plastisch, kalkrijk,
siltrijk, interval 381.10 - 381.51 is zeer siltrijk en
daardoor rosbruin van kleur
381.66 - 381.86 staalname uit onderkant van kernbuis 155 (zonder afgesneden
'schel')
381.86 - 382.66 (lijkt typisch opwaarts verfijnend sediment) onderaan
siltrijke (en daardoor rosbruin gekleurde) groengrijze
klei, zeer geleidelijk minder siltrijk naar boven toe en zo
overgaand naar siltige, kalkrijke, groengrijze klei
382.66 - 382.86 staalname uit onderkant van kernbuis 156 (zonder afgesneden
'schel')
382.86 - 383.66 siltrijke (en daardoor rosbruin gekleurde) donkere grijs-
bruine klei, kalkrijk, eerder hard dan plastisch
383.66 - 383.86 staalname uit onderkant van kernbuis 157 (zonder afgesneden
'schel')
383.86 - 384.66 vrij plastische klei, zeer kalkrijk, roestbruin door het
hoge siltgehalte; pyrietconcretie (10 mm dik, 30 mm diam.)
op 384.43
384.66 - 384.86 staalname uit onderkant van kernbuis 158 (zonder afgesneden
'schel')
384.86 - 385.51 vrij plastische klei, zeer kalkrijk, roestbruin door het
hoge siltgehalte, pyrietconcretie (60 mm lang) op 385.21
385.51 - 385.81 staalname uit onderkant van kernbuis 159 (zonder afgesneden
'schel')
385.81 - 386.61 zeer siltige klei, zeer kalkrijk, roodbruine kleur over-
heerst; schelpfragment (wit, diam. 5 mm) op 386.12
386.61 - 386.81 staalname uit onderkant van kernbuis 160 (zonder afgesneden
'schel')
386.81 - 387.61 zeer siltrijke klei, roodbruine kleur overheerst, kalkrijk,
interval (ong.)
386.96 - 387.25 is een siltniveau (kleiige silt met wat fijn bleek zand)
387.61 - 387.81 staalname uit onderkant van kernbuis 161 (zonder afgesneden
'schel')
387.81 - 388.61 zeer siltige klei, groenig, kalkrijk, het interval (ong.)
388.00 - 388.24 is zeer siltig en bevat eerder kleiige silt
(niet homogeen, wel doorsneden grote siltlenzen)
388.61 - 388.81 staalname uit onderkant van kernbuis 162 (zonder afgesneden
'schel')
388.81 - 389.48 zeer siltige klei, groenbruine kleur, heterogeen uitzicht
door talrijke doorsneden siltlenzen (en door bioturbatie?),
kalkrijk
389.48 - 389.68 staalname uit onderkant van kernbuis 163 (zonder afgesneden
'schel')
389.68 - 390.48 kleiige silt, roodbruine kleur, plaatselijk eerder kleiig
of fijnzandig, kalkrijk
390.48 - 390.68 staalname uit onderkant van kernbuis 164 (zonder afgesneden
'schel')
390.68 - 391.48 grijsgroen tot bruingroen fijn zand, zeer plaatselijk kleiig
(in lenzen), licht plastisch en kleverig door een homogeen
ingemengde fijne fractie, zeer kalkrijk
391.48 - 391.68 staalname uit onderkant van kernbuis 165 (zonder afgesneden
'schel')
391.68 - 392.48 grijsgroen tot bruingroen fijn zand, zeer plaatselijk kleiig
(in lenzen), licht plastisch en kleverig door een homogeen
ingemengde fijne fractie, zeer kalkrijk
392.48 - 392.68 staalname uit onderkant van kernbuis 166 (zonder afgesneden
'schel')
392.68 - 393.25 groengrijs, kalkhoudend fijn zand en silt, bevat veel klei
en is plastisch en kleverig; schelpfragmentjes op 393.34
393.25 - 393.35 stuk massieve kalksteen (diepte is onzeker aangezien een
deel van deze kernbuis (167) ontbreekt
393.35 - 393.65 ontbreekt
393.65 - 394.45 groengrijs fijn kwartszand, plastisch en kleverig door een
homogeen ingemengde fijne fractie; de fijne fractie
bestaat deels uit glauconiet; wit schelpfragment op 394.02
394.45 - 394.65 staalname uit onderkant van kernbuis 168 (zonder afgesneden
'schel')
394.65 - 395.45 groengrijs fijn zand, plastisch en kleverig door een
ingemengde fijne fractie, glauconietrijk, kalkhoudend
(minder dan hoger in de sectie), minder kleiig en minder
kleilenzen dan enkele meters hoger in de sectie
395.45 - 395.65 staalname uit onderkant van kernbuis 169 (zonder afgesneden
'schel')
395.65 - 396.45 groengrijs fijn zand, plastisch en kleverig door een
ingemengde fijne fractie, glauconietrijk, kalkhoudend
(minder dan hoger in de sectie), minder kleiig en minder
kleilenzen dan enkele meters hoger in de sectie
396.45 - 396.65 staalname uit onderkant van kernbuis 170 (zonder afgesneden
'schel')
396.65 - 397.45 groengrijs fijn zand, plastisch en kleverig door een
ingemengde fijne fractie, glauconietrijk, kalkarm, minder
kleiig en minder kleilenzen dan enkele meters hoger in de
sectie
397.45 - 397.65 staalname uit onderkant van kernbuis 171 (zonder afgesneden
'schel')
397.65 - 398.45 groengrijs fijn zand, plastisch en kleverig door een
ingemengde fijne fractie, glauconietrijk, kalkarm
398.45 - 398.65 staalname uit onderkant van kernbuis 172 (zonder afgesneden
'schel')
398.65 - 399.45 groengrijs fijn tot middelgrof zand, plastisch en kleverig
door een ingemengde fijne fractie, glauconietrijk, kalkarm
399.45 - 399.65 staalname uit onderkant van kernbuis 173 (zonder afgesneden
'schel')
399.65 - 400.05 fijn (tot zelfs middelgrof) zand zoals in de meters
hierboven met op 399.95 een haaientand (bewaard in plastic
potje)
400.05 - 400.45 heterogeen, groengrijs sediment, veel kleiiger dan het
sediment hoger in de sectie, maar bevat tevens vrij grof
kwartszand; de klei en het grof zand komen naast elkaar
voor (door bioturbatie?)
400.45 - 400.65 staalname uit onderkant van kernbuis 174 (zonder afgesneden
'schel')
400.65 - 401.37 Dit is het meest glauconietrijke sediment van het interval
250 m - 402 m.Zeer waterrijk, kalkarm, kwarts- en glauco-
nietzand; de kwartsfractie is fijn en middelgrof en beige,
de glauconietfractie is zwartgroen en zeer fijn tot fijn.
Dit interval is zeer homogeen maar de boven- en ondergrens
van dit zand is niet scherp te trekken. Het sediment is
grover dan dat in interval 401.62 - 402.42. Dit sediment
lijkt op de grove fractie van het sediment in kernbuis 174
(dus interval 400.05 - 400.45); misschien is 400.05 -
400.45 de gebioturbeerde top van het sediment in 400.65 -
401.37
401.37 - 401.62 staalname uit onderkant van kernbuis 175 (zonder afgesneden
'schel')
401.62 - 402.37 kleiige silt, geelgroenig, bleker en fijner dan het sediment
in interval 400.65 - 401.37, licht kalkhoudend; boven- en
onderaan in dit interval zit hetzelfde sediment
402.37 - 402.42 dit is een heterogene zone me zowel pure klei als grof zand
402.42 - 402.62 staalname uit onderkant van kernbuis 176 (zonder afgesneden
'schel')
402.62 - 403.37 kalkhoudend, siltig fijn zand, wat plastisch en kleverig,
glauconietrijk, doorsneden lens (diam. 30 mm) grof zand op
402.65 ; dit behoort tot hetzelfde pakket als het sediment
in interval 401.62 - 402.37
403.37 - 403.62 staalname uit onderkant van kernbuis 177 (zonder afgesneden
'schel')
403.62 - 404.62 (kernbuis 178 bevat slechts 55 cm sediment, de rest
ontbreekt; geen staalname) kalkhoudend, siltig fijn
(zelfs tot middelgrof) zand; dit behoort tot hetzelfde
pakket als het sediment uit interval 402.62 - 403.37
404.62 - 405.42 heterogeen groenig sediment (zowel kleine lenzen plastische
bruine klei als bleek middelgrof kwartszand maar hoofdzake-
lijk glauconietrijk kwartssilt); licht kalkhoudend;
pyrietnodule (diam. 40 mm) op 405.22
405.42 - 405.62 staalname uit onderkant van kernbuis 179 (zonder afgesneden
'schel')
405.62 - 406.62 heterogeen (qua korrelgrootte) sediment, groenig, gelij-
kaardig aan sediment in 404.62 - 405.42
406.62 - 407.37 heterogeen groenig sediment (zowel kleine lenzen plastische
bruine klei als bleek middelgrof kwartszand maar hoofdzake-
lijk glauconietrijk kwartssilt); licht kalkhoudend; bevat
glimmers
407.37 - 407.62 staalname uit onderkant van kernbuis 181 (zonder afgesneden
'schel')
407.62 - 408.22 donkergroen, heterogeen (qua korrelgrootte) sediment: siltig
fijn zand met kleilenzen; wordt opvallend maar geleidelijk
kleirijker naar onder toe
408.22 - 408.42 bleke, witgrijze siltige klei, zeer kalkrijk; bevat glimmers
408.42 - 408.62 staalname uit onderkant van kernbuis 182 (zonder afgesneden
'schel')
408.62 - 409.42 siltige (tot plaatselijk fijnzandige) klei, heterogene kleur
met dominant bleekgroen, zeer kalkrijk; bevat glimmers
409.42 - 409.62 staalname uit onderkant van kernbuis 183 (zonder afgesneden
'schel')
409.62 - 410.62 verfrommelde PVC-buis (kernbuis 184) met zeer kalkrijke,
groene siltige klei, sediment is ongeveer zoals boven en
onder dit interval; geen staalnames
410.62 - 411.42 bleekgroene, heterogene (qua korrelgrootte en qua kleur),
siltige tot fijnzandige klei; zeer kalkrijk; rijk aan
glimmers
411.42 - 411.62 staalname uit onderkant van kernbuis 185 (zonder afgesneden
'schel')
411.62 - 412.49 donkergroene, siltige tot fijnzandige klei, zeer kalkrijk,
veel glauconiet, rijk aan vrij grote glimmerfragmenten
412.49 - 412.62 staalname uit onderkant van kernbuis 186 (zonder afgesneden
'schel')
412.62 - 413.45 de klei van de meters hierboven wordt zeer zandig en zeer
glauconietrijk, opvallend groen, kalkarm; de korrelgrootte
is zeer heterogeen (lijkt zowel kleiig zand als zandige
klei)
413.45 - 413.65 staalname uit onderkant van kernbuis 187 (zonder afgesneden
'schel')
413.65 - 414.45 kalkarm; sediment is gelijkaardig aan interval 412.62 -
413.45 maar de zandfractie wordt grover en het sediment nog
opvallender groen
414.45 - 414.65 staalname uit onderkant van kernbuis 188 (zonder afgesneden
'schel')
414.65 - 415.45 donkergroen sediment, middelgrof kwartszand met fijn
glauconietzand en glauconietsilt, talrijke kleine lenzen
groenbruine klei; kalkarm of licht kalkhoudend
415.45 - 415.65 staalname uit onderkant van kernbuis 189 (zonder afgesneden
'schel')
415.65 - 416.45 donkergroen sediment, middelgrof kwartszand met fijn
glauconietzand en glauconietsilt, talrijke kleine lenzen
groenbruine klei; kalkarm of licht kalkhoudend
416.45 - 416.65 staalname uit onderkant van kernbuis 190 (zonder afgesneden
'schel')
416.65 - 417.45 fijn kwartszand en kwartssilt met belangrijke, fijnere
glauconiet- (en klei?)fractie; in vergelijking met
interval
414.65 - 415.45 is dit sediment minder rijk aan glauconiet (maar nog steeds
opvallend groen) en bevat het minder kleilenzen en de
spreiding in korrelgrootte werd veel kleiner maar is nog
steeds groot (bevat zowel zand als klei)
417.45 - 417.65 staalname uit onderkant van kernbuis 191 (zonder afgesneden
'schel')
417.65 - 417.75 zoals interval 416.65 - 417.45
417.75 - 418.45 zoals interval 416.65 - 417.45 maar plastischer, kleiiger
naar onder toe
418.45 - 418.65 staalname uit onderkant van kernbuis 192 (zonder afgesneden
'schel')
418.65 - 419.45 vrij harde, siltige klei, licht kalkhoudend, groengrijs
419.45 - 419.65 staalname uit onderkant van kernbuis 193 (zonder afgesneden
'schel')
419.65 - 420.45 bovenaan gelijkaardig aan interval 418.65 - 419.45; naar
onder toe geleidelijk zandiger (kleine zandlensjes) en
onderaan een klei/zand mengsel met grijsgroene kleur; 2
korrelgroottestalen in dit interval
420.45 - 420.65 staalname uit onderkant van kernbuis 194 (zonder afgesneden
'schel')
420.65 - 421.50 ontbreekt (kernbuis 195 is leeg)
421.50 - 421.80 fijn en middelgrof kwartszand met glauconiet, roodbruin tot
beigegroen, enigszins plastisch door aanwezigheid van een
belangrijke fijne fractie, licht kalkhoudend
421.80 - 421.96 ontbreekt en bevat enkel boorspoeling
421.96 - 422.30 fijn en middelgrof kwartszand met glauconiet, roodbruin tot
beigegroen, enigszins plastisch door aanwezigheid van een
belangrijke fijne fractie, licht kalkhoudend
422.30 - 422.50 staalname uit onderkant van kernbuis 196 (zonder afgesneden
'schel')
422.50 - 423.30 fijn en middelgrof kwartszand met glauconiet, donker-
groen,enigszins plastisch door aanwezigheid van een
belangrijke fijne fractie, licht kalkhoudend
423.30 - 423.50 staalname uit onderkant van kernbuis 197 (zonder afgesneden
'schel')
423.50 - 424.30 fijn en middelgrof kwartszand met glauconiet, donkergroen,
enigszins plastisch door aanwezigheid van een belangrijke
fijne fractie, licht kalkhoudend, iets kleiiger dan het
interval 422 - 423.3
424.30 - 424.50 staalname uit onderkant van kernbuis 198 (zonder afgesneden
'schel')
424.50 - 425.21 fijn en middelgrof kwartszand met glauconiet, donkergroen,
enigszins plastisch door aanwezigheid van een belangrijke
fijne fractie, kalkarm
425.21 - 425.41 staalname uit onderkant van kernbuis 199 (zonder afgesneden
'schel')
425.41 - 426.21 fijn en middelgrof kwartszand met glauconiet, donkergroen,
enigszinsplastisch door aanwezigheid van een belangrijke
fijne fractie, kalkarm, iets kleiigere matrix in vergelij-
king met de meters hoger in de sectie
426.21 - 426.41 staalname uit onderkant van kernbuis 200 (zonder afgesneden
'schel')
426.41 - 427.21 donkergroen, fijn kwartszand met veel glauconiet, in een
groenige kleimatrix. De kleimatrix wordt belangrijker in
vergelijking met de meters hierboven. Kalkarm. Kleine
doorsneden kleilenzen.
427.21 - 427.41 staalname uit onderkant van kernbuis 201 (zonder afgesneden
'schel')
427.41 - 428.21 sediment gelijkaardig aan dat in interval 426.41 - 427.21
maar de grove fractie wordt fijner (siltiger) en de fijne
fractie wordt meer dominant; het sediment blijft groen
maar is wat bleker; de kleilenzen worden groter;
kalkarm
428.21 - 428.41 staalname uit onderkant van kernbuis 202 (zonder afgesneden
'schel')
428.41 - 428.48 groene silt, onderaan scherp afgelijnd
428.48 - 429.01 licht kalkhoudende, bleekgroene klei met talrijke bleke,
geelwitte siltlensjes en bleke, siltige graafsporen
429.01 - 429.21 staalname uit onderkant van kernbuis 203 (zonder afgesneden
'schel')
429.21 - 430.01 groene, kleiige silt (de grofste fractie is bleek), licht
kalkhoudend
430.01 - 430.21 staalname uit onderkant van kernbuis 204 (zonder afgesneden
'schel')
430.21 - 431.01 groene, kleiige silt (de grofste fractie is bleek), licht
kalkhoudend, nogal heterogeen (siltige en kleiige lenzen)
431.01 - 431.21 staalname uit onderkant van kernbuis 205 (zonder afgesneden
'schel')
431.21 - 432.01 groenige, kleiige silt, naar onder toe worden de kleilenzen
talrijker en groter; het sediment is opwaarts vergrovend;
onderaan is het sediment kleiig (goed aansluitend op
interval 432.21 - 432.94); de grens silt/klei ligt ongeveer
op 431.79
432.01 - 432.21 staalname uit onderkant van kernbuis 206 (zonder afgesneden
'schel')
432.21 - 432.94 grijsgroene, vrij harde, siltige klei, licht kalkhoudend
432.94 - 433.14 staalname uit onderkant van kernbuis 207 (zonder afgesneden
'schel')
433.14 - 434.14 ontbreekt (kernbuis 208 is leeg)
434.14 - 434.94 grijsgroene, siltige klei, licht kalkhoudend, één geheel
vormend met kernbuizen 207 en 210
434.94 - 435.14 staalname uit onderkant van kernbuis 209 (zonder afgesneden
'schel')
435.14 - 435.94 grijsgroene, kalkarme, vrij harde klei met talrijke kleine,
bleke siltplekjes
435.94 - 436.14 staalname uit onderkant van kernbuis 210 (zonder afgesneden
'schel')
436.14 - 436.84 grijsgroene, kalkarme, siltige klei (bleker en plastischer
in interval 436.40 - 436.65)
436.84 - 437.04 staalname uit onderkant van kernbuis 211 (zonder afgesneden
'schel')
437.04 - 437.84 siltige klei, grijsgroen; het silt is bleek en zit niet
homogeen verspreid maar in lensjes; licht kalkhoudend
437.84 - 438.04 staalname uit onderkant van kernbuis 212 (zonder afgesneden
'schel')
438.04 - 438.84 siltige klei zoals in 437.04 - 437.84 maar naar onder toe
veel minder siltig; dus 437.04 - 438.84 vormt een opwaarts
vergrovende sectie
438.84 - 439.04 staalname uit onderkant van kernbuis 213 (zonder afgesneden
'schel')
439.04 - 439.84 grijsgroene, siltige klei, kalkarm, onderaan plastisch en
gecontamineerd door boorspoeling, bovenaan minder siltig,
pyrietnodule (diam. 20 mm) op 439.26
439.84 - 440.04 staalname uit onderkant van kernbuis 214 (zonder afgesneden
'schel')
440.04 - 440.79 donkere, groengrijze klei, met laag siltgehalte (kleine,
bleke lensjes), kalkarm
440.79 - 440.99 staalname uit onderkant van kernbuis 215 (zonder afgesneden
'schel')
440.99 - 441.79 siltige klei; het siltgehalte neemt toe naar onder toe;
groengrijs, kalkarm
441.79 - 441.99 staalname uit onderkant van kernbuis 216 (zonder afgesneden
'schel')
441.99 - 442.79 groengrijze, siltige klei, kalkarm; de grofste fractie
bestaat uit bleek kwartssilt
442.79 - 442.99 staalname uit onderkant van kernbuis 217 (zonder afgesneden
'schel')
442.99 - 443.79 grijsgroene, siltige klei, gelijkaardig aan interval 441.99
- 442.79
443.79 - 443.99 staalname uit onderkant van kernbuis 218 (zonder afgesneden
'schel')
443.99 - 444.76 grijsgroene, siltige klei, gelijkaardig aan interval 441.99
- 442.79
444.76 - 444.96 staalname uit onderkant van kernbuis 219 (zonder afgesneden
'schel')
444.96 - 445.76 grijsgroene klei, siltig, plastisch, licht (?) kalkhoudend
445.76 - 445.96 staalname uit onderkant van kernbuis 220 (zonder afgesneden
'schel')
445.96 - 446.76 grijsgroene klei, siltig (bleek silt, minder silt naar onder
toe), vrij hard, licht (?) kalkhoudend, graafsporen
446.76 - 446.96 staalname uit onderkant van kernbuis 221 (zonder afgesneden
'schel')
446.96 - 447.76 zeer kleiig (en wat plastisch) fijn tot zeer fijn zand,
donker, groengrijs, kleilenzen, kalkarm; dit lijkt een
overgangszone van klei (bovenaan) naar zand (lager in de
sectie)
447.76 - 447.96 staalname uit onderkant van kernbuis 222 (zonder afgesneden
'schel')
447.96 - 448.72 zeer fijn tot fijn kwartszand, groenig door glauconietge-
halte en enigszins kleiig en plastisch; kalkarm of -vrij
448.72 - 448.92 staalname uit onderkant van kernbuis 223 (zonder afgesneden
'schel')
448.92 - 449.72 zeer fijn tot fijn kwartszand, groenig door glauconietge-
halte en enigszins kleiig en plastisch; kalkarm of -vrij;
micafragmenten
449.72 - 449.92 staalname uit onderkant van kernbuis 224 (zonder afgesneden
'schel')
449.92 - 450.72 zeer fijn tot fijn kwartszand, groenig door glauconietge-
halte en enigszins kleiig en plastisch; kalkarm of -vrij;
micafragmenten
450.72 - 450.92 staalname uit onderkant van kernbuis 225 (zonder afgesneden
'schel')
450.92 - 451.72 zeer fijn tot fijn kwartszand, groenig door glauconietge-
halte en enigszins kleiig en plastisch; kalkarm of -vrij
451.72 - 451.92 staalname uit onderkant van kernbuis 226 (zonder afgesneden
'schel')
451.92 - 452.72 zeer fijn tot fijn kwartszand, groenig door glauconietge-
halte en enigszins kleiig en plastisch; kalkarm of -vrij;
bovenaan zit 3 cm plastische klei (vermoedelijk contamina-
tie door boorspoeling); opvallende doorsneden sedimentaire
structuren (schuine gelaagdheid ?)
452.72 - 452.92 staalname uit onderkant van kernbuis 227 (zonder afgesneden
'schel')
452.92 - 453.22 kleiig fijn zand (zoals in de meters hoger in de sectie),
toenemend kleigehalte (kleilenzen) naar onder toe
453.22 - 453.72 harde, grijsgroene klei, kalkarm, met lensjes bleke silt en
graafsporen
453.72 - 453.92 staalname uit onderkant van kernbuis 228 (zonder afgesneden
'schel')
453.92 - 454.72 harde, grijsgroene klei, licht kalkhoudend, met lensjes
bleke silt en graafsporen
454.72 - 454.92 staalname uit onderkant van kernbuis 229 (zonder afgesneden
'schel')
454.92 - 455.72 siltige, grijsgroene klei, kalkarm, minder siltig naar boven
toe
455.72 - 455.92 staalname uit onderkant van kernbuis 230 (zonder afgesneden
'schel')
455.92 - 456.69 harde, grijsgroene klei; kleine bleke (geelwitte) silt-
lensjes
456.69 - 456.89 staalname uit onderkant van kernbuis 231 (zonder afgesneden
'schel')
456.89 - 457.69 groene klei, homogeen, slechts kleine bleke siltplekjes,
licht kalkhoudend
457.69 - 457.89 staalname uit onderkant van kernbuis 232 (zonder afgesneden
'schel')
457.89 - 458.69 groene klei, homogeen (slechts kleine bleke siltplekjes),
licht kalkhoudend
458.69 - 458.89 staalname uit onderkant van kernbuis 233 (zonder afgesneden
'schel')
458.89 - 459.69 groene klei, onderaan zeer siltrijk (homogeen verdeeld silt)
en bovenaan siltarm en opvallend plastisch; kalkarm
459.69 - 459.89 staalname uit onderkant van kernbuis 234 (zonder afgesneden
'schel')
459.89 - 460.69 vrij harde, grijsgroene klei, beetje silt (kleine bleke
lenzen), kalkarm
460.69 - 460.89 staalname uit onderkant van kernbuis 235 (zonder afgesneden
'schel')
460.89 - 462.29 (kern 236 en 237 zitten samen in één buis; geen staalname
wegensonzekere diepte; slechts 108 cm sediment, groenige
klei, plaatselijk zeer plastisch, plaatselijk siltrijk)
462.29 - 462.89 ontbreekt (kernbuis 238 is leeg)
462.89 - 463.69 groene klei, vrij hard, verspreide bleke siltlensjes,
kalkrijk
463.69 - 463.89 staalname uit onderkant van kernbuis 239 (zonder afgesneden
'schel')
463.89 - 464.69 groene klei, vrij hard, bleke siltlensjes, kalkrijk
464.69 - 464.89 staalname uit onderkant van kernbuis 240 (zonder afgesneden
'schel')
464.89 - 465.69 groene klei, gebioturbeerd, bruine schelpjes (diam. 5 mm),
zéér kalkrijk
465.69 - 465.89 staalname uit onderkant van kernbuis 241 (zonder afgesneden
'schel')
465.89 - 466.69 groene klei, gebioturbeerd, talrijke schelpfragmentjes,
kalkrijk, bovenaan (15 cm) in dit interval plastisch
466.69 - 466.89 staalname uit onderkant van kernbuis 242 (zonder afgesneden
'schel')
466.89 - 467.69 groenige klei, zéér kalkrijk, met homogeen ingemengd zand
467.69 - 467.89 staalname uit onderkant van kernbuis 243 (zonder afgesneden
'schel')
467.89 - 468.69 groenig fijn zand met zeer talrijke nummulieten, zeer
kalkrijk, kleine lenzen klei (niet talrijk)
468.69 - 468.89 staalname uit onderkant van kernbuis 244 (zonder afgesneden
'schel')
468.89 - 469.69 groenig fijn zand met nummulieten, vrij kleiig in interval
468.95 - 469.59
469.69 - 469.89 staalname uit onderkant van kernbuis 245 (zonder afgesneden
'schel')
---------------------------------------------------------------------------
STRATIGRAFISCHE INTERPRETATIE
---------------------------------------------------------------------------
Top * basis * STRATIGRAFISCHE EENHEDEN
---------------------------------------------------------------------------
0 - 33 m Formatie van de Kempen
33 - 61 m Formatie van Merksplas
61 - 76 m Formatie van Lillo
76 - 90 m Formatie van Kattendijk
90 - 98 m Formatie van Kasterlee ?
98 - 203 m Formatie van Diest
203 - 231 m Formatie van Berchem: Lid van Antwerpen
231 - 242.5 Formatie van Berchem: Lid van Edegem (1)
242.5 - 352 m Formatie van Boom: Lid van Putte (2)
352 - 371 m Lid van Terhagen
371 - 390 m Lid van Belsele Waas (3)
390 - 400.05 Formatie van Zelzate: Lid van Ruisbroek (5) (6)
(= S4 van het Complex van Kallo)
400.05- 408.22 Formatie van Zelzate: S3 ??? (zie stalen paleontologie) (7)
408.22- 414 m idem : Lid van Watervliet (=A4 Kallo Complex)
414 - 418.5 Formatie van Zelzate: Lid van Bassevelde (S3 van het Kallo
Complex)
418.5 - 420 m Formatie van Maldegem: Lid van Onderdijke (8) (=A3 Kallo
Complex)
420 - 428.48 idem: Lid van Buisputten (9) (=S2 Kallo Complex)
428.48- 447.5 idem: Lid van Zomergem (10) (=A2 Kallo Complex)
447.5 - 453.22 idem: Lid van Onderdale (11) (=S1 Kallo Complex)
453.22- 467.8 idem: Lid van Asse (Klei van Ursel en Asse) (=A1
Kallo Complex)rsel
467.8 - 471? idem: Lid van Wemmel
471? - 511? Formatie van Lede & Gent
511? - 528.18 Formatie van Tielt
---------------------------------------------------------------------------
AUTEUR Paul DE COOMAN, KULeuven - 1997
---------------------------------------------------------------------------
OPMERKINGEN
---------------------------------------------------------------------------
Opdrachtgever: het doel van deze peilputten is het verbeteren van het
regionaal hydrogeologisch model; deze studie gebeurt in samenwerking met de
BGD.
Verbuizing,lengte en doormeter:
peilb. b: 0-388 m + filter 90 mm van 388 tot 430 m & van 448 tot 454 m.
peilb. c: 0-252.5 m + filter 90 mm van 472 tot 520 m
Alle vermelde dieptes zijn gemeten met de draaitafel als referentieniveau.De
cursief geprinte dieptes betreffen het destructief geboorde deel van de
sectie; ze zijn overgenomen uit het rapport van Geodata. De fout op deze
dieptes is groter dan de fout op de dieptes in het gekernde deel.
met in het Lid van Putte:
* kern 47 bevat nog silt maar vanaf kern 48 zit er geen silt meer in; op de
logs zit deze overgang op een diepte van 274.5
* de onderkant van Lid van Putte zit op de logs omstreeks 352 m (dit is kern
124 / 125)
* kern 52 bevat mogelijks ÉÉn van de hoogste S-niveaus (zie boorbeschrijving,
diepte 279.05)* kern 79 bevat mogelijks een S-niveau (zie boorbeschrijving,
diepte 305.29 - 305.50)
* kern 90 bevat mogelijks een S-niveau (zie boorbeschrijving, diepte 316.42
- 316.58)
* kern 97 (323.31 - 323.36) of kern 108 (334.29 - 334.42) zou de S60 kunnen
bevatten (sideriet controleren?)
* kern 113 (339.56 - 339.66) bevat een S-niveau
* bevat kern 119 de S41 ? (345.08 - 345.14)
* dubbelband: bovenste siltlaag in kern 119 (345.42 - 345.59)? en onderste
siltlaag in onderkant van kern 120 (in het afgesneden stuk voor K-meting)?
Opmerkingen:
(1) - kern 4 (232.08 - 232.40) bevat grind
- kern 4 tot 16 (232.40 - 242.5) is misschien Fm v Voort (uitsluitsel
door paleontologie?)
(2) 'Putte' in de brede betekenis (dus inclusief de niet-ontsloten eenheden
aan de top, beschreven in thesis Ann Verstraelen)
(3) - kern 138 (364.15 - 364.29) bevat een S-niveau (S20?)
- interval 371 - 390 stemt overeen met kernen 145 tot 164 waarbij kern
162 de laatste klei bevat
- de juiste grens dient getrokken op basis van nannoplankton (overgang
NP 22/23 ligt 1 m onder de basis van Fm v Boom
(4) ('Geologie van de Kempen' is hier onduidelijk: op p. 122 staat het Zand
van Ruisbroek onder de Rupel Groep en op p. 84 onder de Tongeren Groep)
(5) kern 167 (393.25 - 393.35) bevat massieve kalksteen (zoals in de
Rupeltunnel)
(6) kern 174 (399.95 m) bevat een haaientand (zie plastic potje in de
Redingenstraat)
(7) hoofdzakelijk siltig fijn zand; misschien Zand van Bassevelde (S3) in
interval 400.05 - 408.22, rechtstreeks op A3 (interval 408.22 - 420) ;
misschien Wintham Silt (Steurbaut, 1992)? ; zie resultaten micropale-
ontologie ?!
(8) dit is slechts ÉÉn mogelijke interpretatie! ; misschien is A3 veel
dikker (van 408.22 tot 420)!; ook S3 is volgens bovenstaande tabel dun
(4.5 m)
(9) fijner (siltiger) naar onder toe (zowel in kernen als op logs); dit is
vreemd volgens Philip Buffel aangezien hij in S1, S2 en S3 steeds
fining upwards aantrof
(10) deze grenzen van het Lid van Zomergem zijn bijna zeker correct
(11) sedimentaire structuren (schuine gelaagdheid?) in kern 227 / de bleke
fractie is het grofst
De beschrijving is gebaseerd op het verslag dat werd opgesteld door de
werfgeologen van G.C.S.. Dit verslag (drilling report hydro/96neb drilling
site Weelde) werd mij welwillend bezorgd door dr. S. Helsen. De lithologische
beschrijving werd vertaald uit het engels en sterk ingekort. De tussen haakjes
toegevoegde stratigrafische interpretatie is volgens dr.S. Helsen enkel
gebaseerd op de beschrijving, niet op geofysische boorgatmetingen. Door de
relatief grote vertikale afstand tussen de bemonsteringspunten, is de absolute
fout op de diepte van de lithologische grenzen niet te verwaarlozen.
Peilputten:
De boring Weelde 1 werd wegens beschadiging en een duidelijke communicatie
tussen de filters verlaten en volledig gecementeerd. De specifikaties op
pagina 1/24 komen overeen met deze put.
Weelde 2 werd volledig destructief geboord en uitgerust met peilfilters.
Peil in rust in de peilbuizen b en c van Weelde 2 was op 27/10/97 + 12 m
onder het maaiveld.